Deze week vertrekken de Afrikanen van Sporting Lokeren Sint-Niklaas Waasland naar huis. Veel kans dat er straks een te laat terug is.

Zoals telkens op het eind van het seizoen maakten ze vorige week in Brussel onder leiding van leur présidentPatrice Zéré eerst nog la caisse leeg waar ze maandelijks mille balles in storten. Na het etentje ging het richting les boîtes Afriquaines in de Avenue Louise. Le 144, Le Gala en The Sparrow. Voor de afreis moest er in Gent en Antwerpen ook nog uitgebreid geshopt, want een Afrikaan komt niet thuis met lege handen. Als geschenk voor familie en vrienden doen vooral schoenen, kledij en sportmaterialen het nogal goed.

Mamadou Coulibali (30, Ivoorkust) : ” Alles doet het eigenlijk een beetje goed ( lacht). Voor mijn kleine broer heb ik schoenen mee. Mijn vader zal ik dan weer groot plezier doen met het shirtje waarin ik mijn eerste wedstrijd in het professionele voetbal speelde.”

Patrick Zoundi (18, Burkino Faso) : “Een Afrikaanse voetballer die van Europa thuiskomt, wordt er onthaald als iemand die komt helpen.”

Sambegu Bangoura (18, Guinee) : “Voor onszelf shoppen we ook natuurlijk, want we zijn graag goedgekleed. Maar je kan uiteraard niet alles kopen, want iedere maand liggen er nieuwe spullen in les vitrines. We laten ons dus maar een beetje inspireren door onze président ( lacht).”

Adekanmi Olufade (21, Togo) : “Mijn familie zal blij zijn mij te zien, want ik ben er al anderhalf jaar niet meer geweest. Van Satelitte Abidjan ben ik rechtstreeks naar hier gekomen.”

Soley Seyfo (21, Gambia) : “Ik hou ervan mijn ouders te verrassen. Dan zeg ik : ik zal díe datum terug zijn, maar dan zorg ik ervoor dat ik er een week vroeger al sta. Ze springen nogal. Crazy ( schatert).”

Bandu Mputu (20, Congo) : “Ik zal blij zijn mijn vrouw terug te zien. Hopelijk mag ze na de vakantie met mij naar België meekomen.”

Patrice Zéré (30, Ivoorkust) : “Mijn vrouw is juist onlangs met mijn dochtertje naar Afrika teruggekeerd. Ze verveelde zich hier steendood. Als je Nederlands noch Engels spreekt en hier geen werk vindt, heel de tijd niks te doen hebt, is het beter dat je terugkeert. Eind deze maand opent ze in Abidjan een schoonheidssalon. We zullen zien of het lukt. Eventueel kan een tante het nog exploiteren. Want misschien verhuis ik straks wel naar Brussel en is ze weer vaker hier. Ik weet het nog niet. Net zo min weet ik waar ik volgend seizoen zal spelen. Mijn contract bij Lokeren loopt af, FC Den Bosch deed mij een interessant voorstel, maar wat er nog meer is, daar houdt Alfred Raoul zich mee bezig. Eerst ga ik met vakantie, en zoals telkens trek ik dan ook voor twee, drie dagen naar mijn grootmoeder. A la campagne. Dan wordt er voor de gelegenheid een schaap geslacht.”

Bangura : “Ik kom tijdens het seizoen vaak terug in mijn land om voor de nationale ploeg te spelen. Maar nu is het wel al drie maanden geleden, sedert de Fifa Guinee schorste. In de zomer is het fijn omdat alle profs die in het buitenland spelen, dan thuis zijn. Zowat iedere dag trek ik op met Youla. Oulare zal mij ook wel eens bellen. Mijn vrienden zijn het die ik hier het meest mis.”

Zéré : “Wat ze het meest missen, is menselijke warmte – en de zon natuurlijk ( lacht).”

Olufade : “Het probleem hier is dat het elk voor zich is. Iedereen zit thuis. Als je een vriend wil bezoeken, moet je zelfs op voorhand verwittigen. In Afrika kan je bij vrienden langsgaan wanneer je maar wilt, je hoeft niet eerst te bellen.”

Zéré : “In Afrika hebben de meesten dan ook geen telefoon, Olu.”

Olufade : “Wat ik eigenlijk nog het meest mis, is Afrikaans eten ( lacht). Jullie keuken zegt mij helemaal niks.”

Bangoura : “Voorheen kookte ik zelf, maar nu mijn vrouw hier is, maakt zij het klaar. Wij leven hier op onze manier verder. Van Steven De Geest probeer ik een beetje Nederlands te leren, maar het is moeilijk. Het is hier niet makkelijk voor ons, maar het is ons werk werk, hé.”

Zéré : ” Voilà. C’est ça, le boulot. Moest er in Ivoorkust een club zijn als Lokeren die je een gemeubeld huis geeft, een auto en een goed loon…”

Bangoura : “…dan zien ze ons hier niet ( lacht).”

Zéré : “Ah, dan blijven we ginder, ja. Tu comprends.

Bangoura : “Als we hier zijn, dan moeten we karakter hebben. Het is hard, maar het betaalt.”

Zere : “Gelukkig maar, we gaan hier niet voor niets onze botten afdraaien, hé ( lacht).”

Eerste minister

Olufade : “Best dat hij er is, notre président. Wij hebben veel respect voor hem, omdat hij vertrouwd is met het professionalisme en we altijd met onze problemen bij hem terecht kunnen.”

Bangoura : “Op en naast het veld geeft hij ons goeie raad. Hij benadrukt altijd dat we hier zijn voor het voetbal, niet om in nachtclubs rond te hangen; dat we aan onze toekomst moeten werken en moeten zorgen dat we progressie maken.”

Zéré : ” Sam is mijn eerste minister ( lacht). De grootste aanpassing voor die jongens is dat ze van amateurvoetbal in profvoetbal terechtkomen, waar een weekprogramma is dat door iedereen gevolgd moet worden.”

Bangoura : “In Afrika arriveer je wanneer je wilt, hier mag je niet te laat komen.”

Zéré : “Onze vriend Mputu heeft er het meeste last van ( lacht), te beseffen dat er in profvoetbal een reglement is dat gerespecteerd moet worden. Al heb ik het hem al zo vaak uitgelegd. Een beetje typisch Congolees ( lacht). Een spits met zoveel kwaliteiten, de eerste week dat hij hier was, keken we op van wat hij allemaal liet zien, maar… hij gaat altijd naar vrienden in Brussel, is dan moe… Hij slaagt er maar niet in op tijd te komen. Jammer voor hem. Als we zien dat het uur nadert en hij er nog niet is, bellen we hem op zijn gsm, maar die ligt dan af… Ik denk dat het tijd is dat Mputu zijn privéleven een beetje op orde brengt.”

Mputu : ” Non, non. Het is alleen een beetje aanpassen. Ik kende wat problemen met op tijd komen, maar probeer dat nu te vermijden. Ik hou er al rekening mee, het gebeurt niet meer.”

Bangoura : “De realiteit is dat we hier niet voor de lol zijn, maar om onze familie helpen – en uiteraard ook om voor onze eigen toekomst te zorgen.”

Olufade : “Met mijn tekengeld kocht ik een huis voor mijn ouders.”

Bangoura : “Ik ook, en Alfred Raoul zorgde voor een minibusje voor mijn vader, die nu als taxichauffeur aan de kost komt. Mijn premies voor de nationale ploeg laat ik aan mijn familie.”

Coulibali : “Ik had het geluk dat mijn familie al een huis had. Alles wat ik hen opstuur, is om het op te knappen, om de leefomstandigheden te verbeteren, voldoende voeding te kunnen kopen en te zorgen voor vervoer voor de kinderen die naar school moeten.”

Olufade : “Mijn familie had ook een huis, maar het is afgebrand na een kortsluiting. Dat gebeurt, hé. Gelukkig op zondag, terwijl iedereen naar de kerk was.”

Zoundi : “Mijn vader heeft een onderneming in traditionele kledij. Hij is ook eigenaar van twee villa’s. Ik ben het niet die zijn leven zal veranderen omdat ik in Europa voetbal.”

Seyfo : “Mijn vader heeft al huizen genoeg, ik kocht er alleen een voor mijn moeder.”

Olufade : “Het hangt af van hoe vaak we gewonnen hebben hoeveel ik mijn familie kan geven – tienduizend, vijftienduizend of twintigduizend frank. Ik moet 30, 31 mensen helpen onderhouden.”

Bangoura : “Het is bij ons niet zo dat ze maar met drie, vier in één huis wonen, hoor.”

Seyfo : “Ik kan ze niet eens meer allemaal tellen ( lacht).”

Olufade : “Als je hier de kans krijgt, moet je je realiseren dat je er alles aan moet doen om te slagen, want je weet tenslotte hoe het leven in Afrika is.”

Coulibali : “Ik werk hard om iets te kunnen doen voor mijn familie, maar ik denk ook al aan mijn carrière na het voetbal. Straks zal ik op mijn naam een appartement kopen.”

Naar Galatasaray

Bangoura : “Pas drie jaar geleden opteerde ik voor voetbal. Voorheen speelde ik basket. Ik werd opgemerkt toen ik voor de gelegenheid meedeed in een toernooi tussen wijken. Alles wil ik er aan doen om te slagen en zo ver mogelijk te komen. In Afrika zijn er veel betere voetballers dan wij, maar die de kans niet krijgen om naar Europa te komen.

Olufade : “Negentig procent speelt in de straten en is niet aangesloten.”

Zéré : “Jongens die niet ontdekt worden, maar daar komt vroeg of laat verandering is. Steeds meer clubs en managers gaan er kijken. Dat kan je niet tegenhouden. Er is zoveel talent. Het is één immens reservoir. Voetbal is in Afrika de nationale sport. De jeugd doet niets anders. Het begint met een papierprop, dan een klein plastiek balletje… Van zodra de zon opkomt tot ze weer ondergaat zie je in de vrije tijd op straat niets anders dan voetballen. Afrikaanse voetballers zijn creatief, fysiek sterk en beweeglijk. Iedereen verdient een kans, waar je in de wereld ook woont, wie je ook bent. Nationaliteit maakt niets uit, in voetbal zullen altijd de besten spelen. Kijk naar Sam. Hoe hij springt, hoe hij de bal op het hoofd neemt, hoeveel goals hij al maakte. Hij heeft nog een interessante progressiemarge. Belangrijk is dat hij mentaal sterk is. Hij is nooit tevreden, hij wil omhoog en evolueert snel. Zie Olu. Komt hier toe en beslist al direct matchen, zonder aanpassingstijd. Hij is snel, explosief en beweeglijk. Niet groot maar sterk. Zoundi is nòg sneller, scoort bij de reserven ook regelmatig, maar is nog wat timide.”

Zoundi : “Het is moeilijk. Dit is het eerste kampioenschap dat ik speel. Tactiek, fysiek… Een andere mentaliteit. Afrikanen zijn doorgaans mentaal niet zeer sterk. Als ze vandaag een slechte wedstrijd spelen, kan dat de volgende match nog spelen. Aan Sanbegu en Olufade heb ik natuurlijk twee zware concurrenten. Om mee te doen, moet ik beter spelen dan hen. Maar ik ben toch al bij de selectie. Ik werk voor de toekomst, in etappes naar een hoger doel. Hoewel ik op een redelijk niveau school liep, is voetbal het enige wat ik kan. Ik hou van voetbal, ik moet ambitieus zijn en knokken.”

Zéré : “Coulibali is een talentrijke offensieve linksback. Snelheid, techniek, goeie kijk op het spel, des mouvements, maar zijn beste wedstrijden speelde hij voor de nationale ploeg. In Lokeren is hij nog wat timide. Louter een kwestie van aanpassing. Het komt wel.”

Coulibali : “Mijn begin was er een beetje aarzelend, ja. Heel moeilijk. Het was mijn eerste kampioenschap, de communicatie was niet altijd makkelijk. Je kent ook de mentaliteit niet, maar na twee maanden pas je toch al wat aan. Ik zal na de vakantie proberen nog beter te doen. Volgend seizoen zal de déclic komen, denk ik.”

Zéré : “Seyfo speelde al centraal in verdediging en rechtsback, maar zijn beste positie is die van verdedigende middenvelder. Hij pakt er alle ballen, ziet het spel zeer goed, is fysiek sterk en een werker, maar soms mist hij nog een beetje karakter. Groot en sterk zie ik hem nog wel eens kopduels verliezen die hij niet nooit mag verliezen. Hij moet er nog meer voor gaan, altijd. Goed, die rode kaart die hij op Antwerp voor een zware tackle op Ribus pakt, dat was gewoon een ongelukkig moment. Jammer dat hij zeven weken schorsing kreeg.”

Seyfo : “Het was absoluut niet met opzet. Wat zou ik een jonge speler als ikzelf zijn been breken. Ik ben hem in de dagen daarna gaan opzoeken en heb hem een fles champagne overhandigd. Hij zei : “Soms kan voetbal hard zijn, zo is voetbal.” Ik heb hem ondertussen al vaak gebeld, en ik zal hem blijven bellen, ook tijdens mijn vakantie in Gambia. Ach, het gebeurde gewoon in een voor ons slechte faze van de wedstrijd. 1-0 achter, wij die er alles aan deden om gelijk te maken, de scheidsrechter die een strafschop tegen ons fluit… Iederéén was agressief.”

Zéré : “Lokeren is voor hen een etalage. Tien, vijftien jaar hebben ze de tijd om hun toekomst te verzekeren. Waar het om gaat is geld, en de mobiliteit van een Afrikaan is groot, maar ze moeten het ook niet te ver gaan zoeken en zo geïsoleerd geraken. Tsjetsjenië zou ik hen bijvoorbeeld nooit aanbevelen ( lacht).”

Olufade : “Voor mij màg het Turkije zijn. Galatasaray dan wel ( lacht).”

Bangoura : “Ik wil nog zo veel mogelijk evolueren. Spelen bij een grote club is mijn ambitie. Waar je terechtkomt, weet je niet, maar Manchester United is alleszins mijn favoriete ploeg. Je weet maar nooit. Alles is immers mogelijk.”

door Christian Vandenabeele

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content