‘LAAT DE MENSEN MAAR DENKEN DAT IK DOM BEN’

© BELGAIMAGE

Eljero Elia (30) was de eerste en enige speler van Feyenoord die afgelopen zomer al compromisloos over een titel sprak. Na de 2-1-overwinning tegen PSV zijn de Rotterdammers weer een stapje dichter bij de droom. ‘Ik wilde in de zomer al een statement maken.’

Het is de zomer van 2015 als Eljero Elia een besluit neemt. Hij is transfervrij en dat is het moment om te cashen. Er ligt een gigantisch goed contract in Saoedi-Arabië voor hem klaar. Maar hij volgt zijn eigen weg. De aanvaller wil weer plezier. Hij wil terug naar Nederland. Elia belt zijn zaakwaarnemer. Die is heel even sprakeloos.

‘Feyenoord?’

‘Ja, bel ze maar.’

Technisch directeur Martin van Geel is een dag later ook even stomverbaasd.

‘Elia?’

De zaakwaarnemer bevestigt. ‘Ja. Feyenoord en niets anders wil hij.’

Van Geel hoeft niet lang na te denken. ‘Geweldig, maar dat lukt echt niet. Hij is transfervrij, maar Feyenoord kan zelfs die categorie niet betalen.’

Elia grinnikt als hij eraan terugdenkt. ‘Klopt. Toen ik dat hoorde, heb ik meteen ingegrepen: we komen er wel uit. Ik heb flink ingeleverd. Maar ik vond Feyenoord altijd al echt bij mij passen. Dat agressieve dat bij die club hoort, heb ik ook. Hier gaat het niet om een paar flitsende acties alleen. Als je in Rotterdam laat zien wat je kunt en je gaat negentig minuten tekeer, dan is het hier goed. En daarbij heeft Feyenoord goed voor me gezorgd met wat bonusjes voor de beker en Europees voetbal.’

Hoogstpersoonlijk helpt hij Feyenoord in 2016 met een doelpunt aan de eerste prijs in acht jaar. Maar niet de hoofdprijs waarvoor hij kwam. Zijn 2-1 tegen FC Utrecht is goed voor de bekerwinst. Prompt tekent Elia bij en gaat hij dit seizoen mee naar het trainingskamp in Oostenrijk. Daar rept niemand met een woord over de titel. Trainer Giovanni van Bronckhorst wijst desgevraagd op het sprookje van Leicester City, om maar aan te geven dat we het echt over wonderen hebben. Dirk Kuijt wil niet verder gaan dan ‘zo lang mogelijk mee blijven doen’. Het voelt vreemd, want het brandende verlangen is bijna voelbaar. Maar de code is duidelijk: geen woord over de titel. Totdat Elia op de laatste dag naast ons komt zitten in de hotellounge en rustig zegt: ‘Schrijf maar op. Ik weet dat ik het beter niet kan zeggen. Maar wij gaan voor het kampioenschap.’

Nu, een half jaar later, praat de hele selectie hem na. De hoogste tijd voor een nieuw gesprek dus. Natuurlijk weet Elia nog dat hij dat zei. ‘Soms moet je een statement maken. Feyenoord hoort bovenaan te staan. En geschiedenis te schrijven. Met de kwaliteiten in deze groep hadden we vorig jaar al kampioen kunnen worden.’

Als je de archieven doorspit over jouw loopbaan, dan duizelt het bijna.

ELJERO ELIA: ‘Ik ben eigenlijk heel saai, ik ben elke dag thuis.’

Je bent vader van drie kinderen, hebt net een cocktailbar geopend in Den Haag, je bent mede-eigenaar van het succesvolle kledingmerk BALR, beweegt je in de muziekscene en je speelt voor Feyenoord.

ELIA: ‘En dat kan makkelijk. Je kunt veel van op afstand doen, geloof me, ik ben maar met één ding echt bezig: kampioen worden met Feyenoord. Vroeger durfde ik geen concertje te promoten op een vrijdag in een trainingskamp. Wat een onzin! Ik verstop me niet meer. Je moet je aanpassen, maar als je jezelf te veel aanpast, ben je niet meer vrij. Dan ben ik Eljero niet. Laat mensen maar praten. Zolang mijn kinderen gelukkig en gezond zijn, kan niemand mij breken.’

Laat ze maar praten?

ELIA: ‘Nu raakt het me niet meer. Vroeger lag de mening van anderen gevoeliger. Zoals bij ADO, toen trainer Lex Schoenmaker zei dat ik een maandagvoetballer was, dat ik iemand was die alleen op maandag in het tweede elftal kon presteren. Die uitspraak had ik vanaf de eerste dag bij FC Twente in mijn kop en ik speelde me binnen een half jaar in het eerste.’

En vertrok je een seizoen later voor tien miljoen euro naar Hamburger SV. Maar van het etiket ‘lastige jongen’ kwam je niet af. Ligt dat aan Nederland? Ook jongens als Clarence Seedorf en Edgar Davids liepen daartegenaan. Winston Bogarde vatte zijn loopbaan zelfs samen met de woorden: ‘Deze neger buigt voor niemand.’

ELIA: ‘Ik denk dat het opstaan voor jezelf is. Als het niet op de makkelijke manier kan, dan ga je het op een moeilijke manier doen. Je moet niet buigen. Wil je een meeloper zijn of de man die je bent? Ik wil dat laatste. Dan zeggen ze allemaal dingen over je die nergens op slaan. Ze kennen je nog niet eens! Als je hoort wat mensen over je zeggen, is dat best bizar. Daar moet je gewoon mee dealen. Doe ik dat niet, dan ben ik niet echt. En ben ik niet echt, dan ben ik niets.’

IN DE BOEIEN

Google is meedogenloos. Je rijdt 280 kilometer in een straatrace over een Duitse ringweg, je zit vast, je rijdt auto’s in de prak, slaat er in een club op los.

ELIA: ‘Allemaal verhalen. Maar wat kan ik doen? Iedereen leest ze en als de waarheid duidelijk wordt, herinnert iedereen zich toch nog dat eerste verhaal. Je kunt je ook niet verdedigen. Ik lach erom, maar ik denk wel soms: Eljero, waarom breng je jezelf in die posities?’

En wat is dan het antwoord?

ELIA: ‘Dat ik er niets aan kan doen. Ik ben bekend. Neem die autorace. Ik lag te slapen naast de broer van Marko Arnautovic, die ons reed. Ik heb niet eens meegekregen dat hij werd aangehouden en ruzie kreeg met een agent. De volgende dag was het op de radio. Ik vraag Marko voor de training wat er aan de hand is. Even later waren we allebei geschorst door Werder Bremen.’

Dan ben je een paar dagen in Nederland en word je aangereden. Meteen een grote foto van jou voor je Bentley overal op sociale media.

ELIA: ‘Die foto was in elkaar gezet door een fotograaf, die mij voor die gedeukte auto had geshopt. Ik wilde die wagen verkopen, dus even snel die Bentley wassen en weer naar huis. Dan rij ik de brug op en beng, rijdt er iemand zó in mijn zijkant. Daarna hoor je de verhalen: Eljero dronken achter het stuur, Eljero veroorzaakt aanrijding, Eljero geeft geen moer om zijn auto, om zijn luxe, hij zou het geld beter aan andere mensen kunnen geven…’

Dan zit je vervolgens vorig seizoen ineens in de gevangenis.

ELIA: ‘Ik heb de gekste dingen meegemaakt, dit was de tweede keer al dat ik werd opgesloten. De eerste keer was ik zestien of zeventien. Er was een of andere vent die kleren ging ophalen in een winkel en dan werd er met de creditcard iets gedaan. Ik weet niet precies wat. Hij ging in elk geval iedere keer weg zonder te betalen. De jongen die ze daarvan verdachten, leek op mij. Dus werd ik met mijn keurig afgerekende nieuwe T-shirt in mijn tasje aangehouden, boeien om en mee naar het politiebureau. Kon ik niet voetballen bij ADO. De politie heeft later nog wel gebeld met de club en de trainer om het uit te leggen.’

Net zoals vorig jaar Feyenoord en de trainer te horen kregen dat je naar het bureau moest.

ELIA: ‘Moest ik me na de wedstrijd tegen Vitesse melden op het bureau. Ik wist genoeg, ik heb mijn telefoon in de auto laten liggen en werd meteen vastgezet. Ze hadden zelfs de telefoon van mijn vriendin getapt. Dat ging over een vechtpartij, maar ik was er niet eens bij. Ik heb die jongen niet aangeraakt. Ik had BALR-spullen meegegeven voor een optreden van Chris Brown. Toen is die oude vriend daar de kleedkamer ingegaan en heeft hij alles gestolen. Dan weet je dat ze je gaan zoeken. Heb ik hem eerst nog geholpen en geregeld dat hij het kon terugbetalen. Maar daarna was hij een tijd weg en toen dook hij op in een club. Heeft hij klappen gehad. Maar ik was allang thuis. Uiteindelijk is het afgedaan met een boete van achthonderd euro. Die heb ik maar betaald om ervan af te zijn.’

Er zit ook wel een beetje een rebel in je, toch?

ELIA: ‘Echt niet. Ik ben een rustige jongen. Ik leef voor mijn gezin. Gewoon naar Euro Disney met z’n allen in de afgelopen winterstop. Op het veld ben ik wél een rebel. Dan wil ik mensen kapotmaken. Het liefst zo gruwelijk mogelijk. De tegenstander slopen.’

Je hebt de kans veel geld te pakken in de zandbak, je voor het leven binnen te spelen en dan zeg je tegen je zaakwaarnemer: bel Feyenoord maar. Dat staat haaks op het beeld van de op glamour beluste Elia.

ELIA: ‘Daarom zeg ik eigenlijk altijd: laat mensen maar denken dat ik dom ben. Snap je dat?’

Niet helemaal, maar dat maakt niet uit. Op het veld valt het op hoe agressief en gretig je bent. Toch leek je bij je terugkeer meer een passer geworden dan een flitsende vleugelspits.

ELIA: ‘Grappig dat je dat zegt. Ik gaf steeds meer steekpassjes in plaats van zelf te gaan. Daar heeft de trainer me ook op gewezen. Mijn zaakwaarnemer en de fysiotherapeut klopten ook aan. Of ik lui was geworden? ‘Ga terug naar die acties. Gebruik die snelheid weer, die wapens zijn sterk.’ Je moet soms ook luisteren, zo heb ik meer waarde voor de ploeg. Maar ik blijf het leuk vinden om op 10 te spelen. Wie weet komt dat nog. Nu moet ik brengen wat het beste is voor de ploeg en dat is mijn tegenstanders slopen.’

GROTE VADER DIRK

Waar komt dit vandaan? PSV en Ajax waren bij vrijwel alle analisten favoriet.

ELIA: ‘Ons elftal. Na die bekerwedstrijd van vorig seizoen bij Roda JC (de kwartfinale werd pas gewonnen met 0-1 na verlengingen, nvdr) wisten we het. Vanaf toen zijn we heel anders gaan spelen, in Europese stijl. Terug naar de basis, met een compact blok en van daaruit voetballen. Met Rick Karsdorp die eroverheen gaat, Dirk Kuijt die tussen de linies komt. Karim El Ahmadi en Tonny Vilhena die vanuit een blok opereren, Jens Toornstra die gevaar sticht… We komen van alle kanten. Maar wel vanuit ons blok. Daarvóór ging de helft naar voren of gingen de drie van het middenveld tegelijk en dan was het: bam, bam. Liepen we op een counter.’

Hoe kan dit Feyenoord worden gestopt?

ELIA: ‘Dat laten we niet toe. Door niet aan de Coolsingel (de straat in Rotterdam waar titels van Feyenoord gevierd worden, nvdr) te denken, maar van wedstrijd naar wedstrijd te gaan. We moeten de oude mentaliteit van Rotterdam krijgen: poetsen en niet te veel lullen. We moeten bij elkaar blijven, in elkaar geloven.’

Jij was de eerste en de enige die in de zomer een titel eiste.

ELIA: ‘Ik wilde toen een statement maken. Nu spreken we het samen uit. Tijdens het trainingskamp hebben we elkaar in het hotel de waarheid verteld. Afgesproken dat we er nu echt voor gaan. Kampioen worden en niets minder. We moeten eerlijk tegen elkaar zijn en harder. Ik vind dat we nog meer moeten communiceren. We zijn te soft. Het gaat om de kleine dingen. In de kleedkamer, scherp houden, extra krachttrainingen; dat soort dingen. Het gaat goed, maar het moet beter.’

Jullie hebben dit seizoen één keer verloren, bij Go Ahead Eagles. Desondanks had de trainer destijds complimenten voor de groep. Dat begrepen veel mensen niet.

ELIA: ‘Ik wel, het zegt ook wat over deze groep. We wisten al heel lang dat de moeder van Tonny ernstig ziek was, maar om dat van zo dichtbij mee te maken… Hij heeft ook nog een broertje en een topvader, dan zie je hoe belangrijk een gezin is. Natuurlijk hadden we moeten winnen en was er geen excuus. Maar wat er buiten het veld gebeurde, was erg bijzonder en zei alles over deze groep. Dan betekent voetbal voor mij op dat moment helemaal niets. Echt niet.’

Na het overlijden van zijn moeder stuurde je Vilhena meteen een bericht: ‘Ik ben er altijd voor jou.’

ELIA: ‘Klopt. Tonny is als een broertje voor me. De band die ik met die jongens hier in het team heb, heb ik mijn hele carrière nooit gehad. Dirk is de grote vader van de groep. Echt een topper. Hoe hij zich inleeft, hoe oud hij ook is, hij verdiept zich in al die jonge jongens. Zo is hij. Maar ik geniet er ook van als ik zie hoe Michiel Kramer ermee omgaat dat hij op de bank zit. Hij staat er wel als we hem nodig hebben. Daar mogen mensen ook weleens respect voor hebben.’

Kuijt is heilig in De Kuip. Maar jij bent meestal de tweede die wordt toegezongen door het publiek.

ELIA: ‘De meeste mensen hier komen ook uit een achterstandswijk, ze weten precies hoe het zit. Dat is net als in de kroeg als je iemand tegenkomt. Kijk je hem aan en de klik is er of niet. Hier zien ze of je werkt, of je acties lukken of niet. Dat vertrouwen is fijn. Vergeet niet dat ik heel lang niet gespeeld had, toen ik kwam. Pas dit seizoen begon ik echt fit.’

Dat zullen ze in Groningen niet snel vergeten. Je knalde Feyenoord bijna hoogstpersoonlijk naar 0-5. Over statements gesproken.

ELIA: ‘Ja, zo jammer dat ik daarna mijn schouder brak. Ik heb pas elf wedstrijden gespeeld. Pas de laatste weken was ik echt weer helemaal vrij. In het voetbal is dat niet altijd als vanzelf. Niet alleen door blessures.’

ALLEEN BIJ FEYENOORD

Voor jou is het ook tijd eens echt te gaan oogsten op het veld.

ELIA: ‘Individueel heb ik veel gewonnen. Talent van het Jaar, Bronzen Schoen, Sportman van het Jaar in Den Haag… We hebben met Feyenoord de beker gewonnen. Met Juventus was ik ook landskampioen.’

Voor een voetballer van jouw kaliber blijft dat weinig. De tijd begint te dringen. Een titel met Feyenoord zal nooit iemand vergeten.

ELIA: ‘Ik heb veel blessures gehad. Ik wil bijvoorbeeld ook nog graag meer interlands spelen, maar ik heb nog nooit wat gehoord van de bondscoach. Ik moet gewoon laten zien dat ik kan voetballen, dat ik plezier heb. Dan denk ik wel dat ik geselecteerd ga worden. Mijn enige doel is Feyenoord te brengen waar het hoort te staan. Ik hoop dat ik in de toekomst hier terug kan komen als jeugdtrainer. Als ik wat blijf doen in het voetbal, wil ik het alleen bij Feyenoord doen. Het Legioen is echt niet normaal. De sfeer is hier beter dan in welk stadion ter wereld. Ik heb hier mijn plek gevonden.’

DOOR IWAN VAN DUREN – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Laat mensen maar praten. Zolang mijn kinderen gelukkig en gezond zijn, kan niemand mij breken.’ ELJERO ELIA

‘We moeten eerlijk tegen elkaar zijn en harder. Ik vind dat we nog meer moeten communiceren. We zijn te soft.’ ELJERO ELIA

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content