IJskoud op het circuit, maar in de dancings van Londen en Ibiza zegt Kimi Räikkönen, zondag blikvanger in Spa, niet neen tegen rijkelijk overspoelde feestnachten.

Hoewel de periode waarin de autosport werd overspoeld door jonge blagen enigszins achter de rug lijkt te liggen, wekt het geen verwondering meer als een rijder zonder tussenstap in de GP2 of de World Series Renault, de vervanger van de vroegere F 3000, overschakelt van de Formule 3 naar de Formule 1. Bij sommigen gaat het echter nog sneller….

Begin 2001 werft Peter Sauber een Fin aan die net zijn eerste volledige seizoen achter de rug heeft. Kimi Räikkönen is de kenners natuurlijk opgevallen met zijn zeven overwinningen in tien wedstrijden en zijn eindzege in de Formule Renault. Maar hem dan als 21-jarige meteen een zitje in een Formule-1-wagen onder de kont schuiven, zonder hem zelfs ervaring te laten opdoen als testrijder, is nooit eerder vertoond.

Ondanks alle kritiek laat de Zwitserse constructeur Räikkönen meteen debuteren in de GP van Australië. En de Fin toont dadelijk dat hij uit het goede hout gesneden is. Hij eindigt fraai als tiende en maakt op het parcours geen enkel foutje. De volgende vier wedstrijden die hij moet rijden om definitief de superlicentie binnen te halen, verlopen eveneens zonder incidenten. De raket Räikkönen is gelanceerd en vindt dadelijk de goede baan.

Na een seizoen bij Sauber kan de jonge blonde Fin aan de slag bij McLaren-Mercedes als vervanger van niemand minder dan zijn landgenoot en tweevoudig wereldkampioen Mika Häkkinen. Als ook gereputeerde kenners zoals Ron Dennis (McLaren) en Norbert Haugg (Mercedes) zoveel vertrouwen hebben, kan het niet anders of we hebben met een supertalent te maken.

Räikkönen wacht niet lang om hun gelijk te bewijzen. In de GP van Maleisië 2003 boekt hij zijn eerste zege. Iedereen verwacht dat hij op het podium uit de bol zal gaan, zoals de meeste rijders doen als ze zo’n belangrijke zege binnenhalen, maar de wereld stelt met verbazing vast dat de jonge rijder nauwelijks emoties toont. Hij krijgt dan ook meteen de bijnaam Iceman. Geen enkele journalist slaagt erin hem iets meer commentaar te ontlokken dan de volgende nietszeggende woorden : “Het seizoen is nog maar net bezig. Ik hoop dat ik zal kunnen bevestigen.”

Daarin slaagt hij zonder problemen. Want hij legt het hele seizoen Michael Schumacher het vuur aan de schenen. Met een wagen die veel minder kwaliteiten heeft dan de Ferrari van Schumacher slaagt hij erin de spanning te doen blijven duren tot de laatste wedstrijd van het seizoen. Regelmaat en het feit dat het puntensysteem panache eigenlijk nauwelijks beloont, zijn daarbij zijn belangrijkste bondgenoten.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat hij voor de titel van 2004 een favorietenrol krijgt toebedeeld. Maar zijn nieuwe McLaren-Mercedes MP4-19 blijkt niet competitief genoeg en blijkt bijzonder broos. De sterkere B-versie waarmee hij al snel mag rijden, komt krachtiger uit de hoek, maar is dan weer minder betrouwbaar. In de Grote Prijs van België in Spa-Francorchamps op een circuit voor grote jongens is het echter wel raak. De grijze wagen houdt het de hele race vol en Iceman triomfeert dankzij zijn regelmaat. Zo zorgt hij er ook voor dat Schumacher zijn zevende wereldtitel nog even moet uitstellen.

In 2004 duikt Räikkönen ook op in de schandaalpers. De ijskoude F1-rijder die hij in de paddock is, blijkt in de dancings van Londen en Ibiza ook een man te zijn die absoluut niet neen zegt tegen enkele rijkelijk overspoelde feestnachten in het charmante gezelschap van bloedmooie jongedames. Dat is wat anders dan het saaie patersgedrag van de meeste van zijn collega’s, waar het publiek absoluut geen pap van lust.

Op wat Räikkönen doet, zijn de mensen echter verlekkerd. Temeer omdat hij zijn uitspattingen niet probeert te verbergen : “Ik ben jong en ik heb ook het recht om me te amuseren. Zo lang het maar geen invloed heeft op mijn prestaties !” Bij McLaren en Mercedes valt over het gedrag van de Fin trouwens geen onvertogen woord, want op de racebaan doet Kimi wat hij moet doen. Begin 2005 al toont hij zich duidelijk beter dan zijn nieuwe teamgenoot Juan-Pablo Montoya en hij blijkt de enige echte belager van Fernando Alonso.

Maar hij krijgt af te rekenen met heel wat mechanische pech. Tijdens de eerste vier races van het jaar verzamelt de Spaanse rijder 36 punten en de Fin slechts 7. Daarna brengt het kopstuk van McLaren de situatie meer in evenwicht, maar terwijl hij in winnende positie rijdt in de Grote Prijs van Europa moet hij in de laatste ronde uit de baan en ook in Duitsland krijgt hij met pech af te rekenen. Door een motorbreuk moet hij achteraan op de startgrid plaatsnemen in Frankrijk en Engeland, maar toch wordt hij daar nog respectievelijk tweede en derde.

Zonder die reeks tegenslagen zou Kimi Räikkönen ongetwijfeld in een veel betere positie aan de laatste rechte lijn van het WK zijn begonnen. Maar hij is er de man niet naar om zich over zijn lot te beklagen. “Zo lang ik mathematisch kans maak op de titel zal ik alles blijven geven.” Ronkende verklaringen moet men van de Fin dus niet verwachten. Hij laat zijn prestaties voor zich spreken. Maar als hij niet op het circuit vertoeft, voelt hij zich niet te beroerd om met volle teugen van de geneugten van het leven te genieten.

door Eric Faure

‘Ik ben jong en ik heb ook het recht om me te amuseren.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content