In zijn 251e competitieduel trekt Davy De Beule met KV Kortrijk naar AA Gent, de club die hij begin 2009 verliet voor het begin van de definitieve wederopstanding. ‘Het loopt lekker, maar het kan nog beter.’

D avy De Beule is bezig aan een opmerkelijk seizoen. De cijfers spreken boekdelen. In ons Topfootklassement staat de 28-jarige offensieve middenvelder na tien speeldagen op een gedeelde negende plaats, met een gemiddelde van 6,33 uit negen wedstrijden. Hij staat daarmee op gelijke hoogte van zijn ploeggenoten Giuseppe Rossini en Sven Kums, maar ook bijvoorbeeld van Kevin De Bruyne van RC Genk. “Mooi gezelschap”, oppert hij wat onwennig. “Ik mag zeker niet klagen over mijn huidige vormpeil, maar ik ben ook de eerste om dat allemaal te relativeren.”

Bebloed scheenbeen

In hoeverre moet je Michel Preud’homme bedanken voor je uitstekende niveau?

Davy De Beule: “In de situatie waarin ik begin 2009 zat, moest gewoon het gezond verstand zegevieren. Ik had anderhalf jaar lang gesukkeld van de ene in de andere blessure en ik kwam minder aan spelen toe. Een stap terug zetten was de enige juiste beslissing, ook al mocht ik van AA Gent blijven. Preu-d’homme had zijn basisploeg gezocht en gevonden. Na een tijdje merk je dan dat er niet echt nog rekening met je wordt gehouden. Ik ben wel blij dat ik onder hem en zijn assistenten mocht werken: zij gaven heel goede en gevarieerde trainingen, met een hoge snelheid van uitvoering. Sowieso leer je daar altijd iets van bij.”

Ik doelde eigenlijk meer op het feit dat hij benadrukte dat je veel fysieker en agressiever voor de dag moest komen.

“Ha zo. Het evolueerde alleszins in die richting, want Preud’homme eist gewoon van elke speler een grote duelkracht. Bij hem moest je je op elke training en in elke wedstrijd honderd procent geven, want de plaatsjes waren duur. Tijdens de partijtjes op stage gebeurde het wel eens dat je scheenbeen vol met strepen stond of er bloed vrijkwam, door de hardheid en bitsheid. In het moderne voetbal kun je je niet permitteren je voet terug te trekken of je wordt omver geblazen. Geen enkele trainer wil een speler in zijn team die bang is om in het duel te gaan.”

Jij stond nochtans altijd bekend als een propere voetballer?

“Ja, maar dat ben ik nu ook nog. Ik probeer altijd zo fair mogelijk voor de dag te komen. Echt vuil ben ik niet en zal ik nooit worden. Ik zal me ook nooit inhouden, maar als ik een tackle uitvoer, is het altijd met de bedoeling om de bal te hebben.”

Momenteel bulk je van het zelfvertrouwen. De echte Davy De Beule is terug?

“Ik voel me goed. Al anderhalf jaar heb ik geen lichamelijke problemen meer gekend, wat uiteraard heel belangrijk is voor een sporter. Met ouder worden leer ik mijn lichaam beter kennen, ga ik niet te veel meer extra trainen. Het komt eropaan te doseren. Wanneer het in je hoofd goed zit, dan kun je als voetballer met die frisheid en honger veel bereiken.”

Was dat niet jouw probleem? Je legde jezelf te veel druk op, waardoor je verkrampt ging voetballen.

( knikt) “Dat klopt. Op den duur waren zelfs mijn geslaagde acties niet goed genoeg meer, begrijp je? Je moet je soms kunnen optrekken aan kleine dingen om uit de put te klauteren. Daarom is ook je omgeving zo belangrijk. Als die je goed opvangt, kun je heel snel een andere gedaante aannemen. Leekens speelde daar ook altijd handig op in. Hij zei dat ik die verloren periode, na mijn wrange overstap van Lokeren naar AA Gent, niet per se moest willen inhalen. Na mijn klierkoortsproblemen, waardoor ik voor alles energie te kort kwam, was hij ook de eerste die met mij begaan was. Meer zelfs, Leekens ging toen mee naar de dokter. Dat zie ik niet elke coach doen. Een grote mijnheer.”

Twee whisky’s

Ben jij een piekeraar?

“Ja, toch wel. Na een wedstrijd kan ik bijvoorbeeld maar moeilijk slapen. Het gebeurt soms dat ik tot zes uur wakker lig, zelfs na een zege. De film van de wedstrijd die zich nog eens afspeelt in mijn hoofd, de adrenaline die maar niet verdwijnt.

“Over mijn loopbaan twijfelde ik nooit, ook al werd ik op een bepaald moment in de pers al afgeschreven. Ik wist gelukkig heel goed dat het niet aan mezelf lag.”

Jij lijkt ook heel realistisch. Jouw enige doel is dit zo lang mogelijk aanhouden en niet meer in paniek raken als het straks wat minder loopt?

“Inderdaad. Iedereen kent wel eens een mindere periode. Als het dan individueel niet meer volledig loopt zoals gewenst, dan zal ik me wel nuttig maken voor de ploeg. Dan zijn de trainers ook tevreden. Hun appreciatie zal dan wel volgen, omdat ze heel goed weten dat ze op jouw inbreng kunnen rekenen.”

Wat betekent vertrouwen voor je?

“Je steekt je niet langer weg, je durft initiatief te nemen en je wilt constant in het spel betrokken worden. Ik ben ook een voetballer die graag veel de bal voelt, maar ik loop ook graag voor een ander. Door veel te bewegen kun je ruimte maken voor je medespelers. Het is een factor die vaak wordt onderschat. Kums en ik, wij moeten het niet van onze flitsen hebben. Wij zijn goede voetballers, maar geen toppers. Gewoon goed in de wedstrijd zitten en je constant aanwezig voelen, dat is en blijft onze voornaamste opdracht. Wij zijn niet de typische flankspelers die een kwartier lang geen bal krijgen en dan plots drie tegenspelers kunnen dribbelen. Bij balverlies schrik ik er niet voor terug mijn deel van het zogenaamde vuile werk op te knappen. KV Kortrijk is Barcelona niet. Wanneer bij ons één of twee spelers hun maximale rendement niet halen, dreigen we in de problemen te komen.”

Als je jezelf punten mag geven op de afgelopen tien maanden, hoeveel haal je dan?

“Een mooie 7,5 op 10. Het loopt lekker, maar het kan nog beter. Je mag nooit helemaal tevreden zijn. Op Anderlecht bijvoorbeeld speel ik een heel goede wedstrijd, maar scoor ik niet uit vier opgelegde kansen. Dat maakt dan het verschil om een 9 te halen. Ik moet dus nog stappen vooruitzetten inzake mijn efficiëntie voor doel. Zeker op de positie waar ik nu mag voetballen, als infiltrerende aanvallende middenvelder. Ik wil echter niet alleen beoordeeld worden op mijn goals, de algemene prestatie moet gewoon af zijn.”

Je blijft heel kritisch voor jezelf.

“Uiteraard. Ik had tegen Anderlecht matchwinnaar kunnen zijn, nu overheerste een zeker schuldgevoel na die 3-0-nederlaag. Ik moet me daar nog sneller over kunnen zetten, die momenten van ontgoocheling beter verwerken. Mijn hoofd maak ik dan leeg met een filmpje en even wat napraten met mijn schoonvader. Dan drinken we samen een whisky of twee, spoelen we alles weg en kijken we weer vooruit.”

Perfect gelukkig

Je vader was als ex-renner heel streng voor je in het verleden. Hoe zit dat nu?

“Die veeleisendheid, die zal nooit verdwijnen. Ik ben ook zo. Het gaat bij hem al beter, innerlijk woedt het niet meer zo hevig als vroeger. Hij volgt al mijn wedstrijden, het bezorgt hem een veel aangenamer gevoel mij nu bezig te zien. In zijn commentaar achteraf blijft hij vrij neutraal, hij is ook geen echte babbelaar. Alleen kleine aanwijzingen.”

Toen je vorig seizoen scoorde, thuis tegen Germinal Beerschot, liep je naar je toenmalige verloofde en gaf haar spontaan een kus op de mond. Illustratief voor je geluk en het definitieve einde van alle ellende?

“Absoluut, dat vormde een echte ontlading. Het was een soort dank voor de onvoorwaardelijke steun. Zij was er altijd voor mij, leerde me kennen in die moeilijke periode. Laurence leeft altijd heel sterk mee. De echt goede voetballer, die een derde plaats haalde met Lokeren en verkozen werd tot beste jongere in 2003 bij de Profvoetballer van het Jaar, die maakte ze niet mee. Ik wilde dat eerste doelpunt in twee jaar tijd op gepaste wijze vieren. De periode vóór haar stond mijn hele leven in het teken van het voetbal. Nu komt mijn gezin voor mijn sport. Door die nieuwe manier van denken raakte alles beter op de rails en voel ik me perfect gelukkig. ( na een stilte) Overkomt mijn dochter morgen iets, dan ben ik de eerste om mijn voetballoopbaan direct te stoppen.”

Eerder gaf je al aan dat Laurence een belangrijke factor betekent omwille van haar zelfstandigheid en directe aanpak?

“Wij zijn gewoon karakterieel bijzonder complementair. Ik ben heel berekend, zij neemt graag de touwtjes in handen. Door haar gunstige invloed kom ik nu misschien wel meer op voor mezelf. Ik ben niet de man van de grote woorden, maar als mijn mening wordt gevraagd, ga ik die wel geven.”

Afgelopen zomer huwden jullie. Een belangrijke stap, als teken van verbondenheid en het benadrukken van jullie hechtheid als koppel?

“Een logische stap na de geboorte van onze dochter. Het werd een prachtige dag, met onze familie en vrienden. Het feest was fantastisch. Echt alle remmen los. Je moet kunnen genieten, hé, ook al ben je van nature een stille jongen.”

Had je door die letsels die tijd niet verloren bij AA Gent, dan zat je nu al aan meer dan 300 wedstrijden in eerste klasse. Dat wil toch iets zeggen, want je bent nog geen dertig.

“Het betekent dat ik mijn plaats verdien op het hoogste niveau. Ik ben zeker geen eendagsvlieg, maar kende pech op enkele scharniermomenten. De meeste van mijn blessures werden immers veroorzaakt door contacten. Anderzijds besef ik ook dat ik nu nog enkele mooie jaren in het verschiet heb.”

Stap je nu veel zelfbewuster door het leven?

“Toch wel, ik zal nooit een egoïst zijn of worden. Vorig seizoen hielp ik in het begin Christian Benteke om te streven naar een win-winsituatie en omdat ik heel goed wist wat er door zijn hoofd ging. Dat raakte me. De potentie was aanwezig, alleen zijn moment moest komen. Ik was dan ook heel blij dat mijn geringe vorm van begeleiding en motivatie iets opleverde.”

Je wordt geroemd omwille van je professionele mentaliteit en je streeft naar een optimale entourage. Kwam je zo uit bij dokter Chris Goossens van Germinal Beerschot?

“De raad om je goed te omringen kwam van mijn vader. Ik sta open voor goede aanwijzingen inzake blessurepreventie. Goossens‘ tips werken blijkbaar gunstig, want ik ben al lange tijd volledig fit.”

Onder invloed van je echtgenote veranderde je look en kreeg je meer haar op je tanden.

“Inderdaad, ik lijk nu meer op een krijger, hé. Leekens lachte er wat mee, die verklaarde dat de kracht in mijn staartje zat. Het leidde tot de bijnaam The last samurai. Ik vind het wel leuk, want het betekent dat ik belangrijker werd. Ik ben iemand die er als een echte strijder altijd alles aan doet. In de mate van het mogelijke pak ik mijn verantwoordelijkheid op en probeer ik de rest op sleeptouw te nemen. Ik hoef daarvoor echt niet in de schijnwerpers te staan.”

door frédéric vanheule

“Bij balverlies schrik ik er niet voor terug mijn deel van het zogenaamde vuile werk op te knappen.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content