Vier media-watchers geven beurtelings hun mening over de voetbalactualiteit : Gui Polspoel (Canal+), Peter Vandenbempt (VRT-radio), Dirk Deferme (VTM) en Frank Raes (VRT-tv). Deze week blikt Peter Vandenbempt terug op de voorbije week.

België klopte Schotland. Wat moeten we leren uit die wedstrijd ?

Peter Vandenbempt : Wat we al wisten : als alle Belgen gedisciplineerd voetballen en er hard voor knokken, kunnen we tegen een niet al te sterke tegenstander een resultaat neerzetten. Pijnlijk geïllustreerd werd ook dat de Schotten een verzameling heel matige voetballers zijn. Zij schoffelden en schopten zelfs niet, toch het minste wat je had kunnen verwachten. Schotland was onwaarschijnlijk zwak.

Na Finland-België had Marc Wilmots het over een tactische chaos. Was dat nu allemaal opgelost ?

Ik denk dat Marc Wilmots de enige Rode Duivel is die dat mag zeggen ( lacht). Nogmaals, ik denk dat mentaliteit het verschil is : als je twee, drie meter voor elkaar dichtloopt, wordt het makkelijker gecamoufleerd als je wat uit positie staat of minder goed staat opgesteld. Ik lees dat Eric Deflandre zegt : we hebben bewezen dat we een grote ploeg hebben. Dat is dan de euforie van het moment, mag ik veronderstellen, want dat is uiteraard niet het geval. We zijn, wat Robert Waseige zelf ook altijd zegt, een bescheiden ploeg die met de juiste ingesteldheid wel eens iets kan bereiken. Het gebrek aan klasse blijft, dat is al jaren zo. Dat we in snelheid van uitvoering te kort schieten, is ook niet nieuw – maar het is wel een verdienste dat de meeste spelers het van zichzelf weten. Het beste bewijs daarvan is het belang van iemand als Wilmots. Op het WK in Amerika mocht hij niet meedoen, terwijl hij nu op en naast het veld zowat de belangrijkste speler is.

Moesten we misschien iets meer begrip opgebracht hebben voor de zwakke prestatie in de vrienschappelijke wedstrijd in Finland ?

Was het niet dat Waseige zelf het belang van die oefenwedstrijd had opgeschroefd tot een ultieme test ? De kritiek ging ook niet alleen om die wedstrijd, maar om een aaneenschakeling van mindere prestaties. Eigenlijk was het ook al in Schotland niet goed. Die dag mocht je dat niet zeggen, wegens de geweldige remonte en het uitstekende resultaat, maar als je nadien met Rode Duivels praat zijn er die na het bekijken van de beelden zeggen : het was om te huilen. Einde citaat.

Mogen we stellen dat de bondscoach zijn spelers in de pas heeft gekregen, maar nog niet – o illusie – de pers ?

Frappant was dat hij in een interview voor de wedstrijd nog eens terugkwam op de volgens hem belachelijke kritiek die er na Finland was geweest. Kritiek overigens die hijzelf toen ook – en terecht – had gegeven met een pijnlijke opmerking als : kunnen wij wel beter ? Nòg frappanter was dat het ook nà de wedstrijd tegen Schotland zijn eerste gedachte was. Weer rancune. Hoogsteigenaardig, en een hoogstongelukkige reactie, zoals hij zich ongelukkig heeft gedragen in de hele voorbereiding van België-Schotland.

Het begon begin augustus al, toen hij zei dat hij van zijn spelers geen kinderachtig gedrag meer zou pikken. Wat later moest Ronny Gaspercic dan weer oppassen, dreigde hij, omdat – warempel – hij hem nog niet gebeld had. Wat scheelt er ?

Volgens mij is hij een man die het graag allemaal onder controle heeft. Iemand die veel respect wil ook, maar het zelf niet altijd kan geven, zeker niet aan journalisten en misschien ook niet aan àl zijn spelers. Uit informele gesprekken met zijn spelers komt trouwens een soort angst voor de bondscoach naar boven. Er is ook weinig of geen dialoog. Ik denk ook dat hij zeer rancuneus is, wat door de toegenomen druk wat uitvergroot is. Als ik zie dat hij bij het begin van een training middenin een betoog op het veld plots een journalist opmerkt en tegen zijn spelers zegt dat zijn dag naar de kloten is… Tja. Stel je voor, als hij van het oefenveld komt om een journalist aan te pakken omdat een voor een publiciteitsfoldertje geselecteerde foto voor een voetbalbijlage waaraan hij meewerkt hem niet aanstaat en zegt : het is uw fout, om mij te destabilizeren. Hij is ongelooflijk wantrouwig. Achter iedere vraag of opmerking, vermoedt hij iets anders, samenzweringen die er voor zo ver ik weet niet zijn. Hij denkt : die wil mij pakken. Overigens, welke kritiek heeft Waseige al gekregen ? Is hij uitgescholden, kreeg hij de persoonlijke aanvallen die zeker Georges Leekens wel kreeg, is zijn privéleven blootgelegd ? Neen.

Hij vergist zich ook als hij denkt dat journalisten dienen om een volk op te roepen om massaal achter de Rode Duivels te staan, als hij denkt dat we allemaal samen in een nationaal project zitten. Gesteld dat het nut zou hebben, het is niet onze taak. Wij staan aan de zijlijn, kijken toe en registreren wat er gebeurt. Het is zoals René Vandereycken bij ons op de radio zei : hij moet beseffen dat er nog andere mensen het voetbal volgen en een andere mening hebben, en daarom niet tegen de nationale ploeg zijn, maar het gewoon anders zien. Waseige heeft het blijkbaar moeilijk met lichte ironie, met cynisme, maar laat dat nu precies de humor zijn die hijzelf bedrijft op persconferenties tegen journalisten, om vooral jongeren eens te kijk zetten.

Waar moet dat eindigen ?

Bondsvoorzitter Jan Peeters moet dringend met Waseige spreken. Het kan en mag niet dat de bondscoach een officiële persconferentie aflast en dan via de telefoon selecteert wie hij wel en niet informatie geeft. Waseige moet vooral oppassen dat hij de rust die hij na de hectische periode onder Leekens heeft gebracht niet gaat verstoren door dit soort energieverlies. Ik vind dat Peeters de taak heeft om Waseige een beetje rede bij te brengen.

Anderlecht kon thuis niet winnen van Genk. Opmerkelijk ?

Teleurstellend vond ik dat van het goede op GBA niks meer te merken was. Anderlecht was zwak. Misschien bevestigt het de stelling dat Anderlecht het wel vaker problemen heeft met ploegen die komen meespelen. Een dikke pluim alleszins voor Genk dat niet alleen aanvallend speelde, maar dat ook uitstekend deed, met lef, met overzicht in de organisatie, met snelle omschakelingen, met goeie combinaties én met een beresterke Wesley Sonck. Dat neemt niet weg dat het bij Anderlecht een helft lang een warboel was. Te veel spelers, had ik de indruk, wisten niet waar ze moesten lopen, de linies schoven te ver uit elkaar, en bovendien stond Dagano bij zijn twee goals totaal ongedekt. Blijkt nog maar eens dat als je Glen De Boeck in zijn huidige conditie moet missen er een gat is, en dat Anderlecht achterin vrij weinig wisselmogelijkheden heeft. En : er zijn wel veel spitsen, maar… Het is zoeken en blijven zoeken en voorlopig niet vinden. Dat is een beetje eigenaardig, vooral omdat Aimé Anthuenis anderhalve maand geleden zei dat zijn ploeg tegen de echte Champions League verder zou staan. Dat is niet gebleken en dat baart zorgen.

Club Brugge won op Antwerp en behoudt het maximum. Kunnen we al verregaande conclusies trekken ?

Neen, daarvoor is het nog veel te vroeg. Een kloof van vier punten was er vorig seizoen na acht wedstrijden. Later is die opgelopen tot zes punten, maar toch haalde Anderlecht het nog afgetekend. Club voetbalt momenteel niet beter dan Anderlecht, maar wint wel, wat voor Brugge natuurlijk wel goed nieuws is.

Wat moeten we denken van het verhaal in De Morgen, waarin een ex-werknemer van de transportfirma Mat getuigt dat na de gewonnen Europese bekerfinale in 1976 tegen West Ham de Engelse verdediger Frank Lampard een container vol bier van de brouwerij Belle Vue van toenmalig Anderlecht-voorzitter Constant Vanden Stock zou hebben gekregen ?

Wel, vier jaar geleden kregen wij op de radio van die Norbert Hallemeersch een telefoon met hetzelfde verhaal. Wij plozen dat toen uit tot op het bot : we contacteerden de douane van Zeebrugge en van Dover, de transportverantwoordelijke van Belle Vue – die na de overname door Interbrew mee was verhuisd – en we gingen in Londen Frank Lampard interviewen. Omdat we nergens een bewijs vonden, oordeelden we dat we het niet konden geven. Dat het gevaarlijk is op het woord van één man voort te gaan, is al wel vaker gebleken, met wat bijvoorbeeld ooit over de ministers Reynders en Di Rupo is verteld en geschreven. Mij is het een raadsel waarom De Morgen, dat het verhaal toen ook al kende, er nu wel mee naar buiten komt, terwijl er geen enkel nieuw element en geen enkel bewijs is. Omdat de documenten die je zou kunnen aanbrengen als bewijs allemaal vernietigd zijn, vrees ik dat het een zaak is die niet bewezen kan worden.

door Christian Vandenabeele

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content