‘In Engeland werd de Viking in mij gewekt’

© koen bauters

Op zijn 17e debuteerde Gustav Engvall bij IFK Göteborg, op zijn 19e werd hij A-international en een jaar later vertrok hij naar Bristol City. Toen ging het licht opeens uit. Bij KV Mechelen vond hij intussen het spelplezier terug. ‘Al die shit maakte mij sterker.’

Zijn start in 1A was verschroeiend: twee goals en twee assists in twee wedstrijden. Maar dat succes beleefde hij iets te uitbundig: bij een glijdende viering blesseerde hij zich aan de mediale gewrichtsband van de rechterknie en was hij maandenlang out. ‘Emoties namen het over, so shit happened. ‘ Gustav Engvall (23) zit recht tegenover ons in de perszaal. In tegenstelling tot zijn naar Sheffield United vertrokken boezemvriend Michael Verrips is hij bij KV Mechelen gebleven. ‘Ik beloofde: als we promoveren, blijf ik zeker. Ik ben blij hier nog te zijn. Ik wil goals maken en assists geven en de ploeg laten winnen. Als speler wil je altijd wel een volgende stap zetten, om te zien hoe goed je kunt worden, maar dat is niet iets waar ik op dit moment mee bezig ben. Het gaat allemaal om wat ik nu met mijn team doe. Elke dag focus ik alleen maar op zo goed mogelijk presteren op training en in de wedstrijd.’

Veel mensen dachten: het is voorbij voor die jongen, nog even bij een tweedeklasser in België en dan keert hij terug naar Zweden.’ Gustav Engvall

Je bent natuurlijk al eens naar Engeland geweest.

Gustav Engvall: ‘Ja, ook daarom ben ik gelukkig hier te zijn en na enkele moeilijke jaren weer van voetbal te kunnen genieten. In Engeland speelde ik niet en zat ik vaak alleen, want mijn vriendin studeerde nog. Ik werd wel twee keer uitgeleend, aan Djurgårdens IF en IFK Göteborg, maar bij Bristol beleefde ik geen plezier meer aan het voetbal. Daarom ben ik naar KV Mechelen gekomen. Veel mensen dachten: het is voorbij voor die jongen, nu nog even bij een tweedeklasser in België en daarna keert hij definitief terug naar Zweden. Maar ik was er zeker van dat dit voor mij een goeie stap zou zijn. Dat we hier nu zitten, is daar het bewijs van.’

Hoe komt het dat je zo sterk aan het seizoen bent begonnen?

Engvall: ‘Mijn voorbereiding was goed en in 1A kan ik mijn kwaliteiten nog meer laten zien. In 1B lag het tempo lager en was er minder ruimte. Iedereen verwachtte dat wij het initiatief zouden nemen. Dit voetbal past meer bij mij.’

ONGELUKKIG ZIJN

Ben je te vroeg naar Engeland vertrokken?

Engvall: ‘Ik was twintig, dat was jong om in een moeilijke competitie als The Championship te spelen, dus misschien was het niet de juiste beslissing om daar toen al naartoe te gaan.’

De overgang werd geregeld net voor het sluiten van de transfermarkt: was het honderd procent jouw keuze?

Engvall: ‘Ja. Ik sprak met de club, met de coach en met de sportief directeur en dat voelde allemaal goed aan, dus ik dacht: het is het juiste moment om dit te doen. Ik verwachtte de kans te krijgen om enkele wedstrijden te spelen en mijn kwaliteiten te kunnen tonen, maar die kreeg ik niet. Ik speelde één keer en een maand later nog een bekerwedstrijd. Ik vond dat ik het goed deed en dat was ook wat de coach tegen mij zei. Maar toen werd er enkele keren op rij verloren, brachten ze nieuwe spelers binnen en kwam ik er helemaal buiten te staan. Ze investeren zo’n drie miljoen euro in je en laten je dan vallen. Dat begrijp ik niet. Terwijl de ploeg wedstrijden ging spelen, zat ik onder leiding van een fitnesscoach op de fiets intervallen te rijden. Nu, dat ik veel in de gym moest zitten, hielp wel om mijn agressie en de gekte in mijn hoofd weg te nemen.’

Was het zo erg?

Engvall: ‘Ik denk dat dat normaal is: het was de eerste keer in mijn leven dat ik mij niet geapprecieerd voelde en dat was keihard voor een jonge speler als ik. Dat was ik totaal niet gewoon.’

Welke jeugd kende je in Färjestaden, een dorpje op Öland, een eiland dat met een brug van twaalf kilometer met het vasteland is verbonden?

Engvall: ‘Een heel mooie jeugd, met sportieve ouders, met een oudere broer die mij altijd steunt en met veel vrienden. Dat ik hier nu zit, is voor een groot deel aan hen te danken. Eigenlijk mis ik het leven daar wel. Telkens ik onderweg naar huis over de brug rij, ben ik blij. Op het hoogste punt zie je het eiland liggen, met het water errond; prachtig om te zien. We zijn vissers, met een boot op zee of met lieslaarzen aan langs de oevers. Vooral in de zomer, van mei tot september, is het geweldig om er te zijn. Vanaf vijf à zes jaar deed ik twee competitiesporten tegelijk: voetbal en floorball, een soort indoorhockey. Bij de lokale voetbalclub, Färjestadens GoIF, was mijn vader een tijd mijn coach. Toen ik veertien was, moest ik kiezen, omdat de twee niet meer te combineren waren, en koos ik voor voetbal. Ik was een centrale middenvelder met een goeie passing en al op mijn veertiende mocht ik meedoen met de eerste ploeg. Die speelde op het vijfde niveau. Daar is Göteborg mij komen halen. Op mijn zeventiende lieten ze er mij al debuteren en maakte ik acht goals in twaalf wedstrijden. In januari 2016 werd ik voor het eerst opgeroepen voor de nationale A-ploeg. Op een toernooi in de Emiraten deed ik 60 à 70 minuten mee tegen Estland en een halfuur tegen Finland. Dus tot mijn vertrek naar Bristol ging alles goed.’

Zou je het opnieuw doen?

Engvall: ‘Ja, omdat al die shit mij mentaal sterker maakte. Die negatieve ervaring zette ik om in iets positiefs: ik ben nu echt sterk in het hoofd en uiteindelijk is dat wat een goeie voetballer van je maakt. Bij Bristol ging ik naar de training, nam ik snel een douche en haastte ik mij naar huis. Dat is niet hoe de echte Gustav is. Normaal ben ik iemand die relaxed is en ervan geniet om bij zijn ploegmaats te zijn. Maar ik was ongelukkig. ’s Ochtends werd ik niet wakker met een smile op mijn gezicht. Ik ging niet graag meer trainen, omdat ik voelde dat ze mij daar eigenlijk niet wilden, en wilde er zo snel mogelijk weg. Als je niet speelt, omdat de coach niet in je gelooft, kun je dat nog enigszins accepteren. Maar je wil toch nog altijd als mens behandeld worden en dat was niet hoe ik mij daar behandeld voelde.’

Gustav Engvall: 'In 1A kan ik mijn kwaliteiten nog meer laten zien. In 1B lag het tempo lager en was er minder ruimte.'
Gustav Engvall: ‘In 1A kan ik mijn kwaliteiten nog meer laten zien. In 1B lag het tempo lager en was er minder ruimte.’© koen bauters

Waarom niet?

Engvall: ‘Ik ga je één voorbeeld geven, de rest laat ik liever achter mij. Toen ik uitgeleend zou worden aan Djurgården en op woensdag de papieren tussen de clubs getekend zouden worden, ging ik op donderdag zoals gewoonlijk naar de training. Daar kwam de coach naar mij en vroeg: ‘Ben jij hier nog altijd?!’ Ik zei hem dat ik nog geen teken gekregen had dat de overgang geregeld was, waarop hij mij verzekerde dat alles in orde zou komen en ik naar Zweden kon terugkeren. Hij liet mij niet meer meetrainen omdat, beweerde hij, als ik mij zou blesseren de verhuur in het gedrang zou komen. ’s Namiddags ben ik naar Stockholm gevlogen om daar in een hotel te wachten tot alles rond was. Maar de zaterdag erop liep een van de spitsen van Bristol een hamstringblessure op en ik kreeg een bericht van de coach: ‘Ik heb je nodig, je moet terugkeren.’ Ik antwoordde hem: ‘ Are you kidding?!‘ Waarna hij mij belde en zei: ‘Je moet aan Bristol denken en niet aan jezelf!’ Ik zei: ‘Dat is niet hoe je iemand behandelt, zo respectloos!’ Ik ben dus terug moeten gaan, want ik lag er onder contract en ik dacht: misschien zal ik op de bank zitten. Maar neen dus. Pas op de laatste dag van de transferperiode ben ik mogen vertrekken.’

Ben je bij Bristol aan jezelf beginnen twijfelen?

Engvall: ‘Het was hard voor mij om mee te maken, zeker in het begin, maar het voelde wel nog aan alsof ik in mezelf geloofde. Ik voelde op training dat ik goed genoeg was. Maar soms zag de coach het niet, of hij zag het anders, of hij hield meer van een andere speler. Aanvankelijk was ik echt geschokt, maar na enkele weken werd ik het gewoon. Ik sprak met mijn makelaar en met mijn ouders en mijn vriendin en zij pushten mij om weer tot mezelf te komen. Ik zei toen tegen mezelf: één persoon die niet van mij houdt, hoeft de manier waarop ik naar mezelf kijk niet te veranderen en er zo voor te zorgen dat ik niet meer in mezelf geloof. De ochtenden bleven verschrikkelijk en ’s namiddags, wanneer ik weer op mijn appartement was, speelde ik tv-spelletjes met een van mijn beste vrienden om de tijd sneller te laten verlopen. Maar goed, ik ben nu wat ouder en vooral sterker in mijn hoofd. Mocht ik in de komende jaren nog eens in zo’n situatie terechtkomen, dan ben ik er klaar voor, denk ik. Dan zal ik weten hoe ermee om te gaan, mentaal sterk te zijn en in mezelf te blijven geloven.’

Wat is er dan veranderd in je hoofd?

Engvall: ‘Wat daar gebeurd is, leerde mij te denken: ook dit kan voetbal zijn. Voetbal is niet alleen maar dat je iedere wedstrijd speelt en wint en dat je blij bent. Voetbal is ook dat je niet speelt, thuis zit en niet geliefd bent. Je moet klaar zijn voor alles en dat was ik bij Bristol aanvankelijk niet. Op het einde was het: het kan mij niet schelen wat je mij aandoet, ik ben sterk.’

De Viking in jou was ontwaakt.

Engvall: ‘Ja, dat kun je echt zo zeggen: in Engeland werd de Viking in mij gewekt. ( lacht) Ik ben nu klaar om ook met slechte dingen om te gaan.’

Wat was het moeilijkste moment?

Engvall: ‘Die keer dat ik door de coach teruggeroepen werd naar Bristol. In het vliegtuig en in de taxi voelde ik mij zo shit, ik zat echt diep. Ik dacht: what the fuck doe ik hier? Ik wil hier niet zijn. Toen ik enkele weken later toch eindelijk kon tekenen voor Djurgården was dat een enorme bevrijding. Terwijl ik mijn handtekening onder het contract zette, voelde ik mijn lichaam precies tien kilo lichter worden. Ik wou meteen mijn nieuwe ploegmaats ontmoeten, met iedereen spreken, mij thuis voelen, mezelf zijn en voetballen bij een club die mij echt wilde. Het ging ook meteen goed: ik scoorde in die drie, vier maanden acht keer, leverde zeven assists en stond bovenaan de topscorerslijst. Terug in Bristol focuste ik niet meer op wat ze deden en hoe ze met mij omgingen. Mijn mindset was toen al: ik zal gewoon doen wat ze zeggen en sterk zijn.’

Geen emotionele clashes meer?

Engvall: ‘Neen, al ben ik wel een emotionele gast. Als mensen niet vriendelijk tegen mij zijn, ben ik dat ook niet tegen hen. Mensen die mij niet goed behandelen, zullen van mij te horen krijgen dat ik daar niet gelukkig mee ben. Ik wil niemand kwetsen, zeker niet wie dicht bij mij staat. Maar als er iets gebeurt dat maakt dat het nodig is om mijn gevoelens te uiten, dan is dat soms moeilijk voor mij. Ik ben vrij direct en in Engeland is het nog een beetje old school. De coach is er de king, dus kun je niet zomaar naar hem toegaan om te spreken. Maar dat belette niet dat ik enkele keren heel boos ben geworden en tegen hem ben beginnen roepen. Maar wat gebeurd is, is gebeurd. Ik ben blij dat ik hier ben.’

PLEZIER MAKEN

Hoe ben je eigenlijk bij KV Mechelen terechtgekomen?

Engvall: ‘Ik was met mijn familie op vakantie in Griekenland toen mijn manager mij belde om mij te laten weten dat er in België een club was die mij wilde. Hij zei: ‘Misschien zal je denken dat het geen goeie stap is, omdat het om een tweedeklasser gaat, maar het is wel een grote en mooie club.’ Ik vroeg hem om wat info en foto’s te sturen en ik moet zeggen: dat zag er niet slecht uit. Na een gesprek met de sportief directeur en de eigenaars voelde ik meteen dat het iets kon worden. Ze overtuigden mij dat ze echt naar eerste klasse wilden. Ik hou van clubs met ambitie.’

Je kwam wel met overgewicht op training aan.

Engvall: ‘Bij Bristol speelde ik niet alleen gedurende een jaar niet, ik kon er evenmin op niveau trainen. Want in Engeland zijn er heel veel wedstrijden, ook tijdens de week en dan train je bijna niet. Bij Göteborg moest ik meteen alles meedoen en daar was mijn lichaam niet klaar voor. Maar in Mechelen is het snel goed gekomen. Ik weet nog dat we op Union 2-1 achter stonden, dat er al twee spelers waren ingevallen, dat ik nog altijd op de bank zat en dat ik boos was. Een minuut of vijf voor tijd zei de coach: ‘Gustav, erin!’ Ik dacht: what the fuck! Net voor affluiten maakte ik gelijk. Zo is het hier begonnen.’ ( lacht)

Wat is het geheim van dit KV Mechelen?

Engvall: ‘Iedereen houdt van elkaar en maakt plezier met elkaar. Zoiets maakte ik nog nooit mee.’

‘Steven Gerrard was mijn voorbeeld’

In de jeugd van IFK Göteborg was Gustav Engvall een centrale middenvelder. ‘ Steven Gerrard was toen mijn voorbeeld’, zegt hij. ‘Bij Göteborg ben ik een 10 en een 9 geworden. Ik kan op beide posities spelen, maar ik kom het best tot mijn recht wanneer ik iets lager sta. Dan kan ik meevoetballen én diep gaan.’ Fred Vanderbiest noemde hem al een type Eidur Gudjohnsen. ‘Technisch sterk, slim, goeie infiltratie en iemand die ook geregeld scoort’, aldus de ex-assistent-coach vorig seizoen in Sport/Voetbalmagazine. ‘Hij oogt niet snel, maar is het wel, met en zonder bal.’ Bij KV Mechelen moet de jonge Zweed zich aanpassen aan de spits voor zich: met de balvaste Igor de Camargo kan hij opschuiven en in en rond de zestien meter komen; met William Togui, die minder balvast is, moet hij meer vanuit de actie voetballen. ‘Ik denk dat mijn sterkte ook is dat ik goed kan presteren met eender wie ik samenspeel. Dat is wat een goeie speler volgens mij moet kunnen: zich aanpassen aan de omstandigheden.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content