Goed anderhalve maand is de Spanjaard Juan Carlos Garrido aan de slag bij Club Brugge en van één zaak is hij alvast overtuigd: ‘We zijn op de goede weg.’

What a fantastic field!” Juan Carlos Garrido (43)stapt met gespreide armen de tribune van Jan Breydel op en richt zich met een ietwat cynische grijns naar de grasmat. Fotograaf Koen Bauters, woordvoerder Pieter Marechal en ondergetekende grinniken. Veel tijd voor een fotoshoot in het stadion heeft de trainer van blauw-zwart niet, het werk wacht immers. Maar de Spaanse coach heeft sinds zijn aanstelling midden november ook al veel werk verricht. De uitschakeling in de beker tegen Cercle Brugge mocht dan wel zuur smaken, in de competitie zette Club Brugge een mooie reeks neer. Onderweg werd duidelijk dat Garrido er niet voor terugdeinst om grote namen in de tribune te zetten.

Het duurde niet lang voor u te kennen gaf dat u Michael Almebäck, Björn Vleminckx, Jordi Figueras, Jesper Jørgensen en Bojan Jorgacevic niet meer nodig had. Een aantal kranten rekende het uit: daarmee gooit u acht miljoen euro in de vuilbak…

Juan Carlos Garrido: “Oké, waar is dat geld? Heb je het hier bij je? (lacht)

“Wat er in de pers verschijnt, interesseert me niet. De prijs en het contract van de spelers ken ik niet, ik zie alleen hoe ze het doen op training en in de wedstrijd.

“Mijn visie is eigenlijk vrij eenvoudig: ik heb een kern van 26 spelers en ik mag er van de scheidsrechter maar 11 opstellen. Wat is dan het probleem? Ik geef elke dag het beste van mezelf om 26 spelers beter te maken, maar uiteindelijk kunnen er slechts 11 spelen. Dat is niet alleen zo bij Club Brugge, maar ook bij Chelsea, Liverpool, Barcelona en aan de andere kant van de wereld.”

Uiteraard, maar u hebt schijnbaar achteloos knopen doorgehakt. Weegt dat niet zwaar?

“Als ik daarvan wakker zou liggen, zou ik geen coach zijn. Het nemen van beslissingen is een onderdeel van mijn job.

“Natuurlijk begrijp ik het dat een speler niet gelukkig is als hij niet speelt. Maar de enige manier voor hen om een kans te maken om te spelen, is hard te werken. En dat doen ze ook, allemaal.”

Dus dan mogen ze ook allemaal blijven in januari?

“Als er zich situaties voordoen, moeten we daarmee omgaan. Een bepaalde club wil een van onze spelers kopen? Oké, laat ons er met de voorzitter over spreken. Een bepaalde speler wil weg? Oké, laat ons praten. Maar je kan me niet vragen om nu al bezig te zijn met wat er op 15 of 16 januari gaat gebeuren. Ik kan me alleen maar bezighouden met het heden en de beste elf spelers opstellen. Niemand weet hoe de toekomst eruitziet. Een speler die nu niet geselecteerd wordt, kan later misschien nog belangrijk worden voor het team. Dat is heel goed mogelijk.”

Maar wat denkt u dan als u leest dat…

(onderbreekt) “Ik lees niet.”

Ook Marca niet?

“Nee, een coach mag zich niet laten beïnvloeden. Er wordt zoveel gezegd en geschreven, en er worden zoveel meningen gespuid. Als je daarmee rekening moet houden, is het onmogelijk om je werk goed te doen. Een trainer moet onafhankelijk zijn om zijn eigen mening te vormen. Begrijp je?”

Ja hoor.

(lacht) “Maar jij wil natuurlijk de lastige vragen stellen.”

Anders zou ik geen journalist zijn. Een speler die met een transfer in zijn gedachten zit, zoals een Carlos Bacca…

(onderbreekt) “Dat is toch de normaalste zaak van de wereld? Een speler denkt altijd aan zijn toekomst en aan zijn carrière. Tegen zo iemand zeg ik: ‘Geen probleem. De enige manier om naar een grotere club te gaan, is door het hier goed te doen.’ Denken dat je naar Barcelona kan en ondertussen wat slabakken… zo werkt het niet.”

Grote club

Op uw website juancarlosgarrido.com zegt u dat een trainer zich bewust moet zijn van de waarden van de club waarvoor hij werkt. Wat zijn voor u de waarden van Club Brugge?

(ademt diep in) “Club Brugge is voor mij een club met traditie en geschiedenis. Een club ook die het gewoon is om titels te winnen. Dus moet je die winnersmentaliteit in de spelers pompen. Je moet hen eraan herinneren dat ze voor een grote club voetballen en dat de supporters iets verwachten van hen. Als je hier op straat rondloopt, voel je dat mensen Clubfans zijn. Beseffen dat je deel uitmaakt van een team dat veel mensen in hun hart dragen, is erg belangrijk voor mij.

“Toen ik naar Brugge kwam, wist ik dat ik een grote stap zette als trainer. Omdat ik hier kan meedoen voor de prijzen. En dat is uiteindelijk wat elke professional in het voetbal wil.

“Ik vind ook dat Club Brugge altijd de beste spelers van België moet hebben, de beste faciliteiten, de beste mogelijkheden, de beste…”

De beste coach?

(glimlacht) “Natuurlijk, ook de beste coach.”

Stoorde het u dan niet dat de eerste keuze van Club Brugge uw landgenoot Oscar García Junyent was? Pas toen hij niet kon, kwam u terug in beeld.

“Daar kan ik niets over zeggen. Ik weet niets over de andere opties. Dat is mijn probleem ook niet. Ik weet alleen dat de voorzitter zei dat er twee à drie kandidaten waren en dat ik nu trainer van Club Brugge ben. En daar ben ik blij om.”

U moest wel een paar weken wachten op het definitieve antwoord…

“Ze hebben me vanaf het begin klaar en duidelijk gezegd dat ze een procedure volgden. En dat heb ik gerespecteerd.”

Ik vroeg u zonet naar de waarden van Club Brugge, omdat veel ex-spelers van blauw-zwart – Gert Verheyen, Franky Van der Elst, Eric Deflandre – de typische Clubwaarden niet meer herkennen in het huidige team.

“Waar hebben ze het dan over?”

De zin voor het collectieve en de fighting spirit. Dat ontbreekt volgens hen.

“Daar ben ik het mee eens, op dat vlak moeten we beter kunnen. Maar we zijn op de goede weg.

“Kijk, als Club Brugge van trainer veranderd is, wil dat zeggen dat er problemen waren. Een nieuwe coach brengt nieuwe oplossingen met zich mee. Er zijn veel aspecten waarin we nog kunnen verbeteren.”

Zoals?

(beslist) “Alles! Mentaal, fysiek, technisch én tactisch moet deze ploeg nog beter worden. Club Brugge bedient de spelers op al die vlakken ook goed omdat we een technische staf hebben met een physical coach (Garrido bracht fysiektrainer Jorge Simó mee, nvdr) en een mental coach. In die zin werken we nu als een grote club.”

En dat was vroeger niet het geval?

“Daar kan ik niet over oordelen, want toen was ik hier niet.”

Opmerkelijk is wel dat mental coach Rudy Heylen terug zijn intrede gedaan heeft, terwijl Leekens hem opzij had geschoven. Was daar dan nu specifiek nood aan?

“Nee, het mentale is niet het enige waarop gewerkt moet worden. Er zijn ook nog de drie andere domeinen die ik juist vermeld heb.

“Het is wel zo dat ik gevraagd heb om hier met een mental coach te kunnen werken. De club heeft me voorgesteld aan Rudy en na een gesprek met hem was ik ervan overtuigd dat hij de juiste man was.”

Om de spelers een mentale boost te geven werd Marc Herremans ook uitgenodigd op Club Brugge om zijn levensverhaal te vertellen. U was na afloop erg geëmotioneerd, hoe kwam dat?

“Omdat zijn verhaal ongelooflijk is. In het alledaagse leven worden we allemaal geconfronteerd met kleine problemen en soms behandelen we die alsof het grote problemen zijn. Marc Herremans heeft écht een groot probleem maar hij doet alsof het een klein probleem is. Hij zegt gewoon: ‘Oké, ik blijf mijn sport doen maar dan in een rolstoel.’ Hij is een fantastische man. Het is heel moeilijk om een probleem van die orde te overwinnen, maar hij heeft het gedaan.

“Zijn houding is een referentie voor iedereen: hij is een vechter die altijd oplossingen ziet. Hij heeft een diepe indruk op me gemaakt. Ik heb hem ook meteen gezegd dat ik heel graag zou hebben dat hij vaker langskomt.”

Mogelijkheden op het middenveld

Bij Villarreal had u het voordeel dat u er jarenlang in de cantera – de jeugdopleiding – gewerkt had voor u hoofdcoach werd. Bij Club Brugge hebt u dat voordeel niet.

“Bij Villarreal kende ik de spelers inderdaad erg goed en bracht ik er vijftien uit de jeugdploegen naar de A-kern. Bij Club Brugge heb ik daar Philippe Clement voor.

“Nu, ik vind sowieso: in elke club is de jeugdopleiding de toekomst. Dus moet je daar ook goed mee werken en moet er doorstroming zijn. Maar dat is iets voor de langere termijn. In de toekomst zullen we ons daar meer op focussen. Ik ben hier nog maar een paar weken.”

U werkte in Spanje met spelers zoals Santi Cazorla, Marcos Senna, Joan Capdevila en Nilmar. Treft u bij het huidige Club Brugge spelers aan die bij Villarreal ook in de basis hadden gestaan?

“Ja natuurlijk, maar ik ga je geen namen geven, want dat zou niet eerlijk zijn ten opzichte van de andere spelers. De voetballers van Club hebben een goed niveau en een paar van hen kunnen doorgroeien tot topspelers.”

Víctor Vázquez was beslissend tegen Standard, maar als u hem in de basis wil laten starten, gaat dat ten koste van Vadis Odjidja. U speelt immers graag met twee verdedigende middenvelders en dat is niet de sterkte van Odjidja, noch van Vázquez.

“Nee, daar ben ik het niet mee eens. Ik speel met drie middenvelders en ze moeten alle drie verdedigen en aanvallen. Voor die drie posities op het middenveld heb ik Víctor, Vadis, Birger (Verstraete, nvdr), Niki (Zimling, nvdr), Jesper (Jorgensen, nvdr), Thibaut (Van Acker, nvdr) en Jo (Blondel, nvdr). Van hen staan er drie op het veld. Daarbij is het mogelijk dat we in een driehoek spelen met de punt naar voren, maar ook met de punt naar achteren. Met een nummer zes, een nummer acht en een nummer tien. Of met twee nummers zes en een acht of een tien.

“Víctor is een clevere speler, hij is positioneel sterk en hij kent de spelstijl die ik wil ontwikkelen omdat hij heel zijn leven voor Barcelona gevoetbald heeft. Ik volg hem al van zijn dertien jaar, toen hij furore maakte in de jeugdteams van Barça samen met Messi, Fábregas en Piqué.”

Dat u hem kent, is dat een voordeel voor hem?

(grijnst) “Dat kan.”

Barcelonastijl

Met welke trainers identificeert u zich?

“Voor mij is de grootste trainer van de afgelopen jaren Pep Guardiola, omdat hij bij Barcelona esthetiek aan resultaat heeft weten te koppelen. In mijn beginjaren heb ik ook enorm veel geleerd, vooral op het vlak van trainingsmethodes, van Guus Hiddink en Jorge Simó, die toen fysiektrainer van Hiddink was bij Valencia. Bij Villarreal heb ik ook het geluk gehad om samen te werken met Manuel Pellegrini, Víctor Muñoz, Benito Floro en Paquito. Die laatste is misschien hier niet erg bekend, maar hij heeft een grote carrière gehad als speler in Spanje en heeft er later als coach bij heel wat teams gewerkt, onder andere bij Villarreal.

“Ik probeer van iedereen iets op te steken. Zo was ik ooit op bezoek in Manchester en praatte ik er met Alex Ferguson en Carlos Queiroz. Als ik kan, ga ik ook naar trainingen van andere ploegen kijken. Ik vind: je hebt als trainer je eigen stijl, maar je kan die perfectioneren door van anderen te leren.”

Laten we het even over uw stijl hebben. De eerste zin die u op uw website juancarlosgarrido.com over dat thema schrijft, is: ‘Elke wedstrijd moet je spelen om te winnen.’ Is de manier waarop dan niet belangrijk?

“Toch wel. Het doel van een wedstrijd moet zijn om ze te winnen, maar elke coach vult op zijn eigen manier in hoe hij dat wil bereiken. En mijn manier is: door goed te voetballen. En dan bedoel ik: de bal hebben, de wedstrijd domineren en het initiatief nemen. Volgens mij is het zo gemakkelijker om te winnen.”

Uw stijl wordt vaak vergeleken met die van Barcelona. Dani Alves zei ooit na een wedstrijd tegen Villarreal: ‘Het enige verschil tussen Barcelona en Villarreal is Lionel Messi.’

“Dat was toen ook zo. Want Messi maakte de doelpunten.”

Hanteert u overal waar u werkt dezelfde spelstijl?

“Nee, niet echt. Ik houd ook rekening met de kwaliteiten van de spelers, met de club en met het land waar ik coach. Natuurlijk probeer ik het beste team te vinden, een team dat goed verdedigt en goed aanvalt, dat eentijdsvoetbal speelt en dat elke actie perfect uitvoert. Dat is het doel van alles wat ik doe.”

In hoeverre heeft u dat team in Brugge al gevonden?

“Ik ben hier nog maar een paar weken. Geleidelijk aan slijp ik mijn ideeën in de ploeg, en zoals ik al zei: we zijn op de goede weg.”

Hoeveel tijd hebt u nog nodig?

“In voetbal ben je als coach altijd afhankelijk van de resultaten van je ploeg. Dus om meer tijd te hebben om mijn methode te implementeren, moet ik wedstrijden winnen.”

Dat lijkt voorlopig wel te lukken. Een laatste vraagje dan: wat wenst u Club Brugge toe in 2013?

“Dat we de titel pakken. Ik wil van dit Club een winnersteam maken en ons kwalificeren voor de Champions League.”

Veel succes.

DOOR STEVE VAN HERPE

“Beseffen dat je deel uitmaakt van een team dat veel mensen in hun hart dragen, is erg belangrijk voor mij.””Club Brugge moet altijd de beste spelers van België hebben.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content