In het weekend de meest doeltreffende spits van de competitie, op donderdagavond gewoon ‘Dré’ van de pokertafel. Jelle Vossen, gewikt en gewogen door zijn beste vrienden. ‘Met Jelle is het nooit saai, maar zijn grappen zijn soms wel héél erg flauw.’

Het Toscane van Vlaanderen’, zo durven de toeristische brochures Haspengouw wel eens te omschrijven. In het noordoosten van die landstreek ligt Eigenbilzen, het ingeslapen dorpje waar Jelle Vossen, aanvaller van Racing Genk én de Rode Duivels, is opgegroeid. Het landschap is er glooiend en de omliggende dorpen hebben ongewone namen zoals Lafelt, Waltwilder, Vroenhoven, Rosmeer of Spouwen. Op mooie zomeravonden springt Vossen, uitgedost met een helm en een pilotenbril, graag op zijn witte Vespa voor een ontspannend ritje naar een petanqueveldje ergens in de buurt. Samen met zijn jeugdvrienden speelt hij dan gezapig petanque, tot de zon achter de Haspengouwse heuvels is verdwenen. Leven als god in Limburg.

Maar ook in de winter houdt Vossen het graag gemoedelijk: iedere donderdagavond schuift de leider in de topschuttersstand met een vaste groep vrienden rond de tafel voor een spelletje pokeren. Plaats van afspraak: café De Lantaarn in Mopertingen, in de volksmond beter gekend als ‘ bij Annie en Franske‘. Vandaag moet Vossen echter verstek laten gaan. Drieduizend kilometer verder, in het poepchique Kremlin Palace Hotel in het Turkse Antalya, stoomt hij zich klaar voor de tweede seizoenshelft. Wij namen zijn plaats in en legden in het knusse café ons oor te luisteren bij de twee beste vrienden van de spits: Gerben Smeets (22), afgestudeerd in de journalistiek, en Jelles neef Senne Vossen (21), laatstejaarsstudent lichamelijke opvoeding. Allebei spelen ze ook zelf voetbal: Gerben bij JB Eigenbilzen, de club waar Jelle ooit begon te voetballen, en Senne bij het naburige Spouwen-Mopertingen, in vierde klasse C.

Doctor Dré

Gerben: “Die pokeravondjes op donderdag zijn echt een vast ritueel geworden. De meesten van onze vriendengroep spelen voetbal en komen dan na de training hier binnengedruppeld.”

Senne: “We kennen elkaar door en door, dus het is niet makkelijk om veel te bluffen. Maar Jelle probeert het wel constant. ( lacht) Hij is een echte spekscheter, zoals wij zeggen.”

Gerben: “Het kaarten is slechts een deel van het plezier. We zitten elkaar ook constant te jennen. Niets is leuker dan op mekaars kap te zitten.” ( glimlacht)

Senne: “Jelle deelt zoals iedereen regelmatig verbale prikjes uit. We houden elkaar scherp. Daarnaast heeft hij enorm droge humor, maar dat zit in de familie, denk ik.”

Gerben: “Soms zijn zijn grappen echt wel héél flauw, maar ik moet wel toegeven dat je met Jelle nooit een saaie avond beleeft.” ( lacht)

Senne: “Een tijdje terug lag ik weer plat met hem: die reclamespot van Het Nieuwsblad waarbij hij de krantenwinkel binnenloopt in zijn voetbaloutfit. Ik had hem daar wel over horen vertellen, maar toen ik dat op tv zag …”

Gerben: “Ik heb hem meteen ge-sms’t: ‘Dré, wat is da jong?'”

Senne: “We geven elkaar bijnamen en Jelle spreken we meestal aan met ‘Dré’, of alle varianten daarvan: ‘André’, ‘Doctor Dré’, ‘Dokter’, …”

Gerben: “Zonder het te willen, is Jelle intussen een vedette in Limburg. Het is bijvoorbeeld echt niet meer te doen om na een match van Racing Genk met Jelle rustig iets te gaan drinken in Hasselt.”

Senne: “Ik ging met hem op tweede kerstdag naar de cyclocross in Zolder. Het was leuk, maar Jelle heeft eigenlijk heel de namiddag handjes gegeven.” ( lacht)

Gerben: “Maar hier op café kan Jelle wel op zijn gemak zijn. De uitbaters krijgen soms weleens de vraag of het klopt dat Jelle Vossen zo veel Grimbergens drinkt, terwijl hij hier eigenlijk alleen maar cola’s bestelt.” ( lacht)

Anniekomt van achter haar toog: “Mijn man en ik zijn al heel ons leven fan van Club Brugge. Jaarlijks gaan we nog naar één wedstrijd kijken, gecombineerd met een weekendje aan zee. Maar de laatste jaren moet ik toch toegeven dat ik vooral voor Jelle supporter.”

Gerben: “Daarom zet Annie sinds kort de tv van het café liever op de matchen van Genk dan op die van Brugge. Als Club Brugge en Genk toevallig op hetzelfde moment spelen, dan moet Franske maar in het achterkamertje naar de wedstrijd van Club gaan kijken.” ( lacht)

Frans voegt er zich ook bij: “Luister, ik zeg het nu al een paar maanden! ( windt zich op) Club Brugge moet zo snel mogelijk Jelle Vossen halen en die Kouemaha en Akpala moeten ze dan maar aan Genk geven …”

Senne: “Jelle en ik waren vroeger eigenlijk ook Clubsupporters. We zijn opgegroeid met het ijzersterke Club Brugge van Gert Verheyen, Timmy Simons, Nastja Ceh, … Toen we klein waren, liepen we soms allebei in een shirtje van Club Brugge rond.”

Vettige praat

Senne: “Mijn neef en ik hebben samen in de klas gezeten van in de kleuterschool tot in het derde middelbaar, toen is Jelle naar de sportschool gegaan.

“In de lagere school waren we de grootste speelvogels van de groep. Toch hadden de leerkrachten ons wel graag, we haalden allebei 90 procent. Jelle en ik haalden regelmatig kattenkwaad uit, maar hij muisde er altijd op het juiste moment vantussen. Toen hij tijdens de studie in het eerste middelbaar een gedichtje schreef vol vettige praat, werd ik betrapt terwijl ik dat aan het lezen was. De leraar nam het papiertje van me af en las dat gedichtje luidop voor, in een volle studiezaal, alsof ik het had geschreven. Ik natuurlijk zo rood als een tomaat en Jelle maar lachen. ( lacht)

“Het liefste wat we samen deden, was uiteraard voetballen. Soms speelden we op de speelplaats met ons tweeën tegen acht anderen, dat was wel fijn …” ( lacht)

Gerben: “Eerlijk gezegd, ik had niet verwacht dat hij het als voetballer zover zou schoppen. Oké, bij de jeugd en bij de beloften van Genk scoorde hij onmenselijk veel goals, maar ik heb toch lang gedacht dat het net ietsje te weinig zou zijn voor de absolute top.”

Senne: “Hij heeft er wel altijd alles voor gedaan: doorbreken bij Genk was zijn ultieme doel. Dat verklaart ook waarom hij in de beginjaren bij de A-kern de dingen misschien te veel wou forceren.”

Gerben: “Sinds zijn uitleenbeurt aan Cercle Brugge is hij veel kalmer gaan spelen, daardoor is hij een stuk balvaster geworden. Wat hij dit seizoen laat zien, vind ik eigenlijk ongelooflijk. We gaan Jelle niet snel ophemelen, maar zoals hij speelde tegen Oostenrijk, dat was echt fantastisch. En dan heb ik het niet alleen over die goal.”

Senne: “Hij heeft meer in zijn mars dan alleen maar goals maken, hé. Jelle kaatst goed en is voortdurend in beweging.”

Gerben: “Zelfs als hij een slechte wedstrijd speelt, heb je nog veel aan hem. In balverlies krijgt de ploeg er een extra middenvelder bij.”

Senne: “Sommigen spreken door zijn goede prestaties al over een vertrek uit Genk, maar daar is hij zelf nog niet echt mee bezig.”

Gerben: “Uiteindelijk kan het geen kwaad voor Jelle om nog anderhalf jaar in Genk te blijven. Hij zit daar perfect: het is een goed georganiseerde club, hij heeft er een prima trainer, en de supporters zijn gek van hem. Alleen, ik denk dat hij deze zomer een aanbod gaat krijgen zoals hij er misschien nooit meer één zal krijgen. Met nog een paar extra goals wordt hij wellicht topschutter, daarnaast verwacht ik hem in de top vijf van de Gouden Schoen én hij toonde zich al in de nationale ploeg. Leg dat allemaal samen en je weet dat er aanbiedingen zullen komen.”

Senne: “Misschien is Nederland iets voor hem, al spelen de meeste ploegen in een 4-3-3, terwijl Jelle het best tot zijn recht komt in een tweespitsensysteem.”

Hotel Mama

Senne: “Na het middelbaar heeft Jelle geprobeerd om regentaat lichamelijke opvoeding te studeren, maar dat was niet vlot te combineren met zijn programma bij Racing Genk. Om toch bezig te blijven heeft hij zich dan ingeschreven voor twee cursussen in avondschool: kooklessen en Spaans voor beginners. Met dat Spaans is het niets geworden, maar die kooklessen heeft hij wel afgewerkt. Ik kan je wel niet zeggen of Jelle een goede kok is. Bij hem thuis kookt zijn moeder meestal.”

Gerben: “Niets is zo goed als hotel mama, hé.” ( lacht)

Senne: “Zijn moeder leeft enorm met Jelle mee. Soms jaagt hij zich daarin op, want ze is ook heel bezorgd. Anderzijds is hij heel dankbaar voor de steun die hij van thuis uit altijd gekregen heeft. Met zijn zus, Silke, maakte hij als kind regelmatig ruzie, maar intussen is zij Jelles grootste fan. Samen met zijn moeder gaat ze naar zo veel mogelijk wedstrijden, en dan is ze een vrij fanatieke supporter. ( lacht) Ook zijn vriendin Audry, met wie hij nu al meer dan een jaar samen is, steunt Jelle door dik en dun. Echt een heel lief meisje, ideaal voor hem.”

Gerben: “Er wordt gezegd dat het opvallend is hoe Jelle zijn voeten op de grond houdt, maar daar sta je als vriend eigenlijk niet bij stil. Ik heb hem nooit anders gekend.”

Senne: “Jelle heeft dat meegekregen van thuis uit: het is belangrijk om gewoon jezelf te blijven. Hij reed een tijdje met een Ford Mondeo van de club. Na verloop van tijd kopen veel spelers zelf een eigen wagen. Jelle heeft dat ook gedaan, maar geen blitse terreinwagen of een sportkar zoals veel andere spelers. Hij heeft gewoon diezelfde Ford Mondeo voor zichzelf gekocht, want dat vond hij echt een goede auto.” ( lacht)

Gerben: “Geen toestanden à la Logan Bailly voor Jelle … Rustig een potje kaarten of een spelletje petanquen, meer heeft hij niet nodig om zich te amuseren.”

DOOR BREGT VERMEULEN

“Jelle en ik waren vroeger eigenlijk supporters van Club Brugge.” Senne Vossen

“Jelle volgde Spaans en kooklessen in avondschool, maar enkel de kooklessen hield hij vol.” Senne Vossen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content