In Nederland geraken ze maar niet uitgezongen met hun lof over Thomas Buffel. ‘Hij wordt één van de beste spitsen in Europa.’

Wie zou de naar AC Milan vertrekkende Jon Dahl Tomasson opvolgen ? Naar het antwoord op die vraag keek heel Feyenoordminnend Nederland reikhalzend uit. Werd het Bonaventure Kalou, de bij Heerenveen weggehaalde Anthony Lurling of het eigen rastalent Robin van Persie ? Het werd Thomas Buffel. Een Belg. Wat vindt Nederland daarvan ?

Johan Derksen Hoofdredacteur Voetbal International

Johan Derksen : “Zijn eenvoud heeft een grote charme. Thomas blijft heel bescheiden, heeft geen sterallures en werkt hard op het veld. Het zorgt ervoor dat het publiek en de media een zwak voor hem ontwikkelden. Wij houden van jongens met flair, maar niet van spelers die naast hun schoenen lopen. Veel mensen weten zelfs niet dat hij een Belg is. Ze zien hem, ook door zijn sappige tongval, als een echte Rotterdammer.

“Thomas blijkt de ideale aanvulling voor Pierre van Hooijdonk, een wat passieve spits. Het is veelzeggend dat hij de discussie over Tomasson helemaal de kop heeft ingedrukt. Daarvoor moet je over goede papieren beschikken. Hij is een verbeterde uitgave van Tomasson. Die had ook wel de werklust, maar niet de koelbloedigheid voor doel. Buffel is rustiger, behoudt beter het overzicht en is meer een opportunist. In de toekomst moet hij perfect uit de voeten kunnen in de Engelse Premier League. Daar kan hij echt uitgroeien tot een vedette.

“Thomas werd voor de leeuwen gegooid tegen Besiktas in de hel van Istanboel, maar bewees er over de mentale sterkte te beschikken om zich staande te houden. Terwijl Van Hooijdonk het moet hebben van zijn kopspel en vrije trappen, is Thomas veeleer de man die vanuit de tweede linie komt. Zijn balbehandeling is geweldig, wat door zijn snelheid niet evident is. Daarom net is hij zo’n complete voetballer. Ik voorspel hem een gouden toekomst. Feyenoord heeft een briljantje in huis, die het fel moet koesteren.

“Een jongen die bij Feyenoord wekelijks fantastisch speelt, kan ook voor de nationale ploeg een interessante voetballer zijn. Maar dan zou ik hem ook gebruiken als schaduwspits, niet als uitgesproken nummer tien. Daarvoor ontbeert hij toch nog wat de ervaring en de personality. Dat moeten leiders zijn. Buffel is een heel ijverige en nuttige voetballer, ik zie echt geen zwakke punten, maar dat komt nog iets te vroeg.

Youri Mulder Analist Studio Sport

Youri Mulder : “Ik zag hem aan het werk tegen FC Twente, waar hij een superwedstrijd speelde. Toen dacht ik : dit is de opvolger van Marc Wilmots. Ik vind het gewoon een leuke speler. Buffel is een rank, snel en technisch verfijnd kereltje. Geen buffel, ook al heet hij zo. Hij glipt er met een versnelling door, Marc gaat er als een stormram op kracht dwars doorheen.

“Voor iemand die nog zo jong is, voelt hij perfect aan wanneer hij de diepte moet induiken of moet blijven. Hij is een heel doelgerichte speler, geen Dennis Bergkamp die heel bijzondere dingen uit zijn schoenen tovert en meer een fluwelen trap heeft. Als hij aan de bal is, is er constant dreiging. Ik vind ook dat hij al heel geslepen reageert. Hij weet perfect wat hij doet. Misschien moet hij fysiek nog iets sterker worden, al kan dat nadelige gevolgen hebben : door te poweren zal zijn snelheid afbotten.

“Hij kwam in een gespreid bedje terecht. Hij heeft nog niet de kracht om een moeilijk draaiend team naar een hoger niveau te tillen. Voor zijn ontwikkeling was dat goed, ook dat iemand als Paul Bosvelt de kar trekt. Dat verlicht de druk op hem, want hij is nog geen leider, zoals Marc Wilmots, die de hele club en een land op sleeptouw nam.

“Ik vind dat Aimé Anthuenis hem een keer bij de nationale ploeg moet nemen, om te zien tot wat hij in staat is. Alleen moet je opletten voor overbelasting en mag je geen te grote dingen verwachten. Drie wedstrijden op een hoog niveau per week, dat kruipt in de kleren en leidt wel eens tot blessures.”

Hugo Camps Redacteur Elsevier

Hugo Camps : “Hij wordt een van de beste spitsen in Europa. Thomas heeft een ongelofelijk instinct. Hij combineert de nummer negen en de nummer tien, wat toch vrij uniek is. Bovendien is hij een heel nuchtere jongen. Niet zoals de meesten van zijn generatie, die na twee goede prestaties een Maserati kopen, een mental coach inhuren en worden bijgestaan door drie zaakwaarnemers. Met Bert van Marwijk wordt hij ook nog eens begeleid door de beste trainer van Nederland. Die komt altijd heel koel en beredeneerd over, maar is in zijn hart nog altijd die grillige linksbuiten die van technisch verfijnd voetbal houdt, maar die ook resultaatgericht leerde te werken.

“Vandaar dat hij Buffel de ruimte geeft om creatief te worden, maar hem ook dwingt om collectief te denken. Dat is wat die jongen net nodig heeft : een perfecte leermeester. Hij had al een seizoen eerder bij Feyenoord moeten komen, maar hij was nog te jong voor het ruige karakter van een topclub. Ze wilden hem pas brengen als hij echt klaar was. Als je Thomas nu op het veld ziet komen, zie je geen gêne, twijfel of valse bescheidenheid. Hij weet waar de bal komt en is vrijwel altijd aanspeelbaar.

“Ik beschouw hem als bijna niet vervangbaar in zijn generatie. Een beetje Kluivert-achtig, maar dan met aftrek van de samba. Het is een speler die in België fel gekoesterd moet worden. Wij hebben geen vedetten meer. Eigenlijk blijft het ongelooflijk dat topclubs zo’n pareltje niet opmerkten. Bij Anderlecht zou hij door zijn kracht en klasse een golf van supportersliefde kunnen ontketenen. Maar België is voorbij voor hem. Dat blijft een dorp. Als je het afmeet aan zijn talent, is alles daar een beetje Beveren. Zelfs Anderlecht is dan Beveren. Feyenoord zie ik als dorp met traditie, dat met succes Europa ingaat.

“Negentig minuten zijn wel nog lang. Het is allemaal nog te flitsend en te weinig constant. Moest hij dat nu al hebben, dan speelde hij bij Real Madrid of Arsenal. Over twee of drie jaar is hij een speler voor de Premier League, let maar op. In Engeland gaat hij de pannen nog van het dak spelen. De balcirculatie, de passie : hij kan er als afwerker en rustbrenger – een beetje à la Bergkamp – een mooie toekomst tegemoet gaan.”

Rob Baan Hoofd opleiding Feyenoord

Rob Baan : “Ik ken hem al van zijn zestiende. Thomas had die typische Belgische karaktertrekken : heel beleefd en de kat wat uit de boom kijkend. Maar hij toonde zich vanaf het prille begin heel leergierig : alles stond in het teken van zijn grote droom profvoetballer te worden. Maar hij moest nog meer van zichzelf overtuigd raken. Daarnaast werkten we in het begin ook veel aan zijn doelmatigheid, omdat hij nog al eens verstrikt raakte in zijn eigen dribbelbewegingen en te weinig rendement nastreefde. Die beide factoren heeft hij tijdens zijn rijpingsproces bij Excelsior perfect opgepikt.

“Mijn vertrouwen in hem is altijd groot geweest. Toen ik hem voorstelde als opvolger van Tomasson, keek iedereen verbaasd op. Hij moet alleen het rendement van zijn acties nog wat meer opdrijven. Hij doet me vaak terugdenken aan Marc Degryse : klein, vinnig, altijd aanwezig en sterk in de afwerking. Wij houden ook rekening met een terugval, maar dat mag. Inmiddels is hij mentaal zo sterk, dat hij die eventuele tegenslag wel zal opvangen.

“Hij zal uiteindelijk wel bij de nationale ploeg terechtkomen. Maar het is verstandiger om hem eerst nog een half jaar ervaring te laten opdoen. De druk op zijn persoontje mag niet te groot worden. Er is bij ons een gezegde : wat goed is, komt snel, maar wat snel komt en afgebroken wordt, dat bouw je nooit meer op.”

Adri Koster Trainer Excelsior

Adri Koster : “Van die twee jaar dat hij voor ons voetbalde, is me vooral zijn gedrevenheid bijgebleven. Hij had er alles voor over om terug te keren naar Feyenoord. Ik was ook aangenaam verrast door zijn vernederlandsing : wat droge humor, maar vooral een technische klasbak.

“Ik werkte met hem vooral aan de omschakeling van balbezit naar balverlies. Hij leerde ook meer oog te hebben voor de diepte. Ik denk dat hij met de bal aan de voet veel sneller is dan zonder. Echt fenomenaal, alsof hij de bal aan een touwtje vasthoudt. Zijn kopspel en afstandsschot zijn wel nog voor verbetering vatbaar. De echte wreeftrap, bedoel ik dan. Maar gezien zijn leeftijd zal hij alleen nog beter worden. Bij Feyenoord is hij alvast nog meer een teamspeler geworden.

“Het doet me goed dat hij er al zo snel staat. De aanwezigheid van betere voetballers rondom hem maakte hem sterker. Want de concurrentie en de druk bij Feyenoord zijn zoveel groter. Vijftigduizend toeschouwers in plaats van drieduizend, dat is een wereld van verschil. Maar Thomas leerde te incasseren, je kan hem nog maar moeilijk intimideren.”

Leo Beenhakker Directeur voetbalzaken Ajax

Leo Beenhakker : “Ik liet hem bij Feyenoord op zijn zeventiende even proeven tijdens de voorbereiding. Gewoon wat gewenning, weet je wel. Ik was aangenaam verrast door zijn technische bagage. Hij had geen ruzie met de bal en bewoog zich heel slim op het terrein. Een zegen voor elke trainer, want zoiets is heel moeilijk aan te leren. Nadien ben ik met belangstelling zijn ontwikkeling blijven volgen. Bij Excelsior heeft hij zijn spel vervolmaakt. Op de korte ruimte is hij moeilijk uit te schakelen. Hij beheerst heel goed het eentijdsvoetbal, verliest bijna nooit het overzicht als hij onder druk komt en scoort makkelijk.

“Ik moet toegeven : hij heeft het waargemaakt. Dat verrast me niet, want hij werkt en traint hard om zijn talent te onderhouden, hij leeft serieus voor zijn beroep en is mentaal heel sterk. Die basisplaats bij Feyenoord is dan ook geen toeval, hij heeft het zelf afgedwongen. Hij oogt in zijn totaliteit ook volwassener. Ik weet ook zeker dat Thomas niet op zijn lauweren zal rusten : hij wil nog meer bereiken en streeft naar een grote loopbaan. In een latere fase moet hij door zijn persoonlijkheid in staat zijn een elftal te dragen. Dat leiderschap draagt hij in zich.

“Dit is slechts het begin, hé. Hij mag niet te vroeg rare dingen in zijn hoofd halen. Thomas moet blij zijn met de status die hij op korte termijn kon verwerven en ervan genieten. Maak van hem nu dus niet de redder van het vaderland. De nationale ploeg vind ik nu nog te opportunistisch. Ik zou het rustig aan doen. Laat hem eerst een vaste stek afdwingen. Pas dan mag je verder kijken.”

door Frédéric Vanheule

‘Afgemeten aan zijn talent is zelfs Anderlecht Beveren.’

‘Hij is Kluivert-achtig, maar dan met aftrek van de samba.’

‘Bal aan de voet is hij sneller dan zonder. Fenomenaal !’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content