“Onlangs”, zegt Krist Porte, “was ik op Lokeren-Westerlo en misschien komt dat raar over, maar ik zei toen tegen een paar vrienden dat ik me niet kon voorstellen dat ik zeventien jaar gevoetbald had. Die tijd is zo gevlógen dat het voorbij was voor je het wist. Het is een wereld apart waarin je meedraait zonder erbij na te denken, gewoon omdat het je broodwinning is. Maar ik heb er veel plezier aan beleefd en het geeft je toch een voorsprong in het verdere leven omdat je op jonge leeftijd veel dingen meemaakt. Ik bedoel : de contractbesprekingen die ik gezien heb, dat komt mij nu van pas in mijn job als vertegenwoordiger bij Jartazi, dat de sportkledij maakt waar onder andere Lokeren mee speelt. Als ik nog eens naar eersteklassevoetbal ga kijken, is het meestal op Lokeren. We beschikken daar over een aantal plaatsen om te eten en vrijkaarten voor onze klanten.”

Zeven jaar al werkt Porte in de sportkledingsector, wat uiteindelijk niet meer te combineren was met het voetbal, waarmee hij twee jaar geleden definitief stopte. Ofschoon hij aan dik vierhonderd wedstrijden in eerste klasse komt en achtereenvolgens voor Gent, Antwerp, Eendracht Aalst, Westerlo, VVV en drie maanden in Beringen speelde, met een intermezzo in Israël, zal Krist Porte het meest herinnerd blijven als de man die door Gilles De Bilde werd neergeslagen. “Ach,” zucht hij, “de mensen blijven daar altijd op terugkomen. Ik moet nu een bril dragen en bij zware inspanningen krijg ik hoofdpijn en zo, dus ik ondervind er nog last van, ja. Dat komt soms over als een klaagzang, maar ik kan moeilijk zeggen dat het niet zo is als het wel zo is. Verder heb ik daar met De Bilde geen contact meer over gehad.”

Hoogtepunten voor Porte waren de Europese kwartfinales met AA Gent tegen Ajax en de drie keer dat hij Europees speelde met Antwerp. “Eigenlijk zie ik alleen maar hoogtepunten : ik vond elke wedstrijd de moeite waard.” Hij mist het voetbal niet. “Je hebt altijd wel eens een periode dat je zegt : ik zou graag nog eens voetballen. Maar ik leid een volledig ander leven nu. Vroeger keek je uit naar het weekend om te presteren, nu kijk je ernaar uit om te genieten. Er is me een paar keer gevraagd om trainer te worden, maar daar heb ik nu de tijd niet voor. Ik ben al blij als ik eens op zaterdagnamiddag kan mountainbiken. Ik heb mijn bezigheid met mijn job, want je krijgt ook daarin niets voor niets.” (RDG)

door Raoul De Groote

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content