Bayerns nieuwe trainer Carlo Ancelotti is de rust zelve. Wat een contrast met zijn voorganger Pep Guardiola, die altijd zo druk was.

In welke taal het interview kan, vragen de twee reporters van Bild aan Carlo Ancelotti (57) op diens eerste dag op training. Het mag in het Duits, zegt de nieuwe trainer van Bayern: ‘Maar dan graag traag spreken. Ik versta het goed, maar ik heb veel tijd nodig om te spreken. Duits is moeilijk. Misschien doen we het beter in het Engels, want jullie hebben niet zo veel tijd.’

Van bij zijn aankomst wordt de aanpak van de nieuwe trainer bejubeld. Niet alleen omdat hij zo relaxed oogt en vertrouwen uitstraalt. Wanneer in een oefenwedstrijd Arjen Robben uitvalt en hem gevraagd wordt of hij geen nieuwe spelers nodig heeft, geeft hij een antwoord dat weinig proftrainers over de lippen krijgen. ‘Neen, ik heb genoeg goeie spelers.’

In het voorjaar verscheen de biografie van de man die in sobere omstandigheden opgroeide op een eenvoudige boerderij in Reggio-Emilia, waar elke lire drie keer omgedraaid werd en waar het wachten was op de inkomsten van de Parmezaanse kazen die een jaar moesten rijpen. Meer dan een levensverhaal vol anekdotes is het zijn handleiding om een voetbalclub sportief te leiden. Hoe hij dat aanpakt, blijkt al uit de titel, Quiet Leadership, met als ondertitel Winning hearts, minds and matches.

Hoe dat gaat? Door normaal te doen, maar de zaken grondig aan te pakken, en vooral: door goed voorbereid te zijn.

Dus volgde Ancelotti, met het oog op zijn job in München, samen met zijn Canadese vrouw zes maanden lang Duitse les aan de universiteit van Vancouver. Twee uur per dag privé-onderricht.

Eerder in zijn trainersloopbaan mocht Ancelotti ervaren hoe belangrijk het is de taal te spreken van de club waar je aan de slag gaat. In mei 2008 trok Chelsea voor het eerst aan zijn mouw. Twee keer zat hij met de club aan tafel. Uiteindelijk koos Roman Abramovitsj voor de Braziliaan Felipe Scolari. De reden? Ancelotti’s gebrekkige kennis van het Engels.

Toen Chelsea in februari 2009 opnieuw aanklopte, voerde toenmalig directeur voetbalzaken Mike Forde in zes weken twintig intensieve gesprekken met Ancelotti, waarin hij hem briefte over Chelseas strategie, en hem vroeg naar zijn manier van werken. Het was de eerste keer dat hem zoiets overkwam, zegt Ancelotti. ‘De voorzitter van Reggiana had dat niet gevraagd toen hij me als eerste polste voor de trainersjob. Hij wilde gewoon een man uit de buurt, en een grote naam. Ik was beide.’

Toen de besprekingen met Chelsea afgerond waren, trok Ancelotti, om aan de kritiek van een jaar eerder tegemoet te komen, naar Nederland, waar hij een week lang een intensieve cursus Engels volgde, van acht uur ’s ochtends tot acht uur ’s avonds. Ook bij PSG en Real zou hij zich zo inwerken. ‘Ik was een buitenlander in Engeland, Frankrijk en Spanje, dus verplichtte ik me de taal te leren. Ik moet kunnen communiceren met de spelers en de media, ik moet tonen dat ik mijn taak ernstig neem, en ik verwacht hetzelfde van mijn spelers. De taal leren is een aanwijzing of een speler moeite wil doen om deel uit te maken van zijn nieuwe gemeenschap. Bij PSG spraken sommige spelers in het begin Italiaans onder elkaar, waardoor de Fransen, die geen andere talen kenden, zich buitengesloten voelden.’

FAMILIE

Waar hij ook aan de slag gaat, overal probeert hij zich aan de bestaande cultuur aan te passen, zonder zichzelf te verloochenen. ‘Mijn stijl verander ik niet. Uiteindelijk haalt men me om wie ik ben. Als je een leider haalt, moet je je afvragen welke rol hij moet spelen: die van cultuurbewaker of die van innovator? Het is makkelijker om je aan je nieuwe omgeving aan te passen dan om alles naar je hand te zetten. José Mourinho deed het goed bij Real, maar hij was niet de man die bij die cultuur paste.’

Florentino Pérez koos Ancelotti om de kleedkamer tot rust te brengen na Mourinho’s vertrek. Maar Ancelotti wist ook dat Pérez in de twaalf jaar voordien negen trainers versleten had. Op een dag was het ook voor hem over. ‘Ik had geen zin om mijn manier van werken aan te passen, mezelf te verloochenen voor misschien één extra prijs. Ze halen je omdat je aardig en rustig omgaat met de spelers, maar als het mis gaat, ligt net daar het probleem. Als ik win, is het omdat ik rustig blijf. Als ik verlies, ook.’

Wat Ancelotti altijd en overal doet, is een familiegevoel creëren. ‘Ik vind het belangrijk om aangenaam samen te werken met de mensen rondom mij. Voor mij is een familiale sfeer een noodzaak om succes te hebben.’

Dat familiegevoel begint voor Ancelotti aan tafel. Daarom was hij stomverbaasd dat PSG niet eens over een restaurant beschikte waar de spelers samen konden eten. Gevolg? De spelers arriveerden, kleedden zich om voor training en waren een halfuur na afloop al naar huis. Het eerste wat Ancelotti deed, was bij het trainingscentrum eten voorzien, zodat de spelers voor de training samen konden ontbijten en nadien lunchen. Dat concept leerde Ancelotti bij AC Milan, waar hij op Milanello een structuur ontdekte die erop gericht was van de hele club één grote familie te maken, van de beste speler tot de materiaalman en de kelners in het restaurant.

SOFT POWER

Welk een weldoend effect de komst van Carlo Ancelotti op de spelers van zijn nieuwe club heeft, bleek al meteen uit het eerste interview van Franck Ribéry tijdens de Amerikaanse tournee van Bayern. Ancelotti’s voorganger Guardiola kreeg net geen sneer. ‘Ik heb graag dat ik gewaardeerd word door de trainer. Dat is met Ancelotti zeker het geval.’

Carlo Ancelotti is de rust zelve. Daarnaar gevraagd, zegt hij: ‘Ik ben een rustig man, dat komt door mijn familie. Mijn vader was rustig. Hij schreeuwde nooit, sloeg me nooit. Mijn moeder was ook zo.’

‘Het beste is’, zegt hij ‘soft power te gebruiken. Spelers overtuigen de regels te volgen omdat ze er zelf in geloven. Er zijn zaken waarin je soepel kunt zijn en andere waarin je dat niet mag zijn. Een van mijn principes is: geef altijd honderd procent op training. Een ander punt waar niet over te onderhandelen valt: respect voor het team en de technische staf.’

‘Als de spelers zeggen: ‘Trainer, we hebben een lastige week voor de boeg, mogen we een uurtje langer slapen?’, dan kan dat. Maar als we een meeting hebben voor een match, moeten ze op tijd zijn. Bij Chelsea hadden we een meeting om halfelf en Didier Drogba daagde een halfuur later op. Dus speelde hij niet. Zijn vervanger, Nicolas Anelka deed het goed, en dus startte Drogba de volgende match weer niet in de basis.’

Altijd houdt hij rekening met plaatselijke gewoontes. Soms noodgedwongen. In Engeland schrok hij toen voor een match op Sunderland de bus niet tot bij de stadioningang geraakte. Toen de veiligheidsverantwoordelijke suggereerde om het laatste eind te voet te gaan, tussen de menigte, en vroeg of dat oké was, antwoordde Ancelotti, opgegroeid met de gewelddadige Italiaanse stadioncultuur: niet oké! ‘Maar er bleek geen andere mogelijkheid. Het liep perfect. Sommige Sunderlandfans namen foto’s. Ik ben in Engeland niet één keer beledigd.’

Niet alleen in de dagelijkse werking, maar ook langs de lijn tijdens de wedstrijd is Ancelotti meestal de rust zelve. Logisch, vindt hij: ‘Tijdens de match kan een trainer niets doen, dan is het aan de spelers om uit te voeren wat ze vooraf meegekregen hebben. Tijdens de rust kun je iets bijsturen, maar ook dan heb je maar een paar minuten.’

Het maakt dat, wanneer hij dan toch een keer wild tekeergaat, dat zijn effect niet mist. Zoals die ene, lamentabele match toen PSG op het veldje van Evian er niets van bakte. ‘Plots ging die wenkbrauw omhoog en besefte ik dat er iets zou gebeuren’, vertelt Zlatan daarover. ‘Er stond een doos midden in de kleedkamer. Carlo schreeuwde en trapte woest tegen die doos, die recht tegen mijn hoofd vloog. Jesus, dacht ik, nu is hij echt boos. Toen ik doorhad dat het echt was, besloot ik dat het beter was om niet te reageren. Ik had hem nog nooit zo gezien.’

Wat kan zo’n rustige man buiten zichzelf van woede doen geraken? Ancelotti: ‘Wanneer er gebrek aan concentratie is, als er op mentaal vlak iets scheelt. Ik ben zelf lang genoeg voetballer op topniveau geweest om te weten dat iedere speler fouten maakt, maar je mentaliteit en je professionele ingesteldheid bepaal je zelf. Op elk moment.’

Wat hij beoogt, is dat zijn spelers hun verantwoordelijkheid opnemen. ‘Op de club kan ik hen van negen tot vijf controleren. Daarbuiten hebben ze een privéleven. Daar heb ik geen greep op, ik zou dat ook niet willen. Elk is voor zichzelf verantwoordelijk. Wie dat niet kan, pak ik keihard aan.’

MOOI VOETBAL

Een logische vraag in een club die de afgelopen jaren doordrongen was van het spelen op balbezit, het tikitakavoetbal van Pep Guardiola, luidt: wat vindt hij als trainer het belangrijkst? Winnen of mooi voetballen? Zijn antwoord is dat van iemand die gepokt en gemazeld is in het Italiaanse voetbal, waar alles om winnen en tactiek gaat, maar die ook veel heeft geleerd van zijn mentor Arrigo Sacchi,die met Milan aantoonde dat winnen met mooi voetbal zoveel meer voldoening geeft. Ooit omschreef Sacchi zijn aanpak als volgt: non solo vincere ma convincere: niet alleen winnen maar ook overtuigen.

‘Ik weet dat ik altijd op mijn volgende resultaat beoordeeld word. Dus moet ik winnen’, legt Ancelotti uit. ‘Maar winnen kan pas als je goed voetbalt, een goeie organisatie hebt en een echte teamspirit. Het belangrijkste is een team samen te stellen waarin iedereen bereid is de ander te helpen.’

Wat hij nooit doet, is alles omgooien om zijn eigen principes door te duwen. Ancelotti is geen man van de revolutie, maar van de evolutie. Dus zegt hij, bij zijn start in München: ‘Wat Guardiola bij Bayern deed, was fantastisch. Wat ik in eerste instantie ga doen, is die lijn doortrekken. Ondertussen probeer ik mijn mentaliteit op de spelers over te brengen. Ik pas mijn ideeën aan de kwaliteiten van mijn spelers aan. Van mij mag iedereen mooi voetballen, met zo veel mogelijk balbezit. Voetballen is aanvallen. Wat ik geleerd heb, is dat als ik geen technisch vaardige spelers heb en ik niet op balbezit kan spelen, dan moet ik iets anders uitvinden. Maar Bayern heeft een weelde aan technische spelers. Daarom ga ik niet veel veranderen in vergelijking met de voorbije seizoenen. Behalve één ding: wanneer het kan, wil ik dat ze meer verticaal voetballen, naar voren gericht.’ Hij vindt het logisch dat hij een paar eigen accenten legt. ‘Maar dat pakt alleen wanneer de spelers overtuigd zijn dat die kleine veranderingen hen helpen om beter te worden. Alleen dan worden ze ook beter.’

4-4-2

Hoe hij gaat spelen, daarover laat de nieuwe Bayerntrainer niet in zijn kaarten kijken. Op de vraag of hij, zoals zijn landgenoot Antonio Conte,een driemansverdediging verkiest: ‘Ik hou niet vast aan één systeem. Maar met drie verdedigers is het moeilijk om het hele veld te bestrijken. Met vier lukt dat beter. Met drie verdedigers heb je vijf man nodig die moeten verdedigen.’

Een paar jaar geleden klopte Ancelotti met Real het Bayern van Pep Guardiola, dat het meeste balbezit had, maar op de Spaanse verdediging vastliep. ‘Toch hou ik niet van countervoetbal. Ook al is het de meest efficiënte manier om doelpunten te maken. Ik wil zelf de bal hebben, aanvallen en een hoog tempo opleggen. Maar wanneer het in bepaalde omstandigheden nodig is terug te grijpen naar de counter, moeten wij in staat zijn dat te doen. Dat was het geval in die wedstrijd tegen Bayern. Ik wist dat ik Bayern niet kon verhinderen op balbezit te spelen. Onmogelijk. Wanneer iets onmogelijk is, moet je iets anders proberen.’

Hij wil, door scha en schande wijs geworden, geen man zijn van één systeem. ‘Bij Parma hadden we ooit de kans om Roberto Baggio te kopen. Ik zag dat niet zitten. Ik speelde altijd 4-4-2 en daar paste Baggio, die het liefst achter de spitsen speelde, niet in. Achteraf had ik daar spijt van. Ik had Baggio moeten nemen en een tactische oplossing uitdokteren die werkte voor hem én voor het team. Dat leerde ik bij Juventus, waar Zinédine Zidane niet in mijn 4-4-2 paste. Dus liet ik hem achter de twee spitsen aantreden, met vier middenvelders en drie verdedigers achter hem.’

Ook bij Real stuurde hij zijn eerste plan bij. ‘Ik wou Cristiano Ronaldo in de spits naast Karim Benzema zetten. Ik dacht dat hij best midvoor kon spelen, maar hij zag dat zelf niet zitten. Hij wilde liever aan de buitenkant lopen. Toen dacht ik: waarom zou ik de positie veranderen van iemand die 60 goals per jaar maakt? En ik koos voor 4-3-3, met Ronaldo aan de buitenkant. Alleen door naar de speler zelf te luisteren.’

Andrea Pirlo is nog zo’n voorbeeld van hoe een trainer beter wordt door naar een speler te luisteren. ‘Ik moest met Milan mooi voetbal brengen en ik had iemand nodig om diep teruggezakt op het middenveld te spelen. Toen zei Pirlo, die tot dan een aanvallende middenvelder was geweest en die even vaak niet als wel had gespeeld: ‘Ik kan dat.’ Even bedacht ik dat hij het moeilijk zou krijgen, omdat er in die nieuwe functie veel meer werk verricht moest worden, maar ik zei niets over mijn twijfels, en we werkten een manier van spelen uit met nadruk op de aanvallende voordelen van die nieuwe functie. Het gevolg? Pirlo pikte het op en Milan, hij én ik werden er beter van.’

Bij Bayern is Ancelotti alvast niet van plan om tegen de start van de Bundesliga een basisteam te distilleren uit de ruime kern. ‘Ik ben van plan te roteren. Als je met een basisploeg werkt, heb je na een seizoen elf gelukkigen en veel ongelukkigen. Roteren is belangrijk om alle spelers een heel jaar gemotiveerd te houden.’

‘Ik heb geen sterkste elftal. Helaas. Een sterkste elftal hebben, dat zou pas makkelijk zijn. Dan hoef je niets te veranderen. Helaas heb ik geen elf, maar twintig spelers die bij elke topploeg in Europa basisspeler zouden zijn’, grijnst hij. ‘Alleen kan ik er daar maar elf van opstellen.’

DOOR GEERT FOUTRÉ EN KARL-HEINZ WILD – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Ik vind het belangrijk om aangenaam samen te werken met de mensen rondom me.’ CARLO ANCELOTTI

‘Als ik win, is het omdat ik rustig blijf. Als ik verlies, ook.’ CARLO ANCELOTTI

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content