Het zwartepieten is begonnen bij RSC Anderlecht. Van Charleroi werd nog moeizaam gewonnen, van Standard kansloos verloren. Geblesseerde spelers keren terug en plots komen de tongen los. Ergens zijn er fouten gemaakt.

Eerder deze maand werd in Brussel Kopmannen voorgesteld. Een boek met als ondertitel: ‘Wat leiders kunnen leren van topsporters en omgekeerd’ (Uitgeverij LannooCampus). Auteur Jan De Schepper, voormalig topmanager bij Telindus en Belgacom, was ooit jeugdcoach bij KV Mechelen en nog langer geleden ploegmaat van Ariël Jacobs bij Diegem Sport. Jacobs was aanwezig op de voorstelling, net als Eddy Merckx die het voorwoord schreef. Zelfs Bart Verhaeghe was er en de dochter van wijlen John Cordier, maar verder toch vooral aan Anderlecht gelinkt schoon volk: behalve Jacobs en Merckx ook Paul Van Himst, Aad de Mos en goeie ouwe Michel Verschueren. Die middag viel te horen dat de terugkeer van voormalig clubdokter Kristof Sas naar Anderlecht nakend was.

Vijf dagen later stond het in Het Nieuwsblad. Een dag later ook in Het Laatste Nieuws. Beide kranten suggereerden dat Anderlecht overweegt om de samenwerking met zijn huidige dokter Peter Wieme na dit seizoen stop te zetten. Het bericht volgde niet toevallig op de kritiek van Bram Nuytinck na de wedstrijd tegen Charleroi op paasmaandag. Nuytinck maakte brandhout van hoe er in de club met zijn teenbreuk was omgesprongen. Die liep hij op in september 2014. Een onbeschikbaarheid van tien dagen werd toen in het vooruitzicht gesteld. Tien dagen werden een half jaar. Tegen Charleroi stond de verdediger voor het eerst weer in de basis. Nuytinck had het achteraf over “een verkeerde diagnose” en “niet één fout, maar meerdere fouten”.

In beide artikels werd niemand geciteerd. Een zorgvuldig georkestreerd lek leek het wel, waarbij één man ongenadig werd geslachtofferd en anderen netjes buiten schot werden gehouden. Chirurg Geert Declercq behoudt volgens de kranten het vertrouwen en kinesist Jochen De Coene “beschikt binnen de club over voldoende krediet”. De Coene is vaak voor dag en dauw op Neerpede om er in alle discretie Anderlechts sterke man Alexandre Van Damme te behandelen. Kwatongen noemen hem incontournable, ook al draagt hij eindverantwoordelijkheid als hoofd van de medische dienst. Een positie die hij slim afdwong na de opeenvolgende ontslagen van de clubdokters Sas (oktober 2011) en Kris Vollon (april 2013), en het ontslag van conditietrainer Mario Innaurato, kort voor dat van Vollon.

Groeiende ergernis

Dat de naam van Sas valt, is niet nieuw. Het gebeurde vorig jaar ook al, zonder dat er ooit iets concreet was. Zeker is dat er dit keer wel degelijk wederzijdse interesse is tussen Anderlecht en zijn ex-dokter. Maar ook dat er – opnieuw – nog niets concreet is. Ronduit pijnlijk is hoe ondertussen met huidig dokter Wieme publiekelijk wordt afgerekend. Bevorderlijk voor het onderlinge vertrouwen in de paars-witte kleedkamer lijkt het in ieder geval niet.

Feit is: Anderlecht heeft met een rist vervelende blessures af te rekenen dit seizoen. Buiten Nuytinck (en de al bijna vergeten Matías Suárez) vielen ook Chancel Mbemba en Dennis Praet langdurig uit. Steven Defour sukkelde van het ene ongemak in het andere. Van Silvio Proto werd lang stil gehouden dat hij maar niet verlost raakte van een aanslepende teenblessure, tot groeiende ergernis trouwens van de doelman. Idrissa Sylla werd tijdens de wintermercato aangetrokken met een adductorenblessure en speelde nog geen minuut. Midden februari communiceerde Anderlecht over een meniscusoperatie en maandenlange onbeschikbaarheid voor Ibrahima Conte, maar het volgende weekend speelde hij doodleuk. Hoorndol werd Besnik Hasi ervan.

Defour werd opgelapt voor de bekerfinale tegen Club Brugge, waarin Praet – niet meer gespeeld sinds hij zijn Gouden Schoen won – zijn rentree vierde. Beiden bleven negentig minuten staan. Na de zwaar bevochten nederlaag zegden ze beiden ook af voor hun nationale ploeg. Op de eerste speeldag van PO1 tegen Charleroi keerde Nuytinck terug in het elftal, afgelopen zondag tegen Standard ook Mbemba. Opvallend is dat Hasi op Sclessin Nuytinck en Rolando wisselde tijdens de tweede helft, maar Mbemba liet staan. Van een progressieve terugkeer is dus geen sprake, ook niet met Praet en Nuytinck trouwens.

Vreemde uitspraak

Nuytinck maakte geen goede beurt bij alle drie de Luikse doelpunten. Ook Mbemba zocht nog naar zijn beste vorm en moest dat doen als rechtsachter. Geen ongewone positie voor de Congolees, maar niet de plek waar hij zich onmisbaar maakte bij paars-wit: dat deed hij als centrumverdediger. Ook Praet moest zondag op zijn oude linkerflank naar de goede vorm zoeken. Hasi had een plannetje met Frank Acheampong als spits naast Aleksandar Mitrovic. Een positie die de Ghanese flankspeler nooit eerder bekleedde hij Anderlecht. Hasi kreeg het achteraf maar moeilijk uitgelegd, en al helemaal of er ook hard op was getraind tijdens de week, maar nam wel de verantwoordelijkheid voor zijn slecht uitgepakte keuze op zich. Na een kwart wedstrijd had hij al bijgestuurd en Praet weer op de tien gezet. Iets wat hij later weer terugschroefde, waardoor Praet de wedstrijd toch weer als linksbuiten afsloot. Verre van ideaal voor een wedstrijdritme missende speler.

Het voordeel met spelers die een tijd aan de kant stonden, is dat ze fris het competitieslot ingaan. Sinds het invoeren van de play-offs won frisheid aan belang als factor voor succes na een lang en slopend seizoen. Toch lijkt Praet, Nuytinck noch Mbemba – om die drie maar te noemen – te blaken van frisheid. Pratend over de afgang van zijn ploeg stelde Hasi zondag vast dat zijn spelers “niet scherp” waren geweest. De schuld van dokter Wieme? Of van het hoofd van de medische dienst? Of misschien van de conditietrainer, de door John van den Brom uit Nederland weggehaalde Jurgen Segers? Of van iedereen een beetje?

In het licht van de huidige ontwikkelingen is het niet oninteressant een oude uitspraak van Hasi op te rakelen. Na de winterstage in Spanje zei hij: “Als je op stage veel volume kweekt, is het normaal dat je de eerste weken een lichte terugslag krijgt. Als je nu fris zit, dan betaal je dat cash in de play-offs.” Huh? Dus als zijn spelers toen fris hadden gezeten, wilde dat zeggen dat er niet genoeg was getraind tijdens de stage, met als gevolg: uit vorm tegen PO1? Gaat voetbal dan niet over het fris houden van spelers, over het op peil houden en zelfs verbeteren van de voetbalconditie, en dat allemaal door een geleidelijke opbouw tijdens het hele seizoen?

Te vermoeiend

Zou het misschien kunnen dat de spelers van Anderlecht nu niet fris zitten omdat hun stage te vermoeiend was? Dagelijks kregen ze een ochtendloop van een uur en twee trainingen van bijna twee uur voorgeschoteld. Ideaal om vermoeidheid op te stapelen en de kans op blessures te vergroten. Op het einde van de stageweek werd nog een wedstrijd gespeeld terwijl er ’s ochtends zwaar was getraind. De tweede dag na de wedstrijd stond er opnieuw een pittige sessie op het programma. Wegens de afwezigheid van enkele spelers werd er pas na de stage tactisch getraind. Met andere woorden: waar het echt om draait – voetbal, spelsysteem, spelers beter leren samenspelen en tactische richtlijnen laten uitvoeren – werd tijdens de stage kennelijk niet getraind.

Hasi deed zijn uitspraak na 2-0-verlies op Standard en een teleurstellende 0-0 tegen Zulte Waregem. Oh ja, van Lierse werd toen wel gewonnen. Nu zijn ploeg dus volgens zijn eigen woorden fris hoort te zitten, wint ze maar moeizaam van Charleroi en gaat ze gewillig op de slachtbank op Sclessin. Kennelijk zijn er ergens onderweg fouten gemaakt. En niet (alleen) door de dokter.

DOOR JAN HAUSPIE

Zou het kunnen dat de spelers van Anderlecht niet fris zitten omdat hun winterstage te vermoeiend was?

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content