Jelle Vossen werd geboren in het jaar één van RC Genk. Daar voetbalde toen zijn vader, Rudi. De vrouw van de linksback baarde een aanvaller die nu voor de grote doorbraak staat bij datzelfde Genk. ‘Laat hem maar langzaam groeien.’

Terwijl vader en zoon buiten met de fotograaf aan de slag zijn, vertelt Karien Steegen, de moeder van de achttienjarige Jelle Vossen, hoe twee dagen voor de wedstrijd tegen Germinal Beerschot de mensen van Belgacom TV vier uur lang door haar huis zwierven voor een reportage over Jelle. Geen klein beetje opgelucht was ze toen ze eindelijk de deur uit waren. Gelukkig niet zonder iets achter te laten : een dvd met daarop archiefbeelden van vader Rudi. Dat hadden ze zelf niet. Rudi Vossen, 49 ondertussen, voetbalde in de jaren 1980 in de eerste klasse, tot het jaar van Jelles geboorte, 1989.

Wat weet je van je vader als voetballer ?

Jelle : “Linksachter. Keiharde verdediger, maar ook offensief ingesteld. Haalde vaak de achterlijn, maar stond vooral bekend om zijn karakter en mentaliteit. Veel meer weet ik er niet van. Ik heb hem één chique goal zien maken, maar ik weet niet of dat een sterk punt van hem was. (grijnst) Ik denk het eigenlijk niet. Toen hij later op een lager niveau speelde, heb ik hem wel eens bezig gezien, maar dan toch maar van ver : als ik meeging, was het om zelf op het tweede plein te voetballen. Je was toen libero, zeker ?”

Rudi : “Een echte ouderwetse libero nog. Ik speelde op routine.”

Heeft hij iets van jou ?

Rudi : “Zijn gedrevenheid en zijn professionele ingesteldheid. Niet alleen in de wedstrijd, maar ook in zijn dagelijkse doen en laten. Alles moet wijken voor het spelletje, zo is hij gefocust.”

Jelle : “Ik ga er altijd tweehonderd procent voor. Dat is het minste wat je kan doen, vind ik, zelfs al speel je slecht. Je moet er veel voor laten, maar als je ziet wat je er allemaal voor terug krijgt, zoals supporters die je naam scanderen, dan vind ik dat helemaal niet erg.”

Je ouders hebben ook op niveau gesport. Hebben ze je erg gestimuleerd ?

Jelle : “De sport zit gewoon in de familie. Ze weten hoeveel het kan betekenen voor iemand.”

Rudi : “Je hebt gezinnen waar kinderen willen sporten, maar de ouders het als een opdracht zien om elke keer weer mee naar die training te rijden. Dat is het voor ons nooit geweest.”

Jelle, merk je aan je vader dat hij ook in de eerste klasse heeft gevoetbald ?

Jelle : “Wat hij zegt, klopt allemaal wel. Vaak heeft hij na een wedstrijd dezelfde opmerkingen als ik, maar ik stap niet vaak zelf op hem toe.”

Rudi : “Dat vind ik niet erg, hij weet zelf wel waar hij mee bezig is. Als ik mijn mening geef, heeft hij daar begrip voor, maar de laatste tijd denk ik wat vaker : laat hem maar doen. Onze invloed op dit moment is vooral ervoor te zorgen dat hij realistisch blijft, rustig en nuchter, en dat hij niet gaat zweven.”

Jelle : “Ik zal niet gauw zweven, dat weet ik van mezelf. Ik besef heel goed dat alles nog moet beginnen.”

Rudi : “Hij is erg volwassen voor zijn leeftijd. We moeten weinig correcties aanbrengen.”

Wie is de strengste thuis ? De papa, schat ik zo.

Karien : “Je moet de kerk toch een beetje in het midden houden, vind ik.”

Jelle : “Als ik eens de kans heb om op stap te gaan, is het wel altijd papa die zegt dat ik vroeger thuis moet zijn. Mama is daar wat losser in.”

Karien : “Vorig jaar, met die kaarten voor de TMF Awards in Antwerpen : dat begon zaterdag om zes uur…”

Rudi : “… en zondags zat hij op de bank. ‘Ik ga naar Antwerpen’, zegt hij. Ik zeg : ‘Nee, jij gaat níét naar Antwerpen’.”

Karien : “Hij had die kaarten heel lang op voorhand, van toen hij nog bij de beloften speelde. Maar toen moest hij onverwacht ’s anderendaags op de bank zitten. Hij is dus niet mogen gaan.”

Rudi : “TMF Awards, twintigduizend man in dat Sportpaleis, waarvan ongetwijfeld tien supporters van Genk. Die je daar zien om twaalf uur, maar daar maken ze twee, drie uur van. Die je zien met een cola, maar dat worden vijf pinten. En dat gaat rond. Dát wil ik vermijden.”

Jelle : “Maar heb ik gezeurd om absoluut te mogen gaan ?”

Karien : “Je was wel ontgoocheld.”

Rudi : “Dan winnen ze ’s anderendaags en zeg ik : ‘En, premie verdiend vandaag ? Beter dan die TWF Awards, hé’. Het zijn kleine dingen, maar ik vind ze belangrijk.”

Supporter van Club Brugge

Jelle, je was de man van de voorbereiding bij Genk, je scoorde aan de lopende band en begon als titularis aan het kampioenschap. Zat die basisplaats er niet gewoon aan te komen ?

Jelle : “De voorbereiding ging supergoed : terwijl iedereen nog zocht naar de vorm en het balgevoel, ging het bij mij al perfect. Niet dat ik een basisplaats had verwacht, maar ik had er wel op gehoopt. Vorig seizoen was het anders : ik verwachtte de voorbereiding met de A-kern te mogen meemaken, maar dat gebeurde niet. Toen was ik ontgoocheld. Maar ik ben blijven werken.”

Moet dit het seizoen van de grote doorbraak worden ?

Jelle : “Ik heb al meer gespeeld dan ik had verwacht. Vorig jaar waren het invalbeurten, nu mag ik starten. Ik ben nog altijd maar achttien, alles ligt nog voor mij. Ik moet dus niet in paniek raken als ik niet veel zou spelen. Dit is geen jaar dat ik me moet tonen, maar me kan tonen.”

Rudi : “Als ze tegen Roeselare 2-0 voorstaan in de rust, wat verdiend zou zijn geweest, dan was er tegen GBA geen reden geweest om de ploeg te veranderen en was hij misschien voor langere tijd vertrokken. Anderzijds zit hij bij de topvier van België, als jeugdig talent. Noem ze maar op, hé : Defour, Fellaini en Witsel bij Standard, bij Club Brugge zie ik er geen enkele en bij Anderlecht hangt Vadis er een beetje tegen aan. Maar verder ?”

Gaat het snel ?

Jelle : “Ik denk het wel. Maar als je er klaar voor bent, speelt leeftijd geen rol, vind ik. Vorig seizoen begon ik nog bij de beloften. De tweede wedstrijd met de invallers scoorde ik drie keer tegen Lierse, werd ik rond het uur gewisseld en zei Ronny Van Geneugden(trainer van de beloften, nvdr) me dat ik de volgende dag mee mocht op de bank. Twee weken later heb ik mijn contract getekend. Invalbeurten, mijn eerste goal, de laatste match mogen starten en nu ook alweer drie keer : dat had ik een jaar geleden niet verwacht.”

Rudi : “Laat hem maar langzaam groeien.”

Wanneer ben je gaan beseffen dat je een jongen met bovengemiddeld talent bent ?

Jelle : “Het tweede seizoen met de beloften. Ik was zestien, we werden kampioen en ik had 42 keer gescoord in 28 matchen. Ik mocht af en toe met de beloften meetrainen en merkte dat ik goed meekon. Dat was een topjaar.”

En wanneer had het kennersoog iets in de gaten ?

Rudi : “Láát. Toen RC Genk hem kwam scouten, dacht ik : wat ga je daar doen ? Vijfde wiel aan de wagen, moet dat ? Elk jaar dacht ik : dit zal wel het laatste worden. Maar dan maakt hij ineens die 42 doelpunten en wordt hij overgeheveld naar de beloften. Toen ben ik heimelijk beginnen denken dat er iets inzat. Van een zoon hoop je altijd dat hij in je voetsporen treedt of, in mijn geval, beter dan je wordt.”

Karien : “Hij stak er altijd iets boven uit. En dan kwam Genk. Eerst wou hij zelfs niet, want hij was supporter van Club Brugge. ‘Ik ga niet,’ zei hij, ‘ik zal nooit een truitje van Genk aantrekken !’ (lacht) Maar dat is vlug omgeslagen.”

Jelleuh !

Jelle : (lacht betrapt).

Karien : “Pa !”

Rudi : ” Euh, ik heb altijd een voorkeur gehad voor Club Brugge. Weer dat karakter en die mentaliteit, hé. Een beetje de Britse stijl. Ik was zelf zo en dat zag ik terug bij Club Brugge. Als het Genk-Brugge is en Brugge scoort, moet ik me inhouden om niet op te springen. Pas op, ik doe het niet en nu hij bij Genk speelt, ben ik voor Genk, laat dat duidelijk zijn, maar wedstrijden met Club Brugge op tv, die worden nooit gemist.”

Hoe groot is jouw liefde voor Club Brugge nog, Jelle ?

Jelle en moeder in koor : “Nihil !”

Jelle : “Ik was nog klein en het kwam door papa. Ik werd erin meegesleurd. Maar zodra ik bij Genk zat, was het direct over.”

Rudi : “Mijn eerste verplaatsing in de eerste klasse, met Club Luik, was naar Club Brugge. De tijd van Eddy Krieger, Roger Davies, Birger Jensen. Die wedstrijd is mij altijd bijgebleven.”

Slapen, veel slapen

Je was een linksback, maar Jelle is een goede vóétballer. Van wie heeft hij dat ?

Rudi : “Ik kon mee tot de middenmoot van de eerste klasse. Hoger niet, daar had ik te weinig talent voor. Jelle heeft dat wel : hij is technisch sterk, heeft meer overzicht, ziet het spelletje beter, heeft veel diepgang en scorend vermogen. Hij is véél beter dan ik.”

Jelle : “Ik heb twee jaar twee keer in de week techniektraining gehad van Hans Visser(ex-speler van onder andere Harelbeke, nvdr). Een project van de school. Elke dinsdag en donderdag een halfuur pure techniek. Daar heb ik heel veel van opgestoken. Ronny Van Geneugden besteedde er ook veel aandacht aan.”

Rudi : “Een enorme kwaliteit van hem vind ik dat hij op het juiste moment vanuit de tweede lijn diepgang heeft en weet waar hij moet zijn.”

Wat zijn je favoriete clubs, Jelle ?

Jelle : “Barcelona en Ajax. Voetballende ploegen. Ronaldinho en Huntelaar zijn mijn favoriete spelers. Huntelaar omdat ik er veel van mezelf in zie. Altijd op de juiste plaats staan, regelmatig scoren met het hoofd, zijn penalty’s…”

Is hij geen diepere spits dan jij ?

Jelle : “Dat is wel een groot verschil, ja. Ik trek mijn plan als diepste spits, maar ik speel toch liever tussen de lijnen.”

Rudi : “Dat wist ik niet, van Huntelaar. Maar het klopt wel, denk ik. Een scorende spits, die kan meevoetballen, die goed afhaakt, goede balaannames ook.”

Volgens Ronny Van Geneugden heb je internationaal niveau in je. Zorgt zo’n uitspraak voor druk ?

Jelle : “Vind ik niet, nee. Er spreekt enorm vertrouwen uit van iemand die het ook allemaal heeft meegemaakt.”

Zet het je aan het dromen ?

Jelle : “Vroeger droomde ik ervan ooit te scoren in een mooi, groot stadion. Die droom is al uitgekomen. Dan weet je effe niet wat je allemaal overkomt. Alle emoties kwamen toen los, vandaar die handen voor mijn ogen. Natuurlijk droom je van een mooie carrière en hopelijk ooit de stap naar het buitenland, maar dat is nog ver weg. Ik ga er niet over fantaseren : een blessure en het is zo afgelopen met je.”

Je weet waarover je praat : kort na je debuutdoelpunt scheurde je de gewrichtsbanden van je enkel. Seizoen voorbij, luidde het verdict.

Jelle : “Dat was een heel slecht moment. Het gebeurde met de invallers op Anderlecht. Zes weken revalidatie : dan stort je wereld wel even in. Maar een dag later besef je dat je niet bij de pakken mag blijven zitten. Het herstel verliep sneller dan verwacht.”

Rudi : “Na exact vier weken stond hij terug op het veld. Hij lag voor op zijn schema en pikte dadelijk het niveau weer op. Die laatste wedstrijd op Brussels was daar een beloning voor. Om dat te kunnen, in zijn eerste jaar in de A-kern en in combinatie met nationale selecties en school, moet je over een sterk lijf beschikken.”

Jelle : “Ik ben bijna nooit ziek of geblesseerd. Maar ik slaap veel, dat heeft er ook mee te maken, denk ik.”

Karien : “Onlangs legde hij zich om halftwee in bed. Ik heb hem om zes uur wakker gemaakt omdat ik dacht : straks kan hij vannacht niet meer slapen. Maar hij kan slapen zolang hij maar wil. En vást slapen.”

Tijd zat nu voor je favoriete tijdverdrijf : je studeert niet verder en gaat voluit voor de voetbalcarrière.

Jelle : “Het is een zwaar jaar geweest. Je komt stikkapot thuis van training en school en dan moet je nog achter je boeken kruipen. De motivatie was ver zoek. Ik had de intentie om nog Regentaat LO te volgen, maar dan zou ik te weinig rust hebben en vatbaarder worden voor blessures en ziekte. Ik kon me beter goed verzorgen en alles op het voetbal zetten.”

Rudi : “Zo’n beslissing is natuurlijk makkelijker te nemen als je voelt dat je niet de 25ste man in de A-kern bent.”

Karien : “Hij heeft zijn ASO afgemaakt. Was hij een slechte student, de keuze zou snel gemaakt zijn, maar hij is geen stommerik. Daarom vind ik het wel spijtig, maar het was gedoemd om te mislukken.”

Jelle : “Ik zal van het voetbal moeten leven nu. Dan weet je dat je er alles voor zal moeten doen. Zo wordt het een stuk makkelijker.”

Door Jan Hauspie

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content