Verrassend was het antwoord dat een geïrriteerde Charleroitrainer Jacky Mathijssen na de thuiszege tegen GBA liet optekenen op de vraag waarom hij Antwerp een proces aandeed : “Omdat ik door deze affaire dreig een transfer naar een Europese topclub mis te lopen.” Daar schrokken ze niet alleen bij Charleroi zelf van. Benadrukte Mathijssen een week voordien niet spontaan dat hij, welke weg Charleroi volgend jaar ook kiest, zeker nog een jaar bij de club aan de slag blijft ? Dat was ook zijn antwoord op de vraag naar een reactie op de interesse van Roda JC.

Een paar dagen na zijn uitspraak geeft Mathijssen toe dat hij na GBA geïrriteerd was door de vraag welk nut het had Antwerp aan te klagen. “Omdat welke ook de uitkomst van dit onderzoek is, er altijd iets op mij zal blijven kleven. Dit kost me hoe dan ook geld én kansen. Als een club ooit moet kiezen tussen een andere kandidaat en mij, komt deze affaire altijd weer op tafel, welke ook de uitspraak wordt. Deze affaire zet mij in mijn opstap als trainer drie stappen achteruit. Ik zal altijd meer troeven in handen moeten hebben dan andere kandidaat-trainers. Dat blijft zo tot mijn laatste dag als trainer. In het binnenland valt dat misschien nog mee – als ik verder goed werk – in het buitenland weegt dit zwaarder.

Er was inderdaad interesse van een grote buitenlandse club (niet Roda), waar niemand iets van af wist : “Niet dat ik zo maar te tekenen had, het was nog slechts interesse in de kiem. Dan nog via onze voorzitter. Het betreft een club waarmee hij goede contacten onderhoudt. In zijn enthousiasme toonde hij zich zo lovend over mij dat die mensen nieuwsgierig werden. Onze voorzitter stond er mee achter dat ik daar ooit aan de slag zou kunnen. Ik ga er zelf van uit dat die interesse nu weg is.”

Die stap hogerop had hij nog niet voor volgend jaar gepland. “Het was niet zo dat ik loog toen ik zei dat ik volgend jaar bij Charleroi wilde blijven. Dat is wel degelijk de bedoeling.” De affaire brengt Charleroi niet van slag, voelt hij. “Daarom mijn onbegrip dat STVV dat allemaal over zich heen laat gaan, dat de betrokken spelers daar niet de steun krijgen die Charleroi mij wél geeft.

“Zes maanden geleden zat ik samen met mijn advocaat tijdens de hoorzittingen over deze affaire te wachten tot iemand mijn naam noemde, om me te kunnen verdedigen. Niemand die me toen iets vroeg. Nu zal ik bewijzen dat ik niet alleen op het veld de koning van de tegenaanval ben. Ik heb te veel moeite moeten doen om te geraken waar ik nu ben om me zo te laten aanpakken.” (GF)

GF

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content