‘Ik ben blij dat ik Mister Nobody ben’

Gewoontjes, beleefd en nooit op de voorpagina’s van de tabloids. Kennismaking met Gareth Barry, die Ryan Giggs afloste als recordhouder van het aantal wedstrijden in de Premier League. 636 veldslagen, and counting.

Juni 1997. Gareth Barry kan het zich nog herinneren alsof het gisteren was, gaf hij onlangs toe. Hij was 16 jaar, had een contract bij Aston Villa op zak en speelde met de William Parker School de finale van de Engelse scholencompetitie. ‘Midden in de examens. Mijn hoofd stond helemaal niet naar voetbal, maar toen ik de beslissende strafschop binnen trapte, doken we allemaal samen in het gras. Mijn absolute hoogtepunt, beter zou het nooit meer worden. Dácht ik. Want nauwelijks een jaar erna speelde ik in de Premier League.’

Niet vanzelfsprekend, vond hij, voor een jongen van East Sussex, vergeten voetballand aan de kust van Zuid-Oost-Engeland. Spelers die vanuit het graafschap naar de top van het Engelse voetbal konden doorstromen, waren op twee handen te tellen. Thomas Cook was de laatste voetballer van wie de roots in East Sussex lagen, die voor de nationale ploeg voetbalde. Welgeteld één interland, in … 1925. Tommy speelde profvoetbal bij Brighton & Hove Albion en bij Bristol Rovers, maar had vooral geschitterd op de velden van Sussex County Cricket Club.

Een route die ook voor Barry leek uitgestippeld. Michael Standing, zijn beste vriend, was dé voetbalvedette. ‘Michael was international bij de U15, terwijl Gareth het vooral goed deed bij onze rugby- en cricketploegen’, blikte Ian Gillespie, leraar lichamelijke opvoeding, terug op de jeugdjaren van Barry. Toen ze samen naar Villa vertrokken, kon niemand zich van de indruk ontdoen dat Gareth alleen maar mee mócht.’

Het zou verkeren. Barry debuteerde nog in zijn eerste seizoen, terwijl Standing in vier seizoenen geen minuut speelde en veroordeeld werd tot een bestaan in de krochten van het Engelse voetbal en later … Barry’s manager werd. ‘Hij heeft misschien geen enkele ervaring, maar is dat nodig? We kennen elkaar bijna 20 jaar en hebben, ondanks onze uiteenlopende carrières, wekelijks contact. Het is belangrijker om een goede vriend naast je te hebben’, legde Barry in 2009 uit.

Typerend: de voetballer uit St Leonards-on-Sea, een gehucht van Hastings, heeft zijn roots nooit verloochend. Zelfs in volle aanloop naar het WK van 2010 liep hij geregeld langs bij Barrattini’s, een sportbar langs de zeedijk op bijna 450 kilometer van het City of Manchester Stadium, waar hij na 12 seizoenen bij Aston Villa voor 14 miljoen euro bij de Citizens was beland. ‘Hij staat nog altijd met de voeten op de grond’, klonk het in de bar, toen de Hastings Observer er tijdens het WK de Barrymania ging opsnuiven. ‘Shirtjes signeren, met de mensen op de foto gaan, een praatje maken.’

Nationale ploeg

Een voetballer van de oude stempel, zoals ze die in de jaren 70 nog maakten. Zijn trainers konden het niet genoeg herhalen. Geen franjes, geen merkenkledij, geen exclusieve sportwagens, zelfs geen Twitter. ‘Ik ben zonder opgegroeid. Waarom zou ik me daar moeten mee bezighouden? Het leven als voetballer is al complex genoeg.’ Na de wedstrijd een pintje met vrienden en familie, daar houdt hij wel van. ‘De meeste jonge voetballers willen van hun status genieten, terwijl ik altijd op mijn sport heb gefocust. Ik ben blij dat ik Mister Nobody ben’, zei hij onlangs aan The Guardian.

‘Ik heb mij er altijd over verbaasd hoe snel hij zich kon aanpassen. Toen hij hier enkele maanden mee trainde, was het alsof hij al zijn hele leven op dit niveau speelde’, zei John Gregory, de manager die hem op zijn 17e in het eerste elftal dropte. Een verdedigende middenvelder die zich bijna geruisloos door Villa Park bewoog en in de aanloop naar Euro 2000 – op zijn 19e – het shirt van de Engelse nationale ploeg mocht aantrekken. ‘Op het EK speelde ik geen minuut, maar het was een geweldige ervaring. Trainen met spelers van wie de posters op mijn kamer hingen.’

Kampioen

In de lente van 2008 trok hij naar Manchester City en schreef er onder Roberto Mancini het mooiste hoofdstuk uit zijn carrière: FA Cup in 2011, het seizoen erna de eerste landstitel in 44 jaar. ‘Hij vormde een perfect duo met Yaya Touré, die de ploeg vooruit duwde terwijl Gareth de ruimte in Tourés rug bewaakte. Gareth kan anderen laten schitteren’, getuigde James Milner.

Manuel Pellegrini, de nieuwe manager, was minder onder de indruk en stuurde hem op huurbasis naar Everton, dat hem na een seizoen gratis overnam. Goede solden, vond Roberto Martínez. ‘Een voetballer met een voorbeeldige mentaliteit die onze jongeren beter maakte.’ Hij nam hen mee naar de yogazaal. ‘Toen iemand suggereerde dat yoga misschien wel iets voor mij zou kunnen zijn, antwoordde ik: ‘Is dat niet iets voor oudere vrouwtjes die soepel willen blijven?’ Ik had ongelijk. Het helpt me om in de hectische voetbalwereld tot rust te komen.’

Hij was niet alleen. Ryan Giggs hield er ook van en de naam van de Welshman, met 632 wedstrijden in de Premier League recordhouder, werd vanaf midden september 2016 in een moeite met die van Barry uitgesproken. Toen hij tegen Middlesbrough de kaap van 600 wedstrijden rondde, leek het record van de Welshe dribbelaar binnen handbereik. Maar onder Ronald Koeman moest hij, meer dan hem lief was, op de bank starten. ‘Ik kreeg een aanbieding voor een extra seizoen, maar er is niets mooier dan elke zaterdagnamiddag 90 minuten te voetballen.’

Barry, die ook 53 interlands speelde, verkaste naar West Bromwich Albion, waarmee hij op 25 september in het Emirates Stadium voorbij Giggs ging. Voor de wedstrijd kreeg hij van Wenger een Arsenalshirt met daarop het nummer 633 én felicitaties van Giggs himself. ‘Een sobere speler. Hij is nog maar 36, dus haalt hij wellicht zelfs 700 matchen.’ De middenvelder van West Brom moest erom lachen. ‘Het aantal prijzen vergelijken we best niet (Giggs won 13 landstitels, 4 FA Cups en 2 keer de Champions League, nvdr), maar het was leuk om van hem een complimentje te krijgen. Toen ik op mijn 32e naar Everton ging, zei Martínez dat ik gerust tot mijn 40e kon doorgaan. Ik lachte, maar hij was doodserieus. Een mens zou het bijna zelf beginnen te geloven.’

door Chris Tetaert – foto Belgaimage

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content