Na een kort intermezzo bij Racing Genk is Hein Vanhaezebrouck weer aanbeland bij de club die hij naar de titel in de tweede en het behoud in de eerste klasse leidde. In het vooruitzicht van de verplaatsing naar landskampioen Anderlecht ging hij een zeldzame keer zitten voor een uitgebreid gesprek.

Het is opvallend: sinds zijn pijnlijke passage in Genk is Hein Vanhaezebrouck veel minder nadrukkelijk in de media aanwezig dan voorheen. “Het is mijn persoonlijke keuze om minder interviews te geven”, zegt hij. “Constant ‘nee’ antwoorden op aanvragen gaat natuurlijk niet, tenslotte draag ik bij KV Kortrijk als hoofd van het sportief gebeuren ook verantwoordelijkheid tegenover de pers, maar ik sta nu toch veel minder ter beschikking van de journalisten dan vroeger het geval was.”

Waarom?

“Dat is evolutie. Je evalueert jezelf en denkt wel eens: hoe minder ik zeg, hoe beter. De club moet centraal staan, niet de trainer. Als ik zie wat de impact kan zijn voor de mensen rondom mij, zowel professioneel als familiaal, dan luidt de conclusie: laat ik het voortaan maar bescheiden en beperkt houden, zodat er geen problemen gecreëerd worden waar er geen zijn.”

Boven het grote interview dat je na je ontslag bij Racing Genk aan Sport/Voetbalmagazine gaf, stond: ‘Ik geef mezelf geen goede punten voor communicatie.’

“Dat is een feit. In het begin was er geen enkel probleem, maar toen ik voelde dat het niet echt liep, kreeg ik de neiging om mij te verdedigen. Dan haal je allerlei dingen aan omdat je vindt dat de buitenwereld dat verdient te weten, maar de trainer is niet de persoon om dat op die manier naar buiten te brengen. Dat zal ik nooit meer doen. Het is beter om binnenskamers de forcing te voeren, ook al creëer je er misnoegden mee en kost het je kop. Dat is een belangrijke les die ik in Genk leerde.”

Glenn Verbauwhede zei in Sport/Voetbalmagazine dan weer: ‘Hein staat nu meer open voor dialoog en andere standpunten.’

“Er zijn inderdaad problemen geweest tussen ons, maar daar wens ik niet meer op terug te komen. Glenn kreeg een tweede kans en greep die, Philippe Vande Walle bespeelt hem heel kort. Hij is volwassener geworden en keept beter dan ooit. Nu proberen we hem duidelijk te maken dat als hij wil blijven evolueren, hij nog een aantal stappen moet zetten. Dat gaat over communicatie: hoe kom ik naar buiten, wanneer doe ik dat en hoe vaak? Het is niet normaal dat hij na zo’n seizoen op het Gala van de Profvoetballer maar als zevende eindigde in de verkiezing van de Doelman van het Jaar. Hij weet dat daar andere redenen voor zijn en daar werken we aan.”

Je bent milder geworden voor de scheidsrechters, hoewel ze volgens jou te snel geel trekken voor KV Kortrijk.

“Dat was een algemene opmerking, want er worden enorm veel gele kaarten getrokken. Alleen wegen ze niet tegen elkaar op. Als je die vier van Rossini naast elkaar zet en vergelijkt met de tackle van Defour op Persoons en van Polák tegen Zulte Waregem, dan zal je een groot verschil merken.”

In elk geval: je kent weer succes. KV Kortrijk begon onder leiding van Hein Vanhaezebrouck sterk aan de competitie.

“Wat is succes? Tijdens en na mijn periode bij Genk voerde ik een aantal goede gesprekken met Sef Vergoossen en daar stak ik enkele zaken van op. De punten waar ik werk van wilde maken, lagen allemaal in het brede pakket rond communicatie; op de andere vlakken prees hij mijn aanpak. Voor de rest zijn mijn intentie en mijn manier van aanpakken nog altijd wat ze waren. Alleen ben je ook afhankelijk van nu en dan eens wat meeval. Ik zie trainers die uitstekend werk leveren, geprezen worden voor hun voetbal, maar van wie er nu al één thuis zit omdat zijn elftal te weinig punten behaalde. Andere clubs presteerden ondermaats, haalden met het nodige geluk toch veel punten en in plaats dat het daar voor de coach dramatisch afliep, staan ze nu bovenaan. Hard werken, er veel energie insteken, loont op termijn meestal, maar het kan eens tegenzitten. Als er dan veel druk op de ketel zit, wordt het moeilijk maar blijft het doenbaar. Maar word je niet gesteund door belangrijke mensen boven je, dan weet je dat het verhaal ten einde is. Die ondersteuning is er hier altijd geweest. Het spel en de resultaten zijn nu weliswaar positief, maar evengoed had de competitiestart moeilijk kunnen verlopen. Wij zijn tenslotte een van de ploegen waarvan de samenstelling het meest is veranderd: een hele verdediging inpassen, de spitsen die nieuw zijn, Belhocine die vorig seizoen als hij speelde op het middenveld stond, Oussalah die in de B-kern zat, …”

… Brecht Capon die nu op een andere positie uitgespeeld wordt, net als Sven Kums, Davy De Beule die meer infiltreert dan ooit, …

“Infiltreren is de grootste kwaliteit van Davy. Tegen Club Brugge was hij absolute top, de uitdaging is nu om constant een topniveau te halen. Brecht is een van de beste rechtsbacks van België, maar is van vorming een aanvaller en staat liever wat hoger. Hij weet dat ik de positie van rechtsachter niet als eerste optie voor hem zie, maar ook dat dat niet uitsluit dat hij er zoals de laatste twintig minuten op Standard wel eens op terecht kan komen. Sven ontwikkelde zich fysiek dan weer zo sterk dat hij de grootste aanjager is geworden en samen met Nebojsa ( Pavlovic, nvdr) de meeste ballen van allemaal recupereert. Voor het seizoen besprak ik met hem zijn nieuwe rol voor de verdediging en ondertussen voelt hij er zich uitstekend in zijn vel.”

Giuseppe Rossini geeft de indruk meer te kunnen dan knokken, koppen en knallen.

“Ik ben tevreden met wat hij en Pele ( Mboyo, nvdr), de twee aanvallers met de meeste speelminuten, tot nu toe presteerden. Altijd ontplooit er zich in Kortrijk wel een spits zonder naam of één die op een zijspoor zat. In mijn eerste jaar was dat Nong, in mijn tweede Nfor, in mijn derde Coulibaly en vorig jaar Benteke. Nong wou ik verleden seizoen trouwens graag naar Genk zien komen, maar hij bleek niet haalbaar. De afkoopsom bedroeg toen nochtans de helft minder dan deze die nu voor Standard gold.”

Je speelt geen 3-4-3 meer.

( lacht) “Ik denk dat ik de geschiedenis zal ingaan als de man die voor de rest van zijn leven gelinkt werd aan 3-4-3. Lang geleden speelden de miniemen van Lokeren nochtans al op die manier. Over die cijfertjes praat ik liever niet meer. Het is onvoorstelbaar hoe sommige bestuurders daarover palaveren. Ook in de kranten zie ik achteraf soms weergaves van opstellingen die totaal niet kloppen met wat er live op het veld te zien was. Het is blijkbaar niet gemakkelijk, daarom vind ik het geen slechte zaak dat sommige oud-voetballers als analist aan bod komen. Ik zeg alleen: ik ga altijd uit van de intentie om offensief combinatievoetbal te brengen, ik probeer veel uit in de voorbereiding en zet dan mijn pionnen zoals ik ervaar dat ze het best staan.”

Vóór Vercauteren

Je praat niet graag meer over ‘het verleden’, maar nu het bij Racing Genk gesmeerd loopt en Jelle Vossen aan de lopende bank scoort, blijft het je achtervolgen.

“Voor de vele mensen met wie ik er uitstekend kon samenwerken, ben ik heel blij dat Racing Genk het momenteel goed doet.”

Na jouw ontslag bleef Genk sukkelen: in de Cofidis Cup werd het op eigen veld uitgeschakeld door SV Roeselare, de allerlaatste in het klassement, en in de Jupiler Pro League eindigde het als elfde met 34 punten. Hoe verklaar je dat het in play-off 2 is beginnen te winnen en dat het dat dit seizoen met min of meer dezelfde kern blijft doen?

“Vanop afstand bekeken, denk ik: in tegenstelling tot sommige andere deelnemers nam het play-off 2 heel ernstig, dwong het zo nog Europees voetbal af, putte het daar veel vertrouwen uit en kon het dit seizoen op een heel positieve basis aanvangen. João Carlos was veel minder vaak out, merk ik, bijna altijd konden ze met dezelfde elf starten, zie ik, en Kevin De Bruyne is intussen een jaar ouder en enorm belangrijk geworden. Haast bij elk doelpunt is hij betrokken.”

Jelle Vossen?

Jelle blesseerde zich vorig seizoen in de voorbereiding, was een paar weken out en miste zo de competitiestart. De tweede competitiewedstrijd, op Zulte Waregem, viel hij een klein halfuur voor het einde in, kwam tweemaal alleen voor de doelman maar scoorde niet. De week erna, tegen AA Gent, deed hij twintig minuten mee maar had hij het moeilijk. Op dat moment was hij duidelijk niet klaar om een basisplaats af te dwingen. Toen bleek dat Cercle hem wou en wij Buffel konden krijgen, vroegen we ons af of hij daar niet méér speelkansen zou krijgen. Terecht, want wie zegt dat hij zonder die uitleenbeurt nu even ver zou staan? Voor hem was het een uitstekende zaak dat hij eens andere lucht kon opsnuiven en daar meteen op de eerste plaats werd gezet omdat hij nieuw was. Hij maakte er een evolutie door en is met meer vertrouwen teruggekeerd. Ook nu weer begon hij aan het seizoen als doublure, voor Barda en Ogunjimi, maar uiteindelijk slaagde hij erin om wat goals te maken en was hij vertrokken.

“Dat gebeurt wel vaker. Bij ons in Kortrijk raakte Ibou al snel geblesseerd, pas een week voor de start van de competitie kon hij weer met de groep trainen. Dan is het toch logisch dat je begint met Rossini en Mboyo, jongens die heel de voorbereiding meemaakten en daarin voldoening schonken? Maar daarom is Ibou niet afgeschreven, verre van. Het is ook niet omdat je iemand uitleent en dat die dan elders de pannen van het dak speelt, dat je een slechte trainer bent. Zo kan ik wel 150 voorbeelden geven. Kouyaté ontbolsterde als jong talent op huurbasis bij KVK, na het nodige geduld van zijnentwege; Benteke evenzeer. Onder Leekens mocht Ruiz niet meedoen bij AA Gent, maar na het vertrek van Georges is Bryan plots de grote vedette. Is Leekens daarom een slechte trainer? Welnee, hij volgt zijn visie en werkt op zijn manier met spelers die daar het best in passen. Twee jaar geleden kreeg Zulte Waregem Jelavic bij wijze van spreken aan de straatstenen niet verkocht. Hij gaat naar Rapid Wenen, rendeert daar wél en werd nu voor vijf miljoen euro naar Celtic Glasgow getransfereerd, las ik. Is Dury dan een slechte trainer? Leekens liet Oussalah hier verkommeren in de B-kern en dat is zijn goed recht; ik keek naar de noden van mijn kern, sprak met die jongen en hij werkte keihard en dwong zo zijn basisplaats af. Een echte linksachter is hij niet, hij is meer iemand die voor offensieve impulsen zorgt, maar bij ons mag dat op die positie en met wat hij tot nu toe liet zien, ben ik tevreden. Zo gaat dat.”

Heb je intussen vrede met ‘het verleden’?

“Mja. Wat er is gebeurd, neem je mee. Maar ik blijf erbij: soms ben je als trainer wel héél afhankelijk van de omstandigheden.”

Ná Leekens

Vond je bij je terugkeer na de passage van Georges Leekens nog gemakkelijk je weg in het Guldensporenstadion?

“Het kleedkamerblok is grondig en prima vernieuwd, de containers wáren al besteld, maar de grootste verandering is dat de stad Kortrijk een nieuw veld met een drainage- en een sproeisysteem liet aanleggen. Er zijn nog wel wat zaken die aangepast moeten worden, maar dat blijft moeilijk door de beperkte ruimte die er maar beschikbaar is om de accommodatie verder uit te breiden.”

Je vroeg in de voorbereidingsperiode om extra verdedigers. Is de kern met de komst van Gertjan De Mets en Toni Sunjic net voor het sluiten van de transferperiode compleet? Zullen we je niet meer horen?

“Ook als er níémand bij was gekomen, zou je mij daar verder niet meer over gehoord hebben. Je moet leven met de beperkingen van de club en werken met de mensen die er zijn. Het budget is gegroeid, maar vorig seizoen kende KV Kortrijk een duur jaar en nu moet het terugkeren naar de realiteit. Daarom is de kern minder breed.”

Je zette al enkele keren twee keepers op de invallersbank. Om te laten zien: ik beschik over te weinig valabele veldspelers?

“Helemaal niet. Ik vind dat je sowieso altijd een derde keeper naar de wedstrijd moet meenemen, want wat als de eerste keeper zich blesseert tijdens de opwarming? Gebeurt er dan tijdens de match nog iets met de tweede keeper, wordt hij uitgesloten of valt ook hij uit met een blessure, dan moet er een veldspeler in doel staan. En verder: waarom zou je het een derde keeper die hard werkt niet gunnen om ook eens op de bank te zitten en te kunnen genieten van de wedstrijdpremie? Bankzitten moet je verdienen, vind ik, en dat geldt voor iedere kernspeler.”

KV Kortrijk behaalde vorig seizoen onder Georges Leekens zijn beste resultaat ooit. Begint zijn opvolger dan niet aan een riskante onderneming?

“Als je van een club komt met een van de grootste omzetten, maar daar grote beperkingen ervaarde omdat er de jaren voordien veel te veel geld was uitgegeven, dan leg je je daar gemakkelijker bij neer. Op dat van Eupen na is het budget van KV Kortrijk wellicht het kleinste van de eerste klasse, maar dan redeneer je: ik ken KVK, ik weet dat de middelen beperkt zijn, dat er bespaard moet worden op de staf en de kern en dat er veel spelers zullen vertrekken, maar ik weet ook dat deze club op transfervlak van aanpakken weet en dat ik geen dertig man behoef om iets te kunnen neerzetten. Natuurlijk, als je jaarlijks risico’s moet of blijft nemen, krijg je vroeg of laat de rekening gepresenteerd, maar hier is toch al vaak bewezen dat het scoutingapparaat onder leiding van Jean-Marc De Grijse stukken beter werkt dan dat van veel andere eersteklassers. Ondertussen slaagt de directie er meer en meer in om spelerscontracten te verlengen. Dat is een heel positieve evolutie. Met onder meer ervaren ex-voetballers als Yves Vanderhaeghe en Philippe Vande Walle beschik ik bovendien over een fantastische staf. We hangen nauw aan elkaar en iedereen durft voor zijn mening uit te komen. Daar hou ik van.”

Het voordeel is: de club is realistisch, de leiding van KV Kortrijk legt geen publieke verklaringen af die de druk op de trainer en de spelers exponen-tieel doet toenemen.

“Niets is dodelijker voor een coach dan doelstellingen die voor aanvang van het seizoen op directieniveau verkondigd worden maar niet haalbaar zijn. Elk bedrijf komt daardoor in de problemen, maar een voetbalbedrijf nog veel meer. Want dan stellen alle supporters én de media dezelfde doelen. Kijk naar Club Brugge: het wil per se kampioen spelen, maar het scheelde niet veel of het huis was al ingestort.”

Sven Kums zei na de zege op Lierse in Het Nieuwsblad: ‘Met Vanhaezebrouck vond ik een trainer die wil voetballen. Met Leekens was dat af en toe anders, meer op resultaat.’ Is het resultaat dan niet heilig in profvoetbal?

“Ja, het resultaat gaat altijd boven alles. Dat is duidelijk. De vraag is: op welke manier bereik je het? Ga wat dat betreft in Lokeren maar eens aan de mensen vragen wat ze vonden van de wedstrijd tegen ons. Het werd 1-1, maar het kon ook 4-5 of 5-6 geworden zijn. Het is niet mijn overtuiging dat je als kleine club een muur moet optrekken om resultaat te halen. Het beste bewijs daarvan is twee jaar geleden in Kortrijk geleverd. Ondanks een heel bescheiden kern, ondanks het feit dat er uitzonderlijk vier mogelijke dalers waren en ondanks alle bijkomende tegenslagen, verzekerden we ons toen op een voetballende manier rechtstreeks van het behoud. Nooit eerder moest een ploeg 38 punten halen om zich te redden. Dan zeg ik: fantastisch gewerkt van iedereen! Maar was het níét gelukt, dan zou er gezegd geweest zijn: ‘Voilà, zie je ’t, hij die het eens op een voetballende manier ging doen, mag het in tweede gaan tonen!'”

‘Die keikop!’

“Ik ben niet koppig, ik ben iemand die voor iets staat. Misschien doe ik dingen anders dan anderen en krijg je in België een probleem als je dat durft te doen. Want dan zitten er veel te wachten tot het eens tegenzit en als dat moment dan gekomen is, zeggen ze: ‘Voilà, zie je ’t, de man die het allemaal beter weet!’ Mijn ervaring is dat als je in dit land een visie ontwikkelt die wat afwijkt van de gangbare, je per definitie een betweter bent.”

door christian vandenabeele – beelden: jelle vermeersch

Het is mijn persoonlijke keuze om minder interviews te geven. Ik denk dat ik de geschiedenis zal ingaan als de man die voor de rest van zijn leven gelinkt werd aan 3-4-3. Het resultaat gaat altijd boven alles. Dat is duidelijk. De vraag is: op welke manier bereik je het? Soms ben je als trainer wel héél afhankelijk van de omstandigheden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content