Met Juan Lozano naar Beerschot-Antwerp. Ondanks een rode das kleurt het hart van de Kielse rat nog paars-wit. “Beerschot won verdiend.”

Wat voorafging.

We spreken af op de jeugdterreinen van den Beerschot om wat over de inzet van de match voor te beschouwen. En om herinneringen aan lang vervlogen stadsderby’s op te halen. Ondertussen traint zijn zoontje, een preminiem. Juan Lozano : “Mijn herinneringen ? Oei. Ik heb hier zes of zeven jaar gespeeld, maar daar weet ik niet veel meer van. Een gelijkspel thuis, ja, toen ik scoorde tegen Trappeniers. En een zware nederlaag voor de beker, die herinner ik me ook nog. Maar verder ? Niks. Erg, hé.”

Is het belangrijk, Ploeg van ’t Stad te zijn ? Toch wel, bedenkt hij, zeker als je zelf van Antwerpen bent. “Voor sommige mensen is dit in de Belgische competitie nog meer de match van ’t jaar dan wedstrijden tegen Anderlecht, Brugge of Standard. Eens je je carrière uitbouwt en elders gaat voetballen, vervaagt dat natuurlijk. Dan is zo’n derby niet langer de match van je leven. In Anderlecht liep het ook storm voor de derby tegen RWDM, maar een week later speelde je tegen Bayern München en dan kreeg die wedstrijd toch weer een andere dimensie. Met Ajax erbij, en zo, klinkt Beerschots naam hier nu wat harder door. Of dat een goeie zaak is ? Dat zijn extra-sportieve zaken, daar weet je het fijne niet van. Misschien dat het goed is voor een jeugdspeler met talent, maar of Beerschot er veel voordeel bij heeft, dat weet ik niet. Ja, Ajax past bij als er op het eind een tekort is, maar nu het zelf weer snel is uitgeschakeld in de Europabeker, zullen ze allicht niet zoveel kunnen investeren als ze dachten.”

Veel echte Beerschotproducten zijn er niet meer bij. Lozano overloopt de ploeg en komt uit bij Bart Van Zundert, maar twijfelt plots : “Komt die niet van Germinal ? De tijden zijn veranderd, kinderen zijn niet meer zoals vroeger. Wij hadden alleen onze voetbal.”

W

aarnemers zijn het erover eens dat Beerschot en RC Genk thuis het meeste spektakel brengen. Juan Lozano beaamt dat. Hij zegt graag naar het Kiel te komen. “Op de match tegen Anderlecht na zag ik alles en ik verveel me nooit. Er wordt goeie voetbal gespeeld. Dat zeg ik niet omdat ik een ex-Beerschotter ben : als het slecht is, zeg ik het ook. Ik moet wel toegeven dat ik nauwelijks op verplaatsing ga kijken. Ik hoor dat het daar wat minder is, maar dat kan ik niet bevestigen. Thuis is het in elk geval in orde. Ik volg ze al sinds de fusie en zag heel schone matchen. Weinig ploegen komen hier op het Kiel iets rapen, vroeger was dat al zo en dat is gebleven. Zelfs een Beerschot dat wat minder speelt, creëert nog veel kansen.”

De vrees was nochtans dat Beerschot in het fysieke Belgische voetbal te licht zou wegen. Een commentaar dat terugkeerde na de nederlaag tegen Brugge, weet Lozano. “Als ze in die match in de eerste twintig minuten een goaltje meepikken, weet ik ook niet hoe die wedstrijd evolueert. Nu ze verloren, werd de link iets te snel gemaakt, vond ik. Club Brugge is de grootste ploeg van België, dan valt het op dat Huysmans één van de langsten van de ploeg is of krijg je commentaar als de kleine Snelders moet invallen. En dan ? Wanneer kom je te kort ? Eén keer in de competitie, dat mag volgens mij geen waardemeter zijn. Het werd ook pas een handicap toen ze op achterstand kwamen en de armen lieten zakken. Al voetballend kun je veel oplossen, vind ik. Wat is de essentie van voetbal ? Iets doen met de bal wat een ander niet kan. Ik hoor vaak het cliché dat je van elf Maradona’s geen ploeg kan maken. Real Madrid bewijst dat het wél kan, dat je met verstandig creatief voetbal ook ver kan komen.”

Zijn zoon voetbalt bij GBA. Hij doet het graag, zegt Juan Lozano, en houdt het daar verder bij. “De naam Lozano weegt nog niet op hem, daarvoor is hij nog wat klein. Laten we afwachten, later zullen ze wel vergelijken. Ik ben er niet mee bezig, helemaal niet. Ik weet niet hoe dat bij anderen is, maar als ik iets zeg, loopt hij weg. Hij luistert liever naar zijn trainer.” Is de opleiding goed ? “Gewoon, zoals overal. Wat is goed ? Als je het in je hebt, zal het er wel uitkomen. Van een ezel maakt niemand een koerspaard.”

D

e match, voor de gelegenheid vanuit de loges.

Juan Lozano voorspelt een 2-0-eindstand. De ploeg van ’t stad tegen die van ’t stadhuis, zal Antwerpbestuurder Karel Vertongen de wedstrijd voorbeschouwen. Antwerp kent het Kielse voetbalgenie niet zo goed, maar tijdens de opwarming is hij een aandachtig toeschouwer. “Ik ben benieuwd naar de prestaties van Yattara, ik zag hem op TV al hele mooie goals maken. Zyatti is een goeie sjotter, maar die kende ik al van vorig jaar, die andere nog niet. Ik hoorde dat hij geen te efficiënte speler is, maar hij heeft snelheid en kan een man pakken. Met die troeven sta je al ver, op de rest kan je werken.”

De loge ligt aan de linkerkant van het veld, de goéie kant zo zal blijken. Lozano wordt op zijn wenken bediend. Antwerp neemt resoluut het heft in handen en Yattara kan zijn kunnen volop laten zien. Zyatti zoekt hem constant en de snelle Bodor ziet alle kleuren van de regenboog. “21 jaar ? Veelbelovend”, weet Lozano. “Ze moeten er nog wel serieus aan werken, maar er zit potentieel in. Werken op de voortzetting ja, hem duidelijk maken dat je beter een bal afgeeft als er twee, drie spelers rond je staan en alleen de actie opzoeken in een rechtstreeks duel. Ook niet terugkeren en dan opnieuw een dribbel. Dat zijn allemaal jeugdfouten, maar ik zie graag wat hij doet.”

Op het middenveld stoort D’Haene agressief, maar bij zijn eerste fout krijgt hij al de gele kaart. “Gevaarlijk, want bij de volgende fout gaat hij eruit”, voorspelt iemand in het gezelschap. De aanpak van Antwerp rendeert, moet ook Lozano na een tijdje constateren : “Ik heb hier, op Club Brugge in de tweede helft na, zelden een ploeg zo het middenveld weten beheersen. Beerschot moet er met de lange bal uitkomen en dan heb je niks aan Kpaka en Snelders. Neen, Antwerp domineert en dat verrast me. Goeie voetballers.”

Geen voortzetting voor het GBA-doel echter. Yattara maakt zijn acties, maar in de rechthoek zit Mussa in de achterzak van het duo Beloufa– Svetlicic. Lozano : “En er is niemand die aansluit vanaf het middenveld. Zyatti doet het niet en anderen zie ik niet. Maar voor de rest zijn ze baas. Ik verwacht na de rust Reigel voor De Wree.” De belofte zit op de bank en valt inderdaad in. Niet voor De Wree, wel voor de onzichtbare Haagdoren. De eerste balcontacten van Reigel gaan de mist in, maar als een echte patron stoort hij zich daar niet aan en jaagt hij agressief door. Lozano : “Hij weegt op een ploeg en zijn agressiviteit maakt de anderen wel wakker.”

Het voetbal blijft zich aan onze kant afspelen, met nu GBA dat in een mum van tijd drie corners afdwingt. Beerschot is duidelijk baas, Antwerp ondergaat en op het uur wordt de wedstrijd in twee fazes beslist. D’Haene krijgt, zoals voorspeld, een tweede gele kaart en gaat eruit. Overdreven, vindt Lozano. Trainer Wim De Coninck reageert en wisselt spits Yattara voor middenvelder Sergeant. Lozano’s woorden (“Hij mikt op het resultaat”) zijn nog niet koud, of Reigel deponeert vanaf links de bal voor de voet van Huysmans, die scoort. Lozano schiet recht, de Kielse Rat in het Spaanse lijf leeft nog.

Benieuwd kijkt hij uit naar de reactie van Antwerp, maar die komt er niet. Lozano : “Yattara en Zyatti niet meer gezien na de rust. Dan is dat is het resultaat.” Even toch nog emotie als de verder uitstekend keepende Maikel Aerts in de slotfaze in de fout gaat op een hoge bal, maar de kopbal van Leleu naast het lege doel zeilt. Was een nieuwe doelman nodig ? Lozano : ” Luciano had één groot probleem : aanvoelen wanneer hij moest uitkomen en wanneer niet. Dan proefde je de onzekerheid. Deze doelman is er pas, hem kan ik nog niet beoordelen.”

Na een tijdje vraagt hij benieuwd : “Die Mertens laat niks zien, is die zoveel beter dan Goots ? Ik had eerlijk gezegd Patrick verwacht, hij kan altijd iets brengen. En let op Snelders, die gaat nog scoren.” De zoon van Eddy doet dat inderdaad ook, pal voor affluiten. Krijgt de waarzegger in het gewezen nummer 4 in extremis nog gelijk met zijn pronostiek.

E

en verdiende zege ? Juan Lozano vind van wel, al heeft Antwerp hem aangenaam verrast. “Goeie ploeg, misschien iets te weinig steun vooraan, maar goeie voetballers en een grote, stevige verdediging. Voor mij kantelde de wedstrijd door twee zaken : die rode kaart, uiteraard, maar ook de inbreng van Reigel. Hij is snel, ziet het spel goed, is van een degelijk niveau, laat de bal goed circuleren. Een typische jongen voor de verdediging, daar haalt hij meer zijn rendement. Zijn actieradius is héél groot, hij loopt heel veel. De typische spelmaker, bestaat die nog en is dat niet de man op die positie ? Ballen neemt hij af, zuiver op techniek en op plaatsing, niet op kracht. Positioneel kan je veel compenseren, als je maar slim genoeg bent. Guardiola was daarin de top. Zet daar maar gerust Degryse bij, die voor de passes zorgt en het verschil probeert te maken. Het was een goeie zaak voor de jongeren dat hij bleef, ook al vind ik hem iets minder presteren dan vorig seizoen. Allicht heeft dat met vormcurve te maken, de ene periode van het seizoen speel je beter dan de andere. Voor de rest is hij héél sterk aan de bal. En altijd aanspeelbaar.”

Achterin stond Beloufa als vanouds pal. “Beloufa is verdedigend heel goed,” vindt Lozano, “hij is de sterke man achterin, snel. Zijn uitvoetballen is bij momenten ietske minder, maar de eerste opdracht van een verdediger is de spits uit te schakelen, een bal af te pakken en hem dan af te geven. Dat is zijn job en die doet hij perfect.”

Dat Huysmans scoorde, verrast hem niet. “Hoeveel keer scoorde die nu al ? Acht keer ? In het begin van de competitie was hij schitterend bezig. Hij durft een man op te zoeken, uit te schakelen, is man-tegen-man heel sterk. Kpaka vind ik ook een hele goeie. Snel en iemand die kan voetballen. Vandaag was het wat minder, omdat het iemand is die graag op het middenveld komt meevoetballen en dat ging lange tijd niet. Het lijkt alsof ik er een wereldploeg van maak, maar op Belgisch niveau heb ik echt geen klagen. Vorig jaar hoorde ik hier veel kritiek aan het adres van Moumou Dagano en nu is hij precies een wereldspits, de nieuwe Pelé. Hij miste toen inderdaad nogal wat kansen, maar zo’n jongen moet je krediet geven. Nu slaat de balans helemaal aan de andere kant door. Verkeerd, want ook hij zal een periode meemaken dat hij droog komt te staan en dan zullen ze snel opnieuw op hem schieten.”

Conclusie : drie derby’s in anderhalf jaar en drie keer won Beerschot. De ploeg van ’t stadhuis is ook die van ’t stad, Karel.

door Peter T’Kint