Lieven Maesschalck, de wereldvermaarde kinesist met de gouden handen, bereikte afgelopen weekend een akkoord met de nationale ploeg. Met de hem eigen passie wil hij straks de Rode Duivels begeleiden: ‘Ik ga de ploeg en het huidige beleid ondersteunen.’

Midden in een periode van onrust en turbulentie beleefde de nationale ploeg in september 2009 een zoveelste dieptepunt. De volledige medische staf – arts en kinesisten – van de Rode Duivels gaf er ontmoedigd de brui aan. De toenmalige ploegarts Marc Goossens had het over een bende luieriken met sterallures. Net geen jaar later haalt de Belgische voetbalbond toverkinesist Lieven Maesschalck (45) binnen als externe consultant. Welke wonderen zal hij kunnen verrichten?

De gerenommeerde revalidatiekinesist kwam afgelopen weekend tot een overeen-komst met de bond. Eind juni al was uitgelekt dat de KBVB Lieven Maes-schalck gevraagd had als kinesist van het nationale elftal. Net voor de oefenmatch van 11 augustus in Finland, de ultieme aanloop naar het eerste EK-kwalificatieduel tegen Duitsland op 3 september, is de deal beklonken: Maesschalck zal op ‘consultatieve basis’, zoals hij het zelf verwoordt, met de Rode Duivels samenwerken. Hij is erbij als de geselecteerde spelers enkele dagen voor de wedstrijd worden samengeroepen, is geregeld aanwezig op matchen, grijpt onmiddellijk in bij blessures en zal de vaste revalidatiekinesist zijn van het nationale elftal.

Dat de KBVB kiest voor Maesschalck als ondersteunend lid van de technische en de medische staf mag niet verbazen. Het past ook in de professionele plannen die bondscoach Georges Leekens na zijn aanstelling met de nodige poeha ontvouwde. De rehab-specialist verwierf de afgelopen jaren in de sportwereld een grote reputatie en geniet ook het vertrouwen van internationale topsporters. Dat hij Johan Museeuw na diens zware val in Parijs-Roubaix in 1998 niet alleen op de fiets kreeg maar ook weer aan het winnen, is geschiedenis. In 2000 finishte Museeuw als eerste in Parijs-Roubaix. Terwijl hij over de streep reed, wees hij naar de knie, die niet alleen bijna zijn carrière maar ei zo na zijn leven kostte. Eveneens geschiedenis schreef Maesschalck met Gella Vandecaveye. Haar begeleidde hij ondanks gescheurde kruisbanden naar brons op de Olympische Spelen in Sydney in 2000. Sindsdien passeerde al heel wat schoon volk op het fraaie Antwerpse verdiep van Maesschalck & Partners, met uitzicht op de Schelde, de historische kranen en het MAS.

Als aandenken aan een revalidatie koestert Maesschalck de persoonlijke blijken van dank die hij krijgt als trofeeën. Hij lijst ze in en hangt ze prominent in de oefenzaal, ongeveer het enige waaruit de Antwerpse praktijk bestaat. Zo zijn er gesigneerde shirts van voetballers als Ibrahim Yattara (Trabzonspor), Filippo Inzaghi (AC Milan), Massimo Ambrosini (AC Milan), Andriy Shevchenko (Dinamo Kiev), Khalilou Fadiga en Koen Daerden. Het meest in het oog springt nog de van een dankwoord voorziene boxershort van Danielle Goffa. Een juwelenontwerpster.

In het Move to Cure Centrum van Maesschalck revalideert doorlopend een legertje profvoetballers: Marouane Fellaini trok net de deur achter zich dicht, nu zijn er Wesley Sonck, Yves Makabu Ma-Kalambay (Hibernian FC), Samir El Gaaouiri (KSV Roeselare), Selemani Ndikumana (Lierse SK), Mark Fotheringham (Anorthosis Famagusta) en Sherjill MacDonald (Germinal Beerschot). Maar ook andere topsporters vinden hun weg ernaartoe: momenteel zijn er basketbalspeler Tomas Van den Spiegel (Real Madrid) en polsstokspringer Kevin Rans, die er zich na een gemist EK voorbereidt op de Memorial Van Damme.

Perfect combineerbaar

Het is zonder meer zo dat de voetballers vertrouwen hebben in Maesschalck. Revalideren bij hem doen ze niet zelden op eigen kosten. Dat vertrouwen is nu net wat ze bij de nationale ploeg wel kunnen gebruiken na de bom die vorig jaar ontplofte. Dokter Marc Goossens en kinesisten Stany Rogiers en Harry Hendrickx voelden zich niet gerespecteerd door de spelers, om het zacht uit te drukken. Maesschalck laat niet met zich spotten. In zijn praktijk is hij de ster, niemand anders. Hij bepaalt wanneer en hoeveel er getraind wordt. Net als Georges Leekens en Marc Wilmots houdt hij van discipline en gedrevenheid.

Waarom hij er zo vaak in slaagt uitgerevalideerde, afgeschreven sporters weer op de been te krijgen, en hun blessures op de knieën, is een vraag die nooit een antwoord krijgt. Ja, hij werkt individueel. Ja, hij gelooft erin dat het lichaam herstelt door op een juiste manier te bewegen. En ja, hij heeft veel ervaring. Maar wat is dan zijn geheim? Zijn boutade luidt: the secret is that there is no secret, maar voor alle zekerheid zegt hij geen woord te veel over wat hij zou kunnen betekenen voor de nationale ploeg.

Meneer Maesschalck, wat mag de nationale ploeg van u verwachten?

Lieven Maesschalck: “Ik ga de ploeg en het huidige beleid ondersteunen. De vraag die mij gesteld is, is er een naar mijn kennis en expertise. Ik heb twintig jaar ervaring in functionele revalidatie, en ik ken zo goed als alle spelers die worden opgeroepen voor de nationale ploeg. Ik zal er geregeld zijn wanneer de spelers voor een interland worden samengeroepen, en soms ook op de wedstrijd zelf. Ik zal onmiddellijk kunnen ingrijpen als er iets gebeurt op het veld. Als er gerevalideerd moet worden, kunnen de spelers dat bij mij doen, en verder ben ik consulteerbaar. Het is geen voltijdse baan. Ik heb altijd benadrukt dat het perfect te combineren zal zijn met mijn praktijk. En dat blijft zo. Ik heb een geweldig team van kinesisten die de dagen kunnen opvangen waarop ik er niet ben, maar ik blijf vrij en onafhankelijk.”

Toen u eind juni geconfronteerd werd met de vraag van de nationale ploeg noemde u zich ‘bijzonder geflatteerd’. Bent u daar wel zeker van, met de slechte resultaten van de Rode Duivels en de aanhoudende onheilsberichten over de voetbalbond?

“Ja, ik was geflatteerd, en ik blijf het ook. Ik ben gevraagd als extern expert in een functie die me perfect zal liggen. Ik heb vertrouwen in de mensen met wie ik zal werken. Marc Wilmots heb ik nog behandeld als voetballer, hij is rechtuit, rechtdoorzee, dat ligt me wel. En van Leekens weet ik wel zeker dat hij me mijn vrijheid en het nodige vertrouwen zal geven. Ik ben enthousiast, ik geloof nooit in de negatieve afloop van een samenwerking, altijd in de positieve, dat is mijn karakter. Maar als ik je zo mag geloven, kan het moeilijk slechter gaan dan het nu gaat bij de Rode Duivels en de bond. Wel, let’s go for it dan, niet? Als je succes hebt, heb je niemand nodig, maar als het moeilijk gaat, heb je mensen nodig om op terug te vallen.”

Wat zal van de samenwerking een succes maken voor u? Moet de nationale ploeg het EK halen, of moet ze blessurevrij de campagne door?

“Over de winstkansen kan ik niet oordelen, dat is ook niet mijn verantwoordelijkheid. Daar ligt niet mijn expertise. Ik weet dat de bal rond is, meer niet. Blessures zullen er niet meer zijn dan anders. En geblesseerde spelers worden niet opgeroepen. Ik zal het een succes noemen als we erin slagen het maximum te halen uit de spelersgroep, als de spelers weer graag naar de nationale ploeg komen en er ook het beste van zichzelf geven. Het belangrijkste signaal dat de bond geeft, is dat er geïnvesteerd wordt in de spelers. De entourage van sporters is o zo belangrijk, dat kun je onmogelijk overschatten. Ze moeten zich goed voelen en zich goed omringd weten. De spelers zijn het menselijke kapitaal van een club, en ook van de nationale ploeg. Je moet hen een gevoel van veiligheid en gemoedsrust geven. De medische en de technische omkadering zijn van levensbelang. Ze maken deel uit van een ploeg en dragen bij tot een betere prestatie. Gewoon al door de aanwezigheid van vakbekwame professionals maak je mensen duidelijk dat je in hen investeert en maak je het hen mogelijk te presteren. Ik heb vertrouwen in de spelers en in de mensen die me gevraagd hebben.”

Orthopedische klachten

Bent u er niet bang voor dat slechte prestaties een negatief effect zullen hebben op uw praktijk, dat mensen wel twee keer zullen nadenken alvorens naar u te komen?

“Maar neen, gij. Ik heb niets te maken met de prestaties, die hangen niet van mij af. Ik kan alleen proberen mee te werken aan een positief geheel. Je moet eerlijk zijn: ik heb de nationale ploeg niet nodig, niet voor mijn reputatie en niet voor mijn klanten. Mijn praktijk dankt zijn cliënteel voor negentig procent aan doorverwijzing en mond-tot-mondreclame. Daar zal geen verandering in komen.”

U behandelt uiteraard niet alleen topsporters, maar ook amateursporters en niet-sporters. Ze lijken allemaal even fanatiek.

“Ik heb enorm veel verschillende klanten. Jong en oud, man en vrouw, sporter en niet-sporter. Maar ze zijn inderdaad allemaal enorm gemotiveerd en dynamisch. Ook de oudere mensen. Zij aanvaarden niet dat ze met een knie- of een heupprothese niet meer kunnen lopen. Ze willen gaan skiën. Door de bewegingstherapie die ze bij ons krijgen, gebeurt het ook wel dat mensen die niet bewogen de smaak te pakken krijgen en het blijven doen.”

Als topsporters, vaak internationals, bij u terechtkomen na een lijdensweg langs dokters en kinesisten, bent u dan niet kwaad om de verkeerde beslissingen die onderweg genomen werden?

“Iedereen doet zijn best. Iedereen gaat ervan uit dat hij het juiste doet. De wetenschap is er voor iedereen, de toepassing ervan is anders. Ik heb mij gespecialiseerd in een heel specifieke groep klachten: ik doe alleen orthopedische klachten. Ik geloof enorm in het regenererend vermogen van het lichaam: het lichaam herstelt zichzelf, als je het maar de juiste input geeft. De juiste oefeningen met een juiste intensiteit zijn de sleutels tot succes. Hoe langer hoe meer raakt bewezen dat blessures genezen en wegblijven door mensen de juiste bewegingen aan te leren. De kunst is de bewegingen aan te passen aan de lichaamskwaliteit. Topsporters zoals de Rode Duivels zijn in topvorm, hen moet je in een aangepast tempo laten revalideren. Je kunt mensen overbelasten, maar ook onderbelasten, door hen oefeningen te geven die geen impact hebben op hun lichaam. Je moet als kinesist niet te beroerd zijn om je oefeningen onmiddellijk aan te passen. Het wetenschappelijke meetwerk is ontzettend belangrijk en leerrijk. Je kunt bijna alle prestaties van een sporter meten, zodat je van hem een identiteitskaart kunt opstellen met zijn sterktes en zwaktes. Maar niet alles is meetbaar. Als kinesist moet je leren waarnemen. Het lichaam vertelt zo onvoorstelbaar veel. En dan moet je luisteren naar je patiënt, die vertelt je zonder het te beseffen ook veel. Daarop moet je kunnen inspelen. Ik geloof enorm in het trainen van de juiste onderdelen. Als je aan een knie werkt, moet je ook weten hoe de heupen en de voeten functioneren. Een geblesseerd lichaam gaat zodanig compenseren, andere lichaamsdelen overbelasten, waardoor de blessure blijft of een andere ontstaat. De grote kunst van de revalidatie is het vermijden van herval. In de revalidatie moet je daarom preventie inbouwen.”

Kennis openstellen

Ondervindt u een grote evolutie in het aantal en de aard van de blessures? Zijn blessures niet vaak het gevolg van lakse arbitrage?

“Neen, dat laatste zeker niet. Dat zou flauw zijn. Het blijft een contactsport en vele blessures gebeuren ook zonder dat er contact is. Voetbal is een heel complexe sport, maar de preventie is overal verbeterd en overal is men ermee bezig. De spelers zijn atletischer geworden, de snelheid van uitvoering is verhoogd. De evolutie is gunstig. Er zijn veel fysieke tests, de trainers zijn beter opgeleid, de wetenschap heeft haar intrede gedaan, mental coaches raken ingeburgerd, de jeugd wordt vroeger en beter opgeleid. We moeten geduld hebben, er wordt geïnvesteerd, zo slecht gaat het niet. Maar blessures zullen altijd blijven bestaan. Je moet een profiel kunnen maken van je spelers, een database met alle blessures van de atleet. Je moet weten of er een verband bestaat tussen zijn blessures. Door zijn sterktes en zwaktes in kaart te brengen kun je op een wetenschappelijk verantwoorde manier proberen toekomstige blessures te vermijden. Op die manier zijn er bijvoorbeeld al minder spierblessures. Er is een foutmarge die je nog kunt verkleinen.”

Als iedereen in een hoog tempo professioneler en wetenschappelijker wordt, loopt u het risico stilaan overbodig te worden.

“Die kans is klein. Ook ik word steeds beter. En ik behoud mijn specialisatie. Ik doe uitsluitend revalidatie. Een clubarts en clubkinesisten hebben een andere functie. Zij werken op het veld. In een club heb je maar een paar letsels per jaar. Voor onze markt en onze expertise heb je een grote hoeveelheid mensen en hun blessures nodig: uit verschillende clubs en verschillende sporttakken, maar ook particulieren. Daarin hebben we twintig jaar ervaring. Maar het is ontegensprekelijk zo dat de clubs hoe langer hoe meer belang hechten aan de medische begeleiding, het blessuremanagement en de re-integratie na een blessure. Maar voor de echte revalidatie blijven ze een beroep doen op externe experts zoals ik. De openheid waarin die samenwerking tussen clubs en mezelf verloopt, is groot. De revalidatie van Fellaini bijvoorbeeld is in open overleg gebeurd met de artsen en de kinesisten van Everton. Ik ga er straks ook naartoe om de laatste fase van zijn re-integratie in de club te bespreken. Hoe beter jij bent, hoe beter ik word, zo werkt het. Je moet je kennis openstellen. Iedereen mag bij mij komen kijken hoe ik werk. En ik blijf alleen rehabs doen, anders wordt het allemaal te groot. Ik krijg honderdduizend aanbiedingen om met allerlei technieken te werken, maar ik doe het niet.”

Voor alle zekerheid: u bent toch een Belg in hart en nieren?

“Ik ben absoluut een Belg. Ik ben altijd blij als er een Belg wint. Ik was op vakantie in Kroatië, maar ik ben op zoek gegaan naar een tv om de prestaties van Jurgen Van den Broeck te volgen. Ook de broers Borlée zag ik op het EK. Een Belg die wint, dat is toch het meest fantastische dat er is?”

door tanja vanhoecke – beelden jelle vermeersch

“Het lichaam herstelt zichzelf, als je het maar de juiste input geeft.”

“Iedereen mag bij mij komen kijken hoe ik werk.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content