DE TRAINER KJETIL REKDAL

“Of ik deze job ook had aangenomen als ik Lierse eerst een paar keer tevoren aan het werk had gezien ? Het is een uiterst moeilijke uitdaging, maar een waar ik ook als trainer heel veel van kan leren. Ik weet wel dat ik nooit een andere, mij totaal vreemde ploeg die nog maar twee punten had, overgenomen zou hebben.

“De kwaliteit die ik aantrof, is toch minder dan bij veel andere eersteklassers. Ik zag de eerste dagen op training ook veel spelers die er niet meer in geloofden. Die moesten eruit. Ik werk niet met dood vlees. Iedereen kreeg de kans mij te overtuigen van zijn waarde. Wie dat niet kon opbrengen, hoef ik niet meer. De kern is trouwens nog te groot : als er spelers bij moeten, moeten er eerst andere weg.

“Dat betekent niet dat ik bijvoorbeeld de jongeren aan de kant ga zetten. Ik wil met jonge spelers blijven werken. Mijn contract loopt tot juni, maar ook daarna moet Lierse voortbestaan. Als het nu veel geld uitgeeft aan nieuwe spelers en dan zakt, dan is het hier afgelopen. Tegen Moeskroen startte ik met drie achttienjarigen en werd de gelijkmaker gescoord door nog een jongen van achttien. Er moet versterking bij. Hoeveel spelers hangt af van de middelen die de club kan vrijmaken. Ik wil spelers die gefrustreerd zijn omdat ze bij een topclub niet spelen, die uit blessure terugkeren of die hier het avontuur durven aangaan om zich zes maanden in de kijker te spelen.

“Belangrijk voor ons, die niet overlopen van talent, is een goeie groepssfeer en een gezonde organisatie op het veld. Om het voetbal te brengen waar ik voor sta, moeten de spelers fysiek helemaal in orde zijn. Ik wil aanvallend voetbal, agressief en met loopkracht, ik wil een ploeg die het initiatief neemt. Deze groep heeft niet de kwaliteiten om rustig van achter uit op te bouwen.

“De eerste wedstrijden speelde ik nagenoeg met dezelfde spelers en hetzelfde systeem. Als je twintig toppers hebt waar het verschil tussen nummer één en twintig de vorm van de dag is, kan je van match tot match van systeem en spelers wisselen. Lierse heeft die topspelers niet. Dus moeten wij beter zijn dan de tegenstander om een kans te maken om te winnen. Als we even goed zijn als Brussels, Cercle of Sint Truiden, lukt het ons niet. We moeten veel beter zijn.”

statistiEKEN

GEBRUIKTE SPELERS : Andic (15), Blessing (8), Buyens (14), De Corte (8), De Witte (10), Develer (10), Eberle (5), Elberkani (7), Ernandes (7), Ingrao (4), Jarju (15), Jatta (11), Mamouni (11), Mampuya (10), Mujanovic (14), Muslin (10), Nnaji (6), Peeters (6), Snelders (15), Vaesen (11), Van der Jeugt (6), Van der Zyl (8), Vandenbroeck (13), Verheyen (7).

DOELPUNTENMAKERS : Andic (2), Develer (1), Ernandes (1), Jarju (2), Jatta (1), Peeters (1), Snelders (2).

ASSISTS : Andic (1), Buyens (1), Ingrao (1), Jarju (1), Muslin (1).

GELE KAARTEN : 32

RODE KAARTEN : 2

STRAFSCHOPPEN : 2 voor (2), 2 tegen (0).

HOEKSCHOPPEN : 72 voor, 91 tegen.

OVERTREDINGEN : 339 begaan, 271 tegen.

TOP – YONI BUYENS

Spelers die de hele heenronde niveau haalden, heeft Lierse niet. Yoni Buyens liet na elke wedstrijd de indruk dat hij nog véél beter kan dan wat hij toonde, maar zijn inzet, hardnekkigheid en voetbalinzicht bekoren nu al de kenners. Buyens moet na Nieuwjaar een van de betere jonge Belgen in de competitie worden.

FLOP – GORAN MUJANOVIC

Vorig jaar onder René Trost op de rechterflank doorlopend dreigend en kwiek, was Mujanovic belangrijk in het afdwingen van het behoud. Dit seizoen leek hij het voetballen helemaal verleerd. Verdween niet alleen uit de ploeg, maar ook al uit Lier.

GEERT FOUTRé

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content