‘IN CARDIFF WIL IK MIJN GRENZEN VERLEGGEN’

© BELGAIMAGE

Vijf jaar geleden speelde Frédéric Gounongbe nog in derde klasse bij Woluwe-Zaventem. Na twee mooie seizoenen in Westerlo gaat de Belgisch-Beninse spits nu bij Cardiff City de uitdaging aan van The Championship. Een gesprek met een ambitieuze aanvaller.

Het is aangenaam in Cardiff eind augustus. De 25 graden die de thermometer aangeeft, nodigen velen uit om nog eens hun shirt van Wales boven te halen. Ze showen het nog steeds met trots, ruim een maand nadat Gareth Bale en de zijnen schitterden op het EK. Het is een ontspannen Frédéric Gounongbe die ons in het hotel komt oppikken en meeneemt naar een terras aan Cardiff Bay.

Je was einde contract bij Westerlo, waar je kon terugkijken op twee mooie jaren. Je moet de clubs voor het uitkiezen hebben gehad voor het nieuwe seizoen?

FREDERIC GOUNONGBE: ‘Ik heb inderdaad heel wat telefoontjes gekregen, zowel ernstige als fantasierijke. Aan de ene kant was dat geruststellend, omdat ik wist dat ik niet zonder werk zou zitten in juli. Maar aan de andere kant moest ik eruit filteren wat me interesseerde en wat niet.’

Als je zegt ‘fantasierijk’, waar verwijs je dan naar?

GOUNONGBE: ‘Fantasierijk wil zeggen dat je kerels hebt die van overal komen aangewaaid. Je kent hen niet, je weet niet hoe ze aan je nummer gekomen zijn en ze stellen je landen voor als Thailand of Azerbeidzjan. Dan waren er ook interessante voorstellen zoals de MLS, maar ik had beslist voorrang te geven aan aanbiedingen uit Engeland en Duitsland. Ik wilde eens kijken waar ik uitkwam in een sterke competitie, het was dus in de eerste plaats een sportieve keuze.’

OP ERASMUS

Had je in België kunnen blijven?

GOUNONGBE: ‘Ja, ik had contact met Felice Mazzu, met wie ik lang geleden nog gewerkt heb. Er waren ook enkele pistes bij Standard, Lokeren en Mechelen, maar ik had zin om iets anders te beleven, België te verlaten, een nieuwe ervaring op te doen. Ik had enkele mogelijkheden in de Bundesliga en in Engeland, in The Championship. Wat ik ook mooi vind, naast het sportieve, is een andere cultuur ontdekken. Ik hou in het achterhoofd ook altijd mijn leven na mijn carrière. Ik heb tegen mezelf gezegd: ‘Je gaat minstens één jaar in Engeland doorbrengen. Naast het feit dat je er in een voetballand bent, doe je er jouw Erasmus, je verbetert er je Engels.’ Ik probeer het voetbal als hulpmiddel in te zetten om me om te scholen.’

Welke argumenten hebben de balans doen overhellen naar Cardiff?

GOUNONGBE: ‘Ik heb gekozen voor de club die het meest interesse toonde. Cardiff wou me al laten tekenen tijdens de transferperiode van januari, dat heeft het verschil gemaakt. Als de trainer je wil en de bestuurders staan daarachter, zit het goed. Cardiff is een club die nu stabiel is. Enkele jaren geleden waren er problemen met de supporters tegenover de nieuwe investeerder, Vincent Tan (tevens eigenaar van KV Kortrijk, nvdr). Hij heeft de clubkleuren veranderd (van blauw naar rood, nvdr) en het embleem van de club. Voor de supporters was dat een ramp. Er was veel verloop, heel wat spelers gingen weg, anderen kwamen. Het ging zowat alle kanten uit, maar alles is weer in orde, het is nu stabiel. Het project is echt wel goed.’

Je kwam naar hier juist na de uitschakeling van België tegen Wales op het EK. Hebben je ploegmaats je er niet te veel mee geplaagd?

GOUNONGBE: ‘Ik ben daags na de match aangekomen. Ik zat op de vlucht Parijs-Cardiff met de Welshe supporters die terugkeerden van de match. Ze zongen in het vliegtuig, waren superblij, het was gezellig. Ze waren verbaasd dat ze België hadden verslagen. Ze zeiden me dat, met onze spelers, zij nooit hadden mogen doorgaan. Hier was het echt een evenement. De ploeg werd in een bus met open dak in de straten van Cardiff rondgereden. In mijn ploeg zitten er wel meer Engelsen dan Welshmen. Zij zeiden spottend: ‘Wat is de enige ploeg die paradeert zonder iets te hebben gewonnen? Wales.”

Hoe is de sfeer in de kern? Vast anders dan in Westerlo.

GOUNONGBE: ‘In Westerlo is de sfeer heel familiaal met Vlamingen, Afrikanen, en iedereen kwam heel goed overeen. Hier is het professioneler. Je ploegmaats zijn meer je collega’s. Het gaat niet echt verder, al heb je met sommigen altijd een sterkere band, met name door de taal. Ik ben toch ook wel op een doop getrakteerd. Ik moest op een stoel staan en zingen. Ik heb Papaoutai van Stromae opgevoerd. Ongelukkig genoeg kenden ze dat niet.’

ZIN OM TE STOPPEN

Je koos het nummer 9, een nummer van een spits.

GOUNONGBE: ‘Ik heb het niet zelf gekozen, het werd me opgelegd. Ik had altijd al de 12, maar die was al bezet. Ken Choo, de uitvoerend manager, vroeg me het nummer 9 te nemen. In Cardiff was er altijd al een spitsenprobleem. Er zijn er al heel wat gepasseerd, zoals Federico Macheda, die van Manchester United overkwam, of Sammy Ameobi van Newcastle, maar het heeft nooit gewerkt. Waarom weet ik niet, maar ze hebben altijd problemen gehad. Er rust dus wel een zekere druk op mijn schouders, maar ik probeer me daar niet te veel zorgen over te maken.’

Je kreeg de kans om heel de voorbereiding mee te doen. Hoe was dat in vergelijking met wat je in het verleden gekend hebt?

GOUNONGBE: ‘Het is compleet anders. We hebben twee trainingen per dag, maar het verschil zit hem in de uitvoering, de intensiteit. Ze gunnen je geen rust. Het gaat vlugger en je moet alles geven. Het draait allemaal om karakter. Je mag niet zeuren, je moet mee, het is behoorlijk indrukwekkend. We hebben een uitgebreide staf: drie trainers met een UEFA-licentie, vijf of zes kine’s die er elke dag zijn, masseurs. Ze leggen sterk de nadruk op recuperatie. Na de wedstrijden en na elke training krijgen we ijsbaden, compressiekousen enzovoort. De competitie is zo veeleisend dat de recuperatiefase heel belangrijk is. Je hebt er baat bij je goed te verzorgen. Na de training heb je geen zin om uit te gaan, je gaat naar huis en blijft er. Je belandt in de sofa en je recupereert, want ze halen echt het maximum uit je, het tempo ligt erg hoog. Nu de competitie begonnen is, is het rustiger. Aangezien we om de drie dagen een wedstrijd hebben, zijn we veel met recuperatie en tactiek bezig. Als we in een week slechts één match moeten spelen, hebben we twee dagen vrij, maar we hernemen dan met een training van twee uur waarbij je aan het eind zin hebt om te stoppen met voetbal. Ze dwingen je echt tot het uiterste.’

VIJF KILO SPIEREN

Hoe was je debuut in The Championship?

GOUNONGBE: ‘Mijn eerste match, tegen Birmingham, heb ik er wat naast gepakt. Ik speel een goeie partij, maar mis een kans… Eén die ik in Westerlo nooit gemist zou hebben, voor open doel! Dus leg je jezelf wat meer druk op. De eerste match, het is dan dat je je moet tonen en er belandt zo’n kans voor je voeten. Maar goed, dat maakt deel uit van het voetbal. De eerste twee wedstrijden stond ik aan de aftrap, ik heb 75 minuten gespeeld. Daarna wijzigde de coach lichtjes het systeem en daardoor kwam ik op de bank terecht. Sindsdien ben ik invaller, maar ik kom op het veld. De relatie met de bank is anders hier. Je hebt 46 wedstrijden, dat is enorm veel. Niemand speelt ze allemaal, het is dus een kwestie van indelen: je belandt op de bank, je bent titularis, dan word je niet opnieuw opgesteld enzovoort. Maar het klopt dat ik graag hun vertrouwen wil belonen. Voor het moment heb ik daar nog niet echt de gelegenheid toe gekregen, ik denk dat ik nog in de aanpassingsfase zit. Maar de competitie is lang en ik hoop me te kunnen tonen.’

Mentaal moet het moeilijk zijn zo’n grote kans te hebben gemist.

GOUNONGBE: ‘De week erna voelde ik me niet goed. Had ik die kans in Westerlo gemist, was het balen geweest, maar de mensen van Westerlo wisten dat ik er nog zou maken. Maar wanneer je bij een nieuwe club komt, kun je je minder fouten permitteren. Vooral als je het nummer 9 hebt en ze je verwachten in de terugronde. Je moet er proberen boven te staan, anders word je gek. Door duizend keer de film van die kans opnieuw af te spelen schiet je niet op.’

En het voetbal in The Championship, wat geeft dat? Kick-and-rush, stellen we ons voor?

GOUNONGBE: ‘Iedereen denkt dat in Engeland alleen maar de lange bal gespeeld wordt en dat hij er zo in vliegt, maar neen… Het klopt dat het fysiek is, maar het is ook erg technisch. Het gaat veel sneller, je moet dus op niveau zijn. Wat vooral indruk heeft gemaakt, is dat ze je zelfs op training, als je met de rug naar doel speelt, opjagen. In België doen ze dat niet eens tijdens een wedstrijd. Je moet die klik maken en tegen jezelf zeggen dat je de bal moet beschermen, er fysiek moet staan. Er zijn enorm veel luchtduels en verdedigers die honderd kilo wegen voor 1,95 meter. In Westerlo woog ik 83 kilo en was ik een van de zwaarsten. Hier weegt een kerel van 1,80 meter al zo veel. Daarom heb ik spiermassa moeten bijwinnen. Ik weeg 88 kilo momenteel. Niettemin zijn wij een ploeg die wel voetbal probeert te spelen. Maar ik moet nog veel progressie maken op bepaalde punten. Hoe dan ook, daarvoor ben ik hier.’

STEEDS ZIN IN MEER

Kan iemand van 28 nog veel vooruitgang boeken?

GOUNONGBE: ‘Hier ben ik volop vooruitgang aan het boeken, zeker weten. Het is daarvoor dat ik gekomen ben. Ik had zin om een flinke uitdaging aan te gaan, te moeten vechten voor mijn plaats. En daar ben ik nu echt mee bezig. In Westerlo zat ik wat in een comfortzone en daar ben ik nu helemaal uit. Temeer omdat mijn vrouw en dochter niet zijn meegekomen, ik ben alleen in Cardiff. Dat is wat moeilijk, want als het eens minder goed gaat, val ik graag op mijn omgeving terug. Maar ik wist dat dit niet makkelijk zou zijn. Ik denk heel goed na over wat ik aan het meemaken ben: ik heb alle Belgische afdelingen doorlopen, van tweede provinciale tot eerste klasse. Toen ik in tweede provinciale speelde, was ik onder de indruk van de mannen in eerste provinciale en bevordering. Als we in de beker op een derdeklasser stootten, was het alsof die mannen van Mars kwamen. Telkens ontmoet je andere mensen die nog verder staan en dat is het mooie. Ik zat op de bank tegen Fulham en maakte de bedenking: ‘Drie jaar geleden zat je te ploeteren bij RWDM, waar Johan Vermeersch je niet wilde betalen.’ Als ik het vanop afstand bekijk, denk ik dat ik geen reden heb om te klagen. Maar zodra je erin zit, heb je altijd zin in meer. Je bent ontgoocheld als je een slechte training doet, je bent ontgoocheld als je een kans mist, maar je doet mee, je probeert te vechten met jouw middelen. Ik ben 28, ik ga geen twintig zulke kansen meer krijgen. Op een dag zal ik mijn plafond bereikt hebben en iets anders doen.’

Bij je aankomst sprak je van promotie naar de Premier League, maar de bookmakers plaatsen jullie niet bij de favorieten.

GOUNONGBE: ‘Het niveau in The Championship ligt behoorlijk hoog dit jaar, want grote clubs als Newcastle, Norwich en Aston Villa zijn uit de Premier League gedegradeerd. Ook Derby County en Sheffield Wednesday spelen geregeld de play-offs. Het is dus moeilijk. Elk weekend heb je een belangrijke wedstrijd voor 20.000 toeschouwers. Zelfs als je in de beker tegen een derdeklasser speelt, is er volk en enthousiasme. Ze hebben echt een passie voor voetbal. Je ziet opa’s met hun kleinkinderen, ze zitten daar met hun sjaal, hun truitje, ze leven voor het voetbal. Ons begin was niet top, maar ik geloof erin, de competitie is lang.’

Juist daarom: schrikt een competitie met 46 matchen je niet af? Je was al geregeld geblesseerd.

GOUNONGBE: ‘De grote vraag waar ik graag een antwoord op wilde, was of mijn lichaam dat zou aankunnen. Door naar deze competitie te komen, de zwaarste en fysiek meest veeleisende met om de drie dagen een match, zal ik het antwoord krijgen. Ik zal het aan het einde van het seizoen zien. Kan mijn lichaam dit ritme aan? Momenteel lukt dat. Hout vasthouden, want het feit dat ik tussen midden maart en het begin van de competitie geen echte wedstrijden meer gespeeld heb door de vijftiende plaats van Westerlo, heeft het er niet makkelijker op gemaakt.’

DOOR JULES MONNIER IN CARDIFF – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Na twee dagen vrij hernemen we met een training van twee uur die je zin geeft om te stoppen met voetbal.’

FRÉDÉRIC GOUNONGBE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content