Geen interland vorige week en toch was het ook een klein beetje de week van Aimé Anthuenis. De bondscoach moest zich voor het uitvoerend comité van de KBVB komen verantwoorden voor de slappe prestaties van zijn Rode Duivels, maar hij kreeg er al gauw een aflaat en de zaak was van de baan. Venijniger weerstand ondervond hij in de profliga. Maandag vergaderde opnieuw de commissie die nadenkt over het beschermen van de jeugdopleiding. Niet voor het eerst beklaagden de aanwezige clubleiders zich over de totale afwezigheid van de bond, ondanks het feit dat An- thuenis, technisch directeur Michel Sablon en penningmeester Germain Landsheere elke keer een uitnodiging ontvangen.

“Ik heb dat ook gelezen,” steekt An- thuenis van wal, “maar het klopt niet. Ik ben altijd geweest, op twee of drie keer na, telkens om praktische redenen : of ik was met de nationale ploeg op afzondering, of ik was op een bijeenkomst van coaches in Stockholm. Ik kan niet op twee plaatsen tegelijk zijn, hé. Ik moet ook zeggen dat de datums van de vergaderingen vaak op het laatste moment veranderen. Zo was er eerst een bijeenkomst voorzien vorige vrijdag, maar dat wordt nu 9 december. Ik zal er zijn ! Op de laatste vergadering, met de pers – waar ik trouwens voor gepleit heb -, kon ik niet zijn, maar er is ons gezegd dat we een verslag zouden ontvangen.

“Trouwens,” vervolgt Anthuenis, “ik denk dat mijn interesse voor de problematiek genoegzaam bekend is. Betrokken-heid is dus zeker niet het probleem. Ik heb zelf de knuppel in het hoenderhok gegooid met mijn opmerking over de buitenlanders. Sommigen zeggen dat dit mijn rol niet is, maar het is gebeurd in samenspraak met Michel Sablon. Ik weet dat ze in die commissie eerst de bescherming van de opleiding willen regelen, maar toch blijf ik voorstander om tegelijk zes Belgen op achttien spelers op het scheidsrechtersblad te verplichten. Geen enkele club heeft daar problemen mee, zelf Beveren kan het. De profliga steigert als ik dat zeg.”

Michel Sablon lacht het verwijt van de commissie weg. “Ik ben al twee keer geweest. Ik heb er gezegd wat ik moest zeggen. Het past ook niet altijd, maar er bestaat geen enkele twijfel over dat wij van onze kant volop met de problematiek bezig zijn. Ondertussen is de aanpak in de commissie ook wat beter gestructureerd. Zo had ik de op-dracht om de toestand van de jeugdopleiding in Frankrijk en Nederland te onderzoeken, wat niet moeilijk is, want ik ken die ondertussen wel. Andere mensen moesten het juridische en het fiscale aspect onderzoeken. Normaal moest ik vorige vrijdag verslag uitbrengen over de nota van minister van Sport Anciaux in de Vlaamse regering, maar die vergadering is dus uitgesteld naar begin december.”

In de profliga-commissie vinden ze dat de jeugdopleiding in België beter moet. Sablon : “Dat is nogal zwart-wit gesteld. Ik stel vast dat we sinds enkele jaren een vrij duidelijk stramien op papier hebben gezet over de werking van de provinciale en nationale jeugdselecties, en dat ze niet zo slecht is gebleken. Met onze min- 17-jarigen staan we al zeventiende in de Uefa-ranking, en met de min-19-jarigen zevende. Dat is natuurlijk niet ons eerste objectief, en we pakken daar niet mee uit, maar het is wel het gevolg van een goede visie en opleiding.”

( JH)

JH

‘Onze Uefa-ranking is het gevolg van een goede visie en opleiding.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content