Als er al spanning op het trommelvel zat toen de resultaten nog goed waren, dan stijgt die op Jan Breydel dezer dagen naar een ongekende intensiteit. Kan iemand nog rust brengen in deze tent?

En toen dook plots de naam van Christoph Daum op. U zegt? Wie? Dat dachten wij ook, toen zondagmiddag dat gerucht ons bereikte. Zijn goeie vriend Roger Van Gool, zondag op Club aanwezig, viel al helemaal uit de lucht. “Echt niks van gehoord”, zei hij eerlijk. Een andere ex-voetballer van Club keek ook verrast op. Hij had een paar weken geleden nog contact met de Duitser, die hem toevertrouwde dat hij na zijn opstappen bij Club – Daum kon er in principe dit seizoen ook nog aan de slag en had al een hele voorbereiding uitgetekend toen hij alsnog voor zijn familie koos – reeds een paar aanbiedingen had laten liggen. Hij wilde absoluut een pauze inlassen. Een terugkeer van Daum naar het Club van nu achtte die ex-speler dan ook zeer onwaarschijnlijk. Maar in voetbal kan alles, dat weten wij inmiddels ook wel.

Levieten gelezen

Hoe ontstaat dan zo’n gerucht, vraagt een mens zich af. Kwam het via AA Gent, waar de kandidatuur van Daum binnenkwam? Via een manager, haastte voorzitter IvanDe Witte zich ter verduidelijking, “wellicht weet de man zelf niet dat zijn naam hier is genoemd.” Feit is: voor het werk van Daum hebben ze in Brugge nog steeds veel respect. De Brugse top onthoudt van die passage minder de kritiek op het geleverde spel, maar vooral de winnaarsmentaliteit die de Duitser in het Brugse kamp installeerde. Geen calimerogedoe bij de man uit Keulen.

Dat Georges Leekens daarop niet verder bouwde en dat weer uit de ploeg leek te laten sijpelen, is kennelijk een likdoorn in de voet. Dat Leekens na de wedstrijd in Newcastle nog positief wilde blijven (“we hebben verloren, maar toch niet slecht gespeeld”), deed voorzitter Bart Verhaeghe donderdag even ontploffen. Verhaeghe is iemand die als hij iemand aanwerft, die man een zeer goed gevoel kan geven, maar vervolgens eist hij keiharde resultaten. Dan is “goed gespeeld” niet voldoende.

In de stijl van zijn Gentse collega, die af en toe ook emotioneel woest uit de hoek kan komen, kwam Verhaeghe donderdag tussenbeide. Kort, want het vliegtuig en de zakenwereld wachtten. Maar toch wilde hij even zijn zeg doen, daar in de catacomben van St. James’ Park, na de nederlaag tegen Newcastle B. Aan de deur van de kleedkamer en in het bijzijn van Bojan Jorgacevic, werden Vadis Odjidja en de coach de levieten gelezen. Leekens was not amused, waarom Odjidja balverlies leed, dat hoefde zijn voorzitter hem niet te vragen, de speler wist zelf ook wel dat hij in de fout was gegaan.

De match riep intern nog andere vragen op. In Newcastle zat Víctor Vázquez op de bank. Vázquez- Bacca, dat werkt (zie maar de statistieken in ons nummer vorige week), en het leek vreemd dat Leekens die combinatie nu uit elkaar speelde. De Colombiaan, in Leuven op het uur al vrij onbegrijpelijk terug naar de rechterflank verbannen, miste in Engeland een goeie inspeelbal. “Breng Vázquez, Georges!”, dachten er velen in het Brugse kamp, en niet alleen onder de supporters, toen ze het wedstrijdverloop zagen. Maar Georges bracht Vázquez niet. Reden: een knieletsel dat hem zondag in Lokeren zelfs uit de kern hield. De zaak- Refaelov, in Kortrijk wél door de coach gebracht terwijl uiteindelijk bleek dat die niet helemaal fit was, sloeg diepe wonden.

Twaalfde man

Verhaeghe wilde zondag een reactie zien, maar die was slap. Een waarnemer in de tribune, scout voor Stuttgart en naar hier gezonden om de progressie van Carlos Bacca te meten, vroeg zich in de beginfase af of dit wel “de echte Odjidja” was. Ryan Donk startte alsof het om een trainingswedstrijdje ging en het duurde ook even voor iemand als Thibaut Van Acker – een goeie voetballer, maar geen bulldogje of balafpakker als Jo Blondel – in de wedstrijd zat. Tegen een geolied Lokeren, dat de opdoffer van het verdwijnen van Benji De Ceulaer heeft verteerd en niet toevallig een weekend eerder bij coleider Waregem was gaan winnen, bleek dat aarzelen achterin fataal. Ook Bart Buysse mocht zich weer eens op de borst kloppen.

Na de rust, en een donderspeech van de coach, reageerde Club wél. Leekens puurde er hoop uit, zijn ploeg was niet dood. Je zou ook kunnen constateren: Donk, Odjidja, Hoefkens, ze hebben hun eergevoel. Ze willen zelf ook niet dood, elk om hun eigen redenen. Opvallend: anders dan tegen Genk, toen het publiek nog wild te keer ging op alles en nog wat, bleef het daar nog relatief rustig. Peter Maes was er vooraf bang voor, dat die twaalfde man de échte twaalfde man (de ref) en de wedstrijd had kunnen beïnvloeden. Zijn vrees bleek onterecht, ook al ergerde Maes zich een paar keer aan de scheidsrechter. Maar dat deed ook zijn collega, die een goal, de derde van Tchité, afgekeurd zag.

Ontmoedigend

Vijf maanden is Leekens nu aan de slag in Brugge. Met veel enthousiasme, een “blauw-zwart hart”, zei hij zondag emotioneel, maar met weinig progressie in het samenspel. Daar zijn blessures zeker voor een deel verantwoordelijk voor, maar Club stelde onder Verhaeghe wel een kern samen waarbij in theorie 22, 23 spelers plus nog wat jongeren elkaar waard zijn. Er is op papier een herkenbaar systeem, maar wat wij de voorbije week zagen, waren voorin spelers die veel te vaak voor eigen fortuin gingen (eendracht?), terwijl achterin de boel lekte als een zeef. En waar zit de individuele progressie in jongens als Vleminckx of Trickovski, of waarom holde Bacca zondag zo triest langs het lijntje, ver weg van dat doel dat hij de voorbije weken zo makkelijk vond?

“We trekken dit wel recht”, zei de coach zondagavond moedig. Leidersplaats voor het eerst dit seizoen kwijt, 0 op 6, 2 op 12, 6 op 18, de statistieken in een seizoen waarin de kampioen rechtstreeks naar de Cham- pions League gaat en de tegenstand morst met de punten, zijn ontmoedigend. De laatste zege dateert inmiddels al van de derby, op 23 september. Toen was er net Kortrijk geweest en was er intern al een pak stormen door Jan Breydel gewoed. Trekt Leekens dit nog wel recht? Het antwoord, vandaag al in Lier en zondag tegen Waregem. En dan naar Brussel, naar Anderlecht, dat andere gewonde dier.

Tenzij Christoph Daum, een jaar geleden (op 9 november) aangesteld, nog een keer zou verlangen naar lange winterwandelingen in de Brugse binnenstad. Het lijkt onwaarschijnlijk, maar op het altaar der resultaten zijn al veel goden geofferd. Ook Brugse.

DOOR PETER T’KINT – BEELDEN: IMAGEGLOBE

Voorin zagen we spelers die te vaak voor eigen fortuin gingen, terwijl achterin de boel lekte als een zeef.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content