Gevonden in Sportleven van 16-17 januari 1922 : “De grote Engelse voetbalfederatie heeft het beoefenen van vrouwenvoetbal verboden op de terreinen van de bij haar aangesloten clubs. Wilden de Engelse bestuurders aan antifeminisme doen ? Meenden zij – net als wij trouwens – dat voetbal te brutaal en te vermoeiend is voor vrouwen, die niet robuust genoeg gebouwd zijn om de aanrakingen van de botsingen en de schoten op de borst of in de buik te ondergaan ? De Engelse bond zegt hier niets over : ze beveelt, punt aan de lijn (…)”

Zo erg als toen is het gelukkig niet meer en de tijd van de vrouw aan de haard is ook al lang voorbij, maar toch blijft topsport een mannenwereld. Om het daarin te maken moet je als vrouw keihard knokken, tegen jezelf, de buitenwereld en alle vooroordelen, zo blijkt uit de interviews in dit nummer. Klimster Muriel Sarkany kreeg pas erkenning nadat ze al vijf wereldbekers en een wereldtitel had gewonnen. Surfster Sigrid Rondelez reisde op haar achttiende moederziel alleen de wereld rond om haar droom te verwezenlijken. Na een dag voor de klas rijden onze twee vrouwelijke voetbalinternationals nog vijftig kilometer ver om te trainen, terwijl ze aan hun sport geen euro overhouden. Toen Marleen Renders zwanger werd, haakte haar coach af, maar zij bleef vechten en kwam zelfs sterker terug. Drie jaar geleden maakte topref Nicole Petignat een zware fout. Dagenlang kreeg ze de media over zich heen, ze overwoog zelfs om te stoppen, maar zette door. Sophie Kumpen, nu mevrouw Jos Verstappen, werd bij het karten niet au sérieux genomen door haar mannelijke collega’s. Niet genoeg kracht, zo heette het, maar ze is wel de eerste vrouw die het tot Belgisch kampioen schopte.

Waarom blijft topsport vooral een mannenwereld ? We zitten nu eenmaal opgescheept met 10.000 jaar evolutie, waarbij mannen in wezen jagers zijn, niets ontziend gericht op één doel, en vrouwen geprogrammeerd zijn om bessen te plukken, met één oog op dreigend gevaar, een ander op spelende kinderen. Misschien missen te veel vrouwen daarom het egocentrisme dat nodig is om de top te bereiken. Reken daar nog eens 2000 jaar traditie bij, waarbij jongetjes geprezen worden om geldingsdrang en prestatiedrift, terwijl meisjes leren om meegaand en zorgzaam te zijn. Misschien zetten te veel vrouwen daarom hun eigen ambities nog te vaak opzij. En moeten ze ook niet te vaak opboksen tegen de perceptie van vrouwensport als inferieur, mee opgehangen door generaties mannelijke journalisten ?

De prestaties van mannen en vrouwen vergelijken is sowieso zinloos. Mannen zijn fysiek nu eenmaal niet in te halen door vrouwen. Maar is een honderdmeterfinale bij de vrouwen dan zo veel minder boeiend omdat ze één seconde trager lopen dan de mannen ? Gaat het niet om strijd, spanning, drama, emoties, atleten die hun lichaam tot het uiterste drijven, in ruil voor een stukje onsterfelijkheid ?

Wat de sportvrouwen in dit nummer kenmerkt, is de vastberadenheid om hun doel te bereiken. En over één ding zijn ze het eens : aan de top heb je ofwel geen partner, ofwel eentje die voor honderd procent op dezelfde golflengte zit. Iemand die zijn eigen ambities terugschroeft en zich onbaatzuchtig in de schaduw zet. Mannen die dat voor een vrouw doen, zijn voorlopig nog een rariteit, omgekeerd is het al langer vanzelfsprekend. In beide gevallen dwingt het respect af en dit speciale Valentijnsnummer zou de bal misslaan als ook aan die mensen geen forum wordt gegeven.

door Carline Collignon, Loes Geuens en Inge Van Meensel

door Carline collignon, Loes Geuens en Inge Van Meensel

De prestaties van mannen en vrouwen vergelijken is zinloos.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content