Sinan Bolat was voorbestemd voor de absolute top, maar verzeilde in de anonimiteit van het Portugese en Turkse voetbal. Twee jaar na zijn straffe transfer naar Porto wil de Limburger met Turkse roots weer in de schijnwerpers staan.

Met zijn blitse pet, designer jeans, trendy gympies en afgezwakte versie van een hipsterbaard lijkt Sinan Bolat (26) zo te zijn weggeplukt van de catwalk. De Limburgse Turk plooit zich dan ook gewillig naar de directieven van de fotograaf. Onverschrokken gaat hij de confrontatie aan met de lens. “Willen we nog wat foto’s nemen aan het zwembad? Ik heb mijn zwembroek bij de hand”, grapt Bolat.

De ex-doelman van Genk en Standard oogt ontspannen. Na een delicaat seizoen in de Süper Lig met Galatasaray heeft Bolat tijd zat om te reflecteren over zijn toekomst. Het liefst doet hij dat in alle rust in het ouderlijke huis in Zonhoven. Tijdens het seizoen was elk vrij moment een excuus om vanuit Istanbul over te vliegen naar Limburg. Vraag Bolat dus niet om de navelstreng met België helemaal door te knippen. “Ik raad iedereen een citytrip aan naar Istanbul. De mensen wonen er als mieren op elkaar en je moet er het hectische verkeer bij nemen, maar afgezien daarvan is het een fantastische stad om in te leven. Maar als je mij vraagt waar ik mij het beste thuis voel, dan zeg ik zonder aarzelen: Zonhoven.”

Je won de titel en beker met Galatasaray, maar je speelde slechts twee wedstrijden in de competitie en stond één keer onder lat in de Champions League. Je kan daar toch niet tevreden over zijn?

Sinan Bolat:“Ik kende de voorwaarden toen ik tekende: Fernando Muslera was de nummer één en ik diende als back-up. Ik heb geprobeerd om de hiërarchie te verstoren, maar Muslera – de nationele doelman van Uruguay – is een monument. Hij staat al vier seizoenen in doel, won drie titels en is enorm geliefd bij de fans. Dat Turken een chauvinistisch volkje zijn, daar heb ik bij Galatasaray niets van gemerkt. De supporters hadden liever Muslera in doel dan ik. Dat is de realiteit in Turkije: buitenlanders zijn veel populairder dan Turkse spelers.”

In Turkije was niet iedereen opgezet met jullie titel. Op Twitter beschuldigde Demba Ba van Besiktas jullie van omkoping na een bizarre 1-0-overwinning tegen Gençlerbirligi op drie speeldagen van het einde.

“Heel Turkije is ervan overtuigd dat de doelman van Gençlerbirligi, Ferhat Kaplan, met opzet zijn hand terugtrok bij het doelpunt van Wesley Sneijder. Ik vond er niets vreemds aan. Die van Fenerbahçe en Besiktas beweren nu natuurlijk dat het establishment tegen hen is. Typisch Turks.”

Je stond aan de aftrap in die fameuze match.

“En ik heb de nul gehouden. Mochten we toen niet gewonnen hebben, dan was er van de titel geen sprake.”

Nerveuze Sneijder

Welke plaats zal je de titel met Galatasaray geven op je palmares?

“Uit nostalgie ga ik deze titel koesteren. Als kleine jongen was ik een vurige supporter van Galatasaray. Maar mag je je landskampioen noemen als je maar twee keer gespeeld hebt? Dit voelt helemaal anders aan dan in 2009, toen ik met Standard kampioen werd. Die Belgische titel zal mij langer bijblijven.”

De bekerduels mocht je wel spelen. Heeft dat je seizoen gered?

“Bij Galatasarary is het de regel dat de tweede doelman de bekerwedstrijden voor zijn rekening neemt. In de finale tegen Bursaspor heb ik getoond dat ik mijn plaats heb bij om het even welke club in Turkije. De Turkse journalisten vroegen zich af waar ik zo lang gebleven was. Ik kan zonder schroom zeggen dat ik een belangrijke bijdrage heb geleverd aan de bekerwinst.”

Galatasaray sleepte zich van de ene crisis naar de andere. Het eerste bommetje ontplofte toen Wesley Sneijder de financiële problemen openbaar maakte.

“In West-Europa zijn we het gewend dat alles tot in de puntjes geregeld is. Maar zo werkt het niet in Turkije. Mijn ploegmaats hebben me gerustgesteld: het is doodnormaal dat het salaris enkele weken later op de rekening staat. Zeker als het over honderdduizenden euro’s gaat. Sneijder werd er een beetje nerveus van (lacht). Mijn contract was waterdicht en ik ben tot de laatste cent uitbetaald geweest.”

Op het veld liep het voor de winterstop ook stroef. Was het ontslag van de Italiaanse trainer Cesare Prandelli voor jou een verrassing?

“Ik zal niet spreken over een moedwillige boycot, maar ik voelde dat de meerderheid van de spelersgroep gekant was tegen de trainingsmethodes en de tactiek van Prandelli. Daags na de nederlaag tegen Anderlecht mocht de trainer beschikken. In die periode zag het er helemaal niet naar uit dat we de dubbel zouden pakken.”

Jullie geraakten in de Champions League niet eens voorbij Anderlecht.

“Anderlecht heeft ons in beide wedstrijden overklast. Deels omdat we hen onderschat hebben. Op basis van onze onderlinge duels in de Champions League had ik verwacht dat Anderlecht, en niet Gent, de titel zou winnen.”

Anderlecht veegde de vloer aan met jullie en Club Brugge schakelde Besiktas uit in de Europa League. Is het Turkse voetbal in verval?

“Helemaal niet. Leg het spelersmateriaal van Anderlecht en Club Brugge naast dat van Besiktas en Galatasray en het verschil is groot, hoor. Bij de Turkse ploegen loopt er veel meer kwaliteit rond. Vedetten als Sneijder, Demba Ba en Diego vinden nog altijd vlot de weg naar de Turkse competitie. Maar dat gaat ten koste van de jeugdopleiding. De doorstroming van jeugdspelers is een gigantisch probleem in Turkije. Op dat vlak zijn we mijlenver verwijderd van België. Nog een geluk dat er om de zoveel jaar uit het niets een supertalent komt bovendrijven.”

Zonder Defour en Mangala

Je huurovereenkomt bij Gatalatasaray zit erop. Je begint straks aan de voorbereiding bij Porto?

“Ik lig nog drie jaar onder contract bij Porto en dat is meteen mijn enige houvast. Ik weet niet wat Porto met mij van plan is.”

In 2013 was je maar al te blij dat je een langdurig contract van vijf jaar kon tekenen bij Porto. Hangt die overeenkomst nu niet als een molensteen rond je nek?

“Dat contract… (lange stilte) Ik was op zoek naar werkzekerheid. Hoe zou je zelf zijn als een club van het kaliber Porto komt aankloppen? Steven Defour en Eliaquim Mangala zaten toen ook bij Porto en dat heeft meegespeeld in mijn beslissing. Geen van de twee zit er nog en dat stemt tot nadenken. Als ik bij Porto blijf, dan zit ik daar alleen.”

Halfweg het seizoen 2013-2014 werd je zes maanden aan Kayserispor afgestaan. Afgelopen seizoen vond je onderdak bij Galatatasary. Het is nog wachten op je eerste wedstrijd met Porto.

“Het knaagt dat ik nog geen minuut heb gespeeld voor Porto. Die enkele wedstrijden bij Porto B tel ik niet mee. Je wordt niet vrolijk van tegenstanders als Leixões, Chaves of Farense. Eén ding heb ik mij intussen voorgenomen: het moet mijn seizoen worden. Ik heb genoeg op de bank gezeten. Ik wil nu een volledig seizoen spelen. Waar dan ook.”

Je werd in de play-offs op Sclessin gespot tijdens Standard – Anderlecht. Behoort een overgang naar Standard ook tot de mogelijkheden?

“Standard en andere Belgische clubs mogen mij bellen. Ik voel mij niet te goed voor de Belgische competitie. Maar ik wil niet ten koste van alles terugkeren naar België. Porto is bereid mee te werken aan een tussentijdse oplossing en het maakt hen niet uit waar ik terechtkom.”

Zou je werkelijk op huurbasis bij een Belgische club spelen? Dat zou toch betekenen dat je met hangende pootjes terugkeert?

“Toen ik Standard verliet, was het mij om één ding te doen: kijken of ik mij kon meten met betere spelers. Wel, ik heb niet het gevoel dat ik tekortschoot voor het buitenland.”

Je wordt 27 jaar in september. Heb je de indruk bijna aan je plafond te zitten?

“Vijf jaar geleden had ik enkel kunnen dromen van een contract bij Porto. Maar zonder die knieblessure was ik nu titularis bij een Europese topclub. Zeker weten. Mijn blessure en de bijbehorende revalidatie hebben mijn carrière afgeremd. Laat mij komend seizoen elke week in de goal staan en ik zal een hoger niveau halen dan tijdens mijn beste periode bij Standard.”

Denk je nog terug aan dat Champions Leaguedoelpunt tegen AZ in 2009?

“Op straat krijg ik nog dikwijls schouderklopjes voor dat doelpunt. Of hoor ik: ‘Sinan, schitterend doelpunt tegen AZ, hé.’Ik wil die bladzijde nu omdraaien. Van die wedstrijd heb ik zelf geen dvd in huis liggen. Ik wil niet alleen herinnerd worden als de doelman die ooit met het hoofd wist te scoren in de Champions Leauge. Ik wil erkend worden om mijn keeperstalent.”

Niet gewacht op België

In 2009 moest je plots kiezen tussen België en Turkije. Sta je nog achter je keuze voor Turkije?

“Tot de beloften was ik de onbetwiste nummer één bij de nationale jeugdploegen van België. En dan kwam het moment dat ik de knoop moest doorhakken. Ik koos voor het land dat mij als eerste opriep en dat was Turkije. Op sportief vlak was dat zelfs de meest logische keuze, want Turkije had in die periode de betere ploeg.”

Hoe dicht stond je bij de Rode Duivels?

“Dat moet je aan Dick Advocaat of Georges Leekens vragen. Hadden ze mij opgeroepen, dan speelde ik nu voor de Rode Duivels. Maar ik beklaag mij de keuze voor Turkije allerminst. Met Turkije verzamelde ik al zes interlands. Ik betwijfel of ik dat aantal gehaald zou hebben met de huidige lichting Belgische doelmannen.”

Had je niet kunnen leven met een rol als derde doelman achter Mignolet en Courtois?

“Een WK meemaken is mooi, maar niet als derde doelman. Ik had mij nooit in die rol kunnen schikken. Akkoord, bij Galatasaray was ik de voorbije maanden maar tweede doelman. Ik heb dat aanvaard omdat het voor maximaal een seizoen was.”

Je laatste selectie voor Turkije dateert intussen van mei 2013.

“Van zodra ik ergens vast in het elftal sta, zal ik opnieuw opgeroepen worden. Mijn afwezigheid bij de nationale ploeg valt wel op een slecht moment, want de positie van nationale doelman is vacant. Volkan Demirel van Fenerbahçe is al 34 en heeft zijn beste tijd gehad. Bondscoach Fatih Terim kiest nu bewust voor de jeugd en stelt elke interland een andere doelman op.”

Merk je dat er met de aanstelling van Fatih Terim een nieuwe wind waait?

“Geduld is een duur woord in Turkije. Supporters en clubverantwoordelijken willen onmiddellijk resultaat zien. Bij de nationale ploeg is dat niet anders. Terim – een icoon in Turkije – wil die denkwijze overboord gooien. Geruisloos schuift hij de oudere spelers aan de kant en hij gaat resoluut voor de verjonging. Een beetje zoals België dat een paar jaar geleden heeft gedaan.”

Is het een nadeel dat de nationale ploeg bijna uitsluitend bestaat uit spelers die in Turkije actief zijn?

“Turkse sporters zijn veel te honkvast. Ook voetballers. Hoeveel Turken zijn er succesvol in grote Europese competities, op de Turken na die in Duitsland zijn opgeleid? De uitzondering is Arda Turan van Atlético Madrid. Hij is een doorzetter en dat staat haaks op de mentaliteit van de gemiddelde Turkse voetballer. Een Turk kan het niet opbrengen om zich elke week op training en in de wedstrijd in te zetten. Met die ingesteldheid had ik het moeilijk bij Galatasaray het afgelopen seizoen.”

DOOR ALAIN ELIASY – FOTO’S: BELGAIMAGE / YORICK JANSENS

“Had Advocaat of Leekens me opgeroepen, dan speelde ik nu bij de Rode Duivels.”

“Belgische clubs mogen mij bellen, maar ik wil niet ten koste van alles terugkeren naar België.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content