‘IK BEN MILDER GEWORDEN’

© KOEN BAUTERS

Marc Brys (54) begon deze zomer aan zijn derde ambtstermijn als coach op het Kiel. Na omzwervingen in Saoedi-Arabië moet de Antwerpenaar Beerschot Wilrijk zo snel mogelijk van de eerste amateurliga naar het professionele 1A loodsen.

De meeste voetballiefhebbers kennen Marc Brys als de coach die Germinal Beerschot in 2005 naar bekerwinst leidde na een verrassende zege tegen Club Brugge. De enige prijs in de geschiedenis van de fusieclub. De afgelopen jaren vertoefde de Antwerpenaar in Saoedi-Arabië, waar hij met Al-Faisaly en Al-Raed twee eersteklassers onder zijn hoede had. Eerder coachte hij met FC Eindhoven en FC Den Bosch nog twee Nederlandse tweedeklassers en van 2010 tot 2012 was hij aan de slag bij KV Mechelen.

Weinig trainers gaan drie keer aan de slag bij dezelfde club. Heb je lang getwijfeld om je handtekening bij Beerschot Wilrijk te zetten?

MARC BRYS: ‘Ik heb in ieder geval niet meteen ja gezegd. Uiteindelijk zet ik toch een stap terug en is het ook een risico voor mezelf. Als het hier niet lukt, wordt het moeilijk in de toekomst.’

Waarom ben je uiteindelijk toch ingegaan op het aanbod?

BRYS: ‘Ik hou ervan om iets te bouwen en Beerschot Wilrijk zocht iemand om de tweede cyclus van de club – een project op langere termijn – te leiden. Dat sprak mij enorm aan. En uiteraard heb ik veel affiniteit met de club. Ik speelde ooit in de jeugd van Beerschot en in het eerste elftal van Wilrijk. Sinds mijn laatste passage in 2007 kwam ik regelmatig naar het Kiel wanneer ik niet in het buitenland zat.’

Was er ook interesse van andere clubs?

BRYS: (knikt) ‘Een Nederlandse club was vrij concreet, net als een Belgische eersteklasser.’

Als we aan Losada en Messoudi vragen of je veranderd bent tegenover vroeger, wat gaan ze dan zeggen?

BRYS: (denkt even na) ‘Dat ik milder geworden ben.’

Hoe merken ze dat?

BRYS: ‘Ik geef hen meer verantwoordelijkheden. Ze mochten bijvoorbeeld het huisreglement opstellen. Uiteindelijk is dat er om hun vrijheid te garanderen, niet om die te beperken. En hoewel het team nog altijd voorop staat, hecht ik ook iets meer belang aan het individu. Als Losada zegt dat hij nood heeft aan rust of een ander soort training dan de groep, zal hij die nu vaak krijgen. Vroeger kon hij dat vergeten. Ik zoek minder het conflict op.’

Wat allicht niet veranderd is: je methodes om spelers te prikkelen. Iedereen kent het verhaal van kabouter Eddy nog wel, waarmee je je spelers op scherp zette voor een derby tegen Antwerp. Doe je nog zulke zaken?

BRYS: ‘In Saoedi-Arabië nam ik voor een training de voetbalschoenen van mijn spelers weg. Ik wou ze op die manier uit hun comfortzone halen, want een wedstrijd is ook niet altijd comfortabel.’

Wat doet of zegt zo’n Arabier als hij merkt dat zijn schoenen weg zijn?

BRYS: ‘Blinde paniek, hé. De ene gaat er heel nonchalant mee om, de andere creëert paniek. Voor mij is het op zo’n moment interessant om te zien wie op welke manier reageert. Probeert een speler dat collectief op te lossen of gaat hij als einzelgänger te werk? Ik doe zulke dingen constant. Onlangs deden we een looptraining van vijf reeksen. Ik deed mijn spelers een voorstel: er valt een training weg als jullie er nog een zesde reeks bij doen en binnen een bepaalde tijd binnen komen. Op zo’n moment heb je gasten die zeggen: ‘Komaan, dat lukt wel.’ Maar anderen zaten al wat op hun tandvlees. Uiteindelijk hebben ze het niet gedaan. Da’s goed, want ze moeten zoiets niet onbezonnen doen.’

1B

Hoe anders is het werken met dit bestuur in vergelijking met de periode onder Jos Verhaegen?

BRYS: ‘Het grootste verschil is dat Jos Verhaegen destijds alleen besliste. Nu pakt de club het meer aan als team. Er zit veel kwaliteit in dat bestuur. Eerlijk gezegd had ik zelfs niet verwacht dat het hier zo professioneel zou zijn. We trainen twee keer per dag en kunnen tussen de middag terecht in een restaurant dat een gezond buffet voorziet.’

Naar jouw gevoel zit je niet bij een derdeklasser?

BRYS: (meteen) ‘Nee. Dit is een eersteklasser die door omstandigheden op een lager niveau verzeild geraakt is. Al wordt dit seizoen wel anders dan de voorbije jaren. Tijdens die eerste cyclus van het project was Beerschot Wilrijk telkens de reus van de competitie. Komend seizoen is dat niet zo. De budgetten liggen veel dichter in elkaars buurt. Ook de strategie van die eerste drie jaar moesten we veranderen. Toen kon de club spelers halen die het niveau van de reeks ruimschoots overstegen waardoor ze haast een garantie had op de titel. Nu trokken we spelers tussen 19 en 24 jaar aan en mixen die met gasten die ervaring hebben op hoger niveau.’

De voorbije jaren hoorde je op het Kiel: ‘Wij moeten kampioen worden.’ Dat lijkt nu wat anders.

BRYS: ‘Het doel is om bij die eerste vier te eindigen (play-offs in de eerste amateurliga worden slechts met vier teams gespeeld, nvdr) en dan wordt de vorm van het moment heel belangrijk, met maar zes matchen.’

Het uiteindelijke doel van die tweede cyclus is promotie naar 1A. Plak jij daar een termijn op?

BRYS: ‘Wat mij betreft is die zo kort mogelijk. Maar het moet realistisch zijn. Stel dat we dit jaar al promoveren, komen we in 1B terecht. Daar circuleren budgetten die ongezien zijn voor het tweede niveau in ons land. Daar moeten we op tijd op anticiperen. En wie weet verandert de competitie binnenkort weer, want ik zie 1B niet standhouden. Vier keer tegen elkaar spelen in twee aparte competities… Da’s de verkrachting van het competitieve.’

RELIGIE

Voor je terugkeer hier werkte je in Saoedi-Arabië. Hoe groot was de cultuurschok toen je in 2012 naar Al-Faisaly trok?

BRYS: ‘Enorm.’

Op welk vlak?

BRYS: ‘Ik zal beginnen met het voetbal. De spelers hebben daar wel wat talent, maar er bestaat geen voetbalcultuur. Veel voetballers zijn er lui, verzorgen zich niet, roken, snoepen tegen de sterren op, …’

Glen De Boeck volgde bij Cercle Brugge ooit Bram Verbist – tegenwoordig jouw doelmannentrainer – naar de Quick om hem een milkshake te ontzeggen. Heb jij in Saoedi-Arabië ook drastisch moeten ingrijpen?

BRYS: (knikt) ‘Veel verplaatsingen deden we met het vliegtuig en dus verbleven we ook vaak op hotel. Overal in het land zijn er kruidenierswinkeltjes. Ik noem dat snoepwinkeltjes. Die gasten gingen daarnaartoe en wandelden daarna voor mijn neus het hotel binnen met zakken snoep onder hun arm. Ik riep mijn spelers tot de orde en die schrokken enorm omdat ze zich van geen kwaad bewust waren. Gelukkig spraken mijn assistenten Arabisch, zodat ik mijn boodschap toch duidelijk kon overbrengen. Met succes, want de mentaliteit van mijn spelers veranderde een beetje. Wat daarbij hielp: ze dwepen met Europa. In hun ogen was ik iemand die hen naar een Europese club kon brengen.’

Zorgden je spelers wel vaker voor vreemde situaties?

BRYS: (lacht veelbetekenend) ‘Enkele weken na een verplaatsing of afzondering belden we meestal naar het hotel om te vragen of alles voor hen naar wens was verlopen. We kregen niet altijd dolenthousiaste mensen aan de lijn. ‘We hebben de kamers van jullie spelers drie weken niet kunnen gebruiken.’ Het gevolg van stevig rookgedrag. Ach, ik veroordeel die dingen niet. Als je naar daar gaat, weet je dat je in een andere cultuur terechtkomt. Ik heb er geleerd om me flexibeler op te stellen. Wie dat daar niet doet, is er snel weer weg.’

Wat was de grootste aanpassing?

BRYS: ‘De uren waarop we trainden. Met dank aan hun slaapcultuur. Die is om zot van te worden. Normaal trainden we al om 6.30 uur omdat het overdag veel te warm was: 55°C. Maar het ochtendgebed van mijn spelers was vaak nog wat vroeger. Daarom vroegen ze aan mij: ‘Trainer, kunnen we meteen nadien trainen?’ Ik ging daarop in. Overdag sliepen ze daar allemaal en dat was soms surrealistisch. Dan ging ik naar de supermarkt en daar was geen volk. Net als op straat: geen kat!’

Zijn er zaken waarmee je je bewust nooit gemoeid hebt?

BRYS: ‘De religie. Ik maakte nooit problemen van de vijf gebedsmomenten per dag. Het bestuur en de spelers apprecieerden dat enorm.’

BENTLEY

Je vrouw en twee dochters verhuisden niet mee naar Saoedi-Arabië. Hebben jullie nooit overwogen om met het hele gezin naar daar te trekken?

BRYS: (schudt het hoofd) ‘Voor mijn kinderen was dat sowieso heel moeilijk, want de ene studeerde nog en de andere had vast werk. Mijn vrouw kwam soms langs, voor periodes van twee tot drie weken. Maar ook voor haar was het nooit aan de orde om definitief te verhuizen. De levenskwaliteit is er niet goed. En dan spreek ik als man. Als vrouw is het helemaal moeilijk. Wij kunnen ons dat niet voorstellen. (pauzeert even) Ze moeten gesluierd zijn in het openbaar, mogen niet met de wagen rijden, … En op restaurant zijn er aparte ruimtes voor mannen en voor de rest van de familie. Verwar Saoedi-Arabië dus zeker niet met de Emiraten, die eerder naar Europa neigen.’

Waarom ben je dan eigenlijk naar daar gegaan?

BRYS: ‘Ik was al tien jaar bezig in België en Nederland zonder door te stoten naar een topclub. Voor mezelf besloot ik dat het misschien tijd was om andere horizonten te verkennen. Er waren helaas geen twintig aanbiedingen, waardoor Saoedi-Arabië de beste keuze was. En ik doe er niet flauw over: het financiële speelde uiteraard ook een rol.’

Ben je binnen, of hebben we daar een verkeerd beeld over?

BRYS: ‘Ik heb meer verdiend dan je als trainer bij eender welke Belgische club kan krijgen, vooral ook omdat het ginds allemaal nettobedragen zijn. Ik beschouw het als de compensatie voor de opofferingen die ik daar maakte. Maar ik ben niet binnen, want ik zat bij kleine clubs. Het grote geld zit bij Al-Hilal (waar Georges Leekens en Erik Gerets trainer geweest zijn, nvdr) en Al-Nassr, de twee clubs uit hoofdstad Riyad. Daar spreken we over trainers die twee tot drie miljoen euro per jaar verdienen.

‘Die grote clubs zijn eigenlijk ook de enige die veel volk lokken. Al-Shabab werd kampioen met Michel Preud’homme, maar er zaten bijna geen fans in het stadion. Tegelijkertijd kijken er wel miljoenen mensen naar die wedstrijden op tv. Voetbal is daar een tv-sport. En niet alleen wat betreft hun eigen competitie. Als het Champions League in Europa is, stoppen ze in Saoedi-Arabië met werken om ernaar te kijken.’

Bij Saoedi-Arabië denken we ook aan zotte voorzitters die nog zottere wedstrijdpremies beloven. Klopt dat beeld?

BRYS: (lacht) ‘Op dat vlak overheerst daar de waan van de dag. Dan krijg je toestanden als: ‘Bij winst krijgt iedereen een gouden horloge.’ Ik had een vrij goed contact met de Roemeense coach Laurentiu Reghecampf van Al-Hilal. Hij had zich geplaatst voor de finale van de Aziatische Champions League en een van die sjeiks gaf hem meteen na de kwalificatie een dikke Audi. Hij was nog niet goed en wel thuis of een andere sjeik kwam aandraven met een Bentley. ‘Maar ik heb al een auto gekregen’, zei Reghecampf. ‘Geef hem dan maar aan je vrouw’, antwoordde die andere sjeik.’

Jij hebt geen Ferrari overgehouden aan je avontuur?

BRYS: (lacht) ‘Nee. Ik had wel een wagen van de club, maar heb hem moeten teruggeven.’

Ik veronderstel dat die buitensporige bedragen niet de kwaliteiten van die spelers weergeven. Hoe moeten we die competitie inschatten?

BRYS: (denkt even na) ‘De drie beste teams zouden in 1A in de middenmoot spelen. De rest is gelijkwaardig aan een degradatiekandidaat in 1A of een topper in 1B. De federatie geeft heel veel geld aan de clubs. Maar ze geeft die som in het begin van het jaar. Dus wat gebeurt er: die clubs kopen en kopen, maar stellen na drie maanden vast dat ze geen centen meer hebben. Een budgettering opstellen? Nog nooit van gehoord. We geven uit en zien waar het schip strandt. Intussen heeft de federatie wel ingezien dat het niet slim is om die som in een keer ter beschikking te stellen. Sinds kort verdeelt ze die dan ook in drie schijven, kwestie van die clubs voor excessen te behoeden.’

Keer je ooit nog terug?

BRYS: ‘Op dit moment zeg ik nee, maar dat hangt af van het moment en de keuzes die je hebt. Als Al-Hilal aanklopt, verzeker je niet alleen je eigen toekomst, maar ook die van je kinderen.’

DOOR PHILIPPE CROLS – FOTO’S KOEN BAUTERS

‘Eerlijk gezegd had ik niet verwacht dat het hier zo professioneel was.’ – MARC BRYS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content