In het begin van het seizoen hield hij nog de bank warm bij Bayern. Maar Big Dan is terug. Op de vooravond van zijn 30ste verjaardag staat de Ardense verdediger ons uitgebreid te woord.

Nadat vorig seizoen compleet de mist in ging, mikt Bayern nu op vier prijzen. De Ligabeker is ondertussen al binnen en halfweg de competitie staat de Beierse grootmacht samen met Werder Bremen aan de leiding in de competitie. In de bekercompetitie neemt Bayern het in de achtste finale op tegen Wuppertaler SV. In de UEFA Cup ten slotte staat in de zestiende finale een duel tegen Aberdeen op het menu. In de achtste finale wacht dan Anderlecht of Bordeaux. Afgelopen zomer schoof Bayern heel wat euro’s over tafel om versterking te halen. Gevolg : voor elke positie liggen nu twee internationals met elkaar in balans.

Daniel Van Buyten (volgende maand 30) moet een tandje bijsteken om te midden van alle wereldsterren – Oliver Kahn, Philipp Lahm, Willy Sagnol, Franck Ribéry, Mark van Bommel, Bastian Schweinsteiger, Luca Toni, Miroslav Klose, Lukas Podolski – een basisplaats vast te houden. In de eerste ronde van de competitie speelde hij slechts zes wedstrijden, maar hij wil dat in de tweede ronde rechtzetten. In het trainingscentrum in het hart van München komt Van Buyten uit de kleedkamer met Franck Ribéry vlak achter zich. Tijdens de opwarming en de training zijn ze voortdurend in elkaars buurt en ze lachen heel wat af. De grote Belg (1,96 m) en de kleine Fransman (1,70 m) trekken na de oefeningen ook samen naar de douche. Overal staat te lezen dat ze beste maatjes zijn, en dat blijkt dus te kloppen. Na de training wacht Van Buyten ons op in de imposante trofeeënzaal van de Zuid-Duitse club om dieper in te gaan op zijn merkwaardige seizoen, zijn carrière, zijn toekomst en zijn grote vriendschap met Ribéry, die in eigen land recentelijk tot voetballer van het jaar werd uitgeroepen.

Hoe komt het dat je het goed kan vinden met Ribéry ?

Daniel Van Buyten : “Toen hij hier aankwam, heb ik de verantwoordelijkheid op mij genomen om hem op te vangen en aan iedereen voor te stellen. Niet omdat ik hem kende, maar gewoon omdat we allebei Frans spreken. Het bleek al snel enorm goed te klikken en we zochten elkaar ook buiten het trainingscentrum op. We hebben dezelfde humor. Hij is iemand die graag lacht, maar je mag met hem niet over om het even wat spreken. Over zijn familie bijvoorbeeld heeft hij het niet graag. Als hij over iets tobt, laat je hem best gerust, want dan kan hij erg impulsief reageren.”

Ook tegenover zijn teamgenoten ?

“Ja. Het kan er heftig aan toegaan. Wie hem provoceert, krijgt meteen lik op stuk. In de duels kan hij bijzonder hard zijn. Iemand die hem zoekt, zal het geweten hebben. Omdat hij zo snel is, kan iemand die hem van achteren tackelt hem meestal niet raken. Maar je kan er vergif op innemen dat hij terugkeert om wraak te nemen. Ik vermoed dat het te maken heeft met zijn verleden.”

Bij Olympique Marseille ?

“Bij die club kweek je onvermijdelijk karakter. Maar Ribéry heeft nog veel meer meegemaakt. Zijn hele leven al. Hij is opgegroeid in de moeilijke wijken rond Boulogne-sur-Mer. Hij was op een bepaald ogenblik straatarm. En hij heeft natuurlijk dat vreselijke litteken in zijn gezicht als gevolg van een verkeersongeval toen hij twee jaar was.”

Ribéry privé

Spreken jullie soms over hoe hij er daardoor uitziet ?

“Ja. In het begin vermeed ik dat onderwerp. Nu zijn we zulke goede maatjes geworden dat het geen taboe meer is. Hij heeft me al vaak verteld dat hij daar enorm mee gepest is en dit voor de rest van zijn leven eigenlijk een trauma is. Nu zou hij zich natuurlijk de beste plastische chirurg kunnen veroorloven, maar dat wil hij niet. ‘ Het is misschien dankzij dat litteken dat ik zo ver geraakt ben in het voetbal. Als ik het laat weghalen, ben ik Franck Ribéry niet meer’, zegt hij me dan. Zijn eerlijkheid spreekt me enorm aan. Hij is absoluut geen hypocriet en hij weet dat men apprecieert wat hij zegt. Hij is niet meer het kleine ventje waar iedereen mee lacht. Altijd heeft hij moeten incasseren, tot hij op het allerhoogste niveau in het voetbal heeft getoond wat hij allemaal in zijn mars heeft. Hij werd verkozen tot Frans voetballer van het jaar en is een van de beste middenvelders van Europa. Hij heeft ervoor gezorgd dat zijn familie nooit meer zal moeten werken. Hij staat stevig in zijn schoenen en iedereen begrijpt dat hij heel eerlijk is over zijn vroegere frustraties.”

Spreekt hij met jou ook over andere persoonlijke onderwerpen zoals zijn bekering tot de islam ?

“Zeker. Het doet hem enorm veel plezier dat Bayern er onmiddellijk rekening mee gehouden heeft dat hij moslim is. Als onze borden op tafel worden gezet, staat er op het zijne altijd een kleine Franse vlag. Zulke dingetjes apprecieert hij enorm.”

Noem je hem nooit Bilal, zijn islamitische voornaam ?

“Eerder Franky of Gros – wat in de wijken van Marseille maatje betekent. We plagen elkaar voortdurend. Hij heeft mijn kousen stuk geknipt en mijn clubkostuum aan het hek van het trainingscentrum opgehangen. Ik gaf hem lik op stuk door de banden van zijn wagen leeg te laten lopen en hem een lepel aan te reiken die vol peper lag. Hij bleef er bijna in.”

Hoe komt het dat hij zo snel is uitgegroeid tot grote publiekslieveling ?

“Een speler die vijfentwintig miljoen euro gekost heeft en de duurste transfer is uit de clubgeschiedenis en uit het hele Duitse voetbal wekt onvermijdelijk de nieuwsgierigheid op. Alle ogen waren meteen op Ribéry gericht. Aangezien hij in de eerste wedstrijden een fantastisch niveau haalde, werd hij meteen aanvaard. Hij is bovendien technisch erg goed en dat staat de fans enorm aan.”

Op het eerste gezicht is hij nochtans geen speler voor de Duitse competitie.

“Hij kan het in gelijk welke competitie maken. Hij is zo explosief dat hij ook brokken zou maken bij clubs als Arsenal en Real, die hem ook graag hadden ingelijfd. Fysiek is hij echt niet te onderschatten. Met zijn 1,70 m wint hij soms kopduels tegen torens van 1,90 m. Op training ben ik nooit zeker dat ik op hoge ballen de duels tegen hem win. Hij staat ook enorm stevig op zijn benen en gaat altijd het duel aan. Dat spelers schrik kunnen hebben, gaat er bij hem niet in.”

Geen Champions League

Bayern schoot denderend uit de startblokken, maar daarna volgde wel een terugval. Is daar een verklaring voor ?

“Het klopt dat alles enorm goed begon. Met de Ligabeker pakten we, zoals verhoopt, onze eerste prijs van het seizoen. Bij de start van de competitie haalden we meteen zwaar uit met een spraakmakende 0-4-overwinning op het veld van Bremen. Maar we hebben daarna de tol voor onze zware inspanningen moeten betalen. We hadden in de voorbereiding werkelijk alles gegeven om heel sterk te kunnen starten, maar toen de vermoeidheid toesloeg, moesten we ons tevredenstellen met enkele draws. We gaven defensief te veel weg en misten vooraan nogal wat kansen. Toen we dan op Stuttgart verloren, kwam dat bijzonder hard aan, maar het zorgde ook voor een nieuwe start. Eigenlijk was hier al een beetje gemakzucht in de geesten geslopen. We dachten dat we met twintig punten voorsprong kampioen zouden worden en dat niemand ons iets kon maken. Die nederlaag zette ons echter opnieuw met beide voeten op de grond.”

Klopt het dat het bestuur ziedend was toen het even wat minder ging ?

“Absoluut. We stonden nog altijd op kop, maar van onze voorsprong bleven ‘maar’ vier punten over. Er brak wat paniek uit en de druk nam meteen toe. Twee keer gelijkspelen leidt hier onmiddellijk tot grote klaagzangen. De 70.000 mensen die naar het stadion komen, willen mooi voetbal zien én resultaten. Voor onze fans is 0-0 of 1-1 niet gewoon een gelijkspel, maar echt Scheisse.”

Het bestuur heeft wel voor enorme druk gezorgd door te zeggen dat het dit seizoen vier prijzen wil !

“Ja, en we hebben er nog drie te gaan : de titel, de beker en de UEFA Cup. Met de kwaliteiten waarover deze groep beschikt, zouden we er toch twee van de drie moeten kunnen pakken. Met dat doel zijn er ook zo veel transfers gedaan. De club heeft niet langer vijftien of zestien titularissen, maar wel degelijk 22.”

Hoe gaat de club ermee om dat ze dit seizoen niet in de Champions League meespelen ?

“Elke avond met CL-voetbal is hier een catastrofe. Dat Duitsland drie teams heeft in het kampioenenbal, is toch grotendeels te danken aan Bayern. Onze club heeft de Duitse coëfficiënt doen stijgen, maar kan nu zelf niet aan het feest deelnemen. Een Europees kampioenenbal zonder Bayern is een drama. Stel je voor dat Real of Juventus niet van de partij zou zijn, dat is toch een andere Champions League.”

De nederlaag tegen Stuttgart was ook een keerpunt voor jou. Je profiteerde ervan om weer in de ploeg te komen.

“Ja, Lucio ging in die partij door het lint en gaf een tegenstander een elleboogstoot. Hij werd door de bond voor vier speeldagen geschorst en ik heb zijn plaats ingenomen. De verdediging is opnieuw stabieler gaan spelen en in de vier volgende wedstrijden slikten we slechts één tegengoal. Zowel bij Kicker als bij Sport Bild stond ik in het ideale team. Ik kan ook weer goed met de coach overweg, want hij begon veel met mij te spreken. Toch heb ik niet de indruk dat de elleboogstoot van Lucio de enige reden was waarom ik mijn plaats in de basis kon heroveren. Ook daarvoor had ik de indruk dat ik stilaan weer in aanmerking kwam voor een plaats als titularis. Ottmar Hitzfeld zei me herhaaldelijk dat ik me klaar moest houden. Dat de Braziliaan in de fout ging, kwam de trainer misschien goed uit …”

Je had toch op meer gehoopt, nadat je in heel vorig seizoen bijna geen minuut miste ?

“Natuurlijk kan ik niet tevreden zijn over het aantal speelminuten dat ik kreeg. Ik speelde hier een sterk eerste seizoen en ik maakte een uitstekende voorbereiding mee. Ik ging er dan ook van uit dat ik in de basis zou staan. Maar in de eerste wedstrijd koos de coach centraal achterin voor het duo Lucio – Martin Demichelis. Ik besefte die dag dat het moeilijk zou worden. Mijn doel om bij de elf te zijn op het ogenblik dat het serieus werd, had ik niet kunnen waarmaken. Bovendien ging ik ervan uit dat we weinig wedstrijden zouden verliezen en weinig tegengoals zouden slikken. Het zou voor mij dus knap lastig worden om een van mijn twee concurrenten uit het team te spelen. Hitzfeld gaf trouwens meteen toe dat die keuze voor hem de moeilijkste was geweest. Hij had ook gemerkt dat mijn hele voorbereiding erg goed was.”

Toch is het raar, want Lucio en Demichelis waren hier vorig seizoen ook al. Het is dus niet aan een nieuwkomer dat je je plaats hebt moeten afstaan.

“Vorig seizoen was ik bijna altijd titularis terwijl het voor de andere positie centraal achterin tussen hen ging. Maar ze hebben nu bij de start van het nieuwe seizoen hun kans gegrepen, zodat ik geduldig mijn beurt heb moeten afwachten.”

Bayern boven

Het was geleden van bij je vertrek bij Charleroi dat je nog op de bank had gezeten. Bij Standard, Marseille en Hamburg stond je omzeggens altijd in de basis …

“Anderhalf uur op de bank zitten vind ik bijzonder lastig. Het is voor mij alsof ik dan naast de groep val en niet mijn steentje kan bijdragen. Natuurlijk moet je dat als speler leren relativeren en moet je proberen om positief te blijven. Ik heb me de bedenking gemaakt dat ik invaller was bij een club die tijdens de zomer 80 miljoen euro had uitgegeven aan transfers. Dat is toch enigszins een geruststelling, want ik ben geen invaller bij een middenmoter. Elke speler van Bayern kan titularis zijn bij alle andere clubs in de Duitse competitie en elders in Europa. Bij Bayern op de bank zitten is hetzelfde als invaller zijn bij Real of bij Barcelona. Arjen Robben en Lilian Thuram spelen eigenlijk ook niet zo vaak. Bij alle grote Europese clubs moeten echte vedetten soms vanaf de zijlijn toekijken. René Vandereycken beseft dat trouwens goed. Telkens ik naar België terugkeerde om een wedstrijd met de nationale ploeg voor te bereiden, zag hij dat ik perfect in orde was.”

Heb je er echt aan gedacht om in de loop van het seizoen bij Bayern weg te gaan ?

“Nooit. Ik heb alleen gezegd dat je in voetbal nooit weet wat er kan gebeuren. Dat is alles. Dat betekende helemaal niet dat ik elders wilde gaan kijken. Het zou toch de kers op de taart zijn, als ik hier mijn carrière zou kunnen afsluiten, bij een van de vijf grootste clubs van Europa. Toen ik bij Bayern tekende, ging een droom in vervulling. Ik ben hier en ik blijf hier. Ik hou van het leven hier, van de club, de mentaliteit en de cultuur. Ik heb nog een contract van tweeënhalf jaar. Het zou perfect zijn als ik het kan verlengen.”

Everton zou er erg veel voor over hebben om je te halen en je zou ook dicht bij een overgang naar Dortmund hebben gestaan …

“De trainer van Dortmund, Thomas Doll, stelt me enorm op prijs. Hij was ook mijn coach bij Hamburg en hij maakte me daar onmiddellijk aanvoerder. Samen hebben we toch een aantal grootse dingen gedaan zoals een kwalificatie afdwingen voor de Champions League. Dankzij hem heb ik heel wat vooruitgang geboekt. Dortmund heeft momenteel wat problemen in het defensieve compartiment, maar ik zal ze niet gaan oplossen. Ik ga niet naar Dortmund, noch naar Everton of enige andere club waarbij mijn naam wordt geciteerd.”

Je manager vertelde dat je er altijd van had gedroomd om vooraan te spelen en dat Hitzfeld er ernstig over heeft nagedacht om je op die positie uit te spelen …

“Ik weet dat Hitzfeld daar soms met zijn assistent over praat. Hij ziet ook wel dat ik me als aanvaller op mijn gemak voel. In een klein wedstrijdje van vier tegen vier heb ik gisteren zes keer gescoord. Eigenlijk is dat het enige waarvan ik spijt heb. Als mijn carrière te herdoen was, zou ik me nooit meer laten omscholen tot verdediger. Heel veel clubs zijn op zoek naar grote spitsen die de bal goed kunnen bijhouden, vanuit alle hoeken op doel kunnen trappen en sterk zijn met het hoofd. Dat zijn allemaal onderdelen van het voetbal waarin ik toch redelijk mijn streng kan trekken. Ik ben er zeker van dat ik ook als spits een mooie carrière had kunnen uitbouwen.”

Sta je er soms bij stil dat je een van de mooiste carrières uit de Belgische voetbalgeschiedenis aan het neerzetten bent, misschien zelfs de allermooiste ?

“Ik zal dat nooit zelf zeggen, maar ik lees het en hoor het. Dat doet natuurlijk deugd. Ik ben nog altijd niet vergeten wat men allemaal vertelde toen ik Standard voor Marseille ruilde. Dat ik te jong was voor zo’n club, dat ik met mijn gezicht tegen de muur zou lopen enzovoort. En kijk wat er sindsdien allemaal is gebeurd !” S

door pierre danvoye

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content