Hoewel hij halfjaarlijks in Zuid-Afrika resideert, volgt en analyseert Jan Wauters het Belgische voetbal nog altijd graag. ‘Ik probeer met een open geest te leven, maar je moet ook een zekere eigenheid weten te behouden.’

Soms is het goed even afstand te nemen van de hectische actualiteit en dan biedt Jan Wauters al jaren een houvast. ’s Lands voormalige radiosportverslaggever nummer 1 ziet het tegenwoordig allemaal wat monkelend maar daarom niet minder intens aan. Benieuwd naar zijn indrukken van onze competitie tot nu toe en met de vraag in het achterhoofd welke spelers hem daarbij bijzonder opvielen, trok uw verslaggever daarom naar huize Wauters, aldaar verwonderd achterover leunend bij nog altijd zoveel passie en aanhorend hoe Jan Wauters, lijstje bij de hand, zorgvuldig om de clichés en valkuilen heen naar zijn waarheid slalomt. Om de dag erna alles nog eens op band te beluisteren en het volgende te noteren.

( )

“… icht op Europa. De Belgische competitie is wat ze is, dat is geen topklasse, natuurlijk. Maar ik vind het, om te beginnen, nu ook wel spannend, want er is een zekere nivellering naar het midden eigenlijk. En de reden is dat men overal veel beter traint, meer middelen ter beschikking heeft. Men begint op z’n minst allemaal beter voorbereid aan de competitie. Vroeger waren de verschillen veel groter.

“De topploegen komen erboven uit vanwege een paar individuele spelers ook, het zelfvertrouwen, de traditie en onderaan zijn er altijd wel een paar zwakke broertjes, zo blijkt. Moeskroen staat blijkbaar een heel moeilijk seizoen te wachten, Cercle Brugge ook, Roeselare… Er zitten nogal veel ploegen in die Westhoek, misschien gaat daar een schifting gebeuren. La Louvière weegt wat licht en heeft weinig voorspelers, het duo JbariSanchez komt tekort voor onze eerste klasse. En Beerschot, ja, dat is een beetje een imitatie van een topploeg ( lachje). Het mauve, de kleur van schoonheid en droefenis, dat is Anderlecht voor mij en Beerschot imiteert dat alleen maar wat. Marc Brys straalde ongelooflijk Beerschot uit, een beetje beschaafd Antwerps sprekend, die maniertjes. Ik zag de jonge De Mos staan, maar hij imiteerde de toptrainer. Verhaegen heeft er nu met Jos Daerden toch die nuchterheid en dat (f)linke van het oude Germinal ingebracht. Maar het blijft een club van schudden met het kontje.

“Je kan, van welke wedstrijd dan ook, nooit van tevoren zeggen : dat is gewonnen spel. Geregeld zijn er wedstrijden waarin een ploeg beter is in de eerste helft en omgekeerd de andere in de tweede helft. Dat vind ik nogal veel terug. Maar dat heeft ook een eigen spankracht. Ik vind het vermakelijk toch wel. Maar als je in de Belgische competitie zit, heb je te doen met de maat van hier. De topploegen springen er behalve door hun uitstraling en aanhang ook meestal door een paar spelers uit.”

Vincent Kompany zal ook u ongetwijfeld al gecharmeerd hebben.

“Als er één speler is die bovenaan mag staan, één speler met op z’n minst Europese klasse, dan hij wel. Een combinatie van souplesse en kracht. Die jongen heeft nu wat gezondheidsproblemen, maar speelde in het begin van het seizoen alweer een paar prachtige wedstrijden. Vooral met – wat ik niet zo goed wist van hem – zijn lange passes. Ook dat vind ik typerend voor een heel goeie voetballer : een bal goed kunnen klaarleggen, een beetje strak spelen, maar toch laten vallen waar hij moet zijn.

“Wie er voor mij verder ook boven uitsteekt, is Conceiçao. Conceiçao was in Portugal meer een subtopper, niet echt dé top, maar voor mij is hij hier tot nu toe in de competitie de beste speler. Het is opvallend, vind ik, dat Standard nog niet altijd overtuigend won en een gemakkelijk programma had, maar bijna elke keer wel door Conceiçao nog aan de winst werd geholpen. De enige wedstrijd waarin hij zelf twee keer faalde voor doel en ook zijn passes slecht aankwamen, verloor Standard thuis tegen Beveren. Mede natuurlijk ook omdat Dragutinovic weg was in het centrum van de defensie.”

Standard droomt nog altijd van de titel. Ziet u hun hoop dit seizoen verder dragen dan anders ?

“Dat zou moeten kunnen, maar ik heb mijzelf in het verleden dat ook een aantal keren horen zeggen dat ze er kort bij waren. Zelfs in één seizoen blijven ze zelden constant. Die balans is er blijkbaar nog niet. Nu wilden ze de kern behouden, maar wat blijkt dan ? Rapaic vertrekt net als Dragutinovic. Dan sluipt daar toch altijd die twijfel weer in. Maar met het enthousiasme dat daar hangt, zou het toch eens moeten lukken. Conceiçao vind ik een meeslepende, mee-slepende, speler, maar die zichzelf soms ook te buiten gaat. Gaat die een competitie zonder rode kaarten kennen, gaat die constant blijven ? Daar hangt veel van af.

“Maar dat is ook Standard : je weet nooit of je erop kan rekenen. Er zijn genoeg mogelijkheden om zeker het duel met Anderlecht en Brugge aan te gaan, maar laten we niet te voorbarig worden, want weet je wat mij ook is opgevallen na enkele weken ? Hoe snel we met iets weglopen, mede door onze eigen mediaconcurrentie. Iedereen wil scoren, elke dag. De Mul speelde een paar wedstrijden bij Ajax, doet enkele mooie dribbels en dan komt meteen de opmerking dat hij dan toch wel in de nationale ploeg moet spelen, zeker. Kijk, wij zijn zelf als pers ook fout daarin.”

Dominique D’Onofrio is goed omringd zei u en dat geldt ook voor Jan Ceulemans.

“Ik heb wel eens tongue in cheek verteld dat de beste spelers van Club Brugge op de bank zitten ( grijnst). Ceulemans, Degryse, Verheyen, Verlinden, Van derElst. Ik denk dat die drie-eenheid Ceulemans-Degryse-Van der Elst, ondanks de mindere periode nu, niet gemakkelijk kapot te spelen is. Drie verschillende types die elkaar toch niet in de weg gaan lopen. Maar qua spelers blijft het te vlak. Spelers moeten blijven werken, maar hun ijdelheid wordt in deze tijd zo gemakkelijk gestreeld. Op de catwalk lopen, in shows zitten, hun uiterlijk verzorgen, dat mag allemaal om je lekker te voelen in het leven, maar sport op topniveau is keihard, afzien, werken, en als dat lekker dan te veel op het gezicht af te lezen is… Er is meer nodig. Voetbal is meer dan een spel, het is sport, ja topsport in zijn sterkste vorm. Daarin gaat het over winnen en verlies. Dat is hard en dan moet je alle middelen in jezelf uitputten tot de grens van wat mag en kan. Dan moet je durven knijpen, doorknijpen en ja, soms doodknijpen ( lachje).

“Maar Stijnen is al drie wedstrijden na elkaar zeer goed. Wat mij bij hem opvalt, is – al moet je ook niet te bescheiden zijn – dat hij sober blijft in zijn verschijning. Dat gezicht van hem is niet verweekt. De moderne tijd en al zijn verlokkingen zijn niet direct aan hem besteed, denk ik, en dat vind ik goed. Je moet daartegen bestand zijn, terwijl mannen met klasse als De Bilde en EmileMpenza zich direct mee lieten drijven. Stijnen lijkt mij een heel sobere, geconcentreerde figuur die geen glamour uitstraalt. De topklasse mag dat wel hebben, als je star bent, maar Stijnen is blijkbaar gewoon een goeie keeper. Stijnen is, op z’n minst, de man voor volgend seizoen. Die gaat niet te rap verloren lopen, denk ik.”

Daar kunnen ze dan bij Anderlecht alleen maar jaloers op zijn.

“Vier doelmannen, die qua aanleg gekwalificeerde keepers zijn, is te veel. Je kan beter één topper hebben en dan nog iemand die topper is geweest of die nog jong is. Bij Anderlecht zitten ze wat te dicht bij elkaar. Wat ik in vraagvorm al voorlegde aan Vercauteren was : ‘Wacht jij eigenlijk niet tot Zitka een beetje begeeft ?’ Hij heeft toch altijd zijn flaters, terwijl Proto, in aanleg en qua personality meer heeft. Hij heeft wat elke topsporter zou moeten hebben, die grinta, zoals ze in het Italiaans zeggen, op het gezicht. Men valt nogal zwaar over sommige dingen. Op Genk bijvoorbeeld. Maar waar stonden, als je goed keek, de man bij de paal, de verdedigers ? Hij is, 22, nog te jong eigenlijk om absoluut zeker te zijn, maar ik denk dat Vercauteren hem geleidelijk de voorkeur gaat geven. Van Steenberghe heb ik altijd wel een goeie keeper gevonden. Ze kunnen beter hem houden als afwachtende derde dan Peersman, die het bij een middenmoter met minder druk heel goed zou doen. En Zitka, ja, die hangt er zowat tussen.”

Welke spelers staan er nog meer op uw lijstje toppers ?

Coelho onder andere, die misschien ook bij de top zou kunnen aansluiten. Ik zag die in Westerlo-Genk en dat is iemand met een schot, heel gevarieerd, ook als hij al een inspanning heeft gedaan. Feyenoord, Wim Janssen, zat daar op de tribune. Als hij bevestigt wat hij nu laat zien, moeten ze die wel laten teruggaan. Wie mij naast Conceiçao en Coelho ook bevalt, door zijn figuur ook, is Tchité. Absoluut geen robuuste spits, die moeten er ook zijn, de beukers, maar ik hou ook wel van de spits die een fijne indruk laat. Hij heeft zoiets. Het is een bevallige spits. Maar misschien geen absolute top – daarvoor moet je het over langere termijn zien. Wie me ook een goeie indruk heeft gelaten, is Mbo Mpenza. Scoort nu wel geregeld, maar is toch niet echt de spits die de goals gaat blijven maken. Blijkbaar is die bevrijd van een aantal dingen. Hij heeft iets afgelegd. Ik heb de indruk dat wat bij Anderlecht aansleepte van het laatste jaar Anthuenis over Hugo Broos heen tot bij Vercauteren nu wel weg is. Iets waar ze vagevuursgewijs doorheen gegaan zijn. Vercauteren heeft ze tamelijk goed in de hand en duldt niet te veel gemor. Spelers beseffen beter dat er met een Europese competitie erbij al eens gewisseld moet worden, ook tijdens de wedstrijd. Daarom vind ik het geen probleem dat ze vier echte aanvallers hebben voor twee of drie plaatsen. Als Jestrovic zijn goals heeft gemaakt, mag hij er daarna best uit tijdens een wedstrijd. Ik denk dat Vercauteren dat vertrouwen nu wel verkregen en verdiend heeft.

“Broos kreeg volgens mij een zwaardere erfenis, waardoor hij het niet kon halen. Men zegt dan wel dat hij nogal kleinzerig is en moeite heeft met kritiek en zo, maar ik heb heus wel achting voor Broos. Hij heeft het pas echt moeilijk gekregen bij Anderlecht toen hij te veel met de pers in dialoog ging. Bijna geen enkele trainer kan het duel met de pers als voorhoede van de buitenwereld winnen. Als dat op gang komt, kan je veel beter zwijgen en je daardoor misschien wat onsympathiek laten overkomen. Want je mag denken dat je zo slim bent als je wil, je maakt toch fouten. Ik denk dat je dat moet kunnen : een tijd lang minder dan je normale standaard communiceren en ik denk dat Vercauteren dat kan. Hij is, dat zie ik zo aan zijn ploeg, de slimste van de klas. Ik denk dat Hugo Broos ook wel slim is, maar niet zo uitgekookt.”

Hij en Ceulemans hebben het in tegenstelling tot Vercauteren allebei moeilijk om na Vandereycken en Sollied hun stempel te drukken op Club Brugge en Genk.

“Maar misschien moeten we dat ter ontlasting van beiden wel nuanceren. Broos heeft daar toch een allegaartje van spelers gekregen. Niet slecht, maar met weinig echte toppers. Een verdediging die op een of andere manier Claessens mist, er nog niet staat en het vertrouwen niet heeft om aan te sluiten. Oliseh is wel een speler met vista en een mooie lange bal, maar hij oogt wat traag, oogt zeg ik, want ik klasseer hem wat dat betreft een beetje in de categorie Vandereycken en Haan. Maar ja, hij heeft al zoveel rondgezworven, heeft die het potentieel van vroeger nog ? Heeft Broos de spelers om mee te doen aan de top : ik weet dat niet. Maar als Engelaar en Claessens uitvallen, vind ik dat een trainer dat wel als excuus mag gebruiken.”

“Ceulemans was als speler al een valse trage. Ik heb hem nog nooit een dwaasheid horen zeggen. Dan denk ik : hij is niet zo begaafd met het woord en genoot weinig opleiding en in deze wereld van uiterlijke bluf past Jan niet helemaal, maar hij weet ook waarom hij er Van der Elst bijgenomen heeft voor tekst en uitleg toch ook. Jan heeft eigenlijk het imago dat niet de werkelijkheid dekt. Zijn manco aan imago-uitdragen wordt gecompenseerd door een rustige zelfverzekerdheid. Maar bij Club Brugge is het zo dat er vier, vijf spelers vertrokken en de dingen vastlagen. Mede door de opvatting van Sollied, die toch wel een beetje de grote Happel speelde, de wat zwijgzame sfinx, maar blijkbaar wel aimabel was met sommige journalisten en de spelers. Hij speelde een rol en ik heb dat niet graag. Ik vind dat hij ons eigenlijk allemaal een beetje manipuleerde. De manier waarop hij vertrokken is, is daar een afspiegeling van. Ik heb veel waardering voor de voetbalintelligentie en -elegantie van Degryse, maar tot nu toe renderen zijn transfers niet erg. Waar ligt dat aan ? Daar kunnen vraagtekens bij geplaatst worden. Laten we zeggen dat hij er ook nog geen geluk mee heeft gehad en je hem krediet moet geven. O ja, Balaban mag alleen op sommige momenten in mijn lijstje van toppers staan. Er zit ritme in, in zijn naam, net als in zijn spel, maar hij draait te veel rond zichzelf.”

U zei daarnet : Sollied heeft ons allemaal wat gemanipuleerd. Is dat ergens ook niet eigen aan deze tijd : elk speelt zijn personage en probeert zo een niche in het medialandschap in te vullen ?

“Mja, maar dat is hun goed recht ook wel. Je moet vooral in deze tijd, de managerstijd bij uitstek, anderen in je kunnen doen geloven. Eerst in jezelf geloven en dan ook nog eens anderen kunnen doen geloven dat je het kunt, dat je het weet, dat je sterk staat. Je moet veel meer kampen voor je plaats natuurlijk en dat krijg je ook in de media, waar mensen zich meer en meer gaan profileren. Als je mij vraagt wat de afgelopen vijf jaar de grootste verandering is, wel : de veranderingen. Men vindt het nu normaal dat er zeven, acht, tien trainers per jaar wisselen en ongeveer de helft vreemde spelers rondlopen, onder wie, moet ik vaststellen, toch de toppers. Daarnaast lopen er natuurlijk een massa spelers die zo inwisselbaar zijn. Kijk naar Beveren, laBeverière. Dat waren mijn kameraden, zowel spelers als bestuur. Dat is weg nu. LaBeverière is een Fremdkörper geworden. Als je Beveren tegen Lokeren zag : twintig van de tweeëntwintig spelers op het veld waren vreemden, zeg ik dan maar, en twee Belgen : Van Handenhoven met Congolese roots en Bouchouari met Marokkaanse. Is dat de Wase derby ? Neen, voor mij niet. Het is leuk om ze eens te zien spelen, maar er is nog weinig betrokkenheid bij. Er gaat alleen meer publiek kijken omdat we weer een hype van het voetbal beleven, mee ingegeven door de televisie. Ik probeer met een open geest te leven- ‘eigen volk eerst’, weg met die uitspraak – maar je moet toch een zekere eigenheid, traditie – tene quod bene, behou het goede, de spreuk moet dan nog van Beerschot komen ( grijnst) – weten te behouden. Maar ik vind ook d…”

( )

door Raoul De Groote

‘Proto heeft wat elke topsporter moet hebben, die grinta op het gezicht.’

‘Je moet vooral in deze tijd anderen in je kunnen doen geloven.’

‘Beerschot blijft een club van schudden met het kontje.’

‘Balaban draait te veel rond zichzelf.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content