AA Gent voetbalde bij aanvang van de competitie niet echt vlot. De trainer liet zich de commentaren niet aan het hart komen. Hij laat zich, heeft Georges Leekens zich dit seizoen al een paar keer laten ontvallen, niet meer gek maken.

Freddy Heirman, assistent van Georges Leekens bij AA Gent en dat eerder al in Lokeren (1999-2001) en bij de nationale ploeg (1997-1999) : “Hij werkt niet zo anders dan vroeger, maar hij reageert wel bezadigder. Hij ziet nog wel alles, maar hij schat het anders in. Zijn temperament was vroeger wat nadrukkelijker. Vroeger zou hij zich rapper druk gemaakt hebben als bijvoorbeeld een oefening op training niet van bij het begin goed loopt, omdat hij nu aanvaardt dat spelers een zekere verwerkingstijd nodig hebben voor iets nieuws. Hij geeft ze meer tijd, maar hij verkrijgt uiteindelijk ook wat hij vroeg. Hij blijft perfectionistisch en een controlefreak, maar met het besef dat je geduld moet hebben om iets te verwezenlijken.”

Het gevolg is “dat hij nu meer delegeert in plaats van het allemaal zelf te willen doen en in het begin van de week de zaken iets maar vanop afstand bekijkt. Mij bijvoorbeeld een groep laten trainen als hij een gesprek met de voorzitter heeft of als de groep in twee gesplitst wordt. Ook de scouting superviseert hij meer : de bespreking en analyse laat hij vaak aan mij over. We kennen elkaar al lang, dus er zijn niet veel woorden nodig.”

De basisprincipes in Leekens’ werkwijze zijn nog altijd dezelfde, zegt Heirman. “In de eerste plaats diep denken en eventueel een linie overslaan in de eerste passing. Al pas je die visie natuurlijk wel eens aan afhankelijk van de situatie. Dominic Foley is balvast, dus als die de bal krijgt, moet je hem steun verlenen, terwijl je een Davy De Beule juist de ruimte moet geven omdat hij een actie kan maken.”

Het vertrek van de creativiteit van Mbark Boussoufa en de persoonlijkheid van Wouter Vrancken leek Gent bij het begin van de competitie op te zullen breken. De reden waarom Georges Leekens door zijn voorzitter onder druk werd gezet, lijkt inmiddels verholpen. Dat dankt de ploeg onder andere aan de komst van Adekanmi Olufade, die met zijn snelheid voor dreiging zorgt voorin, én aan de tandem PatriceNoukeuNebosja Pavlovic, die centraal op het middenveld begint te renderen. “Misschien heeft het iets langer geduurd dan we verwacht hadden, maar als de resultaten goed zijn, haal je die aanpassing iets vlugger omdat spelers er dan mentaal beter voor staan. Noukeu moest nog wat zijn positie zoeken, iets dieper gaan, iets meer infiltreren, zoals hij tegen Standard deed.”

Dat kan hij dankzij Pavlovic. “Pavlovic heeft altijd een oplossing. Het lijkt altijd simpel, maar hij staat goed geplaatst, kan meestal direct uitvoeren wat hij in gedachten heeft. Zijn eerste taak is als verdedigende middenvelder in contact blijven met onze verdediging en dat voert hij perfect uit. Vandaar dat Noukeu nu meer kan inschuiven en dat zorgt voor balans.”

RAOUL DE GROOTE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content