Afgelopen seizoen spendeerde Ivan Leko meer tijd dan hem lief was op de Brugse bank, maar onder Jacky Mathijssen lijkt hij centraal op het middenveld weer stevig in het zadel te zitten. Het vertrouwen is navenant. ‘Dit seizoen moeten we minstens de tweede plaats kunnen halen.’

Vreemd moment afgelopen weekend in de eerste thuiswedstrijd van Club Brugge. Blauw-zwart krijgt een vrije trap in de buurt van de rechthoek en het publiek roept bij wijze van eresaluut de naam van Bosko Balaban. Die loopt er voortaan dus niet meer bij, maar Brugge heeft met Ivan Leko gelukkig een stand-in. Voortaan vallen vrije trappen onder zijn bevoegdheid. Tegen Bergen blijkt dat zijn krul met links nog niet even effectief is als de streep met rechts van zijn landgenoot.

Een dag eerder was dat ook op training al duidelijk geworden. De gele mannetjes van het plastic muurtje incasseerden beduidend meer ballen dan interim-doelmannen Peter Balette en Jan Van Winckel, maar Leko pleit verzachtende omstandigheden. “Ik moet echt nog wennen aan de nieuwe Pumabal. Veel mensen denken dat een bal gewoon een bal is, maar niets is minder waar. Je moet elk onderdeeltje van het voetbal opnieuw optimaliseren, niet alleen je shot, ook passes en centers. Daarom trainen we voor een uitwedstrijd steeds een paar dagen met het merk van bal waarmee we zullen spelen.”

Hoedanook, je traptechniek vormt een bijkomende troef voor een basisplaats.

Ivan Leko : “Ja, maar voetbal is meer dan vrije trappen geven. Al kan ik natuurlijk voor gevaar zorgen op stilstaande fases. Elke week probeer ik toch minstens één keer na te blijven op training. Hoe vaker je erop oefent, hoe groter het vertrouwen waarmee je tijdens de wedstrijd achter de bal gaat staan en dat vergroot dan weer de kans dat de bal ook effectief in het net gaat.”

Quasi onmisbaar op stilstaande fases na het vertrek van Balaban en een linksvoetige concurrent minder centraal op het middenveld na de nieuwe blessure van Koen Daerden. Heel rationeel bekeken zat het je wel mee afgelopen week.

(lacht) “Twijfel er maar niet aan, voor mij was het een heel slechte week, dat kan ik je garanderen. Dat Koen uitviel, was een grote teleurstelling voor de hele groep. He’s a great guy. Jammer dat hij zoveel pech heeft met blessures.

“Door het vertrek van Bosko verlies ik dan weer een belangrijke vriend. Hij mag dan niet meer in Brugge spelen, ik weet gewoon dat ik altijd bij hem terecht kan. Mensen die hem niet kennen, denken dat hij hard en afstandelijk is, maar dat is niet zo. Hij is net heel positief. We maakten hier in Brugge altijd grappen onder elkaar. ‘Mocht ik niet in Brugge komen spelen zijn, dan was jij hier nooit zo goed geweest’, met zo’n dingen plaagde ik hem altijd. ‘Ik leerde je vrije trappen nemen en ik gaf je kansen om te scoren’… Voor alle duidelijkheid, dat meende ik niet, hé. Ik voelde Bosko ook beter aan dan andere aanvallers. We speelden al vaak samen, ook bij de nationale ploeg. Ik weet gewoon op elk moment hoe hij zal lopen en wanneer hij welk soort pass verwacht.”

25.000 voor, 25.000 tegen

Had je eigenlijk verwacht dat je dit seizoen zelf nog voor Brugge zou spelen ?

“Ja, in feite wel. Ik lig nog een jaar onder contract en speelde de laatste drie maanden van vorig seizoen toch goede wedstrijden. Het is waar dat er daarvoor zes maanden lang geruchten zijn geweest over een mogelijk vertrek. In de periode dat ik op de bank zat, heb ik alles op een rijtje gezet en nagedacht of ik zou blijven of zou weggaan. Maar later is de situatie dan helemaal veranderd. Ik ben weer een belangrijke speler geworden voor Brugge en heb daarom beslist om te blijven.”

Er was nochtans interesse van je oude club Hajduk Split. Vond je het te vroeg om naar je geboorteland terug te keren ?

“Ze deden me inderdaad een mooi voorstel, Split wil graag bouwen aan een nieuw, sterk team. Bovendien voelde mijn vrouw er wel iets voor om na al die jaren in het buitenland naar Kroatië terug te keren. Maar ik kon Brugge niet verlaten, niet na het seizoen dat we vorig jaar hadden. De bekercampagne was bij die beslissing van doorslaggevend belang. Ik speelde goede wedstrijden en de sfeer in de Cup Final, dat zal me voor altijd bijblijven. Ik speelde al eerder bekerfinales, maar dan altijd met een heen- en een terugwedstrijd. Nu hing alles af van één wedstrijd en speel je voor een publiek waarvan 25.000 mensen je aanmoedigen en 25.000 anderen je uitjouwen, schitterend gewoon. Geen problemen op het veld, geen problemen met de supporters, een perfecte wedstrijd.

“Ook Wolfsburg toonde voordien interesse, maar die wilden me zes maanden op huurbasis en dat sprak me niet aan.”

Brugge voelde er anders wel iets voor om je te verkopen. Er is daarvoor zelfs een dvd gemaakt met al je beste momenten van de afgelopen twee seizoenen.

(droog) “Dat wist ik niet, maar ik zou hem wel graag eens willen zien.”

Hoe gefrustreerd was je in die periode die je op de bank doorbracht ?

“Enorm. Ik vond niet dat de trainer gegronde redenen had om me niet op te stellen. Ik speelde de wereldbeker, kende hier een goed eerste seizoen, maar toch bleef ik op de bank. Het draaide absoluut niet goed, maar er veranderde niets aan de opstelling. Ik heb echt geprobeerd om de gedachtengang van de trainer te doorgronden, maar dat is me niet gelukt. Nu, ik heb er veel uit geleerd.

“Toch heb ik nooit getwijfeld aan mijn kwaliteiten. Als je in het voetbal hard werkt en je professioneel gedraagt, dan krijg je sowieso weer je kans.”

Twijfelen aan jezelf ligt inderdaad niet in je aard. Ten tijde van je bankzittersstatuut zei je in de krant dat je een van de beste spelers van Brugge bent.

“Ik weet niet of ik dat met zoveel woorden heb gezegd, maar eender welke speler vindt toch van zichzelf dat hij in de ploeg hoort, nee ? Ik heb kwaliteiten, ervaring en ben helemaal fit. Daarom beschouw ik mezelf bij de betere elementen van de club.”

Helemaal fit ben je inderdaad. Het is opvallend hoe weinig jij geblesseerd bent.

“Voorlopig ben ik nooit zwaar geblesseerd geraakt. Hopelijk blijft dat zo. (slaat op tafel) Ik verzorg me goed en leef als een prof. Elke training kom ik een halfuurtje vroeger om wat stretchingsoefeningen te doen. Die discipline moet je jezelf opleggen, je kan niet verwachten van de trainer dat hij iedereen op dat gebied individueel begeleidt.”

Succesvolle combinatie

Bij Brugge speelde je al aanvallende en verdedigende middenvelder. Welke positie draagt je voorkeur weg ?

“Als ik eerlijk ben, moet ik toegeven dat ik liever aanvallende middenvelder speel. Ik voel graag de bal, probeer aanvallers vrij voor doel te zetten. Daarom zie ik mezelf als een nummer 10. Maar Emilio Ferrera beschouwde mij eerder als een verdedigende middenvelder. Zo gaat dat in het voetbal, sommige trainers zien je beter functioneren in een andere rol. Ferrera was trouwens niet alleen met die visie, hoor. Ook in Spanje speelde ik vier jaar lang verdedigende middenvelder en in Split speelde ik op die positie wellicht mijn beste seizoen ooit. Ik was aanvoerder en scoorde dertien keer. We speelden met twee verdedigende middenvelders, maar ik kreeg veel offensieve vrijheid.”

Er wordt wel eens gezegd dat je te veel lateraal speelt en te weinig diep, een terechte kritiek ?

“Ik denk dat ik een goede selectie maak tussen passes zonder en passes met risico. Als je als team druk zet, mag je ook niet altijd diep spelen. Ik verkies om tien diepe passes te proberen waarvan er vijf lukken boven twintig pogingen waarvan er zestien de mist in gaan.”

Veel van die diepe passes zullen dit jaar naar nieuwkomer François Sterchele gaan. Welke indruk maakt hij op jou ?

“We trainen nu twee weken samen, maar eigenlijk zag ik al na vijf minuten dat hij een speler is met grote kwaliteiten. Een echte doelpuntenmaker. Hij moet nu vertrouwen krijgen, zich belangrijk voelen voor het team. De trainingen zijn heel tactisch, elke dag voelen we elkaar beter aan. Ik weet alsmaar beter hoe hij beweegt en op welke manier hij graag wordt aangespeeld. Ik ben ervan overtuigd dat we straks zullen bewijzen dat we een succesvolle combinatie kunnen zijn.”

De hymne van de Champions League

Wanneer het nieuwe Brugge er straks helemaal staat, wat moeten dan de specifieke troeven worden ? Waarom gaat het dit jaar beter dan vorig seizoen ?

“Fysiek zijn we sterker dan vorig jaar, dat is duidelijk. Bovendien is de ambitie heel groot. Er is een nieuwe trainer dus iedereen moet zich opnieuw bewijzen, ook de coach zelf wil dat heel graag. We hebben meer honger naar succes dan vorig seizoen en dat is misschien wel het allerbelangrijkste. Bosko is weg en Koen zal er opnieuw een hele tijd niet bij zijn, maar andere spelers moeten hun rol overnemen. Ideaal zou zijn dat de afwezigheid van die twee spelers niemand opvalt. Maar zelfs al hebben we momenteel een beetje pech met blessures en moet een aantal spelers zich nog aanpassen, je voelt in de groep echt dat iedereen heel positief is.

“Ook voor mezelf verwacht ik veel van dit jaar. Ik voel dat ik fysiek en mentaal sterker ben dan de voorgaande seizoenen. Ik weet nu hoe ik hier moet spelen en welke oplossing in een bepaalde situatie de beste is. Mijn voorbereiding is heel goed geweest, de coach heeft vertrouwen in me, dat voel ik. Ik merk dat ook op de trainingen en in oefenwedstrijden. Hij is heel open, praat veel met zijn spelers. Iedereen weet wat op zijn positie van hem wordt verwacht. Ik ben ervan overtuigd dat we dit seizoen mee kunnen doen voor de titel en op zijn minst de tweede plaats kunnen halen.”

Dan kan je opnieuw Champions League spelen. Dat was de belangrijkste reden waarom je destijds voor Brugge hebt gekozen.

“Dat was destijds inderdaad mijn grote motivatie. Het is bij één deelname gebleven, maar ik heb er toch even van kunnen proeven. Wat het speciaal maakt, zijn niet zozeer de ploegen die eraan deelnemen, wel de sfeer die errond hangt. De hymne bij het begin van de wedstrijd, de beleving in het stadion, dat maakt het buitengewoon.

“In Spanje speelde ik met Málaga tegen Real Madrid en Barcelona, ploegen die ik nog hoger inschat dan Bayern München en Juventus, onze tegenstanders in de Champions League twee jaar geleden. Het niveau was dus niet nieuw voor me.”

Bij Málaga moest je je biezen pakken omdat er in Spanje maar drie niet EU-spelers per wedstrijd mogen worden opgesteld. Heb je daar spijt van ?

“Achteraf bekeken is het voor mij wel een goeie zaak geweest. Sinds mijn vertrek is Málaga er alleen maar op achteruit gegaan. De club degradeerde naar de tweede klasse en ik hoor dat er ook financiële problemen zijn. Neen, mij hoor je niet klagen over die regel. Destijds was het niet makkelijk, ik ging na mijn periode in Spanje even terug naar Split en speelde daar vier maanden. Maar dan kon ik naar Brugge en haalde ik de wereldbeker met Kroatië. Misschien was me dat bij Málaga niet gelukt.”

Hoe zit het nu met je ambities voor de nationale ploeg. Beschouw je dat als een afgesloten hoofdstuk ?

“Daar denk ik voorlopig niet aan. Ik heb een hele goede voorbereiding gehad en wil eerst en vooral die lijn doortrekken in de competitie. Presteer ik daar goed, dan resulteert dat misschien in een nationale selectie. De nieuwe bondscoach Slaven Bilic is altijd heel eerlijk met me geweest. In de periode dat ik hier op de bank zat, gaf hij duidelijk aan dat hij me niet zou oproepen zolang ik bij Brugge niet aan spelen toekwam. Contact hebben we zeker nog. Slaven is een vriend van me. Net als ik is hij van Split. Maar nog eens : mijn onverdeelde aandacht gaat voorlopig naar Club Brugge uit.” S

Door Jan-Pieter De Vlieger

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content