Op bezoek bij RBC, het kleine broertje in de Holland Casino Eredivisie. ‘Onze club is ziekelijk doorgeslagen naar het zakelijke.’

Weinig bedrijvigheid aan het Vast & Goed-stadion van RBC (de Roosendaal Boys Combinatie) zo’n anderhalf uur voor de aftrap van de topper tegen Feyenoord. Op zaterdagmiddag heeft de gemiddelde supporter van het Brabantse oranje wat beters te doen dan rondhangen op de Borchwerf. Groot gelijk, er is niks boeiends aan dit stadion in het industriepark van de stad, ingeklemd tussen de laatste woonwijk, het welbekende station waar een week later een Belgische en een Nederlandse trein op elkaar zouden inrijden, en een bedrijf dat afvalolie verwerkt. Het doet ons een beetje denken aan het Fuji-stadion in Breda, ook al zo’n nieuwe betonnen constructie aan de rand van de stad. Sport 7 ging indertijd snel failliet, maar aan het lucratieve tv-contract hielden de meeste Nederlandse clubs nieuwe accommodaties over. Ogenschijnlijk allemaal gezet volgens hetzelfde concept, zodat je als voetballer, zo getuigde Geert De Vlieger ooit, nauwelijks zou weten waar je speelt, indien er geen plaatselijke reclame rond het veld hing.

Ze lijken inderdaad allemaal wat op mekaar, al is het stadionnetje van RBC, drie jaar geleden in gebruik genomen en in de wandelgangen tot kuipje herdoopt, zeker een van de kleinste. Uitverkocht voor het bezoek van Feyenoord, maar in absolute cijfers net geen 5000 man. Dat is weinig om een ploeg aan de top te houden en daarom denken ze bij de club aan het bouwen van een extra ring bovenop de bestaande tribunes, zodat de capaciteit vergroot tot 10.000 plaatsen.

Dat is vandaag evenwel de zorg niet van Jan van Dijk, die een uur voor de wedstrijd rusteloos door de catacomben drentelt. Wat we van zijn RBC mogen verwachten ? De trainer mompelt wat voor zich uit : “In normale omstandigheden veel.” En weg beent de coach die vooral met Groningen naam maakte en ooit al na vijf speeldagen werd ontslagen door het Limburgse Roda JC. Vandaag zijn het echter geen normale omstandigheden. Liefst negen spelers liggen in de lappenmand of zijn geschorst. Van de vier Belgen, hier een beetje spottend ‘K4’ genoemd, is er maar eentje present, TimSmolders. Die andere ex-Bruggeling, Birger Van De Ven is out, net als pitbull Lammens en Kempenaar Daelemans. Smolders, Van de Ven, vroeger nog Belpaire en Syllah, er loopt een duidelijk lijntje van RBC naar Brugge.

Wat ze uitstekend kunnen in Nederland, is organiseren. Dit mag dan wel kleine schaal zijn, het blijft professioneel voetbal. Overal loopt volk in functie om de wedstrijd in goeie banen te leiden. Het legioen is inmiddels gearriveerd en dus wordt er druk gedaan in oortjes en gespot naar potentiële herrieschoppers. Het zal niet vanavond zijn voor de camera’s van betaalzender Canal + dat die ene Guus met de pet door een rood-witte fan van zijn fiets wordt geknuppeld… Op de parking is er ruimte zat, her en der zien we wagens met Belgische nummerplaten. Fans van de Belgische spelers of supporters van RBC ? Fans van onder meer Smolders, want naast het doel hangt een Belgische vlag met zijn naam erop. De fans, meestal gekleed in de oranje clubkleuren, troepen samen in een klein doorrookt kot. Aan de deur steekt een meisje een ferme toeter op – dit blijft het tolerante Nederland.

Aan de wand hangen oude elftalfoto’s van RBC. We vinden er eentje met JanPoortvliet als trainer en George Knobel als technisch directeur. Toch namen als een klok voor een ploeg die jarenlang profvoetbal in de eerste divisie speelde tot bij het begin van de 21ste eeuw het tij keerde. De promotie van 2000 werd nog gevolgd door een degradatie het seizoen erop, maar inmiddels is RBC alweer voor het derde jaar op rij actief in de eredivisie. Vorig seizoen eindigde het twaalfde, nu wil het beter doen.

En dat is best opmerkelijk want, en nu citeren we gemakkelijkheidshalve even uit het archief van Voetbal International : “Nog maar vijf jaar geleden was RBC een club van cowboys. Sinds de terugkeer in het betaalde voetbal (1983) domineerden roddels en intriges de geschiedenis van de West-Brabanders. Vooral in de tweede helft van de jaren negentig blaften zij over topposities, maar dat bleken vaak snel loze praatjes. Trainers gaven hun estafettestokjes in ijltempo door en RBC speelde een marginale rol, ergens onder in de eerste divisie.”

Zo zo, qua omschrijving zit die. Con-fetti-lounge, zo heette, niet geheel ontoepasselijk, de businesszaal. Winst of verlies, er werd gefeest en gevierd. Volgende keer beter. Brabanders feestneuzen. Maar dat veranderde onder impuls van een nieuwe (en inmiddels ontslagen) directeur, die resultaten eiste en met Rob Maaskant een trainer aantrok die blufte (“Mijn ambitie ? Bondscoach worden !”), maar ook presteerde. Plots werd RBC serieus te nemen.

Te serieus ? De fans morren vandaag een beetje. De verhuizing naar het nieuwe stadion viel dan wel samen met een verblijf op het hoogste niveau, maar het scheelt qua gezelligheid. De club is uitstekend georganiseerd, heeft business-boxen, een grote ruime brasserie, een beetje poshLe Royal genoemd, maar het is voor de gewone man een tikkeltje te kil. “Onze club is ziekelijk doorgeslagen naar het zakelijke”, verwoordt een man het ongenoegen op de website van RBC. “Het gaat alleen om geld, maar daarbij hoef je je verleden niet te vergeten of zelfs uit te gummen, zoals bij RBC gebeurt.” De ploeg probeert dat euvel nu te herstellen door bij de supporters persoonlijke herinneringen aan het RBC-verleden op te vragen. Die zou ze dan her en der in het stadion laten aanbrengen. Een persoonlijke touch aan beton. Neen, het ene Oranje is duidelijk het andere niet.

Commercieel lijkt de club uitstekend te boeren, alle beschikbare ruimte is verhuurd, een begroting van 7 miljoen euro brengen ze hier bij mekaar, dat is het dubbele van de meeste Belgische clubs. Minder dan de helft – 3,2 miljoen euro – gaat naar de selectie, de omkadering is dus uitstekend. RBC heeft dan ook een indrukwekkend lijstje in het management : een algemeen directeur, een commercieel manager, een manager voetbalzaken, een manager beleid & communicatie, een manager voetbalopleiding, een coördinator voetbalopleiding én een manager horeca. Het stadion bevat een stukje kantoorgebouw, alweer vrij duur herdoopt tot het RBC businesscentrum, maar dat floreert nog niet. Dat is zorgelijk, want RBC had een ingenieus plan om de uitbreiding van zijn stadion te financieren toen de gemeente niet bereid bleek meer geld toe te stoppen. Bedrijven kunnen zich vestigen onder het stadion en op hun dak zou de nieuwe tribune worden gebouwd. Maar dusver staan de meeste verdiepingen nog leeg…

Veel managers, een stevige omkadering, genoeg enthousiasme, maar vandaag geen spelers en dat blijkt in de wedstrijd tegen een flink gerodeerd Feyenoord. In doel bij RBC staat Maikel Aerts, de Kaklamanos van Nederland, in een schietkraam. Aerts werd ooit betrapt op het gebruik van cocaïne, wat een spuiter naast me al na vijf minuten de opmerking ontlokt dat hij hoopte “dat ie maar goed had gesnoven voor de wedstrijd, want hij zal wakker moeten zijn.” Ik heb wat verduidelijking nodig om dat beeld te snappen.

Er bestaat trouwens nog een anekdote over die Aerts, op een blauwe maandag nog negen keer actief voor GBA. We zijn pas goed bezig aan het seizoen, maar nu al staat vast dat de 28-jarige volgend jaar aan de slag gaat bij… Feyenoord. Meer nog : één keer per week mag Aerts van RBC al meetrainen met de selectie van de Rotterdammers. Na de training blijft hij dan lekker met die groep eten. De tegenstander van vanavond is hem dus goed bekend en dat is een troef. Meer dan hem lief is, ziet hij ze alleen voor zich opdoemen, maar Aerts ranselt zowat de helft van de doelpogingen uit hun voeten. Het is een eenrichtingswedstrijd, een aanfluiting van het principe competitiematch. Slag om slinger krijgen Goor, Kalou, Kuijt of Castelen kansen van een verdediging die zo lek is als een zeef. Het wordt 0-4, zeg gerust slechts 0-4, want mits wat meer oplettendheid in de afwerking had Feyenoord hier makkelijk met 0-10 kunnen winnen. De Rotterdammers laten het aan hun hart niet komen, in de catacomben blèrt de dansmuziek snoeihard. Een traditie, als Feyenoord wint. Tim Smolders zinkt weg met de rest, het is vandaag zijn dagje niet.

En de RBC-supporter ? Hij danst niet, maar bidt om betere tijden en een warmer stadion, terwijl hij fietsend de nacht in trekt. Maar die tijden zijn nog niet voor direct, het weekend erop verliest RBC van NEC met 3-0. K4 zit in nesten.

Dit verhaal kadert in een reeks bezoeken aan buitenlandse stadions binnen een straal van 250 km rond Brussel.

door Peter T’Kint

Nog maar vijf jaar geleden was RBC een club van cowboys.

Tim Smolders zinkt weg met de rest, het is vandaag zijn dagje niet.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content