Terwijl anderen uitrustten, peigerde Filip De Wilde zich in het tussenseizoen af om te revalideren.

Als Filip De Wilde donderdag 37 wordt, zal hij nog altijd dezelfde ambitie en gedrevenheid ervaren als vroeger. Maar als hij bij de start van de competitie in het doel mag staan, zal hij daarvan wel meer genieten dan vroeger. Want als de revalidatie van zijn voetblessure waaraan hij de afgelopen weken werkte hem hem iets heeft geleerd, dan wel dat hij de stress van het keepen nog niet kan missen. Hoe verging het Filip De Wilde de afgelopen weken ? Een gesprek in de week voordat Anderlecht maandag de trainingen hervatte.

Hoever sta je ?

Filip De Wilde : Mentaal ben ik er eigenlijk wel aan toe om te beginnen, want dat individueel werken wordt op den duur toch vrij zwaar. Je wil terug gewoon in groep kunnen trainen, of dan toch specifiek je vak uitoefenen – en dat kan vanaf volgende week. Je trekt ook niet elke morgen de loopschoenen met de glimlach aan, hé. Het is een verplichting en zonder een beetje af te zien, gaat het niet. Mijn benen doen elke morgen pijn als ik die eerste meters moet beginnen te lopen. Niet onlogisch natuurlijk als je een dikke vier maanden stilgezeten hebt en je gaat dan ineens twee weken aan een stuk elke dag lopen. Maar ik trainde wel graag alleen, daar had ik geen probleem mee. Ik had er geen behoefte aan om constant iemand naast mij te hebben die zegt hoe traag of hoe rap ik moet lopen. Ik kreeg wel begeleiding van een kiné, die vooral in de gaten hield dat ik mijn voet niet overbelaste en die het gewricht soepel maakte. Plus dat hij me die typische oefeningen op een bal met een plankje liet doen, die toch wel belangrijk zijn, maar eigenlijk niet zo plezant.

Je hebt niks van rust genomen ?

Ik heb mijn deel van de rust al gehad natuurlijk, hé. Eind vorig seizoen was ik met de revalidatie begonnen, maar dat was alleen powertraining. Daarnaast kon ik nog niks doen. Toen het seizoen gedaan was, ben ik meteen begonnen met aquajogging en dagelijks kiné en fitness. Dat heb ik een week of drie aangehouden, tot ik buiten kon beginnen te lopen. De zwaarste week was eigenlijk twee weken geleden, toen ik aan een dikke vier uur per dag zat dat ik bezig was.

Je revalidatie heeft langer geduurd dan voorzien, want eigenlijk was het streefdoel al klaar te zijn voor het einde van vorig seizoen.

Het een beetje een samenloop van omstandigheden geweest. Ik zat met een scheur in de pees, die ik waarschijnlijk tegen Gent, een kwartier voor het eind, opliep, want ik voelde toen een serieuze pijnscheut. Ik heb die match wel nog volgemaakt, maar de volgende bekerwedstrijd tegen GBA heb ik niet gespeeld. Tegen Beveren daarentegen stond ik na twee dagen training toch in het doel, maar ben ik uitgevallen. Waarschijnlijk heb ik daar een secundair letsel opgelopen, want door het feit dat die voet in een ongezonde situatie zat, was ik vatbaarder voor de stressfractuur die ik daar opliep.

Na een onderzoek bij professor Bellemans ben ik zes weken in het gips terechtgekomen. Da’s op zichzelf al vrij drastisch. Uiteindelijk bleek die stressfractuur genezen te zijn, maar ik bleef toch met last zitten. In het begin wijt je dat aan het feit dat je zolang met die voet vastgezeten hebt en verwacht je niet dat er nog andere dingen mis zitten. Maar een spier die gescheurd is, geneest niet, dat blijft natuurlijk. Dat bleek ook bij dokter Martens, bij wie ik ging omdat ik bleef sukkelen.

Ondertussen was ik zelf ook een beetje wijzer geworden en aan het experimenteren geweest, mijn schoenen een beetje veranderd. Daardoor kon ik de pijn wat uitschakelen en op een gegeven moment zelfs gewoon pijnloos trainen. Maar dokter Martens was er vrij zeker van dat die pees dan volledig ging afscheuren. Dus ik kon kiezen tussen mij laten opereren en twee maanden onbeschikbaar zijn, of voortdoen met het risico dat ik zes maanden uit was. Daarom heb ik half april voor zekerheid gekozen en mij meteen laten opereren. Nu zit ik dus op schema om begin dit seizoen klaar te zijn. Dat haal ik gemakkelijk.

Maar uit het feit dat de contractverlenging van Munaron bleef aanslepen, concludeerden sommigen al dat ze jou keeperstrainer zouden maken.

Is het al zover gekomen, ja ( lacht). Ik ben toch van plan minstens nog twee jaar speler te blijven. Maar het is wel tekenend voor de positie van een keeperstrainer : het is altijd het laatste waar ze zich zorgen over maken. Iedereen is zich bewust van het belang van een doelman, maar als er consequent naar gehandeld moet worden in de begeleiding, is het blijkbaar het laatste restje budget dat eraan opgeofferd moet worden. Eigenlijk zou het niet mogen, zeker bij Anderlecht niet.

Anderlecht zat met een keeperstekort toen je uitviel, nu je terugkomt zitten ze eigenlijk met een keepersoverschot.

Ja, dat is natuurlijk het gevolg van de beslissing die ze vorig jaar namen. Ze hebben door nog iemand aan te trekken op zekerheid gespeeld en nu zitten ze een beetje met de consequenties daarvan.

Jij was er meer voorstander van om een van de jongeren een kans te geven.

Carlier was op dat moment ook geblesseerd, maar Van der Jeugt liet mij op training toen een vrij goede indruk. Toen vond ik het eigenlijk een beetje demotiverend ten opzichte van die jongeren. In plaats van ze voor hun harde werken al die jaren eens te belonen door ze op de bank te zetten, werd er een andere aangetrokken. Dat vond ik een motie van wantrouwen ten opzichte van hen. Ik heb die gasten een hart onder de riem willen steken, want op dat moment maak je als club hun situatie vrij uitzichtloos.

Hoe staat Anderlecht er volgens jou voor met het oog op het nieuwe seizoen ?

De fundamenten, kan je wel stellen denk ik, staan er eigenlijk nog. Op Dheedene na, die vorig seizoen goed vervangen is door Ilic, staat de verdediging er nog en met Vanderhaeghe en Baseggio ervoor heb je een heel stevige basis om op te bouwen. Dat kan de taak van de anderen die de leemtes moeten opvullen, verlichten.

Aan spitsen zullen jullie geen gebrek hebben, lijkt het.

Ik moet een beetje nadenken wie er allemaal bijgekomen is ( lacht). Ik moet zeggen dat ik het allemaal niet zo op de voet gevolgd heb. Ik heb, denk ik, twee kranten gelezen op vijf weken – ik ben trouwens ook op geen enkele geabonneerd. Er wordt zoveel gespeculeerd dat het vaak ook de moeite niet loont om het te weten. Ik heb me vooral met mijn eigen revalidatie bezig gehouden.

Maar evengoed doen als vorig seizoen was voor Anderlecht met dezelfde spelers ook al moeilijk geweest. Doorstoten tot de Champions League is nu misschien nog meer een must dan vorig seizoen. Toen was de schrik vooral dat we er tegen Famagusta zouden uitgaan en geen Uefaticket halen. Daar zal men zich nu zeker niet mee tevreden stellen.

Hoe zie je die concurrentiestrijd met de andere doelmannen evolueren ?

Milojevic is ten opzichte van mij altijd meer dan correct geweest. Het minste wat ik kon doen, is hem honderd procent steunen. Als je de periode bekijkt die hij gespeeld heeft, kan je stellen dat het misschien logisch is dat iemand die zolang niet gespeeld heeft, in het begin wat aarzelt. Eens hij het gevoel terug had, heeft hij toch nog een belangrijke bijdrage geleverd aan het kampioenschap. Op basis van wat hij het einde van vorig seizoen liet zien, heeft hij recht van spreken, vind ik.

Eigenlijk zitten we met vier keepers. Dat is vrij veel. Naar ik hoor in principe één te veel. Ik denk dat ze toch zullen afwachten wat er precies met mij en met Tristan ( Peersman, ook geblesseerd, nvdr) gebeurt. In principe kan ik gewoon de training hervatten met de groep. Ik heb nog niet met hen getraind, nog niet met een bal getraind en zo. Je weet nooit dat er complicaties komen of dat je een andere blessure krijgt omdat het weer aanpassen is. Een voetbaltraining is ook anders dan een individuele training.

Vrees je daarvoor, dat je hervalt ?

Neen, fysiek ben ik meer dan in orde, denk ik op dit moment. Ik sta zeker even ver als voor mijn blessure. Ritme opdoen zal het belangrijkste zijn, want echt voetbaltraining heb ik de afgelopen tijd niet gehad. Typisch is wel dat je er altijd aan denkt, of je niet zal hervallen. Elke elke stap die je neemt, denk je : heb ik nu pijn gevoeld of niet ? Maar meestal als je dingen doet die geen pijn doen, denk je er na een tijd niet meer aan. Dat zal nu ook wel het geval zijn. Ik heb in ieder geval op geen enkel moment pijn gevoeld. Dokter Martens is er voor negentig procent van overtuigd dat ik volgende week na de eerste trainingen volledig groen licht zal krijgen.

Maar met mijn blessure en zo, ga je toch alles nog iets meer relativeren. Ik doe er alles aan om zo sterk mogelijk voor de dag te komen en ten volle te genieten van elk moment dat mij nog gegund is. Dát is eigenlijk mijn grote betrachting. Maar ik heb toch ook wel nog altijd de ambitie om nummer 1 te zijn. Bij Anderlecht, want ik heb niet de indruk dat mijn aanwezigheid bij de nationale ploeg echt noodzakelijk is. Geert ( De Vlieger, nvdr) evolueert goed. Het lijkt mij niet echt nodig dat ik daar mijn poot ga tussensteken. Tenzij zou blijken dat ze me echt nodig hebben, maar momenteel is die vraag totaal niet aan de orde.

De grote uitdaging is dat ik bij Anderlecht weer aan spelen toekom en die twee jaar contract die mij nog resten, met zoveel mogelijk prestaties probeer op te vullen. Maar op zekere leeftijd weet je : de concurrentie staat ook niet stil en je beseft dat de dag zal komen dat je zal moeten tevreden zijn met een beetje minder. En er valt nu met de jaren toch een beetje druk weg, denk ik. Je blijft altijd een bepaalde verantwoordelijkheid houden, niet alleen ten opzichte van de club, maar ook ten opzichte van jezelf en je familie, maar om het even wat er nog gebeurt : mijn carrière kan ik als geslaagd beschouwen. Vandaar dat ik nu alleen nog van elk moment ten volle wil genieten. Als je in het Constant Vanden Stockstadion met vijfentwintigduizend man staat, toch nog efkes rondkijken : dat is wat ik ga doen. Er komt een soort sereniteit, het besef dat het einde misschien wel naderbij komt en dat je moet profiteren en die momenten bewust meemaken.

Voel je het lijf ouder worden ?

Je voelt dat wel, ja. In het begin heb je even een moment dat je het leven vrij rustig en aangenaam vindt als je geblesseerd bent uitgevallen, maar als je op de tribune zit, voel je in je binnenste dat je iets mist. Zeker de laatste weken van vorig seizoen begon ik toch iets te missen.

Deze revalidatie was fysiek de zwaarste klus uit mijn carrière en het is ook de eerste keer dat ik heb moeten revalideren tijdens de vakantie. Maar in dit geval was het eigenlijk een voordeel omdat ik voor elke stap de nodige tijd kon uittrekken, terwijl je anders wel eens geneigd bent een paar stappen over te slaan. Ik moet zeggen dat het fysiek toch wel vrij zwaar is, daarom dat ik er nu naar snak om normale trainingen te doen.

Leer je ondanks je rijpere leeftijd uit zo’n revalidatie nog iets over jezelf ?

Het is door zo’n revalidatie dat je beseft hoe gelukkig je bent dat je elke dag je schoenen kan aantrekken en het veld op lopen en daarna naar huis kan gaan.

Dus je staat straks met een ander gevoel onder de lat ?

Een beetje misschien wel, ja. Vorig jaar was een vrij belangrijk jaar voor mij; er was na het Euro serieus wat twijfel opgedoken. Ik heb mij goed kunnen herpakken in een jaar dat ik einde contract was en de druk vrij hoog was. Ik zeg niet dat ik nummer 1 zal zijn, dat maakt in principe niet… allez, het maakt wél iets uit. Het is wel de ambitie, maar als er zich iemand beter toont dan mij, ga ik mij er misschien iets gemakkelijk bij kunnen neerleggen dan vroeger. Het zijn van die bedenksels die je je maakt als je wat ouder wordt, zeker ? Als je alleen aan het trainen bent, heb je toch wel wat tijd om na te denken. Dan put je motivatie uit de wil om er te staan en met die gasten van 25 al fluitend mee te gaan. En als het moet ze nog een beetje te doen afzien ( grijnst).

Zit dat er nog in ?

Ik denk het wel, ja. Als het op lopen aankomt zal het geen probleem zijn, maar dat is nu eenmaal mijn stiel niet, hé ( lacht). De rest moet ik nog wat afwachten ( grijnst).

door Raoul De Groote en Bruno Govers

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content