Hij laat de jeugd van Hann niet alleen dromen van een carrière als profvoetballer, hij wil ook meewerken aan de realisatie ervan. Mohamed Sarr zal in de wijk waar hij opgroeide een centre de formation beginnen. De aanzet daartoe is vorige week al gegeven. “Iedereen hier moet de kans krijgen om te voetballen, en de kansen om naar Europa te vertrekken moeten groter worden dan ze nu zijn”, zegt hij. “Ik zal proberen ervoor te zorgen dat de beste jongeren van Hann opgeleid worden in drie jeugdploegen van 18 à 20 spelers. Daarvoor is een trainersstaf, een voorzitter en een directeur nodig. Dat is geen probleem: hier zijn competente mensen genoeg die niets liever willen doen. Ik zal uitrustingen leveren en wat geld geven om de verplaatsingen te kunnen maken en officiële wedstrijden te kunnen spelen. Met de opbrengst van spelers die verkocht worden, kan stap voor stap een club worden opgebouwd. Ik word de Luciano D’Onofrio van Hann.” ( lacht)

Er zijn al wel meer opleidingscentra in Dakar. Onder meer het centrum van Patrick Vieira geniet er een uitstekende reputatie en ook enkele Franse eersteklassers zijn in de Senegalese hoofdstad vertegenwoordigd. “In de toekomst zal dat renderen voor het voetbal in Senegal”, zegt Sarr. “Er zullen meer Senegalezen bij grote Europese clubs spelen en daar zal ook onze nationale ploeg van profiteren.”

Senegal verbaasde al op het WK 2002 in Japan & Zuid-Korea. In de openingswedstrijd klopte het toen regerend wereldkampioen Frankrijk (1-0), in de achtste finales won het van Zweden (2-1) en in de kwartfinales verloor het nipt van Turkije (0-1). Maar voor het WK 2006 in Duitsland kon het zich niet plaatsen en ook voor het WK 2010 in Zuid-Afrika is het al uitgeschakeld. “Het Senegalese voetbal zit in een overgangsfase”, zegt Sarr. “In een ontwikkelingsland is dat niet gemakkelijk. Telkens de minister van Sport en de technische staf veranderen, moet je weer van nul af aan beginnen. Een winnaar word je door ook te leren van de ervaring die nederlagen je bezorgen. Als je die mensen daarentegen ontslaat, kan je nooit iets opbouwen. Er is grote nood aan stabiliteit en continuïteit.”

Zo blijft het wachten op de dag dat een Afrikaans land de rest van de wereld klopt. “We zullen zien of het mogelijk is in 2010 in Zuid-Afrika, de eerste keer in de geschiedenis dat het WK bij ons georganiseerd wordt. Ik denk dat Ivoorkust, Kameroen en Egypte ver kunnen komen. Hopelijk raakt een van hen in de halve finales. Dan is alles mogelijk.

“Het doet plezier dat Samuel Eto’o de Champions League besliste, dat Yaya Touré bij Barcelona een superseizoen speelde en Michael Essien het fantastisch deed bij Chelsea, maar veel meer Afrikanen aan de absolute top zijn er niet. De realiteit is dat we nog steeds een eind achterop liggen bij Europa en Zuid-Amerika.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content