‘Ik snakte bijna naar een amputatie’

© BELGAIMAGE - BRUNO FAHY

Het leven mag ongenadig zijn, maar zelfs in de donkerste tijden kan sport een lichtpunt zijn. De laatste aflevering: Armand Marchant, de skiër die in januari 2017 zwaar ten val kwam en nu, na zeven operaties en tweeënhalf jaar revalideren, zijn comeback maakte.

Een breedgeschouderde Armand Marchant (21) komt ons lachend tegemoet in Hotel Van Der Valk in Verviers, dat twee jaar geleden ook al het decor vormde voor een eerste ontmoeting. Zijn postuur is veranderd. De man ziet er zwaarder gebouwd uit en staat vooral sterk op zijn benen. Wie had dat gedacht toen begin 2017 in het Zwitserse Adelboden zijn scheenbeen verbrijzeld werd onder zijn eigen gewicht? Een maand voor het noodlot toesloeg, had Marchant nog als eerste Belgische skiër ooit punten gepakt in de Wereldbekerwedstrijd in Val d’Isère. Door zijn ongeval kwam de doorbraak van de knul uit Thimister prompt tot stilstand. ‘De eerste veertig minuten na het ongeval duurden ontzettend lang. Mijn moeder, die dierenarts is van opleiding, vond het al een goede zaak mocht ik opnieuw kunnen stappen’, vertelt Marchant.

Had ik die beproevingen niet meegemaakt, dan was ik wellicht niet de skiër geworden die ik vandaag ben.’ Armand Marchant

Er zouden zeven operaties volgen. Met een chirurgische precisie werden de puzzelstukken naast elkaar gelegd. Gevolgd door een oplap van de gewrichtsbanden en een kijkoperatie. Aan die helletocht kwam in augustus definitief een einde, toen hij zijn officiële comeback maakte in Nieuw-Zeeland bij de start van het nieuwe seizoen. Op de heuvelruggen van Oceanië heeft hij met eigen ogen gezien hoe de heersende hiërarchie opgejaagd werd door onder anderen Sam Maes, de voormalige bronzenmedaillewinnaar van het WK bij de junioren. Maes is een zekerheid binnen de toekomstige Belgische delegatie voor de Winterspelen. ‘Je kunt de oorzaak en het gevolg niet uit elkaar trekken. Ik heb aan iedereen in België getoond dat het mogelijk is om iets te realiseren’, aldus Marchant.

Tijdens de Wereldbekerwedstrijd in Levi, het Finse deel van Lapland, gaat Marchant gegarandeerd op puntenjacht. ‘Ik leef voor dat soort ervaringen. Ik droom er al een tijdje van. Op Wereldbekerwedstrijden hangt er een speciale en bloedstollende atmosfeer rond de piste. Ik kijk ernaar uit om er aan te beginnen.’

Na je ongeval en je eerste operaties was je gedurende veertig dagen aan je bed gekluisterd. Hoe heb je die lange periode van inactiviteit doorgemaakt?

ARMAND MARCHANT: ‘Ik zag het niet meer zitten. Ik had zoveel pijn dat ik ’s nachts geen oog dicht deed. Het heeft een twintigtal dagen geduurd voor ik weer bij zinnen kwam. In die periode ben ik meer dan tien kilo vermagerd. Maar alles went. Ik probeerde de tijd te doden door te lezen of te gamen. Ik ben een autofreak en ik ging de advertenties af terwijl ik mij inbeeldde hoe het zou zijn om een wagen op te knappen. Ik prijs mij wel gelukkig dat ik bijna onmiddellijk opnieuw ben beginnen te sporten. Met de handbike heb ik de spieren van mijn bovenlichaam kunnen trainen.’

Heb je tijdens die donkere periode gedacht dat je nooit meer zou kunnen skiën?

MARCHANT: ( blaast) ‘Toch wel. In het begin dacht ik dat ik mijn been zou kwijtraken. Dat kwam in mij op toen ik in Antwerpen onder het mes moest en er complicaties aan het licht kwamen. De sfeer om mij heen was alles behalve rustgevend en ik stak mijn hoofd vol met sombere gedachten. Het ging zo ver dat ik bijna snakte naar een amputatie… Ik dacht gewoon: het zou makkelijker zijn mocht ik effectief mijn been verliezen.’

Wat heeft je erdoor gehaald?

MARCHANT: ‘Eerlijk? Ik heb er geen flauw idee van. Ik was in shock en tegelijk zat ik in mijn bubbel. Ik was op iets aan het wachten. Maar wat? Het was een bizarre periode: ik wist niet waar ik aan toe was en wat ik moest doen. Van zodra ik mocht stappen en weer mocht trainen, heb ik mij weer laten meeslepen door de sport.’

FRANSE CHIRURG

Na enkele weken revalideren mocht je weer op de skilatten staan, maar met je knie ging het niet goed. Je onderging eerst een ingreep aan de kruisbanden en daarna was de meniscus aan de beurt. Had je soms niet de indruk dat je ter plaatse bleef trappelen?

MARCHANT: ‘Een beetje… ( denkt na) In feite had ik het vooral moeilijk tussen twee operaties. Ik ging na een operatie op consultatie bij mijn chirurg om de laatste twijfels weg te nemen. Maar terwijl je op het verdict wacht, zit je in een zeer ongemakkelijke situatie, want je weet eigenlijk niet wat er te gebeuren staat. Het was dus best heftig toen ik vernam dat er nogmaals een medische ingreep nodig was om mijn kruisbanden te herstellen. Weer zes maanden revalideren. Weer pendelen tussen mijn huis en gespecialiseerde behandelingscentra. Uiteindelijk heb ik mezelf ervan kunnen overtuigen dat het een noodzakelijk kwaad was en dat ik hier door moest gaan.’

Had je op het einde geen speciale relatie met je chirurg?

MARCHANT: ‘Zeker weten! ( lacht) Professor Peter Verdonk heeft mij vanaf dag één begeleid. Hij zag in mij een mooie uitdaging en heeft dat ook letterlijk geschreven in sommige e-mails: ‘Jij bent mijn medisch mirakel. Ik had nooit gedacht dat je nog zou kunnen skiën.’ Maar hij heeft altijd geweten dat een comeback meer dan ooit mijn doel was. Hij werkt als een bezetene, maar hij beantwoordt mijn tekstberichten binnen het halfuur. Zonder hem zou ik nooit geraakt zijn waar ik nu sta. Op een gegeven moment zat ik zo in de knoop met mezelf dat ik een andere chirurg in Frankrijk heb geraadpleegd. Zijn discours was demotiverend: hij wilde mij doen inzien dat ik er maar best de brui aan gaf, om de kosten te drukken. Na die afspraak was ik compleet aangeslagen. En ik moest helemaal alleen naar huis rijden. Die rit zal ik niet snel vergeten.’

Armand Marchant tijdens de reuzenslalom in Sölden in 2016, het seizoen voor zijn zware blessure.
Armand Marchant tijdens de reuzenslalom in Sölden in 2016, het seizoen voor zijn zware blessure.© BELGAIMAGE – BRUNO FAHY

Tijdens ons eerste interview in 2017 zei je met veel zin voor ironie dat je wereldrecordhouder was qua aantal deelnames aan wedstrijden. Denk je achteraf niet dat het hectische tempo waarmee je de wedstrijden aan elkaar reeg, je eerste blessure heeft veroorzaakt?

MARCHANT: ‘Misschien. Maar volgens mij is het eerder een combinatie van oorzaken. Toen ik mijn coach Raphaël Burtin ontmoette, vroeg hij mij één ding: hij wilde dat ik aan evenveel wedstrijden zou deelnemen als Franse skiërs, om mijn achterstand op te halen. Ik ben dus als een gek beginnen te skiën – op den duur was ik het gewoon – maar in januari 2017 raakte ik geblesseerd. Ik denk dat de oorsprong van die blessure te wijten is aan wat op het einde van het seizoen daarvoor was gebeurd. Met twee vrienden ben ik naar Thailand afgezakt nadat ik vrijwel het record had gebroken wat betreft het aantal wedstrijden waarin ik aan de start verscheen. Het was mijn eerste vakantie zonder mijn ouders. Ik was fysiek op, maar laten we zeggen dat ik niet veel gerust heb… ( grijnst) Na die break heb ik meteen met honderd per uur de trainingen hervat. Ik had er een heel goed seizoen opzitten en ik wilde er weer invliegen. En dan is het snel gegaan: er was die koers in Val d’Isère ( Marchant pakte er zijn eerste Wereldbekerpunten, nvdr) waar ik griep te pakken kreeg, en aansluitend tekende ik present in Zagreb en Adelboden. Ik ben toen na de wedstrijd in Kroatië rechtstreeks naar Zwitserland doorgereisd met mijn busje. Voor het ongeval was ik dus ziek en ik had die uren achter het stuur wellicht nog niet verteerd. Er was dus een hele context rond die blessure.’

LEVEN ALS NIET-SKIER

Wat heb je over jezelf geleerd dankzij deze nare ervaring?

MARCHANT: ‘Dat ik te allen tijd mezelf wil blijven. Als jonge gast ben je nog zoekende en dartel je links en rechts rond. En je dreigt te verdrinken in je eigen stommiteiten. Niet zo lang geleden was er geen verschil tussen de ik op skilatten en de ik buiten de pistes. Nu gun ik mezelf momenten om stoom af te blazen en te relaxen. Skiën vreet zoveel van je energie dat je de druk van de ketel moet halen. Nu en dan organiseer ik een weekend onder vrienden. Zelfs toen ik geblesseerd was, ben ik uitgebreid op de zwier gegaan. Het liet mij toe om mijn zinnen te verzetten en bepaalde zaken te vergeten. Ik had daar echt behoefte aan. Je uitleven kan deugddoend zijn en ik moet mij blijven inprenten dat het op mij een helend effect heeft gehad. Ik wil binnen een aantal jaar niet denken: had ik maar niet naast mijn jeugdjaren gegrepen. Ik wil volop genieten van mijn leven als niet-skiër. Kortom: in het dagelijkse leven wil ik gewoon een jongeman van 21 jaar zijn.’

Maar je bent wel een ander man geworden?

MARCHANT: ‘Ik ben volwassen geworden. Ik gedraag mij proactief. Vroeger kreeg ik van mijn fysiektrainer een planning en ik voerde die tot in de puntjes uit. Nu zal ik het trainingsprogramma proberen te begrijpen en kritisch bekijken. En ik zal proberen om verbeteringen aan te brengen. Ik wil meer de leiding nemen binnen het team. Als ik op voorhand weet dat een van de oefeningen te pijnlijk is, dan zal ik mijn coach erover aanspreken. Als het moet, pas ik. Ik heb de waarheid niet in pacht, maar ik ben wel de persoon die op de piste alles gewaarwordt.’

Na enkele tests in Frankrijk en Italië heb je officieel de draad opgepikt in Oceanië. Je terugkeer was geslaagd, want in augustus won je de Super G in Nieuw-Zeeland. Had je geen schrik dat de automatismen weg waren?

MARCHANT: ‘Had ik die beproevingen niet meegemaakt, dan was ik wellicht niet de skiër geworden die ik vandaag ben. Ik ben mezelf een paar keer tegengekomen en dat heeft bijgedragen tot mijn algemene ontwikkeling. Mijn volgende doel is om opnieuw punten te sprokkelen tijdens de Wereldbekermanches. Door mijn blessure heb ik de Winterspelen van 2018 gemist en ik zal er alles aan doen om erbij te zijn in Peking in 2022. Maar ik wil niet naar de Spelen gaan louter om mijn uitrusting op te pikken en enkele leuke foto’s te posten op Instagram. Als ik ga, wil ik een resultaat neerzetten. Ik ga niet alleen om deel te nemen.’

Karts en darts

Wat ging er door je heen toen je aan de start kwam van de eerste manche van de reuzenslalom in het Nieuw- Zeelandse Coronet Park?

MARCHANT: ‘Het was een bijzonder emotioneel moment. Ik was zo overmand door emoties dat ik in het begin zelfs moeite had om mij te concentreren. Na de eerste manche ging ik als vierde over de finish… Ik moet toegeven dat ik toen een paar traantjes heb gelaten en niet veel later ben ik in de armen van mijn kinesist en coach gevallen. ( lacht) We hebben niet veel tegen elkaar gezegd, maar we voelden alle drie dat er iets ongelooflijks gebeurd was. De cirkel was rond. We konden eindelijk de pagina omdraaien. Enkele tegenstanders hebben mij gefeliciteerd, anderen waren simpelweg te verrast om iets te zeggen, omdat ze mij totaal afgeschreven hadden. Daarom was die overwinning zo belangrijk. Zij hadden gedurende tweeënhalf jaar kunnen trainen terwijl ik het bed moest houden of in de gym zat. En uiteindelijk klopt datzelfde gastje, dat verloren leek voor het skiën, hen bij zijn comeback. Het respect en de erkenning die ik van de jongens kreeg, hebben mij deugd gedaan.’

Je hebt er een serieuze lijdensweg opzitten. Geeft jou dat een mentaal voordeel op de rest?

MARCHANT: ‘Echt niet. En dat heeft te maken met de oefeningen op mentale beeldvorming die ik in in de praktijk heb toegepast. Ik probeer mijn wedstrijden en die van mijn concurrenten te visualiseren. Toen ik weer op de skilatten kroop, leek het alsof ik ze nooit had uitgedaan.’

Je hebt ooit gezegd dat je geprogrammeerd was om te sporten en dat je een andere discipline zou proberen. Heb je tijdens je herstel je geluk gevonden?

MARCHANT: ‘De enige sport waarin ik mij helemaal kon laten gaan, was karting. Zodoende heb ik veel zitten racen en ik heb mij recent zo’n kart aangeschaft. De snelheden die je haalt en de tracés die je moet volgen, doen mij een beetje denken aan skiën. Ik ben gek op motorsporten en ik zou mij na mijn carrière eventueel kunnen heroriënteren naar het karten. Maar op dit moment weet ik dat ik gemaakt ben om te skiën. Dat is nog meer tot mij doorgedrongen toen ik opnieuw aan wedstrijden mocht deelnemen.’

Hoe heb je gewerkt aan je mentale beeldvorming?

MARCHANT: ‘Het kan vreemd klinken, maar ik heb op mentaal vlak vooruitgang geboekt door te darten. Tijden het zappen zijn mijn coach en ik toevallig blijven plakken op het WK darts en daarna zijn we non-stop beginnen te spelen. Toen we in Nieuw-Zeeland zijn aangekomen, hebben we meteen een bord gekocht. Het is een sport die op mentaal vlak zo veel eist – intense momenten van concentratie worden gevolgd door héél korte periodes – dat het veel sporters zou kunnen helpen. Ik zal een voorbeeld geven: wanneer ik een dubbele 13 moet gooien om het spel te winnen, zal ik in dezelfde gemoedstoestand moeten kruipen als bij de start van een skiwedstrijd. Ik had het nooit voor mogelijk gehouden, maar ik heb veel aan darts gehad. Vóór een wedstrijd zul je mij nooit zien spelen. Anders geraak ik niet vooruit, dan ben ik op mentaal vlak al helemaal leeggezogen.’ ( lacht)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content