Noliko Maaseik en Jelte Maan begonnen sterk aan het seizoen.

Op de tweede speeldag stond met het duel tussen de twee Champions Leaguespelende teams VC Euphony Asse-Lennik en Noliko Maaseik de eerste topper van de Liga A op het programma. De eerste set moest Maaseik nog aan de thuisploeg laten, maar nadien trok de landskampioen het laken naar zich toe.

“Aanvankelijk hadden we het tactisch wat moeilijk, omdat we tegen een totaal nieuw team speelden”, aldus receptiehoekspeler Jelte Maan (25), de Nederlandse international die aan zijn vierde seizoen in Maaseikse loondienst is begonnen. “In de loop van de wedstrijd kregen we er wat meer vat op en zetten we ze ook meer onder druk. Voor een ploeg die nog weinig automatismen heeft, is het dan heel moeilijk om onder die druk uit te komen.”

‘Het eerste gewin is kattengespin’, luidt de zegswijze die met het play-offsysteem nog meer waarheid bevat. Maar Maan vindt de zege tegen Asse-Lennik toch waardevol. “Mentaal is het wel belangrijk om meteen te laten zien dat je klaar bent voor de opdracht.”

Dat bleek een week eerder ook al in de supercup, waarin bekerwinnaar Knack Roeselare vlot werd opzijgezet. Geen van beide overwinningen mocht een verrassing heten, want het team van Noliko kan veel meer dan dat van zijn twee grootste uitdagers bogen op de automatismen van vorig seizoen. Pieter Verhees kwam het midden versterken en verder veranderde het basisteam van Maaseik enkel van opposite. “We raakten wat ervaring kwijt, maar gezien de kwaliteit van de nieuwkomers zijn we zeker niet verzwakt qua individuele klasse”, meent Maan. ” Wannes Rosiers verbaasde me in positieve zin. Hij was bij Averbode en Halen al een goeie hoofdaanvaller, de stap naar Maaseik is toch groot. Hermans Egleskalns moet nog wennen aan de speelstijl. Maar hij heeft zo veel potentieel dat we nog heel mooie dingen van hem gaan zien.”

Maaseik doet het dit seizoen met een receptiehoekspeler minder, maar daar ziet Maan geen graten in. “Er zouden er al twee geblesseerd moeten raken om een probleem te veroorzaken. Uiteindelijk kwam Dennis Deroey de vorige campagne niet vaak aan spelen toe. Toen hebben we ook al heel wat opgelost met zijn drieën. En op training vind ik het eerlijk gezegd zelfs fijner met drie receptiehoekspelers dan met vier.”

DOOR ROEL VAN DEN BROECK

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content