‘De beker winnen: waarom niet?’

Woensdagavond staat de uitgestelde bekerwedstrijd Cercle Brugge-Charleroi op het programma. Voor John Collins, de nieuwe coach van Charleroi, is het zijn vuurdoop in de Belgische beker. De bijna 41-jarige Schot voetbalde zelf bij Hibernian, Celtic Glasgow, Monaco (titel en halve finale Champions League), Everton en Fulham. Als trainer won hij met Hibernian de beker in het seizoen 2006/07.

Hoe komt een Schotse coach terecht in Charleroi?

John Collins: “Mijn makelaar kreeg een telefoontje van de familie Bayat. Ik heb nog nooit zo’n gepassioneerde voorzitter ontmoet. Ik vind Charleroi een test voor mezelf en ik hou wel van een uitdaging.”

Kende u het Belgisch kampioenschap?

“Nee. Op Standard, Anderlecht en Club Brugge na. Ik ben wel onder de indruk van wat ik tot nu toe zag. Het bekerduel tussen Mechelen en Anderlecht was een erg goede match. Mechelen heeft niet alles op het fysieke aspect gezet en zat tactisch goed in mekaar. Ook Kortrijk-Westerlo woonde ik bij en Kortrijk speelde mooi voetbal. In Schotland hanteren we nog vaker de lange bal. De uitdaging voor Charleroi zal des te groter zijn.”

Voorzitter Abbas Bayat wil een trofee. Denkt u dat dat mogelijk is?

“Ja, ik heb dat al bewezen bij Hibernian door de beker te winnen. Een Belgische titel is moeilijk, maar de beker: waarom niet?”

Hoe denkt u dat voor mekaar te krijgen?

“Elke coach wil resultaten, maar ik wil voor alles mooie prestaties. Als we goed spelen, zullen de resultaten wel volgen.”

U bent nu een goede maand in België: hoe schat u Charleroi in?

“Ik vind dat de spelers erg veel vooruitgang geboekt hebben in vier weken. Zowel op het mentale als op het fysieke vlak. Maar ik kan het niet genoeg herhalen: je moet niet af en toe werken, maar elke dag.”

Daar legt u net de vinger op de wonde: er zit geen regelmaat in de prestaties van Charleroi.

“Het verleden interesseert me niet.”

Wat is uw filosofie als trainer?

“Ik heb een voorkeur voor voetbal over de grond.”

Denkt u dat dat bij Charleroi kan?

“Dat zal niet eenvoudig zijn, maar het kan. Als je passes van 10 tot 15 meter wil geven, heb je aanspeelpunten nodig. Iedereen moet dus onophoudelijk in beweging zijn en dat wordt moeilijk als iemand zich wegsteekt. Het collectief is heel belangrijk. De aanvallers zijn de eerste verdedigers.”

Dat zullen bepaalde aanvallers niet graag horen …

“Elke maandagmorgen beginnen we met een videosessie. Als iemand zijn werk niet gedaan heeft, tonen we dat aan de groep.”

Wat hebt u in één maand veranderd?

“Ik wil tempo op training. Je moet trainen zoals je op wedstrijddagen speelt. Het accent ligt daarbij op pressie en balbezit. Ik leg de spelers graag het vuur na aan de schenen. Constant. En ik weet dat de spelers dat niet gewoon waren. Ik heb ook een paar eetgewoontes veranderd.”

Dat laatste is niet erg Brits …

“Dat is waar. Dat heb ik in Monaco geleerd.”

STéPHANE VANDE VELDE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content