Elke week verzamelt Sport/Voetbalmagazine meningen over een pertinente vraag.
Club Bruggedoelman Mathew Ryan (22) werd verkozen tot Doelman van het Jaar en ook in de verkiezing van de Gouden Schoen eindigde hij met een vierde plaats net voor Silvio Proto (31), zijn ervaren collega van landskampioen Anderlecht. Is de jonge Australiër van 1 meter 82 de beste keeper in de Belgische competitie? En: waarom wel of waarom niet? Een rondvraag bij gewezen keepers en keeperstrainers.
Dany Verlinden
“Ja, volgens mij staat hij op een heel ander niveau dan alle andere keepers in België”, zegt Dany Verlinden, gewezen doelman en keeperstrainer van onder meer Club Brugge. “Proto? Ryan is bijvoorbeeld al veel rustiger. Van hem zie ik nooit uitspraken of reacties waarvan ik denk: tiens, wat doet hij nu? Ryan is een complete doelman en hij past ook perfect bij Club Brugge omdat hij niet hoog van de toren blaast. Hij presteert op het veld en niet in de pers. Als je zoals hij alles hebt, moet je geen 1 meter 90 zijn. Dat waren de vorige generaties evenmin, maar omdat Thibaut Courtois (1m99, nvdr) en Simon Mignolet (1m93, nvdr) dat wel zijn, vinden sommigen in België nu dat als je geen 1 meter 90 bent je niet meer in de goal mag gaan staan. Meestal zijn dat mensen die zelf nooit in de goal stonden en er te weinig van kennen om daarover te kunnen oordelen. Ryan bewijst hun ongelijk. Hij is veel minder groot dan bijvoorbeeld Kristof Van Hout (2 meter 08, nvdr), maar is heel explosief, springt hoog, kiest goed positie en komt echt uit op hoge ballen. Trouwens, hoe groot is Casillas (1m85, nvdr)? En hoe groot zijn de keepers die Barcelona (Claudio Bravo, 1m84 nvdr) en Real Madrid (Keylor Navas, 1m85 nvdr) vorig jaar kochten?”
Wim De Coninck
“Vergelijken is moeilijk gezien zijn nog jonge leeftijd, maar Ryan is zonder twijfel de meest getalenteerde en volgens mij ook de beste”, zegt Wim De Coninck, voetbalanalist voor Sporting Telenet en VTM én ex-doelman van onder meer Gent, Waregem en Anderlecht. “Door zijn wat ongelukkige WK kwam er misschien wat vertraging op zijn carrière, maar zeker niet op zijn kwaliteiten. Proto maakte sinds zijn terugkeer naar Anderlecht een enorme ontwikkeling door, die is echt rijp moeten wórden, maar puur kwalitatief steekt Ryan erboven uit. Ryan is supersnel en heel sterk; hij heeft een enorme vormspanning, is één brok graniet, maar heeft tegelijkertijd ook souplesse, amplitude en een geweldige sprongkracht. Zijn enige minpunt is dat hij maar 1 meter 82 is, wat volgens de moderne normen te klein is. Maar dat compenseert hij méér dan voldoende met zijn imposante atletische vermogen. De manier waarop hij zich als relatief kleine keeper in het pak mengt, is indrukwekkend. Hij is ook zeer klemvast, in een tijd dat je veel keepers ballen weg ziet boksen, stoten of duwen. Ook zijn voeten zijn schitterend, puur voetballend; én hij kan ook vanuit de hand een bal van zestig of zeventig meter perfect neerleggen. Dan zijn er ook nog zijn mentale kwaliteiten. Zonder hautain of overmoedig te zijn speelt hij met een zelfvertrouwen alsof hij al 32 is. Hij straalt veel uit, heeft charisma, laat zich niet uit zijn lood slaan, pakt niet snel kaarten en doet geen domme dingen. Of hij ooit naar het niveau van Neuer, Courtois en Cech zal reiken, zal afhangen van hoe hij met slechte ervaringen zal omgaan, zoals met eens in de fout gaan of ergens een keer ter discussie staan. Maar veel wijst erop dat dit nog maar het begin is, zeker ook de manier waarop hij zich hier als jonge jongen uit een ander werelddeel meteen aanpaste.”
Philippe Vande Walle
“Ik denk wel dat Ryan de beste is”, zegt Philippe Vande Walle, gewezen doelman en keeperstrainer van onder meer Charleroi en Club Brugge. “Het is wel moeilijk om hem te vergelijken met Proto, omdat die door zijn leeftijd soms op zijn ervaring kan terugvallen én omdat hun stijl helemaal anders is. De grootste kwaliteit van Ryan is dat hij sterk is in het meevoetballen én in het luchtverkeer. Die combinatie is enorm belangrijk in het moderne voetbal, waarin goed zijn op de lijn een minimumvereiste is. Ryan is bij Club van groot belang in de opbouw en op hoge ballen durft hij uit zijn doel te spelen. Dat doet hij niet zoals Tarzan in de jungle – in de zin van: ik zie wel waar ik kom – maar wel op een berekende manier. Hij komt bijna alleen maar als hij bijna zeker is van de bal. Het is een kwestie van atletisch vermogen, snelheid, voetenwerk, dosering, plaatsing enzovoort. Het is precies alsof hij altijd op de juiste plaats is. Daardoor moet hij niet altijd met een spectaculaire redding uitpakken. Ryan combineert grinta en een vurig karakter met rust in bepaalde situaties en dat is top. Op basis van dit en vorig seizoen denk ik dat hij beschouwd mag worden als efficiëntste doelman van de Belgische competitie. Hij zit nog volop in een groeiproces en de internationale ervaring die hij met Club in de Europa League en nu met de nationale ploeg in de Asian Cup opdoet, is onbetaalbaar. Als hij zo voortdoet, zal dat hem op een dag een toptransfer opleveren. De winst die hij nog kan maken, ligt op het vlak van onder druk spelen, zoals Manuel Neuer: ook bepalend zijn als je heel weinig werk te verrichten krijgt, in het keepen én in het meevoetballen.”
Hans Galjé
“De verschillen zijn klein, als die er al zouden zijn”, zegt Hans Galjé, die doelman is geweest van onder meer Ajax en Club Brugge en keeperstrainer was bij Club, Standard, Moeskroen, Zulte Waregem en de Rode Duivels. “Ryan is verkozen tot Doelman van het Jaar en mocht ik moeten kiezen, dan zou ik hem ook op 1 zetten. Maar ik ken ook het cv en de prestaties van Proto, en ik weet dat hij met Anderlecht kampioen werd en Champions League speelde. Bovendien maakte ik hem bij de nationale ploeg ooit een week mee op training, samen met Bailly en Gillet, en daar raakte ik erg onder de indruk van zijn atletisch vermogen, zijn explosiviteit en zijn lenigheid. Dat was echt ‘wauw!’ Kiezen tussen die twee is subjectief. Dat kan je moeilijk objectiveren. Wat zijn de criteria? Statistische gegevens over het aantal reddingen en de moeilijkheidsgraad ervan bestaan niet; en wat jij een geweldige redding vindt, vind ik misschien een gewone. Het gaat om voorkeuren. Mensen beslissen op buikgevoel en dat doe ik ook. Als je mij vraagt om mijn keuze te verantwoorden, dan zeg ik: ik kan mij vooral in de stijl van Ryan vinden. Er staat een persoonlijkheid in doel, met présence, met een indrukwekkend atletisch vermogen; en ik vind hem ook heel moedig spelen, op voorzetten, soms tot buiten de zestien meter. Zijn profiel spreekt mij heel erg aan. Beiden hebben ze een winnaarsmentaliteit. Alleen zou Proto zich soms iets te veel laten leiden door de emoties, zelfs door reacties van het publiek. Zijn lontje is korter.”
DOOR CHRISTIAN VANDENABEELE
