Toen Jochen Janssen (25) in de winterstop vorig seizoen van Club Brugge naar Austria Wenen verhuisde voor 70 miljoen frank (1,73 miljoen euro), vormde hij de duurste transfer in de geschiedenis van de traditierijke club. Onder impuls van miljardair Frank Stronach moest hij de ploeg naar een nieuwe titel leiden. Maar afgelopen zomer trok de Limburger vroeger dan verwacht een streep onder zijn Oostenrijks avontuur. Hij vertrok voor vijf jaar naar het Nederlandse RKC, dat uiteindelijk 60 miljoen frank (1,48 miljoen euro) neerlegde.

Hoe groot was de ontgoocheling in Oostenrijk ?

Jochen Janssen : Ik was heel blij dat ik daar weg kon. Ik nam een serieuze gok, maar kwam er terecht bij een club in volle sportieve crisis. Ze wilden opnieuw kampioen spelen, maar we hadden onvoldoende kwaliteit in de spelersgroep. Bovendien hing er een heel negatieve sfeer, omdat ze hun reputatie als grootmacht niet meer konden waarmaken.

Koos je voor RKC bij gebrek aan alternatieven ?

Toch niet. RKC werd vorig seizoen vierde en haalde nipt geen Europees voetbal. De club mikt weer hoog, hield de kern samen en versterkte ze met Patrick van Diemen. Ik zocht opnieuw een gemoedelijke club, waar ik met plezier kan voetballen. Bovendien kwam ik dichter bij huis spelen en stond er met Martin Jol een trainer voluit achter mijn komst.

Een noodzakelijke voorwaarde na je wedervaren met Trond Sollied ?

Absoluut. Je moet zoeken naar de ideale omstandigheden. Ik ben weer belangrijk voor een ploeg. De laatste weken sukkel ik dan wel met een ontsteking aan de lies, maar de trainer wil dat ik speel. Maar het is ook mijn eigen wil, hoor. Door te rusten, verdwijnt de pijn niet direct. Bovendien hervond ik de laatste weken mijn scorend vermogen. Het gaat alsmaar beter.

Jullie bengelen in de middenmoot. De ambities liggen toch hoger ?

Het is de bedoeling om iets te winnen, ook al merken we dat RKC niet langer de grijze muis van Nederland is. We zijn een moeilijk te ontwrichten geheel. Wij spelen altijd goed gedisciplineerd van achteruit, met een gesloten verdediging. Onze grote sterkte is de nul houden. Vandaar dat het aanvallend moeilijker is om je te tonen. Eerste doelstelling is het verdedigende werk. Maar momenteel zijn we eigenlijk nog in volle opbouw. In de competitie hopen we rond de zesde plaats te eindigen. Het hoofddoel is en blijft de beker. Ook al zal dat niet gemakkelijk worden. In de achtste finales spelen we straks tegen PSV.

Dat presteert de laatste tijd toch ondermaats ?

Inderdaad. Hopelijk kunnen we volop gebruikmaken van onze ijzersterke thuisreputatie. Op anderhalf seizoen tijd werd er alleen verloren van Ajax. Dat is onze grootste stimulans. We hebben evenveel kans om door te stoten als PSV. In normale omstandigheden zou de kansenverhouding misschien wel 30/70 zijn.

door Frédéric Vanheule

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content