IBRAHIM DIALLO

© BELGAIMAGE

KAS Eupen

MIJN STAD

‘Het is niet gevaarlijk om de wouden rond Sikasso in te trekken. Je kunt er eens een slang tegenkomen, maar krioelen van de slangen doet het daar nu ook weer niet. (lacht) En als je die beesten met rust laat, laten zij jou ook met rust. Ik zag als kind af en toe zo’n slang als we vogels gingen doden in het woud. Mijn vrienden deden dat graag: een katapult maken en dan met stenen naar vogels schieten. De dode vogels werden achteraf klaargemaakt en opgegeten.

‘Sikasso ligt in het zuiden van Mali. Ik groeide er op met vijf jongere broers en drie oudere zussen. We kwamen niks tekort. Onze moeder werkte als vroedvrouw en onze vader als ingenieur in de veeteelt. Sikasso is de tweede stad van het land, na Bamako, de hoofdstad. Het regent vaak in Sikasso. De meeste mensen leven er van de landbouw. Ze telen alle soorten fruit en maïs.

‘Sikasso is veel rustiger dan Bamako. De manier van leven is er ook anders. Eigenlijk wil elke Malinees een huis in de hoofdstad. Daar vind je de universiteiten, de grote ziekenhuizen en wonen alle rijken. Maar dat zorgt ook voor een bepaalde sfeer: iedereen probeert zich er te manifesteren, terwijl de mensen in Sikasso vooral vriendelijk zijn en veel respect tonen. Iedereen kent iedereen in Sikasso. Meestal woonden de grootouders van de ene inwoner een eeuwigheid geleden al in Sikasso en die van een andere inwoner ook, en dikwijls waren die grootouders dan ook nog eens goede vrienden van elkaar. Zelfs als die mensen intussen overleden zijn, behouden hun kleinkinderen nu nog een gelijkaardige band. Dat is heel anders dan in Bamako, waar mensen uit alle hoeken van Mali naartoe emigreren en die gemeenschappelijke achtergrond er niet is.’

MIJN VOETBALHELD

‘Mijn nationale voetbalheld is Seydou Keita. Toen ik in Valencia speelde en hij bij AS Roma zat, ontmoette ik hem eens na een match tussen onze clubs. Hij is de vriendelijkheid zelve en bijzonder rustig. Als je hem op straat tegenkomt, vermoed je nooit dat hij zo’n carrière heeft uitgebouwd, met mooie jaren bij FC Barcelona, waarmee hij de Champions League won.’

MIJN LAND

‘Sinds de staatsgreep van 2012 moet je Mali in tweeën delen. Enerzijds is er het zuiden, waarin Bamako en Sikasso liggen en je niks merkt van een conflict; anderzijds is er het noorden, de rode zone. Daar hebben de Touaregrebellen het voor het zeggen. Zij willen onafhankelijkheid. Mensen uit het zuiden durven niet meer naar het noorden. Maar er is daar ook niet zoveel te beleven. Het is wel een uitgestrekte regio, groter dan Frankrijk en België samen, maar het landschap ziet er woestijnachtig uit; daar zijn geen deftige scholen of ziekenhuizen en er wonen niet veel mensen. Dat maakt dat het voor de regering ook een moeilijk te controleren gebied is.’

VREEMD AAN BELGIË

‘Kip is hier goedkoop en in Mali net duur. Als je in Sikasso moet koken voor twintig man – dat gebeurt daar nogal eens – zetten de meeste mensen geen kip op het menu, anders zijn ze een pak geld kwijt. Kip is voor de rijken. Runds- en schapenvlees kosten in Mali een stuk minder. Dat eten we vaak, met rijst. Daar kun je allerlei sauzen bij klaarmaken: arachidesaus, tomatensaus of okrasaus. Okra is een groente die je kunt vergelijken met bonen.’

ONZE OUDEREN

‘Jullie hebben hier centra waar jullie oude mensen naartoe brengen. In Mali word je scheef bekeken als je je ouders aan hun lot overlaat. Mijn grootmoeder bleef tot haar laatste dag in het huis van mijn vader wonen, ook al kon ze amper nog bewegen. Je ouders zijn diegenen die je op de wereld zetten, die laat je niet achter. Er is veel respect voor de ouderen in Mali. Je hebt overal een chefde famille, doorgaans is dat de vader in huis. Naar hem wordt geluisterd en die luistert zelf ook nog naar zijn vader. Als je het in Mali als kind niet eens bent met je vader, ga je niet met hem in discussie. Hooguit kun je dan naar iemand stappen voor wie je vader respect toont, bijvoorbeeld een van zijn vrienden, en hem de situatie uitleggen. Die kan dan eventueel bemiddelen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content