‘Koersen is schaken en daarin is Philippe een grootmeester’

© belgaimage

Hij stippelt sinds vorige winter de trainingsschema’s van Philippe Gilbert uit, maar na diens succesvol voorseizoen wil Tom Steels (45) allerminst pluimen op zijn hoed steken. De puzzel bestaat immers uit meer stukken. De ploegleider/coach van Quick-Step legt ze allemaal samen.

Winnaarsmentaliteit

‘Hét beeld dat me van het voorbije voorseizoen het meest bijblijft, is dat van Philippe direct na zijn val in de Amstel Gold Race. De ijzige kalmte waarmee hij zijn Garmin goed plaatste, weer op zijn fiets stapte… Om dan, zonder een spoor van paniek, de achtervolging achter de ploegauto’s in te zetten, als een schicht weer zijn plaats vooraan in het peloton in te nemen, en tegen zijn ploegmaats te zeggen: ik kan winnen.

‘Een cool die alleen grote kampioenen hebben. Phil zit zo ín de wedstrijd dat hij je soms niet eens hoort als je naast hem rijdt met de wagen. Weinigen die ook zó tot op de bodem kunnen gaan. Zoals tijdens de slotkilometers van de Ronde van Vlaanderen – toen Philippe vollédig stuk zat en toch standhield -, of zoals na die val in de Amstel. Neen, pijnstillers heeft hij toen niet gekregen, die koers heeft hij puur op adrenaline uitgereden. Voor een niet-sporter misschien moeilijk te begrijpen, maar dat effect, alleen al de endorfine die door je lijf stroomt tijdens zo’n hevige, langdurige inspanning, mag je écht niet onderschatten. Daardoor viel de pijn van die gekneusde nier tijdens de koers relatief mee. Pas na de podiumceremonie begon die op te steken, weliswaar ook niet in die mate dat hij crepeerde van het zeer.’

Tactisch brein

‘Koersen is schaken, en daarin is Philippe een grootmeester. In het (positief) manipuleren van zijn tegenstanders, in het theater spelen, in het ruiken van het juiste moment om aan te vallen. Vaak ook knal erop met zijn voorspelling over wanneer de koers zal openbreken, wat hij dikwijls zélf afdwingt. Ik zou als renners echt niet graag met hem de finale ingaan. Zó onvoorspelbaar, en toch heel beredeneerd.

‘Viel me ook op: Phil kan na één verkenning een parcours meter voor meter in zijn hoofd opslaan, zoals tijdrijders dat goed kunnen. Al heeft hij zich wel moeten aanpassen aan de specifieke manier van koersen in de Vlaamse wedstrijden, vooral in het positioneren naar de hellingen. In de Omloop liet hij zich nog te veel wegdrummen en werd hij ‘pas’ dertiende, terwijl hij conditioneel goed genoeg was om mee te gaan met Sagan en Van Avermaet. Hetzelfde in Kuurne, waar Patrick Lefevere opmerkte dat hij te veel achteraan koerste. Daarna heeft Philippe een klik gemaakt: niet te veel sparen in de wielen, agressiever zijn plaats afdwingen, door desnoods zélf op kop te rijden, zoals in de Ronde van Vlaanderen in aanloop naar de Muur. Dat kost ook energie, maar minder als je van veel te ver moet terugkomen.

‘Van in het begin waren we er ook van overtuigd dat Phil het meest zou profiteren van de collectieve sterkte en de offensieve ingesteldheid van onze ploeg. Omdat hij graag de koers ver voor de finish openbreekt, weliswaar altijd aan de hand van een vooraf bepaald raceplan. Zoals in de Ronde doortrekken op de Muur, of in de Amstel een bommetje gooien in de zone van de Kruisberg. Al is Philippe dan wel zo slim om niet te veel met zijn krachten te woekeren en energie over te houden voor de finale – zelfs in de Ronde heeft hij in het begin van zijn solo zich nog een beetje gespaard. Met die vroege aanvallen begreep hij ook dat hij kon profiteren van de (te) grote focus van veel renners en teams op ‘superman’ Sagan, die echter geen ploeg had om de koers te controleren.

‘Heel jammer dus dat Philippe forfait moest geven voor de Waalse Pijl en vooral voor Luik-Bastenaken-Luik. Hij was de ideale man geweest om op de Roche aux Faucons (twintig kilometer voor de finish, nvdr) mee te gaan in de groep met onder meer Tim Wellens. Dat had de koers een heel ander gezicht kunnen geven, want nu hebben vooral wíj gereden om die ontsnapping terug te halen. Met Phil in de aanval, en Daniel Martin in een zetel daarachter, had Valverde allicht vroeger uit zijn schelp moeten kruipen. En dan wil ik het nog eens zien. Philippes honger na de Amstel was alleszins nog niet gestild: hij voelde zich écht klaar voor een nieuwe Ardense triple, na die van 2011.’

Benen

‘Wat me, bij het bekijken van Philippes wattagegegevens, meteen opviel: hij heeft een enorme versnelling over dertig seconden in de benen, en kan dat hoge vermogen ook enkele minuten aanhouden. Er wordt gezegd dat hij nu vooral teert op zijn uithouding en kracht, en aan explosiviteit heeft ingeboet in vergelijking met zijn superjaar 2011, maar dat zal miniem zijn. Gezien hoe Phil in de E3 Prijs op de Tiegemberg een topper als Oliver Naesen eraf reed en zelfs Van Avermaet – samen met Sagan nu dé ‘puncher’ – het héél lastig maakte? Hoe hij in Harelbeke de sprint van Greg alleen verloor door een táctische fout? Hoe hij in de Amstel met Kwiatkowski wegknalde op de Bemelerberg en de Pool, die Sagan toch klopte in Sanremo, nog vlot remonteerde aan de finish?

‘Sommigen wijzen dan op zijn leeftijd (bijna 35, nvdr), maar waarom kunnen veel renners minder accelereren naarmate ze ouder worden? Omdat ze vergeten die snelheid te onderhouden op training. Zowat het enige wat ik heb beklemtoond bij Philippe: laat dat korte, intensieve werk, óók in de winter, nooit vallen. Sowieso testte hij zijn benen al eens op een helling – er zijn er genoeg in de buurt van Monaco -, maar dat heeft hij meegenomen.

‘Verder gingen onze gesprekken vooral om details – uithouding trainen op een vlák parcours, steile klimmetjes gebruiken om kracht én weerstand op te bouwen -, want Philippe weet na al die jaren voor 98 procent hoe hij zijn conditie moet opbouwen, hoe hij ook zijn ideale competitiegewicht moet bereiken. En heel belangrijk: wanneer hij moet rusten. Veel jongeren fietsen op een slechte dag toch vijf uur en trainen zichzelf kapot. Toppers, zoals Phil, volgen hun schema voor 70 procent, en gaan voor de rest af op hun gevoel. De beste trainer van een coureur is hijzélf. Ik heb in samenspraak met Philippe wel wekelijks zijn schema opgesteld, maar heb hem heus niet elke dag gebeld, of gecontroleerd of hij zijn trainingsgegevens had doorgestuurd. Dat heeft hij ook graag, die vrijheid – geen keurslijf voor hem.

‘De enige ‘grote’ verandering was zijn competitieprogramma. Na de Ronde van Valencia, begin februari, heeft Phil tot het Belgisch openingsweekend drie weken niet gekoerst, terwijl hij de voorbije jaren altijd twee, drie korte rittenwedstrijden reed. Een bewuste keuze, met oog op zijn druk voorjaar tot en met de Waalse klassiekers en de – toen nog geplande – Giro. Dat is heel goed uitgevallen: hij heeft in die drie weken een brede basis kunnen leggen en gericht kunnen trainen.

‘Dat Philippe nu helemaal anders of veel meer heeft getraind dan bij BMC en dat hij daarom nu zo veel beter presteert, is dus onzin. Alsof ze bij BMC geen topbegeleiding hebben, alsof Phil er daar vijf jaar met zijn pet naar gegooid heeft… De perceptie leeft dat hij sinds 2011 geen platte prijs behaald heeft, maar hij won wel het WK en het BK, de Amstel, de Brabantse Pijl, drie ritten in de Vuelta, twee in de Giro… Veel renners zouden voor zo’n palmares tekenen over hun héle carrière. Alleen wordt Philippe altijd afgemeten aan zijn ene superjaar. Zo’n seizoen beleef je echter slechts één keer. Tom Boonen weet er, na 2012, alles van.

‘Conclusie: fysiek was Phil dus 100 procent. Máár: op topniveau maak je daarmee alleen niet het verschil.’

Fiets

‘Dikwijls onderbelicht, en toch zó belangrijk: de fiets. Met zijn nieuwe Specialized was Phil zo blij als een kind. Een verademing in vergelijking met de BMC waarmee hij de voorbije jaren koerste. Dat zegt níéts over de kwaliteit van die fiets – Van Avermaet wint ermee -, maar Philippe voelde zich er niet goed op. Waaróm precies is heel moeilijk meetbaar, want vaak heel persoonsgebonden.

‘Volgens Phil heeft hij op zijn Specialized nu weer zijn positie van 2011 – toen hij met een Canyon reed – teruggevonden. Nochtans is daar weinig of niets aan veranderd. Maakt de strakheid van de fiets dan het verschil? Of past zijn lichaamsbouw en/of traptechniek beter bij de Specialized waardoor hij zijn kracht beter op de pedalen kan overbrengen? Geen idee. Het uitdagende aspect trouwens van het wielrennen: er zijn nog zo veel zaken die we níét weten.

‘Feit is dat alleen al die nieuwe fiets Philippe een mentale boost gaf. Zeker voor een materiaalfreak die van alle laatste snufjes op de hoogte is – hij heeft niet toevallig een fietsenwinkel in Monaco – en héél precies weet met welke wielen, tubes, bandendruk hij wil rijden.’

De ploeg(sfeer)

‘Philippe die in Parijs-Nice in ijzig regenweer – zónder handschoenen – in de finale van de tweede etappe nog een solo van 14 kilometer opzette, opboksend tegen een jagend peloton. Die in de eerste rit van de Driedaagse De Panne-Koksijde iedereen aan flarden reed en naar de zege soleerde, terwijl hij zich had kunnen sparen voor de Ronde van Vlaanderen: het plezier spatte van hem af. Dat had veel, zo niet alles, te maken met zijn nieuwe omgeving bij Quick-Step, waar die voorjaarskoersen echt leven: bij mecaniciens, verzorgers, ploegleiders, renners… Een groep met stuk voor stuk supergedreven toppers waar zelfs de ‘helpers’ winnen, waar iedereen evenveel inspraak heeft, waar iedereen elkaar omhoog stuwt, zonder te klagen keihard werkt… En: elkaar vooral ook succes gunt. Een sociaal iemand als Philippe bloeit helemaal open in zo’n kameraadschappelijke sfeer. De blijdschap op zijn gezicht na de zege van Yves Lampaert in Dwars door Vlaanderen, en zijn tweede plaats, zei álles.

‘Het is echt geen toeval dat veel renners minder presteren als ze bij ons vertrekken, of omgekeerd, beter presteren als ze bij ons komen. Die sterkte van de groep, de ambiance, en het koersplezier dat Phil daardoor heeft teruggevonden, was – nog meer dan training, voeding, materiaal, tactiek…- dé sleutel tot zijn succes.’

DOOR JONAS CRETEUR – FOTO’S BELGAIMAGE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content