Bart Goor is na vier jaar terug op Anderlecht en moet bij paars-wit tot een van de leiders uitgroeien. ‘Ambitie dreef me naar hier.’

Vier jaar lang zocht Anderlecht een opvolger voor BartGoor (32). Noch de Egyptenaar Tarek Said, noch de vaak door blessures geplaagde Tsjech Martin Kolar, de Fransman Fabrice Ehret of ChristopheGrégoire losten volledig de verwachtingen van de technische staf van paars-wit in. Vorig seizoen was het bij momenten triest om zien hoe de Zweed Wilhelmsson of Mbo Mpenza het gat aan de linkerkant moesten opvullen. Dus werd aan de Kempenaar voor het tweede jaar gevraagd of hij een terugkeer naar Brussel zag zitten. Vorige zomer gebeurde dat te voorzichtig. Anderlecht deed Goor een contractvoorstel waarin de aanvoerder van de nationale ploeg zich niet kon vinden en met Hertha Berlijn werd evenmin hard onderhandeld. Feyenoord deed dat toen wel en kreeg Goor voor een habbekrats, 250.000 euro.

Dit jaar ging Anderlecht wel voluit. De Rotterdammers, niet geneigd hun kapitein te laten gaan, kregen uiteindelijk de jonge belofte TimothyDe Rijck plus 1,7 miljoen euro. Plaatst Anderlecht zich straks voor de Champions League, komt daar nog eens een bonus van 200.000 euro bovenop. Een zwaar bedrag voor een dertiger, maar Goor zien ze in Brussel dan ook als een zekerheid, een garantie voor succes : zelden geblesseerd, een leider op en naast het veld. En bovenal polyvalent, vooral in een offensieve rol. Goor is als specifieke aanvaller maar ook als middenvelder te gebruiken. Dus schuift hij sinds begin juli weer netjes in zijn vaste hoekje aan, bij het tafeltje met Yves Vanderhaeghe en de andere Vlamingen. Alleen Glen DeBoeck ontbreekt, die zit nu aan de overkant, bij de technische staf.

Dinsdag moest Anderlecht een eerste keer vol aan de bak, tegen de kampioen uit Azerbeidjan, Bakoe, in de tweede voorronde van de Champions League. Ter voorbereiding speelden de Brusselaars vorige week een paar zwaardere oefenwedstrijden. Tegen Utrecht hanteerden ze een 4-4-2, ongeveer dezelfde elf probeerden het met 4-3-3 tegen Fenerbahçe. Tegen de Turken bleek dat niet de geschikte veldbezetting. De tegenstander kwam 2-0 voor en op het middenveld leken de Turken de hele tijd een man meer te hebben. Goor : “Na de rust zetten we dat recht, wat aangeeft dat we fysiek op punt staan en dat we kunnen voetballen. Misschien zat de busreis die vier uur duurde er voor iets tussen dat we zo loom van start gingen. Volgens mij zitten we op schema. De manier van spelen maakt voor mij niet zoveel uit, in principe verandert er niet veel en het is goed dat je op verschillende manieren uit de voeten kan. Onze 4-3-3 verschilt van de Nederlandse variant. Daar hebben ze echt specifieke buitenspelers die een actie moeten maken. Wij kunnen dat op rechts met Chippen (Wilhelmsson, nvdr), maar als Serhat vanaf de linkerkant speelt, moet hij meer vanuit het middenveld komen. Daarom lijkt het mij heel belangrijk dat de drie spitsen veel bewegen en door mekaar lopen, waarbij wij vanaf het middenveld infiltreren.”

Vermoedelijk, zegt Goor, hangt het straks van de tegenstander af welk systeem Anderlecht zal hanteren : “In een 4-4-2 heb je een mannetje meer op het middenveld, in een 4-3-3 hangt veel af van de manier waarop de spitsen verdedigen. Plaatsen zij zich goed, dan heeft het middenveld het makkelijker. Gebeurt dat iets minder, dan krijgt de tegenstander daar iemand vrij en hebben we het centraal moeilijker. Ik denk dat Franky nu gewoon kijkt wat mogelijk is en experimenteert tegen goeie ploegen om uit te vissen waar de lacunes liggen. Maar volgens mij zijn we mentaal én fysiek klaar voor de belangrijke opdrachten. Er wordt gretig getraind, Anderlecht werd vorig jaar geen kampioen en iedereen wil dat nu wél. Dat voel je op training.”

Met Proto, Mitu, Delorge, Serhat en Goor kocht Anderlecht vijf nieuwe namen. Tot dusver verdween alleen Aruna. De plaatsen worden duur. Wie haalt de basis ? Goor : “Proto allicht. Iemand met veel uitstraling, volgens mij een hele goeie keeper. Vriendelijk, normaal, rustig, iemand die het helemaal kan waarmaken. Heeft de mentaliteit de beste te willen zijn en dat lijkt me heel belangrijk. In Belgrado vond ik hem met de nationale ploeg heel goed. Of Anderlecht nood had aan een nieuwe keeper, daar spreek ik me liever niet over uit, ik ken de verhalen van vorig seizoen ook maar uit de krant. Hij is nog maar 22, maar bewees in de nationale ploeg al dat hij op dit moment de beste is. Altijd was hij titularis, ook toen hij nog heel jong was. Dat is heel belangrijk. Bij een topclub zitten maar niet spelen, zet in mijn ogen toch een rem op de ontwikkeling van een jonge voetballer.”

Haalt Mitu het niveau van een topclub ? Goor : “Hem zag ik alleen op training bezig. Aan de bal enorm sterk, gouden linker, goeie vista, kan een bal goed tussendoor spelen. Op dat vlak is de concurrentie niet min, met Pär en Walter, Maar dat wist hij toen hij hier tekende. Hetzelfde geldt voor Delorge, die al eens een paar dagen geblesseerd was. Heeft veel infiltratie- en loopvermogen, wat op de flank enorm belangrijk is. Serhat vind ik enorm sterk in ééntijdsvoetbal. Hij beweegt heel goed, beschikt over een groot loopvermogen, is vinnig voor doel, rondt snel af, kan vanuit beweging schieten. Uiteraard moet hij zijn draai nog vinden, maar hij heeft veel kwaliteiten, is ook voldoende balvast. Misschien blijkt het allemaal nog niet zo uit zijn eerste wedstrijden, maar die jongen moet wennen aan een nieuwe club, een ander land, andere spelers. Maar als je hem ziet op training weet je genoeg.”

Anderzijds : een Turks international die einde contract is en naar België komt, is die toch net niet goed genoeg voor de absolute top ? Goor : “Op een gegeven moment kan je genoeg hebben van een club waar je speelt. Naar wat ik vernam, probeerde Fenerbahce heus om hem te houden, dat zegt wel wat.”

Opvallend bij het huidige Anderlecht is het grote aantal spelers : ruim 30. Is dat nog werkbaar ? Goor : “Dat zal met de tijd uitdunnen, denk ik. Op dit moment splitst men de groep heel vaak. Qua sfeer is het nu nog allemaal goed. We zijn nog niet bezig, er is nog niemand echt teleurgesteld. Eens het seizoen op gang komt, zal dat wel gebeuren. Franky gaat er heel veel moeten teleurstellen, vrees ik. Dat wordt niet makkelijk.”

Het verwijt aan HugoBroos was dat hij zijn beslissingen onvoldoende motiveerde . Goor : ” Gullit deed dat evenmin. De ene speler kan daar beter mee om dan de andere. Het kan ook niet altijd, het is heel moeilijk om 34 spelers de hele tijd gemotiveerd te houden.”

Uit een trainersenquête komt Anderlecht naar voren als grote titelfavoriet. Zoals elk jaar zeker ? Goor : “Inderdaad. Al vind ik dat we Brugge niet mogen onderschatten. Zij hebben met Valgaeren achterin een belangrijke ervaren pion bij. Zijn enige nadeel zijn de vele kleine blessures. Op het middenveld is Sven Vermant helemaal veranderd als voetballer, met een enorm loopvermogen. Ook voor Ceh is er een vervanger met kwaliteiten.” Ze zijn wel Simons kwijt, ergens is het toch een ploeg in ombouw, met ook een nieuwe trainer. Goor : “Ja, maar anderzijds is er een serieuze basis om verder op te bouwen.”

Kan hij Anderlecht vergelijken met het team dat hij in 2001 na vier seizoenen verliet ? Goor : “Er zijn raakpunten. Dit is een ploeg die nu een paar jaar samenspeelt. Vorig seizoen waren er amper wijzigingen, nu ook niet. In mijn vorige periode begonnen we slecht, maar groeiden we uit tot een topploeg. Een vriendenploeg ook. Dat kan opnieuw, iedereen praat met iedereen, dat is heel positief. Vraag is of het straks op het veld in mekaar klikt, zoals vroeger. Ik denk van wel. Kwaliteiten heeft deze kern genoeg, als ze nu nog leren knokken…” Wat zijn de eerste indrukken van de trainer ? “Franky was destijds op training al vaak de man die op de voorgrond trad. Hij eist discipline, wat normaal is. Aimé Anthuenis liet het misschien allemaal iets losser, maar iedereen is anders, ik heb nog nooit twee dezelfde trainers gehad. Eén ding leerde ik intussen wel : discipline is heel belangrijk. Je mag een groep nooit loslaten.”

Hoe ziet hij zichzelf op het veld functioneren ? Goor : “In dezelfde rol als vorig jaar, ook toen speelde ik in een 4-3-3, eerst meer aanvallend, daarna meer op het middenveld. Buiten het veld ben ik niet de enige met ervaring en leiderscapaciteiten. Iedereen kan dat op zijn eigen manier doen, in zijn eigen compartiment. Uit de gesprekken met Franky leerde ik dat hij me er graag bij wilde – wat voor een speler heel belangrijk is – én dat ik gewoon mezelf moet blijven. Ik kom hier niet om uit te bollen, daarvoor voetbal ik nog veel te graag. Wat meespeelde bij mijn keuze was dat de trainer me graag wilde. In het andere geval had ik mijn contract bij Feyenoord nooit in vraag gesteld.”

Door de aanslepende transferperikelen werd het voor Goor een slopende zomer. “Eigenlijk had ik niet meer verwacht dat ik de voorbereiding nog zou beginnen bij Feyenoord. In mijn hoofd zat ik al bij Anderlecht, omdat ik het gevoel had hier mijn ambitie makkelijker waar te kunnen maken. Ik ben 32, ik wilde weer Champions League spelen. (Grijns.) Maar het liep niet zoals ik wilde, het sleepte allemaal heel lang aan. Feyenoord wilde echt het onderste uit de kan en liet me niet gaan. Ik kon me daar niet bij neerleggen, omdat ze serieuze versterkingen beloofden terwijl je daar op de transfermarkt niets van zag. Ik had ook een aanvaring met Lazovic. Als je daar vervolgens samen mee moet trainen, gaat dat moeizaam. Op het einde had je allemaal kliekjes, niet iedereen keek nog in dezelfde richting.”

Wat gebeurde er precies ? Goor : “Gewoon, een incidentje op training. Ik deed een harde tackle omdat we achter stonden en ze begonnen te lachen. Hij reageerde door te slaan terwijl die tackle niet eens op hem was. Dat ging bij mij te ver, je kapitein slaan… Ik wilde Simons erbij, maar dat bleek niet te kunnen. Dat tikte allemaal aan. Ze zijn nu bezig met Landzaat, hoor ik, en met Koen Daerden. Goeie, maar dure spelers. Maar het is nog allemaal praten, onderhandelen… PSV was vorig jaar zo sterk, die kloof dicht je niet makkelijk.”

In Nederland noemt de pers Feyenoord geen topclub meer. Goor : “In potentie is het nog wél een topclub. Het was een paar keer kantje boord : van Ajax verliezen in de laatste minuut, tegen PSV idem voor de beker.”

Gullit viel tegen als trainer. Kon de komst van een nieuwe trainer hem niet overtuigen ? Goor : “Ik ben speciaal voor één dag teruggevlogen uit vakantie voor wat gesprekken, onder meer met Erwin Koeman. Een heel goed gesprek, maar de knop was al omgedraaid. Het ging echt niet meer. Koeman zei tijdens de oefenwedstrijden terecht: hij toont het niet. Ik kon niet meer. Als een speler mentaal niet meer bij de club is, wordt het heel moeilijk. Buffel overkwam net hetzelfde. Of dat de doorslag gaf om me alsnog te laten vertrekken weet ik niet. Financieel deed Feyenoord een goeie zaak. Als je in één jaar voor een speler die je voor 250.000 euro haalde 1,7 miljoen krijgt, is dat goed gewerkt, hoe belangrijk zo’n speler ook is.”

Begrijpt hij dat clubleiders wel eens zuchten als zo’n voetballer die voor drie jaar tekende na één seizoen alweer weg wil ? Goor : “Ik begrijp hen, maar als die speler na één jaar weg wil, is dat ook een teken dat er wat scheelt.”

Speelde de agressie van de fans, die hem op de eerste training uitmaakten voor kut- en kankerbelg mee ? Goor : “Neen. Die reacties vind ik normaal. Allez, normaal… Die jongens steunen helemaal hun ploeg, dat is hun leven. Het legioen is deel van de charme van de ploeg. Uiteindelijk waren ze alleen verbaal agressief. Ze hebben mijn auto niet beschadigd en ze zijn ook niet bij mij thuis geweest.”

Wanneer zal het seizoen van Anderlecht geslaagd zijn ? Goor : “Ik denk dat we heel blij zullen zijn met de titel. We moeten door de voorrondes naar de Champions League. Tweede ronde ? Laat ons maar dromen van de eerste ronde en dan zien wat er kan.”

Is het middenveld van Anderlecht met zijn komst niet te oud ? Hij is 32, Vanderhaeghe al 35, Zetterberg wordt dit najaar 35. Goor : “Dat zal straks blijken. Als je altijd kan trainen, kan je moeilijk spreken van een te oud middenveld. Ik denk ook niet dat we qua snelheid niet meer meekunnen. Rotatie ? Heb ik nog niet meegemaakt. Als de trainer daarvoor kiest, zien we wel welk effect dat op ons heeft.”

Anderlecht heeft wel zeven Belgische internationals. Dat was ooit minder. Goor : “Qua communicatie is dat een troef. Bij Feyenoord hadden we vorig seizoen een Zweed als rechtsachter, een Tunesiër en een Amerikaan als centrale verdedigers en een Portugees als linksachter. Dan is communicatie soms heel moeilijk. Hier spreken ze dezelfde taal én ze spelen al twee jaar samen, dat is een dubbel voordeel.”

door Peter T’Kint

‘Ik ben 32, ik wilde weer Champions League spelen.’

‘Uiteindelijk waren de Feyenoord- supporters alleen verbaal agressief.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content