KANTELMOMENT

De voertaal van het voetbal is optimisme. Ieder jaar begint elke ploeg van nul. Alles is weer mogelijk. Net als bij een nieuwe liefdesaffaire. Bij de start van elke competitie worden alle topploegen kampioen en geen enkel team degradeert. De Rode Duivels zouden al Europees en wereldkampioen geworden moeten zijn.

De geschiedenis blijft zich herhalen. Vorige week was het alweer raak. Club Brugge zal Europees overwinteren en de kans is reëel dat het in de Champions League is, zoals AA Gent op het vorige kampioenenbal. Het is de complete negatie van de uitzonderlijke prestatie die Hein Vanhaezebrouck en zijn spelers leverden en van het feit dat Valencia, Wolfsburg en Zenit op dat moment in crisis waren.

Anderlecht, AA Gent en Racing Genk – voor Standard bestaan wel wat twijfels – mogen zich ook al bijna opmaken voor een Europese lente. Onze clubs waren de jongste jaren internationaal immers nooit zo sterk. Terwijl de Jupiler Pro League deze zomer vijf ex-Gouden Schoenen zag vertrekken en de managers van onze toppers vorige week met een boodschappenlijstje van hier tot in Tokio rondliepen in de spelersbazaar.

Gelukkig is er nog onze Gouden Generatie, die twee dagen geleden aan de voorbereiding op het WK is begonnen. Met een nagenoeg volledig nieuwe staf. Bijna allemaal buitenlanders. Is daar iets mis mee? Absoluut niet. Op voorwaarde dat ze echt top zijn.

Vorige week maakte ik voor het eerst kennis met Roberto Martínez. Een uitermate charmante man en alleen al om die reden wens ik hem alle succes. In de meeste commentaren krijgt de Spanjaard echter niet meer dan het voordeel van de twijfel. Terecht, je kunt moeilijk beweren dat hij beantwoordt aan het profiel van een echte topcoach. Het enige wat Roberto Martínez gewonnen heeft, is de FA Cup met een clubje als Wigan Atlethic. Een fraaie prestatie, maar datzelfde seizoen degradeerde de club. Jan Ceulemans won de beker met Westerlo en Ariël Jacobs zelfs met La Louvière. De Diegemnaar werd nadien wel nog Belgisch kampioen met Anderlecht en Deens kampioen met FC Kopenhagen. Na Wigan tekende Martínez daarentegen voor één schitterende en twee dramatische campagnes met Everton, waar hij vorige lente ontslagen werd.

Dat Martínez een grote naam durfde binnen te halen in zijn trainersstaf getuigt van lef. Thierry Henry, niet de T1 of de T2, wordt de vedette van de show, terwijl een T3 altijd in de schaduw moet staan. Trainer is bovendien een vak dat je moet leren en waarvoor niet iedere topvoetballer geschikt is. Ethisch gezien ligt het ook moeilijk dat Henry op de Engelse televisie geregeld commentaar zal moeten geven over een aantal Rode Duivels. Arsène Wenger eiste dat hij dit opgaf om bij de jeugd van Arsenal aan de slag te mogen blijven, maar de tv betaalt Henry vijf miljoen euro per jaar. Daarvoor moet Martínez bijna vijf jaar aan het roer blijven in de Houba de Strooperlaan.

Onbegrijpelijk dat er niet voor een Belgische verankering in de trainersstaf werd gekozen. Iemand die Rode Duivel is geweest en de bondscoach de gevoeligheden bij spelers, publiek en pers kan meegeven. Er is sportief directeur Chris Van Puyvelde, heet het bij de bond. De vroegere assistent van Trond Sollied heeft echter nooit op het hoogste gewerkt als hoofdtrainer, zelfs niet in België.

Voorlopig moeten we ons echter niet te veel zorgen maken. De Rode Duivels staan voor een gemakkelijke WK-voorronde en kunnen eigenlijk niet naast de kwalificatie grijpen. Dit kan echter een kantelmoment worden voor onze nationale voetbaltrots. De hype lijkt weer helemaal weg. Een week geleden waren er slechts 18.000 tickets verkocht voor een oefenpartij tegen Spanje die een halfjaar geleden uitverkocht was. Voor de kwalificatiepartij tegen Bosnië-Herzegovina (de mooiste affiche van de voorronde) worden tickets aangeboden voor twintig euro. Het leek even of Marc Wilmots bondsvoorzitter was geworden.

Ook sommige clubs worstelen met de publieke belangstelling. Anderlecht bood de voorbije weken familietickets aan voor de matchen tegen Slavia Praag en AA Gent. Heel sympathiek, maar het is zorgwekkend dat het Astridpark – het kleinste stadion van de topclubs – niet vol loopt voor de eerste topper van het seizoen. Geen wonder dat zelfs bij topclubs stemmen opgaan om de play-offs op te doeken en terug te keren naar een topklasse met twintig ploegen.

DOOR FRANÇOIS COLIN

‘Het is zorgwekkend dat het Koning Boudewijnstadion en het Astridpark niet uitverkocht geraken.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content