‘Ik wil Anderlecht niet vergeten’

© BELGAIMAGE - LAURIE DIEFFEMBACQ

Men dacht dat hij zuinig was met verdedigende inspanningen, maar in Charleroi bewees hij het tegendeel. Men dacht dat hij zuinig was met woorden, en dat klopt wel. Nochtans heeft Ryota Morioka wel wat te vertellen. De Japanner over zijn omzwervingen via Polen, het Waasland en Brussel.

Ryota Morioka is niet iemand die veel praat. Soms weet je niet goed of zijn zin al af is, of dat hij gewoon nog naar het juiste woord zoekt om hem af te maken. Het gebeurt dat hij opeens stopt in zijn uitleg, om ergens uit onpeilbare diepten het vervolg te putten. Soms beperkt zich dat tot een enkel woord, ontsproten aan een lange introspectie en aangebracht als een perfecte pass tussen twee verdedigers.

Komt dat door zijn gebrekkige Engels of door een eerder zwijgzaam karakter? Waarschijnlijk een beetje van beide. Zelfs in deze groep van Charleroi, die hij op het veld dirigeert, leeft de gewezen Anderlechtspeler wat apart. Vaker kijkt hij naar het schermpje van zijn smartphone dan in de ogen van zijn ploegmaats. Wanneer sommigen samen iets ondernemen op het moment dat ze tijdens de stage in El Saler een vrije namiddag krijgen van de staf, trekt Morioka naar de fitnesszaal om wat uit te fietsen. Het is de paradox van de introverte artiest, die eenmaal zijn voetbalschoenen dicht geregen, nochtans niets liever doet dan zijn ploegmaats beter laten spelen.

Sinds de blessure van Cristophe Diandy wordt de Japanner opgesteld voor de verdediging, waar hij samen met Marco Ilaimaharitra een van de meest performante middenvelden van de Jupiler Pro League vormt. Hij past er zich aan aan de nieuwe rol als number six, zoals hij het zelf zegt, maar van een nummer 8 wil hij niet spreken wanneer hij zo ver van het vijandelijke doel opereert.

Sinds je wat lager op het veld speelt, ben je een van de revelaties van de competitie dit seizoen. Is dat een verrassing voor jou?

Ryota Morioka: ‘Neen, een grote verrassing is dat niet. Ik ken mijn kwaliteiten, ik weet wat ik kan.’

Je passenspel is veranderd. Je geeft minder instinctieve passes en meer beredeneerde passes.

Morioka: ‘Wanneer ik als nummer 10 speel, moet ik hoger op het veld blijven en ontvang ik de bal in de buurt van de verdedigende linie van de tegenstander. Als nummer 6 krijg ik de bal nog vóór hun middenveld. Het is makkelijker om me zo aan te spelen en ik kan de wedstrijd makkelijker controleren.’

Je hebt dan meer tijd.

Morioka: ‘Vooral meer ruimte. Wanneer ik de bal krijg, kan ik me makkelijker naar het vijandelijke doel keren en het veld voor me zien. Als 10 is dat moeilijker, want daar heb je die ruimte niet.’

Is het daarom dat je als nummer 10 vaker in één tijd speelt.

Morioka: ‘Ja. De ruimte is er niet vanzelf, dus moet ik ze creëren. En daarvoor dien je met zo weinig mogelijk baltoetsen spelen.’

Je speelt in een ploeg met veel snelheid in de aanvallende sector. Voor een passeur als jij moet dat prettig zijn.

Morioka: ‘Daar geniet ik van. Toen ik op de nummer 10 speelde, waren het vooral korte passes over de grond om de verdediging te doorboren. Terwijl ik nu om in de rug van de verdediging te geraken sowieso de lange bal moet hanteren. Ik denk dat ik de beide goed beheers. De beweging is anders, maar het plezier is hetzelfde.’

Een goeie bal geven, is dat echt jouw passie?

Morioka: ‘Ja, daar hou ik van.’

Wie begint te voetballen, wil vooral goals maken. Op welk moment is het geven van een pass ook een plezier geworden voor jou?

Morioka: ‘Ik scoor ook graag, hé! ( lacht) Maar ik geef ook heel graag assists. Op het ogenblik dat ik prof werd, begon ik zo te denken.’

Intelligente Gano

Over het algemeen zijn Japanse voetballers technisch onderlegd. Ook meer collectief ingesteld dan individueel. Komt dat door de opleiding in Japan?

Morioka: ‘Dat weet ik niet… ( denkt na) Het hangt van club tot club af. Er zijn er veel die willen voetballen zoals Barça, maar andere focussen meer op dribbels.’

Hoe werkt de opleiding daar juist?

Morioka: ‘Een beetje zoals in de Verenigde Staten. Je hebt academies in de profclubs, maar ook bij de ploegen van de middelbare scholen, de high schools. Je kunt je eigen traject kiezen. Ik ben opgeleid in een high school voor ik door een club werd aangetrokken.’

De confrontatie met het Europese voetbal, was dat een moeilijke stap in je carrière?

Morioka: ‘Ik denk dat het moeilijkste voor Japanners niet de aanpassing aan het voetbal is, maar aan het dagelijks leven in Europa.’

Is het zo anders?

Morioka: ‘Er zijn zoveel verschillen dat het eenvoudiger is om de gemeenschappelijke dingen op te sommen.’

Je bent naar Europa gekomen via Polen. Dat is ongetwijfeld niet de beste plek om je snel aan te passen?

Morioka: ‘Ik heb persoonlijk niet echt aanpassingstijd nodig gehad. Dat is misschien de reden waarom ik in Europa gebleven ben. Want als je het erg lastig hebt om je aan te passen, dan voel je je niet goed en dan heb je het ook moeilijker om je te tonen op het veld. Mijn familie is meegekomen, dus dat maakte de zaken eenvoudiger. Thuis is het altijd mijn vrouw die voor het eten zorgt en voor het huishouden. Daardoor heb ik veel problemen vermeden.’

Was het een droom van jullie beiden om naar Europa te komen, of alleen die van jou?

Morioka: ‘Weet je, Japanners zijn dol op Europa. Er zijn er enorm veel die naar hier op reis komen, om de grote steden van het continent te ontdekken. Alle Japanners doen dat graag. Door hier te wonen is het veel makkelijker dan wanneer je vanuit Japan moet vertrekken.’

Maar ook dan is Polen niet de meest sexy keuze…

Morioka: ‘Om te beginnen is het er koud! ( lacht) Als ik moet vergelijken met België, dan zijn de mensen hier… vriendelijker. Er zijn veel meer buitenlanders in België, dus is het normaal voor de mensen om met hen te praten. In Polen had ik alleen maar Polen rond mij. Ze spreken niet zo goed Engels, dus dat maakte de communicatie nog moeilijker.’

Is dat de reden waarom de aanpassing in Beveren heel vlot verliep?

Morioka: ‘Mijn ploegmaats hebben me goed geholpen, maar degene die het mij het gemakkelijkst gemaakt heeft, is Philippe Clement. ‘

En Zinho Gano allicht, met wie je op het veld een ongelooflijke band had?

Morioka: ‘Hij was echt intelligent op het veld, hij wist altijd wat ik wou doen. De ene hielp de andere om zijn kwaliteiten te tonen. Ik was verrast. Ik dacht: wat doet die gast op dit niveau? Hij zou bij een betere ploeg moeten spelen! En enkele weken later werd hij getransfereerd.’

Ook bij jou duurde het niet lang voordat je andere lucht ging opsnuiven. Maar bij Anderlecht zagen we nooit de Morioka van bij Waasland-Beveren.

Morioka: ‘Het grote verschil was de tactiek. Ik heb me moeten aanpassen, de zaken anders doen.’

Was het daardoor moeilijker om je kwaliteiten te tonen?

Morioka: ‘Ja.’

Waarom?

Morioka: ‘Omdat… Met Clement hadden we geen tactiek. Nu ja, defensief wel, maar in balbezit mochten we dingen creëren. We hadden vrijheid. Daar hou ik van. Bij Anderlecht waren er bepaalde bewegingen die we moesten uitvoeren, zowel aanvallend als verdedigend. Dat was een groot verschil.’

Je hebt nochtans redelijk wat gescoord bij Anderlecht. Daarentegen leek de assistgever Morioka helemaal verdwenen…

Morioka: ‘Je moet gewoon maar naar de statistieken kijken. Toen ik bij Waasland-Beveren was, gaf ik meer assists dan dat ik goals maakte. Bij Anderlecht heb ik enkele goals gemaakt, meer dan dat ik assists heb gegeven. Dat is toch een bewijs dat mijn spel veranderd was.’

De club verlaten zonder er geslaagd te zijn, was dat een grote ontgoocheling?

Morioka: ( denkt lang na) ‘Ja.’

Was dat de eerste keer in je carrière dat je door zo’n lastig moment ging?

Morioka: ‘Neen, dat was niet de eerste keer. In Japan was me dat al enkele keren overkomen. Zelfs in Polen liep het niet altijd even vlot.’

Je traject tot bij Anderlecht lijkt anders veel op een sprookje.

Morioka: ‘Weet je, op een bepaald moment wisselden ze in Polen van trainer en mocht ik twee maanden niet meespelen. Zo’n tegenslag heb ik meer dan eens meegemaakt. Bij Anderlecht raakte ik ook nog geblesseerd. Daarna ging ik naar deze club en lukte het allemaal meteen. Voetbal is vaak een kwestie van timing.’

Had je direct het gevoel dat Charleroi de ideale plaats was om Anderlecht te vergeten?

Morioka: ‘Ik wíl Anderlecht niet vergeten. Ik heb daar vooruitgang geboekt, ook al kreeg ik weinig speeltijd. Als ik direct van Waasland-Beveren naar Charleroi was gegaan, dan had ik misschien niet als nummer 6 kunnen spelen. Bij Anderlecht heb ik defensief werk leren opknappen. Daardoor voel ik me hier beter op het veld.’

Dus de tactiek van Anderlecht heeft de Morioka van Waasland-Beveren niet geholpen, maar is wel een goeie leerschool geweest voor de Morioka als toekomstige nummer 6 van Charleroi?

Morioka: ‘Misschien wel ja. Wie weet?’ ( lacht)

Voetbal met koffie

Dit jaar zien we je vaker als afwerker dan als aangever. Nochtans lever je in elke wedstrijd pasklare voorzetten af die niet omgezet worden, door pech of onhandigheid. Is dat frustrerend?

Morioka: ‘Neen, neen… ( lacht) Enfin… Op het moment zelf soms wel, maar dat is een gevoel dat snel verdwijnt. Alles hangt af van hoe de match verloopt. Als we winnen is het geen erg. Als we gelijkspelen is het misschien ook nog oké, dat hangt wat af van de tegenstander. Maar als we verliezen na het missen van veel kansen… ( denkt na) Soit, het hangt er dus van af…’

Johan Cruijff zei dat je leert op basis van je eigen lichaam. Is het door je gebrek aan snelheid dat jij geleerd hebt om altijd op de juiste plaats te staan?

Morioka: ‘Toen ik erg jong was, was ik bijna snel, denk ik… ( lacht) Toen ik ouder werd al veel minder. Ik heb dus vlug het spel moeten leren lezen om op het hoogste niveau mee te kunnen.’

Is dat op een natuurlijke manier gekomen? Of heb je daar veel matchen voor moeten bekijken?

Morioka: ( denkt na) ‘Beide.’

Kijk je graag naar voetbal?

Morioka: ‘Op tv wel, ja. Maar niet in het stadion. In het stadion zijn de wedstrijden soms saai om te zien. Als ik thuis zit, voor de tv, kan ik koffie zetten terwijl er niks gebeurt.’

Heb je favoriete competities?

Morioka: ‘La Liga. Ik hou van het Spaanse voetbal. Vooral Barcelona, die stijl heeft me altijd bevallen. Als je van passes houdt, dan moet je Barça gewoon goed vinden.’

'Ik wil Anderlecht niet vergeten'
© BELGAIMAGE – LAURIE DIEFFEMBACQ

‘Charleroi moet 100 procent zijn om te winnen’

Was je gerustgesteld toen Karim Belhocine hier neerstreek? Je zou gaan samenwerken met een trainer die je al kende…

Ryota Morioka: ‘Ik kende hem, dat is waar. Maar alleen als assistent.’

Is hij nu anders dan de assistent die je bij Anderlecht meemaakte?

Morioka: ‘Als mens is hij niet veranderd. Zijn persoonlijkheid is exact dezelfde gebleven. Er zijn daarentegen dingen die ik voordien niet kon weten, want hij was geen hoofdtrainer: hoe hij werkt, wat zijn favoriete tactiek is… Dat wist ik allemaal nog niet.’

Welk verschil merk je tussen dit seizoen en het vorige bij Charleroi?

Morioka: ‘We hebben veel ambitie. Dat merk ik meer dan vorig jaar. Voordien hoopten we gewoon om play-off 1 te halen. Nu willen we dat ook, maar daar houdt het niet op. Het is niet gewoon om erbij te zijn, we willen meer.’

Is de ploeg sterker dan vorig jaar, zelfs na het vertrek van Osimhen?

Morioka: ‘Dat was echt een steengoeie aanvaller, maar het probleem situeerde zich op collectief vlak. We kregen geen regelmaat in onze prestaties. De ene week waren we uitstekend, de andere week leek het nergens naar. Je kunt niet altijd winnen, maar je moet wel regelmaat in je prestaties kunnen leggen. Ons ritme van vorig jaar was niet dat van een club die op play-off 1 of op een Europees ticket mikt.’

De filosofie van ‘wedstrijd per wedstrijd spelen’ klinkt vaak als een cliché, maar lijkt echt te kloppen voor Charleroi. Hoe komt dat?

Morioka: ‘Wij hebben geen grote spelers zoals topploegen genre Club Brugge, Gent of Standard. Als wij niet honderd procent zijn, kunnen we geen wedstrijd winnen. Dus moeten we absoluut op deze weg verdergaan.’

Ryota Morioka: 'Was ik direct van Waasland-Beveren naar Charleroi gegaan, dan had ik misschien niet als nummer 6 kunnen spelen.'
Ryota Morioka: ‘Was ik direct van Waasland-Beveren naar Charleroi gegaan, dan had ik misschien niet als nummer 6 kunnen spelen.’© BELGAIMAGE – LAURIE DIEFFEMBACQ
Ryota Morioka: 'Ik hou van het Spaanse voetbal. Vooral Barcelona, die stijl heeft me altijd bevallen.'
Ryota Morioka: ‘Ik hou van het Spaanse voetbal. Vooral Barcelona, die stijl heeft me altijd bevallen.’© BELGAIMAGE – LAURIE DIEFFEMBACQ
Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content