Of het nu bij de Rode Duivels is of in de Premier League, alles lijkt mee te zitten voor Christian Benteke. Sport/Voetbalmagazine zocht de spits op in Engeland voor een uitgebreide babbel. ‘Dit was de enige juiste keuze.’

Dinsdag 6 november. Vier dagen voor de wedstrijd tegen Manchester United is de voltallige Engelse sportpers naar het trainingscentrum van Aston Villa, een tiental kilometer buiten Birmingham, afgezakt. Christian Benteke is de mister popular van deze namiddag: een interview met Sky Sports wordt gevolgd door een praatje met de journalist van The Independent en een babbel voor clubmagazine en -site. Op iets meer dan twee maanden tijd is het leven van Benteke er helemaal anders gaan uitzien. Van Genkse recordtransfer (tien miljoen euro), over scorende spits van de Rode Duivels tegen Servië en Schotland tot een debuut in de Premier League (4 doelpunten en 2 assists in 9 wedstrijden). Logisch gevolg: uitsluitend lovende commentaren. Het bewijs dat het in de voetballerij, meer nog dan in eender welke andere sector, zeer snel kan gaan.

Een jaar voor hij zijn vierjarige contract bij The Villains ondertekende werd Benteke na een zoveelste mislukte comeback nog aan de kant geschoven door Standard. Vandaag krijgt ‘ hetkind van Droixhe‘ de bijnaam ‘ Bentegoal’ toegedicht en zijn de Aston Villasupporters onder de indruk van hun nieuwste aanwinst. Een bezoekje aan de fanshop leert ons dat er op maar liefst zeventig procent van de verkochte shirts Benteke staat gedrukt. Sport/Voetbalmagazine en de RTBF trokken naar Birmingham en ontmoetten er een goedlachse jongen die duidelijk goed in zijn vel zit. Benteke nam zijn tijd voor een uitgebreide rondleiding langs trainingscentrum, stadion, zijn appartement en zijn favoriete restaurant. Dat alles in Birmingham, een stad met ongeveer een miljoen inwoners en daarmee de op een na grootste stad van Engeland. “Toen ik mijn contract ondertekende kende ik Aston Villa wel van naam, maar ik had geen idee in welke stad de club speelde”, bekent Benteke. “Ik dacht eerlijk gezegd dat het een van de vele Londense clubs was. Tot Yassine ( El Ghanassy, nvdr) me belde om te zeggen hoe blij hij was dat we bijna buren zouden worden (West Bromwich ligt zo’n vijf kilometer ten noordoosten van Birmingham, nvdr).”

Wat vind je na je eerste twee maanden bij Aston Villa?

Christian Benteke: “Het is overduidelijk een compleet andere wereld dan de Belgische. Hier heb je meer vrijheid. Je traint bijvoorbeeld slechts een keer per dag en je kunt kiezen of je op de club eet of liever thuis wilt gaan eten. Het verschil tussen de Premier League en de Jupiler Pro League zit hem in details. Wanneer we hier op afzondering gaan voor een wedstrijd, is het niet verplicht om samen te eten en mag je, als je wel samen eet, meteen naar je kamer als je gedaan hebt met eten. Je mag hier ook eten wat je wilt. Er staat zelfs mayonaise en ketchup op tafel tijdens de maaltijden. Het gebeurt dat spelers dat nog enkele uren voor een wedstrijd eten.”

Dat lossere regime bevalt jou wel?

“Zeer goed zelfs. Iedereen bereidt zich op zijn eigen manier voor. Als je bijvoorbeeld graag uitslaapt de dag van de wedstrijd, dan kan dat. Anderen staan graag vroeg op om al een koffietje te drinken, maar hier mag iedereen doen waar hij zich het best bij voelt.”

Iedereen mag hier dus zijn zin doen…

“Ja, maar ik denk niet dat dat een negatieve invloed op onze prestaties heeft. We zijn allemaal professioneel genoeg om geen misbruik te maken van die vrijheid.”

Waarom koos je voor de Engelse competitie?

“Omdat ik hier al van droom sinds ik als klein jongentje begon te voetballen. Het is mede dankzij mijn manager Kismet Eris – een soort grote broer omdat hij er ook op de slechte momenten voor me is – dat deze droom in vervulling is kunnen gaan.”

Niet twijfelen, gewoon doen

Jouw naam werd ook bij Fulham en Arsenal genoemd. Waarom koos je dan toch voor Aston Villa?

“Dit is de juiste club op het juiste moment voor mij. Vooral ook omdat de trainer (Paul Lambert, nvdr) me er dolgraag bij wilde. Hij stond dag en nacht in contact met Kismet. Als een Engelse club je per se wil en je de kans krijgt om jezelf er te ontwikkelen, moet je als jonge speler niet twijfelen.”

Hoe werd je door de supporters ontvangen?

“Heel warm en respectvol. Ik had het geluk dat ik al in mijn eerste wedstrijd scoorde. Dat heeft mijn integratie wel wat versneld. Ik had nooit gedacht dat het zo snel zou gaan. Het belangrijkste voor me was dat ik me zo snel mogelijk aan dit voetbal en deze toch wel speciale cultuur zou aanpassen. Het gaat hier uiteraard allemaal een paar stapjes sneller dan in België en het was dan ook van groot belang voor me dat ik meteen aan spelen toe zou komen. Ik wilde vermijden dat ik de eerste wedstrijden op de bank zou moeten zitten. Je kan dus wel zeggen dat Aston Villa de enige juiste keuze was.”

Sinds je bij Aston Villa speelt, regent het complimentjes aan jouw adres en scoor je aan de lopende band. Kunnen we zeggen dat je hier volledig aan het ontbolsteren bent?

“Dat denk ik wel, ja. En het kan er ook alleen nog maar op beteren als je ziet dat ik hier elke week tegen topverdedigers, zoals mijn ploegmakkers bij de Rode Duivels, mag spelen. Als je tegen Thomas Vermaelen, Vincent Kompany, John Terry of Rio Ferdinand moet aantreden, ben je sowieso extra gemotiveerd. Op het veld vergeet ik meteen dat ik tegen een topper sta te spelen. Ik ben een trotse jongen en ik wil telkens tonen dat ik ook kan voetballen – zelfs al speel ik dan in een kleinere club. Het is pas na de wedstrijd dat ik ten volle besef tegen welke topclub of grote verdediger ik nu eigenlijk heb gespeeld.”

“Ik was niet geïntimideerd door de omstandigheden of de tegenstander” is een quote die we al vaker uit de mond van een Rode Duivel te horen kregen. Verklaart dat zelfvertrouwen deels de goede resultaten die de nationale ploeg nu neerzet?

“Ik denk het. We hebben allemaal de nodige waanzin in ons en daardoor heeft de aard van de tegenstander geen belang.”

Zijn jullie ook wel eens te zelfverzekerd?

“Ik geloof in mijn eigen kunnen, maar te zelfverzekerd zou ik mezelf nu ook weer niet noemen. We zijn gewoon ambitieus. Dat is misschien wel typisch voor deze generatie Rode Duivels.”

Amper een jaar geleden zat je op een zijspoor bij Standard en nu breek je door in de Premier League. Heb je het gevoel dat men jouw kwaliteiten in het verleden slecht heeft beoordeeld?

“Het is duidelijk dat de coaches die ik gehad heb, het niet eens waren over mij. Zelf ben ik altijd blijven geloven dat ik het potentieel had om het in het buitenland te maken. Ik was er zeker van dat ik dat ooit zou kunnen bewijzen. En ook al is het dan nog niet zo lang geleden, toch heb ik de bladzijde omgeslagen. Als ik op mijn twintigste al voor mijn carrière had gevreesd, had ik toen beter kunnen stoppen.”

Heb je aan je vertrek bij Standard een wrange nasmaak overgehouden?

“Ik had het uiteraard leuker gevonden als de zaken anders waren gelopen, want als Luikenaar was ik echt trots dat ik bij Standard mocht spelen. Jammer genoeg heb je zelf niet altijd alle kaarten in handen. Toch houd ik vooral goede herinneringen over aan mijn passage bij Standard.”

Dol op Thierry Henry

Wat is de ambitie van Aston Villa nog na de eerder moeilijke seizoensstart?

“We hebben voldoende kwaliteit en talent in de rangen om uit de degradatiezone te raken. In Engeland kan het zeer snel gaan. Een paar keer winnen en je staat al een stuk hoger in de rangschikking. Het feit dat zo veel ploegen aan elkaar gewaagd zijn, maakt de Premier League ook zo’n aantrekkelijke competitie. Er zijn uiteraard nog sterke competities, maar de Premier League heeft iets unieks wat maakt dat heel veel spelers hier ooit terecht willen komen. Het is moeilijk om je vreugde niet uit te schreeuwen als je ziet hoe euforisch de mensen hier na een doelpunt reageren.”

Het is niet ondenkbaar dat er op het einde van het seizoen een Engelse topclub aan je mouw komt trekken. Naar welke topclub gaat jouw voorkeur dan uit?

(meteen) “Arsenal, zonder twijfel! Andere clubs hoeven zelfs geen moeite te doen. Ik ben al fan van The Gunners sinds ik de Premier League volg. Niet alleen vanwege de filosofie, maar ook omdat Thierry Henry in zijn periode bij Arsenal voor mij simpelweg de beste speler ter wereld was. Onze stijl is misschien niet vergelijkbaar, maar ik houd van zijn manier van zijn, zowel op als naast het veld. Mijn videotapes met beelden van hem zijn ondertussen versleten, zo vaak heb ik ze bekeken.”

Heb je het gevoel dat je nu een betere speler bent dan enkele maanden geleden?

“Ik denk dat ik vooral completer ben geworden. Ik speel nu al enkele wedstrijden op hetzelfde hoge niveau. Het is net die constante die wat mij betreft het verschil maakt tussen een goede spits en een topspits. Geen dipjes meer hebben tijdens de wedstrijd, dat moet ik nog leren. En trouwens, ik moest eerst incasseren om vooruitgang te boeken. Ik vind mezelf nu een beetje ‘gemener’ dan vroeger. Dat is ook nodig als je het wilt maken in de Premier League. Als je hier geen klappen uitdeelt, krijg je ze zelf. Je moet je lichaam gebruiken, op een redelijk agressieve manier zelfs. Er wordt hier minder snel gefloten dan in België en dus kun je je armen meer gebruiken. Als spits vecht je elke wedstrijd een helse strijd met je verdediger uit.”

De methode Wilmots

Wat zijn je grootste werkpunten?

“De afwerking. Grote spitsen werken dat ene kansje dat ze krijgen meteen af en dat moet ik ook leren.”

Bevalt het leven in Birmingham je?

“Ik mag zeker niet klagen. Alles is op wandelafstand: als ik wil gaan shoppen, kan ik naar het winkelcentrum en als ik mijn haar wil laten doen, kan ik naar de kapper om de hoek. (lacht) Alles ligt hier dicht bij mekaar.”

Met Romelu Lukaku en Yassine El Ghanassy – bij West Bromwich Albion – heb je nog twee vrienden in de buurt…

“Ik trek meestal met Yassine op. Hij is heel belangrijk voor mij geweest. Je acclimatiseert toch altijd net dat tikkeltje makkelijker wanneer je al iemand kent in die nieuwe omgeving en dat vreemde land. Met Romelu spendeer ik niet zo veel tijd samen, maar dat hebben we eigenlijk nooit gedaan. Met Yassine ga ik op restaurant en ben ik al op reis geweest, maar Romelu is van een andere generatie. Begrijp me niet verkeerd, we hebben geen probleem met elkaar, hé. Het is steeds een leuk weerzien bij de Rode Duivels.”

Hoe kijken de Engelsen tegenwoordig naar de Rode Duivels?

“Ik denk dat ze hier nog lovender zijn dan in België. (lacht) Als ik terugkom na een interland krijg ik niets anders dan positieve kritieken over onze ploeg en onze spelers te horen.”

Denk je dat het feit dat je nu een vaste waarde bij een Premier Leagueteam bent je ook helpt bij de Rode Duivels?

“De meeste Rode Duivels spelen in een grote competitie – sommigen zelfs al een paar jaar – en ik wilde niet achterop blijven hinken.”

Heeft het vertrek van Georges Leekens de Duivels bevrijd?

“Zelf heb ik nooit een probleem gehad met Georges Leekens. Integendeel, hij is de man die me voor het eerst opriep toen ik nog bij Kortrijk speelde. Maar het klopt dat iedereen erg tevreden is met de komst van Marc Wilmots. Hij is eerlijk en rechtuit. Voor onze generatie – we zijn nog jong en een beetje prettig gestoord – is de komst van Wilmots een zegen gebleken. Hij zal ons altijd ter orde roepen als dat nodig is.”

Wat heeft Wilmots dat Leekens niet had?

“Wilmots is zelf international geweest (sic) en weet wat hij moet zeggen om een speler op scherp te zetten. Hij weet beter dan wie ook dat de meeste wedstrijden door details beslist worden. Net daarom is hij zo streng en veeleisend tijdens de training.”

Hoe zou je de methode Wilmots omschrijven?

“Hij beleeft de wedstrijd bijna zelf mee en smijt zich altijd volledig. Vaak heeft hij na een wedstrijd zelfs geen stem meer omdat hij zo veel geroepen heeft langs de kant. Dat hij in Servië met zijn witte hemd in de gietende regen staat, is Wilmots ten voeten uit. Dat doet hij niet voor de camera’s, hij ís echt zo. Hij heeft ons al vaak gezegd dat hij maar wat graag deel had uitgemaakt van onze generatie. Het doet deugd om zoiets te horen.”

Even gek als Hazard

Met welke Rode Duivels kom je het best overeen?

“Met Eden, Marouane en sinds kort ook Pelé ( Mboyo, nvdr). Maar eigenlijk komen we allemaal wel goed overeen. We zijn van dezelfde generatie dus van een generatieconflict is geen sprake.”

Hoe komt het dat het zo goed klikt tussen jou en Eden?

“In de nationale jeugdploegen was ik altijd het nummer 9 en speelde hij als nummer 10 vlak achter me. Dat maakte dat het zowel op als naast het veld al snel klikte. We zijn allebei even gek ook. Toen ik bij Kortrijk speelde en Eden nog bij Lille zat, spraken we geregeld eens af. Sindsdien zijn we goede vrienden.”

Was je verrast dat hij voor 40 miljoen euro naar Chelsea verkaste?

“Helemaal niet. Eden zit nog lang niet aan zijn top.”

Zeker bij de Rode Duivels niet…

“Men verwacht te veel van hem. Er zijn nog wel een paar voorbeelden te bedenken van goede spelers die schitterden bij hun club en het bij de nationale ploeg beduidend minder goed deden. Eden is lang niet de enige. Die gigantische transferprijs zal hem blijven achtervolgen. Hij zal ermee moeten leren leven, maar dat is geen probleem voor hem. Eden is gek genoeg om zijn spel te blijven spelen en zijn verantwoordelijkheid te blijven nemen, zonder zich ook maar iets aan te trekken van wat er rond hem gebeurt.”

Heeft je doelpunt tegen Servië je in zekere zin bevrijd?

“Toch wel, ja. Ik kreeg kritiek na de wedstrijd tegen Kroatië omdat ik enkele kansen de nek had omgewrongen. Gelukkig had Wilmots de juiste motiverende woorden voor me klaar. Hij zei me dat hij op zijn 21e nog lang zo ver niet stond en dat ik me dus geen zorgen hoefde te maken. Ik moest me van hem amuseren op het terrein. Dan volgen de doelpunten vanzelf.”

Zowel tegen Servië als tegen Schotland scoorde je op een voorzet van Kevin De Bruyne. Hoe complementair zijn jullie?

“Ik weet perfect waar hij de bal gaat neerleggen, net zoals Kevin weet hoe en waar ik de bal hebben wil. Hij is in Duitsland nog beter geworden – vooral dan op fysiek vlak. Hij heeft alles in zich om een grote carrière te maken. Kevin is een speler voor wie de mensen naar het stadion komen. Hij heeft vista en techniek te koop. Pure klasse gewoon.”

DOOR THOMAS BRICMONT IN BIRMINGHAM – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Je mag hier eten wat je wilt. Er staat zelfs mayonaise en ketchup op tafel.”

“Dat hij in Servië met zijn witte hemd in de gietende regen staat, is Wilmots ten voeten uit. Dat doet hij niet voor de camera’s, hij ís echt zo.”

“Grote spitsen werken dat ene kansje dat ze krijgen meteen af en dat moet ik ook leren.”

“Eden is gek genoeg om zijn spel te blijven spelen, zonder zich iets aan te trekken van wat er rond hem gebeurt.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content