‘Vincent Mannaert belde me en bij Anderlecht stond Herman Van Holsbeeck achter mijn komst.’ Toch verlengde middenvelder Thomas Buffel afgelopen zomer zijn aflopend contract bij RC Genk, hoewel Frank Vercauteren hem niet altijd meer opstelde.

‘Ik was een beetje de dupe.’

Sinds Mario Been neerstreek in Genk, staat middenvelder Thomas Buffel (30) weer bij elke wedstrijd aan de aftrap. De Bruggeling is dan ook blij dat hij begin juni besloot om in de Cristal Arena te blijven.

De onderhandelingen over een verlenging van je aflopend contract sleepten eerst wat aan. Hoe kwam dat?

Thomas Buffel: “Ik hield rekening met mijn leeftijd. Als ik nog eens de grens wilde oversteken, was het misschien wel het moment. Uiteindelijk gaf ik het sportieve de voorkeur op het avontuur, omdat ik nu nog altijd kan presteren. De weg naar Europees voetbal lag hier open. Dat element woog sterk door; we konden de Champions League halen, waarin ik met Feyenoord en de Glasgow Rangers al eens speelde. Voor een voetballer is dat iets heel moois.”

Welke andere clubs waren in beeld?

“De technisch directeur van Bochum sprak me aan. Ook een Engelse tweedeklasser nam contact met me op. Voor de rest belde Vincent Mannaert me en vroeg een manager of ik geïnteresseerd was in Anderlecht. Ik hoorde dat Herman Van Holsbeeck achter mijn komst stond, maar dat de trainer me net iets te oud vond. Anderzijds haalden ze – via dezelfde manager – wel Milan Jovanovic.”

Hoe ernstig overwoog je een overstap naar bijvoorbeeld Club Brugge?

“Je luistert naar wat je geboden wordt. Anderzijds hield ik een goed gevoel over aan mijn twee vorige seizoenen hier, dat zorgde ervoor dat ik sterk geneigd was om bij te tekenen. Ik wist wat ik hier had en dat moet je op een gegeven moment ook koesteren. Maar goed, je wacht wat langer, het is een spel dat gespeeld wordt, van beide kanten, de clubs laten ook niet direct het achterste van hun tong zien.

“Uiteindelijk was het geen makkelijke situatie, want bij Vercauteren speelde ik eerst alle wedstrijden, maar moest ik vorig seizoen in de play-off knokken voor mijn plaats. Ik wist dat die lijn dit seizoen doorgetrokken kon worden, maar besloot dat niet uit de weg te gaan.”

Speel je nu niet bij Club of Anderlecht omdat geen van die twee echt doorduwde?

“Dat zijn dingen waarover ik het nu niet meer wil hebben.”

Het Nantesverhaal van Frank

Klopt het dat bij Genk de duur van je nieuwe contract een twistpunt was, dat je meer wilde dan de twee jaar die je aangeboden kreeg?

“Je zet natuurlijk iets hoger in. Eigenlijk had ik het gevoel dat de club me een contract van langere duur wilde geven dan de trainer. Na vorig seizoen zei die dat hij de club geadviseerd had om me maar een contract voor twee jaar te geven. Toen vertelde hij een verhaal over zijn tijd bij Anderlecht. Hij wou daar ooit ook eens een contract van langere duur, maar kreeg er een van twee jaar. Toen vertrok hij naar Nantes.”

Je hebt nu een prestatiegericht contract.

“Het is hetzelfde contract als mijn vorige, alleen is het beter in die zin dat ik bonussen kan verdienen als het team het goed doet.”

Je tekende die overeenkomst vrij vroeg, toen was de kans nog reëel dat je in een afgeroomde ploeg zou belanden.

“Klopt, maar de club had inkomsten en toen ik bijtekende, polste ik ook wel naar de bedoelingen. Ik schatte daarnaast in dat Genk niet tevreden zou zijn met één succesjaar.”

Anderzijds vormden de investeringen in het sportieve bij Genk een item. Vercauteren kreeg begin vorig seizoen niet de versterkingen die hij vroeg.

Mja. Een ploeg samenhouden, dat is volgens mij de grootst mogelijke versterking. Nieuwe spelers hebben altijd een inloopperiode nodig, zelfs als ze beter zijn dan hun voorgangers.”

Vreesde je bij het vertrek van Thibaut Courtois niet dat het eerste dominosteentje gevallen was?

“Het bestuur had gezegd dat ze één of twee transfers zouden laten gebeuren. En toen we twee seizoenen geleden nog Europees voetbal afdwongen, liet LászlóKöteles ook een heel degelijke indruk.”

Gebroken belofte

Hoe kwam het dat je op het eind onder Vercauteren niet altijd speelde?

Goh, dat is moeilijk in te schatten. Ik werkte een goede voorbereiding af. Ik deed alle trainingen mee en voelde me op conditioneel vlak heel goed. In de openingswedstrijd hier, tegen Lyon, die wat als graadmeter diende, vond ik me heel sterk spelen. In de aanloop naar de supercup was gezegd dat Anthony Vanden Borre en ik elk een helft zouden spelen. Maar in de eerste helft viel er een rode kaart en toen hield hij zich plots niet meer aan die belofte. Ik begrijp misschien wel dat hij met tien tegen elf een andere keuze maakte, maar ik was toch de pineut. In de thuismatch tegen Partizan gebeurde iets gelijkaardigs. Toen mocht ik starten, maar nadat Anele in de eerste helft rood had gekregen, koos de trainer ervoor om bij de rust Vanden Borre in te brengen. Dat waren sleutelmomenten. In de periode nadien hield hij vast aan Vanden Borre.”

Hoe goed snapte je zijn tactische redenering?

“Hij wou Vanden Borre als rechtsback gebruiken, maar in het verleden zag ik dat hij hem soms niet op die positie durfde te zetten, omdat Vanden Borre af en toe nog wat te speels was. Het ene strookt niet met het andere. Hij had ook Timothy Durwael kunnen inbrengen, mij laten staan en er een spits uithalen. Goed, dat zijn keuzes. Maar de volgende wedstrijd is dan wel weer iets anders.

“Ik dacht dat ik iets sneller weer zou spelen, omdat het spel toch ook niet oogstrelend was en moeizaam liep. Onze verplaatsingen naar Lierse en Partizan waren toch moeilijke wedstrijden. Enfin, ik beleefde onder Vercauteren ook een mooie tijd.”

Zat er op het eind ruis op jullie relatie?

“Ik ben iemand die vooral belang hecht aan een goede sportieve verstandhouding met de trainer.”

Jij gaf verscheidene keren aan dat je in het belang van de ploeg dacht en dat dat zijn gevolgen had op aanvallend vlak.

“Vercauteren zei dat ik soms toonde dat ik het allebei kon. Uiteraard waren er matchen dat ik het combineerde, maar ik denk dat het onmogelijk is om dat week na week te doen. Anderzijds wou ik me daar niet achter wegsteken. Maar misschien was ik soms iets te gefocust op mijn taken en wou ik het in dat opzicht te goed doen, waardoor ik het frivole in mijn spel wat wegliet.”

Dan denk je weleens: intussen word ik afgerekend op mijn povere statistieken?

“Klopt, en als hij het over rendement had, vergeleek ik mijn cijfertjes weleens met die van andere jongens die op dezelfde positie spelen en ook het werk moeten opknappen. Maar goed, ik leerde thuis dat ik alleen naar mezelf moet kijken. Ik bleef mijn taken doen. Ik wou dat het collectief er stond, want dat was toch wel het succes van RC Genk vorig seizoen. Ik hechtte meer aan ons blok dan aan mijn eigen spel. Misschien wilde ik de laatste weken bij Vercauteren ook te zakelijk spelen, zo weinig mogelijk fouten maken om mijn positie veilig te stellen.”

Was je blij toen Vercauteren vertrok?

“Toen ik bij belangrijke verplaatsingen, zoals die naar Partizan en Haifa, niet speelde, stelde ik mij vragen bij sommige keuzes. Na de trainerswissel hoopte ik wel dat bepaalde keuzes snel zouden veranderen.

“In Haifa gebruikte Vercauteren Khaleem Hyland, een centrale middenvelder, als rechtsbuiten. Ook vreemd, dat zag je in de eerste helft. We hadden daar 3-0 of 4-0 om de oren kunnen krijgen, dat had een sportieve klap in ons gezicht kunnen zijn, in zo’n cruciale match. Alsof het er niet meer toe deed.

“Hij vroeg op een gegeven moment ook aan de spelers welk systeem we wilden spelen: 4-4-2 of 4-3-3, terwijl we nog nooit 4-3-3 gespeeld hadden. Maar natuurlijk zijn er dan jongens die 4-3-3 antwoorden, omdat ze weten dat ze in dat systeem meer kans hebben om te spelen. Het was raar om bij zo’n belangrijke wedstrijd om te schakelen. Er werd in de analyses ook gezegd dat Twatha hun belangrijkste vleugelback was die opkwam, en dan laat je heel die flank open. Daar stelde ik mij toch serieuze vragen bij. Verscheidene mensen kwamen mij zeggen dat ze het ook niet snapten, dat maakte het nog moeilijker.

“We boekten heel goede resultaten met Vercauteren en maakten veel plezier met hem, alleen was hij tijdens zijn laatste weken hier in zijn hoofd misschien wel al met andere dingen bezig. Mogelijk was ik daar een beetje de dupe van.”

Trappen met je slechte been

Wat dacht je toen Mario Been de nieuwe trainer werd?

“Ik wist van mijn tijd bij Feyenoord dat hij een heel goede veldtrainer is, en sterk op tactisch vlak. Hij probeert altijd voor het voetballende te gaan. Voor een ploeg als Genk is dat een must en voor een aanvallende speler een verademing. Hij geeft aan dat aanvallers niet altijd kunnen meeverdedigen. Dan heb je weleens meer over om in balbezit het verschil te maken. Bij Vercauteren waren we ook redelijk strikt gebonden aan onze positie. Nu is het niet erg als iemand eens op een andere plaats belandt, zolang iedereen maar meedenkt. Dat biedt mij de kans om op de andere flank eens een manmeersituatie te creëren.”

Daar hou je wel van.

“Ja, ik ben van nature een aanvallende middenvelder of tweede spits. In die rol kom je sowieso zowel op de linker- als op de rechterflank. Sinds mijn terugkeer naar België ben ik vooral gedwongen om vanaf één flank te spelen. Op een gegeven moment voel je je dan wat beperkt.”

Is jullie spel nu anders dan onder Vercauteren, vind je?

“Bij Vercauteren probeerden we in het begin ook goed voetbal te brengen, maar op den duur gingen tegenstanders sneller druk zetten op ons plat middenveld, waardoor ze ons dwongen om dat over te slaan. Nu legt de trainer de nadruk op voetbal van achteren uit, met veel positiewissels.

“Been wou niet sleutelen aan de 4-4-2, maar in principe wordt een systeem bepaald door de taken die de spelers meekrijgen. Zo wordt het bij ons vaak een 4-2-4 waarin het belangrijk is dat de verdedigende middenvelders achter de bal blijven. Als ik linksbuiten ben en er komt een overlap van onze linksback, is het cruciaal dat Tözsér achter de bal blijft. Op dat vlak liep het enkele weken geleden mis, bij een tegendoelpunt van STVV; we waren er na een balverlies ineens met drie man uitgeschakeld.”

Hoe was je samenwerking met Been in het verleden?

“Ik moest toen mijn sporen nog verdienen. Hij kon heel stimulerend werken en coaching geven, spelers dwingen om beter te worden, om te trainen op hun minpunten. Dat doet hij nog. Bij hem moet je ook je slechte been gebruiken, ook in pass- en trapvormen. Meestal voel je altijd wel wat druk als trainers staan te kijken en wil je dan alles proberen goed te doen, en dus je goede been gebruiken, want je wil je plaats verdienen. Het is een knop die je moet omdraaien. Soms moet je fouten durven maken om beter te worden.”

DOOR KRISTOF DE RYCK

“In Haifa gebruikte Vercauteren Khaleem Hyland als rechtsbuiten. Vreemd, dat zag je in de eerste helft. Alsof het er niet meer toe deed.”

“Been geeft aan dat aanvallers niet altijd kunnen meeverdedigen. Dan heb je weleens meer over om in balbezit het verschil te maken.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content