Sofiane Hanni is een kind van de 9-4, het Parijse departement Val-de-Marne in het zuidoosten van de hoofdstad. Maar dit is niet het relaas van een armoezaaier die uit het getto kon ontsnappen door zijn gouden voetjes. Het is het verhaal van een voetballertje uit een warm nest, die dankzij de steun van zijn ouders zijn droom kon waarmaken.

Le quartorze juilliet is in het land en daar ontsnapt ook Vitry-sur-Seine niet aan. In de schaduw van de kerk Saint-Germain aan de Avenue de l’abbé Roger Derry schudden tientallen gepensioneerden de benen los op een openluchtdansvloer. Het repertorium bestaat haast uitsluitend uit Franse chansons. Het decor doet de oudere Vitriots met weemoed terugdenken aan de jaren vijftig, vóór de enorme bouwwoede huishield in de stad. Typische Franse paviljoenen en immense sociale woningen werden toen de norm. Dat was het antwoord van de Franse overheid op de toenemende vraag naar woningen.

Intussen is Vitry-sur-Seine ten prooi gevallen aan een alles verzwelgende golf van stadsvernieuwing. Het stadsbestuur, van oudsher een communistisch bastion, werkt aan Vitry 2.0: een dynamische stad met een solide sociale mix. Daarom moest toren GHJ, het laatste overblijfsel van de notoire cité Balzac in het zuiden van de stad, in 2012 tegen de vlakte. Dat was het gebouw waar een van de meest macabere hoofdstukken van de verpauperde wijk werd geschreven. In oktober 2002 werd het zeventienjarige meisje Sohane Benziane halfdood teruggevonden in het lokaal waar de afvalcontainers werden gestockeerd. Sohane was met benzine overgoten door haar ex-vriendje en overleed enige tijd later aan haar verwondingen. Die gruwelijke moord was de aanzet voor de oprichting van de feministische beweging Ni putes ni soumises.

Met dank dus aan Balzac, dat vooral symbool stond voor het architecturale failliet in Frankrijk in het laatste kwart van de twintigste eeuw. Balzac, dat was: 1200 appartementen verdeeld over drie ijzingwekkende kille woonblokken, waar kinderen de naam van hun eigen straat niet kenden en zich oriënteerden aan de hand van de kleur van hun wooncomplex.

Safia Hanni, de oudste zus van Sofiane, neemt ons mee naar de andere kant van de stad, naar de wijk Centre-Ville. De Robespierretoren, een gedrocht van 27 verdiepingen en een veelvoud aan appartementen, staat nog mooi rechtop. De familie Hanni woonde op de achtste verdieping in het gebouw ernaast, dat slechts 15 verdiepingen telt. ‘Het gebeurde weleens dat Sofiane voetzoekers gooide vanuit het raam. Ik was te beschaamd om het aan mijn ouders de vertellen’, lacht Safia. ‘Vanuit de woonkamer had mijn moeder wel een goed zicht op de binnenkoer van zijn schooltje. Tijdens het weekend klommen de jongens over de versleten omheining en organiseerden ze voetbaltoernooitjes. Het was een van de weinige onderwijsinstellingen in Vitry met doelen op de speelplaats. De schooldirectie wist ervan, maar het werd oogluikend toegelaten. Ze moesten wel improviseren, want in die tijd hadden jongeren geen plek om te ravotten. Nu is het stadsbestuur aan een inhaalbeweging bezig: ze bouwen sportveldjes, pushen de jongeren om aan sport te doen of iets artistieks te proberen. Zo is street art hier razend populair. Geen vulgaire graffiti, maar echte kunstwerken. De stad organiseert dat geregeld mee. Dat was ondenkbaar toen wij klein waren.’

HOLD-UP

De kleine Sofiane is de koning van het asfalt in zijn wijk. Met zijn buurjongen Elyes Seddiki, die twee jaar ouder is, spelen ze alles kapot. ‘Het was vechten om in dezelfde ploeg te zitten als Sofiane. Maar als je wilde winnen en op het veld wilde blijven staan, moest je hem wel als ploegmaat hebben’, aldus Seddiki, intussen zelf profvoetballer bij Mouloudia Algiers. ‘Hij was beduidend beter dan zijn leeftijdsgenoten. Ik noemde hem zelfs R9, naar zijn Braziliaanze idool Ronaldo. Hij had maar één doel voor ogen: profvoetballer worden. Veel andere jongens waren met rapmuziek bezig, maar dat was zijn ding niet. Hij is wel een levenslange fan van rapper Rhoff, die eveneens uit Vitry komt.’

Ondanks het leeftijdsverschil zijn Seddiki en Sofiane onafscheidelijk. ‘Hij beschouwde mij niet als zijn grote broer. We waren complementair, hadden aan een blik genoeg om elkaar te begrijpen. Zeg maar twee handen op een buik. Het ging zelfs zo ver dat we bij elkaar in de klas gingen zitten terwijl we niet eens voor hetzelfde vak waren ingeschreven. Sofiane spijbelde dan om les te volgen bij mij en omgekeerd. We hebben de leraars een tijdje om de tuin kunnen leiden. Hoe onze ouders er uiteindelijk achter zijn gekomen, weet ik niet, maar ik zal nooit vergeten hoe Sofianes vader ons bij het nekvel heeft gepakt en ons een serieuze bolwassing heeft gegeven.’

Rapper Rhoff noemt zijn geboorteplaats in een van zijn liedjes liefkozend Vitry-sur- Haine. Een woordspeling zonder verdere betekenis zegt hij zelf. Het is wel een ode aan zijn Vitry, een stad met donkere kantjes, waar de mensen tegen beter weten in geloven in een betere toekomst. Daarom verhuizen vader Nordine en moeder Nadia, twee ambtenaren, met hun drie kinderen Safia, Kenza en Sofiane in 2001 naar een van de meer gegoede wijken van de stad. Jinane en Driss zijn dan nog niet geboren. De verhuizing komt geen jaar te vroeg, zo blijkt. Eind december staat de wijk rond de Robespierretoren letterlijk in brand na rellen tussen de politie en jongeren. De aanleiding is de dood van een 21-jarige die op heterdaad wordt betrapt tijdens een bankoverval en het leven laat door een politiekogel. De wraakactie van de relschoppers is navenant: ruim dertig auto’s gaan in vlammen op en het politiecommissariaat wordt bestookt met een granaat. Safia zucht: ‘Veel ouders proberen weg te trekken uit de probleemwijken, maar er zijn weinig uitverkorenen. Wij hadden het geluk dat onze twee ouders werkten. Ze hebben heel hun leven gespaard om een huis te kunnen kopen. Gezinnen met één inkomen, of waarvan de ouders laag opgeleid zijn of zelfs ongeletterd, zijn gedoemd om te blijven.’

In deze banlieue worden geen toekomstige rechters, ministers of CEO’s geboren. Ofwel probeer je het via de reguliere weg: sport, muziek, studies. In het beste geval schop je het tot in de Ligue 1 zoals Jimmy Briand of Jérémy Menez, de bekendste voetballer uit Vitry. Ofwel zoek je je weg in het gangstermilieu. Tijdens een rechtszaak tegen twaalf boefjes in de Parijse voorstad Nanterre zes jaar geleden beweerde een politieofficier dat zeventig procent van de overvallen in de regio Île-de-France het werk is van mannen uit Vitry-sur-Seine. In één klap werd Vitry de officieuze hoofdstad van de hold-ups.

KLEINE VLOOIEN

Vader Nordine Hanni heeft andere plannen met zijn zoon Sofiane. Hij zit er héél kort op. En met reden. Hanni senior was zelf geen onaardige voetballer: met Corbeille-Essonnes speelde hij even in de Franse tweede klasse. Tot de politiek zich ermee ging moeien en de club helemaal wegdeemsterde. Nordine was net als zijn zoon een valse nummer 9. Eentje die niet aarzelde om de doelman mee tegen de netten de schoppen, als het maar een doelpunt opleverde. ‘Sofiane is meer een salonvoetballer. Hij ging altijd op zoek naar een beauty. Maar zeg mij: wat is het verschil tussen een doelpunt waarbij je drie man hebt gedribbeld en een rudimentaire punter? Het levert net hetzelfde op. Dat heb ik Sofiane moeten inpeperen. Ik liet hem geen seconde met rust. Thuis tekende ik een parcours uit met stoelen en een doel waartussen hij moest slalommen. Je moet maar eens aan zijn moeder vragen hoeveel zaken hij kapot heeft gemaakt in huis’, lacht Nordine.

Na een jaartje bij ES Vitry tekent Sofiane op zijn zesde een aansluitingskaart bij US Ivry. Hij mag er een categorie overslaan en komt zo bij Roger Bombré terecht. ‘Bij de kuikens, spelertjes van acht en negen jaar, verveelde hij zich dood. Dat zag je aan zijn attitude’, aldus Bombré. ‘Vergelijk het met een hoogbegaafd kind op school dat de leerstof al heeft gesnapt noch voor zijn klasgenoten hun vinger hebben opgestoken om een vraag te stellen.’

Nordine is alomtegenwoordig. In elke leeftijdscategorie manoeuvreert hij zich tot assistent-trainer. ‘Ik moeide mij niet met de ploegopstelling. We overlegden, ik gaf mijn mening, maar de rollen waren goed afgelijnd. De hoofdtrainer had altijd het laatste woord. Mijn aanwezigheid in de kleedkamer stoorde de andere ouders trouwens niet, want ze wisten dat ik op een hoog niveau had gevoetbald. Ook Sofiane voelde zich daar niet ongemakkelijk bij. Hij was zelfs gerustgesteld als ik er was.’

Bombré herinnert zich vooral een internationaal toernooi in het Bretoense Plomelin in 2001. Niet dat Sofiane daar een overgetelijke indruk nalaat, maar het is wel de eerste keer dat hij geconfronteerd wordt met zijn eigen limieten. Het toeval wil dat die editie gewonnen wordt door Anderlecht, met jongens als Sven Kums, Dries Mertens en Vadis Odjidja. Brombré: ‘Spartak Moskou was daar, Le Havre, Anderlecht, Club Brugge, allemaal ronkende namen. Ploegen ook die minstens vier keer per week trainden. Bij Ivry bleef het beperkt tot twee sessies in de week. Bovendien hadden we ons vergist van leeftijdscategorie. Mijn gasten waren tien jaar oud, hoogstens elf. Ter plaatse aangekomen hoorden we dat het ging om een toernooi voor U13… Op die leeftijd kan het lengteverschil snel oplopen tot twintig centimeter. Fysiek werden we dus weggeblazen. Maar de andere trainers waren wel verwonderd dat die kleine vlooien al de intelligentie bezaten om het hele speelveld te benutten. Ik moet zeggen dat het toernooi ook iets te hoog gegrepen was voor Sofiane. Al had hij die dag ook last van hooikoorts. Het was mei en de pollen die in de lucht hingen, deden zijn ogen opzwellen en lieten hem niet toe om rustig door zijn neus te ademen.’

Tijdens een zoveelste jeugdtoernooi, dit keer in Italië, maakt Sofiane wel indruk. Met zijn tien jaar is hij veruit de jongste van alle deelnemers, de leeftijd van de andere spelers varieert van twaalf tot dertien jaar. ‘In de finale, waarop 4000 toeschouwers waren afgekomen, werd Sofiane van bij de aftrap door een spelertje gevolgd. Ik kon mijn ogen niet geloven: die Italianen waren niet beschaamd om op die leeftijd een speler op te zadelen met individuele mandekking. Toen een van onze aanvallers geblesseerd raakte, werd Sofiane in de punt van de aanval gezet en hij scoorde drie keer. ’s Avonds kwam de hoteleigenaar mij opzoeken, want hij geloofde niet dat Sofiane amper tien jaar was. Ik heb zijn identiteitskaart moeten bovenhalen! Die man haalde een wit blad tevoorschijn, krabbelde er de naam van Sofiane op en hing het velletje papier aan de muur. Hij zei: luister, jouw zoon wordt profvoetballer.’

IDYLLISCH PLAATJE

US Ivry heeft met Sofiane een goudklompje in handen. Met zijn grote loopvermogen, bovengemiddelde technische bagage en snelle kennisopname is hij een klasse apart. Bij wijze van stage mag hij de wedstrijdbesprekingen van de eerste ploeg, op dat moment actief in vierde klasse, bijwonen. Sofiane moet met zijn eigen ogen zien hoe het eraan toegaat in een mannenkleedkamer.

Toch zit Sofiane bij Ivry, dat bij de U14 geen ploeg kan afvaardigen op het nationale niveau, stilaan aan zijn plafond. Bij het gereputeerde AC Boulogne-Billancourt, kortweg ACBB, kan hij wel wekelijks zijn talent toetsen aan dat van de beste leeftijdsgenoten uit de regio. Gilles Bibe, scout bij de club, overtuigt de familie Hanni om Sofiane aan hen toe te vertrouwen. Ook boezemvriend Seddiki speelt bij ACBB. ‘Waarom we Sofiane pas op zijn dertiende hebben ontdekt? Het grondgebied van Parijs, met acht voetbaldistricten, is immens, de kweekvijver aan talent is onmetelijk groot’, vertelt Bibe. ‘De meeste clubs in Parijs hebben te weinig middelen om een degelijke scouting te organiseren. Gelukkig geniet ACBB een goede reputatie in Parijs inzake jeugdopleiding. Wij sturen elk seizoen gemiddeld tien tot twaalf spelers naar een centre de formation.’

Boulogne-Billancourt, met op zijn grondgebied de hoofdzetels van L’Équipe, TF1 en beIn sport, biedt een idyllisch plaatje: poepchique appartementen, elegante hotels met zich op het Bois de Boulogne en netjes onderhouden parkjes. Het verschil met het populaire Vitry en zijn aaneenschakeling van onesthetische hoogbouw is schrijnend. Het belet Sofiane niet om in die vreemde omgeving de selectie van de regio Île-de-France te halen, de sterkste in Frankrijk. Tijdens een kort televisieoptreden in Clairefontainte maakt hij zelfs Frans international Willy Sagnol belachelijk met een paar dribbels. FC Nantes slaat al in oktober toe, amper enkele maanden nadat Sofiane bij ACBB heeft getekend. PSG komt te laat. Bibe: ‘Een van onze conciërges speurde in Parijs naar talent voor Nantes. Toen we in augustus met de trainingen begonnen, zag die conciërge de spelers in avant-première. Hij belde dan naar de hoofdschout om hem te tippen over een speler. Op die manier legde Nantes al veel spelers vast in de herfst. We hebben Sofiane, samen met een paar andere jongens, doorgeschoven naar de U15 en hij heeft het seizoen gewoon bij ons afgemaakt.’

STRAFBLAD

Bij Nantes loopt Sofiane Adrien Trebel tegen het lijf. Die kwam een jaar vroeger aan op La Jonelière. ‘Op je eerste dag bij Nantes werd je met je neus op de feiten gedrukt’, herinnert de middenvelder van Standard zich. ‘In zijn verwelkomingsspeech zei de trainer: ‘Sorry jongens, maar niet iedereen zal het halen.’ Dat is meteen slikken. Daarna moest je leren omgaan met het strikte dagschema en accepteren dat er flink werd beknibbeld op je vrijheid. We mochten enkel in het weekend naar buiten. Van die schaarse vrije momenten profiteerden we om in het centrum van Nantes te relaxen. Met het geld dat we toegestopt kregen van de club was het kiezen tussen de nieuwste sneakers of een cool kledingstuk.’

Een keer per maand zakt de hele familie Hanni naar Nantes af om Sofiane te zien spelen. Elk gezin heeft recht op twaalf verplaatsingen die door de club worden betaald. Alles is inbegrepen: benzine, eten, hotelovernachtingen. De trainers keken elke keer vol verwachting uit naar de komst van Nordine, want dan wisten ze dat Sofiane onhoudbaar zou zijn tijdens de wedstrijd.

Door de afstand groeien vooral grote zus Safia en Sofiane naar elkaar toe. Safia: ‘Als enige jongen en benjamin van de familie wilde Sofiane zijn territorium afbakenen. Vooral Kenza, die amper achttien maanden ouder is, moest het ontgelden. Die twee gedroegen zich als kat en hond. Op school bereikte de rivaliteit een hoogtepunt: ze hadden gemeenschappelijke vrienden, maar Sofiane wilde niet dat ze samen optrokken. Ik was de oudste, maar denk niet dat hij naar mij luisterde. Als afschrikmiddel maakten we een lijstje op met alles wat hij had uitgespookt overdag. Wanneer papa thuiskwam van het werk, gaven we hem dat strafblad’, grinnikt ze. ‘Zijn vertrek naar Nantes vormde het keerpunt in onze relatie. We misten elkaar en de weinige momenten die we samen spendeerden, waren puur geluk.’

Zonder medeweten van de ouders bedisselen de twee van alles. Safia neemt een telefoonabonnement op haar naam voor Sofiane en ze leent hem geld om grote aankopen te doen. Sofiane kan met zijn bankkaart van Nantes per week maar een gelimiteerd bedrag afhalen. ‘Hij vroeg mij ook raad voor de aankoop van zijn eerste auto. Hij wilde weten welke auto in trek was bij jongeren. Sommige ploegmaats kochten meteen een flashy auto, maar Sofiane wilde met een kleine beginnen en hij kocht uiteindelijk een Mercedes A-klasse. Die bescheidenheid is een familietrek. Net als ik is hij zonder veel stampei getrouwd in het stadhuis van Vitry. Sinds hij in het buitenland voetbalt, kiest hij ook resoluut voor het rugnummer 94, de geografische code van het departement Val-de-Marne. Veel rappers misbruiken de 9-4. Ze willen een statement: ik kom van de 9-4 en toch ben ik uit de miserie geraakt. Voor Sofiane heeft dat nummer een andere betekenis. Hij is gewoon trots dat hij uit Vitry komt.’

DOOR ALAIN ELIASY – FOTO’S BELGAIMAGE/CHRISTOPHE KETELS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content