De 21-jarige doelman van Standard moet vanavond Arsenal van een doelpunt houden. Hij heeft er vertrouwen in. ‘Onze verdediging wordt elke wedstrijd beter.’

S inan Bolat streek in het putje van de winter op Sclessin neer, maar hij wachtte niet op het ontluiken van de lentebloesems om zijn talent te tonen. In de ogen van heel wat waarnemers is hij een van de beste keepers in eerste klasse. Hij is sterk op de lijn, klemvast en precies bij het opnieuw op gang brengen van het spel. Hij voetbalt bovendien goed mee, is mentaal sterk en beschikt over heel wat présence. Met het stoppen van de strafschop van Bryan Ruiz tegen AA Gent en zijn zelfvertrouwen tijdens de testwedstrijden had hij een ruim aandeel in de titel van vorig seizoen. Het ziet er nu al naar uit dat Bolat voor zichzelf een plaatsje aan het reserveren is in de galerij van grote keepers bij de Rouches, waar nogal wat schoon volk bij elkaar staat: Jean Nicolay, Christian Piot, Michel Preud’homme, Gilbert Bodart, Vedran Runje. Nicolay loofde al de katachtige uitstraling van Bolat en het feit dat hij altijd perfect beweegt en de bal als het ware naar zich toe zuigt. Bij de start van het seizoen vond zijn verdediging, wat ontwricht door het vertrek van Oguchi Onyewu, het moeilijk om de juiste draai te vinden. De doelman zelf ging meteen door op het elan van vorig seizoen.

Wat zijn je indrukken na de eerste klassieke topper van het seizoen?

Sinan Bolat: “Heel het team en zeker ook Axel Witsel is geschokt door wat er met Marcin Wasilewski gebeurd is. Wij hopen uit de grond van ons hart dat dit niet het einde van de carrière van de Pool betekent. Uiteraard was het met tien tegen elf een moeilijke match voor ons. Maar we hebben karakter getoond en als één blok gespeeld. We hebben achteraan heel weinig weggegeven. Zonder die enkele fantastische reddingen van Silvio Proto hadden we zelfs kunnen winnen. Over mijn persoonlijke prestatie was ik overigens ook behoorlijk tevreden.”

Was het de eerste keer dat je Mbark Boussoufa terugzag na jullie botsing in de testmatchen?

“Na die bewuste fase wist niemand dat hij een dubbele kaakbeenbreuk had opgelopen. Hijzelf ook niet. Toen het nieuws naderhand bekend raakte, heb ik dadelijk conctact met hem opgenomen. Mbark wist heel goed dat het om een spijtig ongeval ging. Ik had nooit de bedoeling om hem te blesseren. Er was in dat duel dus geen sprake van een overtreding. Ook niet volgens de scheidsrechter trouwens.”

Is er in de kleedkamer vóór de verplaatsing naar Brussel gesproken over de zaak-Van Damme?

“Absoluut niet. Al weet ik natuurlijk wel dat de spanning tussen beide clubs sinds onze twee titels gevoelig is gestegen. Een derde opeenvolgende titel van de Rouches zou toch wel op een machtsoverdracht wijzen in het Belgische voetbal. Maar in de kleedkamer speelt dat niet mee.”

Grote kampioenen

Ben je nu een andere doelman dan toen je in de winter bij Standard kwam?

“Ik ben uiteraard geëvolueerd. Als voetballer en als mens. Na enkele weken werd ik titularis en deed ik ervaring op door te spelen. Dat gaf me meer zelfvertrouwen. Door naar Standard te gaan maakte ik een goede keuze, maar nam ik ook een risico. Ik wist dat Logan Bailly bij Genk op het punt stond om te vertrekken naar het buitenland en dat ik het nummer één van hem zou mogen overnemen. Maar in plaats van voor die zekerheid te kiezen, ging ik bij Standard de concurrentie aan met Aragón Espinoza en Jérémy De Vriendt.”

Heb je nog contact met de Ecuadoraan?

“Vanop afstand. Maar ik zal altijd leuke herinneringen bewaren aan hem. Hij is een geschikte kerel. Hoewel ik zijn plaats innam, bleef hij me toch aanmoedigen. Zijn gedrag was echt voorbeeldig. Daarom ben ik blij dat mijn manager Kismet Eris hem aan een contract heeft geholpen bij de Turkse ploeg Diyarbakirspor.”

Mislukken bij de Rouches zou een catastrofe geweest zijn voor je?

“Natuurlijk, maar ik heb er alles aan gedaan om te slagen. Mijn houding is nog niet veranderd: in elke wedstrijd en bij elke training wil ik bijleren. Dat is hier voor alle onderdelen van het keepersvak ook gelukt, maar dat betekent niet dat ik er al ben. Ik moet en kan nog op alle vlakken progressie maken. Een keeper moet volgens mij denken zoals een veldspeler. Hij staat geen negentig minuten op een eiland. Het komt me goed uit dat ik als kind altijd meevoetbalde. Ik pluk daar nu nog de vruchten van.”

Hoe belangrijk was het dat je vorig seizoen kon profiteren van het feit dat de verdedigers goed op elkaar waren ingespeeld?

“Uiteraard is dat leuk meegenomen. Maar vergeet niet dat er ook nogal wat verschuivingen waren. Marcos raakte geblesseerd. Tomislav Mikulic moest centraal Mohammed Sarr vervangen en links kwam Landry Mulemo in de plaats van Dante. In tegenstelling tot wat soms wordt beweerd, kon ik dus niet volop profiteren van de bestaande automatismen. Ik ben het ook niet eens met diegenen die vinden dat Onyewu op zijn eentje de zaak rechthield. Ook de andere verdedigers hebben meer dan hun steentje bijgedragen tot beide titels. Al kan ik natuurlijk niet ontkennen dat de Amerikaan een imposante persoonlijkheid is. Anders zou AC Milan hem ook niet gewild hebben. Het vraagt wat tijd om hem te vervangen.”

Die tijd heeft Standard eigenlijk niet. Want met hem in de ploeg zouden Bart Goor en Habib Habibou niet de tijd hebben gehad om de bal panklaar te leggen om hem bij jou in de winkelhaak te draaien. Het kostte Standard al vier punten …

“Tja, op ‘als’ en ‘indien’ kun je geen kerk bouwen. Ik houd natuurlijk liever mijn netten schoon, maar soms gebeurt het al eens dat spelers gewoon mooie goals maken. Dat heeft niet enkel te maken met defensieve problemen.”

Je bent erg diplomatisch en lijkt iedereen in bescherming te nemen …

“Die indruk krijg je misschien, maar ik vind gewoon dat onze verdediging elke wedstrijd beter wordt. Eliaquim Mangala is nog maar achttien. Uiteraard kan hij niet terugvallen op de brede ervaring van een Onyewu. Maar ik ben ervan overtuigd dat hij bij een topclub zal terechtkomen, want wat hij nu al laat zien, is indrukwekkend. Hoe dan ook, ik twijfel geen seconde aan de waarde van ons defensieve compartiment.”

Volgens Laszlo Bölöni is een kampioen tevreden met de titel, maar wil een groot kampioen altijd meer. Zijn de spelers in de kern van nu kampioenen of grote kampioenen?

“Pfft … Grote kampioenen, dat weet ik niet. Ik kan enkel zeggen dat het bij de groep enorm leeft om een derde titel te behalen en om Europees sterk uit de hoek te komen. De trainer heeft ook benadrukt dat hij niet kan aanvaarden dat sommige spelers te persoonlijk gaan spelen en het collectief uit het oog verliezen. Hij heeft ongetwijfeld gelijk dat hij dat herhaalt, al vind ik niet dat sommigen bij ons naast hun schoenen zijn gaan lopen of de tegenstanders zijn beginnen te onderschatten. We beseffen dat we meer dan ooit het te kloppen team zijn. Het zal een grote mentale kracht vergen om elke week top te zijn. En dat is nodig, want anders verlies je punten zoals we al hebben gemerkt. Ik hoop dat we er onze lessen uit trekken. Ik wil er alleszins alles aan doen om opnieuw de titel te winnen.”

Turkije

Je lijkt op je 21e op weg naar een topcarrière, maar zijn er ook al ogenblikken geweest waarin je in een dipje zat?

“Dat spreekt voor zich, maar mijn mentale kracht is misschien wel een van mijn sterkste punten, net als het besef dat ik nog heel hard moet werken en heel veel moet leren. Ik had daarom eigenlijk ook verwacht dat het bestuur nog een ervaren doelman zou aantrekken als tweede keeper, omdat zo iemand aan jongeren toch altijd bepaalde kneepjes kan leren. Maar er is gekozen voor Kristof van Hout en Anthony Moris. Dat is ook goed, want het zijn twee jonge talenten met wie ik goed opschiet. Voor tips kunnen we natuurlijk ook terugvallen op de ervaring van kee-perstrainer Jean-François Lecomte.”

Net als nog anderen noemt hij jou de beste keeper in de eerste klasse.

“Er zijn veel sterke keepers in België: Stijn Stijnen, Mark Volders, Silvio Proto, Yves De Winter, Sammy Bossut, … Buitenlanders als Copa, Bojan Jorgacevic en Sébastien Chabbert hebben ook veel kwaliteiten. Zelf vind ik dat ik nog heel hard moet werken. Woorden zijn gemakkelijk, het zijn de prestaties op het veld die tellen. Overigens heb ik louter uit rationele overwegingen voor de Turkse en niet voor de Belgische nationaliteit gekozen, want ik voel me evenveel Belg als Turk. Bij de Turkse nationale ploeg heb ik immers een grote kans om Volkan Demirel, die nu de onbetwistbare titularis is, als nummer één op te volgen. Die kans is groter dan vaste doelman bij de Rode Duivels worden. Die plaats moet volgens mij naar Logan Bailly gaan. Hij is de beste keeper van België. Geen discussie mogelijk. Ik heb hem bij Genk van dichtbij meegemaakt en hij is echt fenomenaal. Ik weet niet waar hij zal eindigen. Misschien bij Bayern, zoals wordt gefluisterd. Zelf had ik deze zomer contacten met Fenerbahçe, dat ook aan de opvolging van Demirel moet denken, maar daar is het nog te vroeg voor. Mijn contract bij Standard loopt nog vier jaar.”

door pierre bilic – beelden: reporters

“De beste keeper van België is Logan Bailly. Geen discussie mogelijk.”