Bondscoach Appie Krijnsen vond onderdak bij Remi Claeys Torhout, maar met de nationale ploeg lijkt het weer de verkeerde kant uit te gaan. ‘Ik vind het hartstikke stom dat we niet meedoen aan het olympisch prekwalificatietoernooi.’

Tv-zeikerd zonder werk, kopte een krant voor het begin van het volleybalseizoen. De nationale volleybalbondscoach, Appie Krijnsen, die tijdens het voorbije WK voetbal in Vlaanderen bekendheid verwierf door zijn optredens op tv, werd door Amber Antwerpen wegens de financiële problemen van de club aan de deur gezet. Pas met de kerstdagen in zicht vond de Nederlander opnieuw onderdak, bij Remi Claeys Torhout.

Krijnsen kon ook in Nederland aan de slag, maar hij verkoos een dagelijkse rit van om en bij de vier uur boven Vrevok. “Ik koos voor de beste organisatie. Dat is voor mij hét criterium om iets neer te kunnen zetten. In alle eerlijkheid moet ik toegeven dat ik lang getwijfeld heb omdat Nieuwegein toch een heel stuk dichterbij ligt dan Torhout. Je moet weten dat ik nogal wat andere taken heb. Zo moet ik een boek afmaken voor de Nederlandse Volleybalbond en heb ik aan de universiteit van Groningen een studie sportmanagement aangevat.”

Die studie wou Krijnsen niet zomaar laten vallen. “Daarom heb ik een wat aparte afspraak kunnen maken met de clubleiding : op donderdag zal ik de trainingen niet leiden, want dan volg ik les in Groningen. Ik heb het een half jaartje rustig aangedaan, dus is het op zich wel leuk dat ik het nu lekker druk heb.”

Hij opteerde dus voor de organisatie van Torhout. Daarnaast noemt Krijnsen ook het feit dat hij als bondscoach in België aan de slag blijft een voordeel. Maar moet hij het met Torhout niet opnemen tegen Sankt Vith, Antwerpen, Kapellen, Mortroux en Breendonk Puurs, met andere woorden tegen ploegen zonder internationals ? “Klopt, maar als ik voor Vrevok had gekozen, zou ik telkens op zaterdag wedstrijd hebben gehad en had ik geen enkele Belgische topper meer kunnen bijwonen. Aangezien Torhout zijn thuiswedstrijden op zondag afwerkt, kan ik dat nu wel. Het financiële plaatje speelde geen rol, want het gaat ongeveer om hetzelfde. Ik heb de clubs ook niet tegen elkaar uitgespeeld.”

En wat vinden zijn vrouw en zoontje ervan dat hij zo vaak van huis zal zijn ? “Een delegatie van Torhout is bij mij thuis geweest en mijn vrouw zei : je moet naar Torhout gaan, want dat zijn gewoon heel aardige mensen. Nu, die indruk heb ik ook wel, hoor. Maar in topsport ken ik wel meer mensen die aardig overkomen, maar dat achteraf helemaal niet blijken te zijn. Dat vormde dus niet het voornaamste argument. Maar om op je vraag terug te keren : mijn vrouw vond het wel oké.”

Voorlopig tekende Krijnsen maar een contract dat hem tot het einde van dit seizoen aan Torhout bindt, hoewel de club hem liefst meteen voor twee en een half seizoen wilde vastleggen. “Ik heb gezegd : laat ik eerst maar eens beginnen, want misschien ben ik wel helemaal niet zo goed als jullie denken. Uiteindelijk moet er maar één ding uitkomen : het niveau van Torhout moet omhoog. Als dat niet lukt met mij, kan de club beter iemand anders zoeken.”

Voor hij er tekende, had Krijnsen Torhout maar één keer gezien. “Dat was tegen Haarlem. Ze werden toen aardig van het veld afgeveegd. Ik lette toen trouwens vooral op Haarlem. De wedstrijd tegen Mortroux werd uitgesteld en dat vond ik wel prettig. Het gaf me wat meer tijd. De eerste wedstrijd wordt die tegen Kapellen.”

Wat zijn de eerste indrukken van hetgeen hij meemaakt op training ? “Ik wil de vorige trainer absoluut niet afvallen. Maar ik ben iets meer in de zaal gaan trainen, wat minder krachttraining. Ik merkte dat ze fysiek tekortkomen tegen het einde. En daarnaast zitten we met een receptioneel probleem. Het midden is heel goed, met Sergiu Stancu die verschrikkelijk hoog zit. Onze spelverdeler, Andrew Hunter, beschikt over de nodige kwaliteiten, maar mist nog wat zelfvertrouwen. Daar gaan we aan werken. Toen ik bij Antwerpen kwam, beweerden sommigen ook dat Frank Depestele een verkeerde keuze was. Ik vind dat je een speler met open vizier moet aanpakken. Dan pas kan je zijn mogelijkheden ten volle gaan gebruiken.”

Om de lacune in receptie weg te werken, hoopt Krijnsen Dieter Verbeke terug te halen. Verbeke speelde bij Torhout voor hij vorig seizoen naar het Spaanse Tarragona verhuisde. Vorig seizoen zette hij een punt achter zijn ereklassecarrière. “Ik reken erop dat hij op zijn stappen terugkeert en dat hij met de clubleiding tot een akkoord kan komen. Met Verbeke of zonder, receptioneel scheelt het een slok op een borrel.”

Het tussentijdse vertrek van Ivan Mitrofanov bezorgt de coach geen muizenissen. “Aanvallend was het met hem alles of niks, receptioneel was hij te zwak. Het kan best een toffe gast wezen, maar hij lag niet goed in de groep. Of hij een dure vogel was, weet ik niet eens. Maar ik heb hem zien trainen met zo’n gezicht ( maakt het bekende gebaar) terwijl ik vind dat je je werk met plezier moet doen.”

Het goede kerstnieuws kwam voor Krijnsen op clubniveau, het slechte op bondsniveau. De nationale ploeg zal niet deelnemen aan het olympisch prekwalificatietoernooi in november. Ontluisterend ook dat de bondscoach dat nieuws van journalisten moest vernemen. “Het lijkt me logisch dat de trainer eerst wordt ingelicht, dat hij te horen krijgt waarom bepaalde beslissingen genomen worden. Ik betreur het ten zeerste dat dat niet gebeurd is.”

De mening van de coach werd niet gevraagd, maar allicht kennen ze die bij de bond wel. “Ik vind het hartstikke stom dat we niet meedoen. Je moet je als nationale ploeg profileren. Wil je sponsoring binnenhalen, moet je niet in een hoekje kruipen. Dat is fout. Je moet zeggen : hier staan we. Wie wil er nou geld stoppen in een ploeg die niet meedoet ? Mijn betrachting is nog altijd om met de nationale ploeg een voltijds programma te draaien in de zomer. In die zin probeer ik ook mijn sportmanagementstudie aan te wenden om van het nationale team een zelfstandige eenheid te maken. In het begin is dat low profile. Een dergelijke eenheid moet zijn bestaansrecht zelf bewijzen. Dat gaat niet meteen. Daarvoor moet je laten zien dat je echt wíl.”

Is Appie Krijnsen iemand die in een dergelijke organisatie kan werken ? “Ze zijn me toch wel uitleg verschuldigd. Lukt dat niet, dan hebben ze een probleem met me.”

door Roel Van den broeck

‘De bond is me uitleg verschuldigd. Lukt dat niet, dan hebben ze een probleem met me.’