Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Freelancejournalist

‘De dag dat ik het Engels machtig ben,’ zegt Ki-Hyeon Seol, ‘kan ik alles en iedereen aan.’ Helaas probeert Anderlecht zijn Zuid-Koreaanse spits Frans te leren.

Ki-Heyon Seol is een topscorer nu, dezelfde jongen die eind vorig seizoen niet snel genoeg het vliegtuig richting Zuid-Korea kon nemen, nadat hij in de verloren thuiswedstrijd tegen Sint-Truiden het publiek over zich heen had gekregen.

“Dat was uiteraard een slechte ervaring, maar wel een noodzakelijke”, zegt hij. “Je moet weten dat ik in Korea ben opgegroeid met een volk dat ook applaudiseert als je verliest. Zelfs Guus Hiddink keek ervan op. Nadat we in de voorbereiding op het WK met 5-0 hadden verloren in Frankrijk, zei hij : nu gaan we wat krijgen… Maar neen dus. Als je zo’n supportersklimaat gewoon bent en je komt dan naar hier en je hoort zoveel negatieve dingen… Tegen Sint-Truiden vorig seizoen ging het niet goed met de ploeg in de tweede helft, werden de negatieve reacties talrijker en heviger en ben ik de controle over mezelf en mijn spel verloren. Toen ging het helemaal niet meer.

“Ik herinner me vooral dat ik heel erg in de war was, ik wist niet meer of het gejouw van supporters van Anderlecht of van Sint-Truiden kwam. Heel erg boos was ik toen, maar eigenlijk was het tegelijk een goeie ervaring. Als ik in Europa wil blijven, moet ik kunnen omgaan met negativisme. Het is het moeilijkste, denk ik, en wat van mij de grootste aanpassing vergt. Je moet het meemaken om te weten wat het is, en nooit eerder had ik dus zoiets meegemaakt. Zo down was ik dat ik dacht : misschien zal ik nog tien jaar voetballen, maar het kan niet anders dan dat dit nu al het allerpijnlijkste moment uit mijn carrière is. Eigenlijk dacht ik : ik keer terug naar Korea en kom nooit meer terug.”

Een met zware lijfstraffen grootgebrachte Koreaanse sportman die hardheid mist ?

Ki-Hyeon Seol : Nu heb je het over lichamelijke pijn, die na een tijdje weggaat, die geneest. Mentale pijn niet, die blijft. Het is de ergste pijn.

Ik dacht vorig seizoen echt : niemand gelooft nog in mij. Vrienden of kennissen heb ik hier niet, dus heb ik het allemaal zelf moeten verwerken. Steun kreeg ik wel van mijn manager ( Michal & Dennis D’Arcy van het Londense sportmanagementbureau Kan Sport, nvdr), maar die is Engelstalig en woont ook in Engeland. Hij kwam wel eens af, maar dat is natuurlijk niet hetzelfde als iemand die je in dergelijke moeilijke omstandigheden iedere dag opvangt. Omdat het hier zo slecht ging, vroeg mijn manager mij alle hoop en concentratie op het WK te richten.

Michal Zewlakow vertelde ons dat je hem voor de wedstrijd van Polen tegen Zuid-Korea zei dat je voor een transfer speelde.

Hij vroeg het mij, wat kon ik anders zeggen ? Na een slecht seizoen was het WK mijn grote hoop. Een slecht WK had betekend dat er zeker geen aanbiedingen zouden geweest zijn en dat ook een terugkeer naar Anderlecht niet het prettigste vooruitzicht bood. Wat ik bedoelde was : goed presteren en zien wat er gebeurt. Uiteindelijk heb ik er mij kunnen bewijzen. Het WK heeft mij enorm geholpen, het was goed voor mijn zelfbeeld en mijn zelfvertrouwen, als voetballer en als mens. Precies wat ik na het slechte seizoen bij Anderlecht nodig had. Het gaf mij de motivatie om weer hard te gaan werken.

‘Galatasaray wil Seol’ stond er op een dag in de krant.

Ik heb het zelf ook maar uit de krant vernomen, en ook mijn manager wist van niks. Aan een andere club denk ik trouwens nog niet. Ik vind het goed hier nog wat te blijven, hier goed te blijven spelen en ervaring op te doen. Ik ben nog jong ( 23, nvdr), nog maar twee jaar in België en lang nog niet volledig aangepast aan het voetbal in Europa.

Word je sedert het WK anders benaderd ? Walter Baseggio zei tegen jou, lazen we ergens : ‘Wat een idee om te scoren tegen Italië’.

Er is gewoon veel meer belangstelling voor mij. En zelf ben ik ook wel opener tegen andere spelers, wat te maken heeft met mijn toegenomen zelfvertrouwen en met de sfeer die nu goed is.

Nooit eerder zagen we je uitbundiger een doelpunt voor Anderlecht vieren dan op de tweede speeldag thuis tegen KV Mechelen.

Tot dan maakte ik voor Anderlecht dan ook alleen doelpunten op verplaatsing. Ik keek er al zo lang naar uit om te scoren voor eigen publiek. Als je dat dan in de eerste thuiswedstrijd van het seizoen meteen twee keer kunt doen en het volk ook nog je naam begint te scanderen, is dat gewoon fantastisch na wat er vorig seizoen allemaal is gebeurd.

Vind je jezelf een afwerker ?

Ik wil en zal nog wel scoren, maar het belangrijkste is dat Anderlecht wint en kampioen wordt.

Hoever staat deze Ki-Hyeon Seol ?

Vorig seizoen nog geen vijftig procent, nu misschien zeventig.

Vorig seizoen was je ook goed gestart, met een goal tegen Halmstadt in de voorronde van de Champions League, met drie goals tegen Westerlo voor de Super Cup…

Bedoel je dat het straks ook weer gewoon even slecht met mij zal gaan ( lacht) ?

Neen, maar waarom was het vorig seizoen opeens over ?

Het ging heel goed tot ik met de nationale ploeg met 5-0 verloor in Tsjechië, ergens eind augustus moet dat geweest zijn. Een hele harde klap, want ik had gedacht dat we die wedstrijd zouden aankunnen. Heel ontgoocheld ben ik teruggekeerd, omdat ik dacht dat we niet goed genoeg waren. Twee dagen later was er een wedstrijd met Anderlecht. Ik speelde slecht, werd gewisseld, heb daarna niet meer gespeeld en ben zo in de put geraakt.

Wanneer is de volgende interland ?

( Lacht) In oktober is er de Asia Cup. Ze hebben mij gevraagd om af te komen, maar gezien de slechte ervaring tegen Tsjechië vorig seizoen ga ik liever niet. Ik wil gewoon hier blijven, mij op Anderlecht concentreren en helemaal doorbreken.

Waarom stelde Aimé Anthuenis je zo weinig op ?

Ik denk dat hij gewoon het vertrouwen in mij verloren had, omdat ik niet goed had gepresteerd.

Was je blij met de trainerswissel ?

Het betekende voor mij gewoon een nieuwe start bij Anderlecht, maar dat was het ook zonder trainerswissel geworden. Ik had sowieso al voor mezelf uitgemaakt dat ik bij Anderlecht helemaal vanaf nul zou beginnen. Ondertussen kan ik wel zeggen dat ik heel tevreden ben. Meneer Broos werkt heel hard met ons. Ik denk dat we hetzelfde idee hebben, dezelfde stijl.

Wat is dan het verschil met vorig seizoen ?

Dat vorig seizoen iedereen een beetje… Er werd precies niet veel getraind vorig seizoen. Nu is iedereen altijd bezig, wil iedereen trainen en ook echt moeite doen. De sfeer is ook veel beter. Het is aangenamer.

Hoe komt dat ?

Ik denk dat het meneer Broos is die de spelers wakker houdt. Vorig seizoen was het meer individueel gericht, nu is het heel collectief. Er wordt ook veel meer gecommuniceerd. Het is gewoon veel positiever.

Met Zuid-Korea speel je doorgaans op de linkerflank, met Anderlecht meestal in de punt van de aanval. Welke positie geniet je voorkeur ?

Op links ben ik het gewend. In de spits is het wennen, want helemaal anders, maar het ligt me ook wel. Laat ons zeggen dat ik tegen een sterke tegenstander het liefst op de linkerkant speel en tegen een gemiddelde ploeg in het centrum ( lacht).

Wat onthou je van Guus Hiddink ?

Een zeker karakter alleszins en veel internationale ervaring. Hij heeft ons alles voorspeld, hoe de voetbalwereld in elkaar zit, de evolutie van het voetbal, wat Koreaanse spelers misten en wat we in de voorbereiding nodig hadden, wat onze kracht zou zijn. Hij had meteen alles door en wist heel goed wat hij aan het doen was, terwijl de spelers niet altijd zoveel zelfvertrouwen en trots hadden als hij. Voor het WK heeft hij gezegd dat we de wereld zouden verbazen. Hij heeft heel veel op het mentale vlak gewerkt.

Wat is/was er dan fundamenteel mis met het zelfvertrouwen van de Koreanen ?

Koreanen zijn normaal mentaal sterk, maar omdat we nog nooit een WK-wedstrijd hadden gewonnen, waren we een beetje bang van het Europese voetbal. Meneer Hiddink is een held nu, omdat hij gewoon alles heeft gedaan wat nodig was.

Hij zegt : ‘Seol is een goeie jongen, maar je moet constant achter hem aan zitten.’

Wat hij dan ook de hele tijd heeft gedaan ( lacht). Zo moest ik van hem elke ochtend voor de spiegel gaan staan en zeggen : ik ben de beste en ik kan alles aan. Elke dag vroeg hij : heb je het gedaan ? Ja, zei ik altijd, hoewel ik het af en toe wel eens vergat ( lacht).

Bij Antwerp slaakte je in de kleedkamer geregeld een oorlogskreet voor je het veld op liep. Niet bij Anderlecht, horen we. Waarom niet ?

Ik ben een beetje een Belg geworden, zeker ( lacht) ?

Hoe ging die schreeuw ?

( Schreeuwt) NAKADJA !!! ( In het Clubhouse kijken aan de toog drie stamgasten verschrikt om zich heen, Ki-Hyeon lacht.)

Wat betekent het ?

‘En nu gaan we ervoor !’ We doen het in Korea individueel of collectief, om onszelf of elkaar wakker te schudden en aan te moedigen. Op het WK deden we het collectief, daarvoor gingen voor de wedstrijd dan alle spelers in een cirkel staan, handen op elkaar. Maar zoals ik al zei, was ik het niet meer gewoon. Dan was ik het weer eens eventjes vergeten, stond ik daar ergens en riepen ze : kom je nog of hoe zit het ?! ( Lacht.)

Hugo Broos zegt : ‘Het probleem met Seol is communicatie’. Als hij tactisch iets wil bijsturen, merkt hij, dan komt de boodschap bij jou heel moeilijk over.

Als ik Engels zou leren, zou ik veel beter spelen en zou de omgang met de spelers en de trainer veel beter zijn. Maar net nu ik een heel klein beetje Engels ken, zijn we verplicht om op de club Frans te leren – twee keer per week. Dat is zo verwarrend. Liever zou ik op de club twee keer per week Engels leren, want Frans… Ik vrees dat onze pasgeboren baby het sneller zal spreken dan zijn vader ( lacht). Als ik Engels zou spreken, ben ik van niets of niemand meer bang, dan kan ik alles en iedereen aan, dus mogen ze zich op de club misschien wel eens afvragen of het zin heeft jongens als ik te verplichten per se in het Frans te communiceren.

Als spelers na de training bij mij komen, begrijp ik hen niet of kan ik niet zo goed antwoorden. Soms denk ik : straks gaan ze nog denken dat ik niet wil spreken. Ik hoop dat er zo geen misverstand komt, want zo is het absoluut niet bedoeld. Het komt gewoon omdat ik de taal niet onder de knie heb. Ik Zuid-Korea heb je heel weinig kans om andere talen te leren of met anderstaligen in contact te komen, weet je. De weinige buitenlanders zijn er Engelstaligen, Amerikanen meestal. In België is dat helemaal anders, hier centraal in Europa. Gezien de meeste mensen in België toch twee, drie talen spreken, denk ik dat het makkelijker is als jullie allemaal Koreaans leren ( lacht).

Leren Zuid-Koreanen moeilijk een andere taal ?

De grammatica gaat nog wel, schriftelijk, maar de praktijk is minder ( lacht).

Op 7 september spelen Noord- en Zuid-Korea in Seoel een historische wedstrijd. Moeten ze weer één worden ?

Ik ben een voetballer, geen politicus ( lacht). Hoe de sfeer er nu precies is, weet ik niet, maar die wedstrijd gaat natuurlijk meer om politiek dan om het spel zelf. Eigenlijk heb ik daar geen mening over. Veel Koreanen willen één worden, maar er zijn er ook die zeggen : als we één worden, zullen we achteruitboeren. Dat zien velen ook niet echt zitten. Ik ook niet, ik vind dat we vooruit en niet achteruit moeten.

Wat zal het voorbije WK uiteindelijk voor het Zuid-Koreaanse voetbal betekend hebben ?

Voor het WK verkocht je in Zuid-Korea geen krant als er geen baseball in stond, na het WK verkoop je geen krant meer als er geen voetbal in staat. Voetbal was een mannenwereld. Vrouwen en meisjes keken op voetbal neer, tegenwoordig zijn die dus heel erg in voetbal geïnteresseerd. Ongelooflijk. Het is te gek wat er allemaal gebeurt.

Tijdens de wedstrijd zelf ben je geconcentreerd op het voetbal, maar als je dan thuiskomt zie je op tv al die supporters helemaal in rood. Ongelooflijk ! Dat is wat mij van het WK altijd zal bijblijven : hoe het voetbal, zoals ik zei voorheen zeker niet één van de populairste sporten, alle mensen tot één volk verenigde. Heel speciaal was dat.

Al contact gehad met Takayuki Suzuki ?

Maar ik ken hem helemaal niet ( lacht).

En Japanners en Zuid-Koreanen maken ook nog altijd liever ruzie zeker ?

Niet altijd ( lacht). Het zou mij wel interesseren hem eens te ontmoeten, want we moeten als Aziaten in Europa toch wat verbondenheid voelen, denk ik, maar dan zal er meer dan één tolk nodig zijn, vrees ik. Verwantschap tussen Japans en Zuid-Koreaans is er niet. Mijn Japans is even goed als mijn Frans ( lacht).

Heb je het nog aan de stok gehad met hondenliefhebbers ?

“( Lacht) Veel mensen vragen mij nog altijd of ik hondenvlees eet. Ook De Bilde heeft het mij gevraagd. Ik heb hem geantwoord : Koreànen eten hondenvlees ( lacht). Er zijn er die het eten en er zijn er, zoals ik, die het niet eten. Misschien schrikken ze daarvan in Europa, maar het is gewoon een cultuurverschil als een ander. In Frankrijk eten ze ganzelever, in Spanje heb je dat stierengedoe… Je kunt mensen daar niet terecht voor wijzen, vind ik, daar moet je open voor staan. Ze eten in Korea ook geen rashonden, maar gewoon straathonden.

door Christian Vandenabeele

‘Van Hiddink moest ik elke ochtend in de spiegel zeggen : ik ben de beste.’

‘Ik dacht : ik keer terug naar Korea en kom nooit meer terug.’

‘Ik denk dat het makkelijker is als jullie allemaal Koreaans leren.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content