Marc Hoste is voorzitter van SK Deinze, een ploeg die al aan haar elfde seizoen op rij in tweede klasse bezig is. ‘Alles zouden we doen om in tweede te blijven, behalve boven onze stand leven.’

Voor jonge voetballiefhebbers lijkt het alsof SK Deinze al zijn ganse bestaan in tweede klasse slijt. Toch speelt de geschiedenis van de club zich vooral af in bevordering en provinciale. Tot 1988 stond SK Deinze onder het voorzitterschap van George Torck, zoon van kinderrijtuigenfabrikant Emile Torck met wie hij in 1926 de club opstartte. Na tweeënzestig jaar, gaf George Torck de fakkel door aan Marc Hoste, bedrijfsleider van de firma Marco Beth, ook gevestigd in Deinze.

“Voor die tijd was SK Deinze nog een middenmoter in bevordering”, zegt Hoste. “De toenmalige bestuursploeg vond vierde klasse en eerste provinciale ideaal : zonder druk voetballen en niet te veel financiële zorgen. Wij als jongere, opkomende bestuurslui wilden promoveren naar derde klasse. Toen die ambitie gerealiseerd was, richten we, met de steun van burgemeester Boerjan, met vijftien industriëlen de NV Team Invest op : een juridische constructie die kapitaal bijeenbracht om SK Deinze financieel te ondersteunen. Team Invest, met als drijvende krachten Jean Berquin en Daniël Dossche, stond buiten SK Deinze, kocht spelers aan en verhuurde die dan aan de club. Van een zuiver financiële inbreng in de ploeg was dus geen sprake, maar als een bepaalde vertrekkende transfer geld opbracht voor Team Invest, dan kwam dat geld ten goede aan SK Deinze. In ons eerste seizoen derde klasse stootten we meteen door naar tweede klasse, waar we momenteel dus aan ons elfde seizoen op rij bezig zijn.”

Tweede klasse heet nochtans onleefbaar te zijn. Elf jaar tweede klasse is lang genoeg om te kunnen stellen dat het wel degelijk leefbaar is ?

Marc Hoste : “Tweede klasse is leefbaar, ja. Belangrijke voorwaarde is wel dat je als club een beroep moet kunnen doen op vrijwilligers en steun van de stad. Op dat vlak heeft SK Deinze absoluut niet te klagen. Zeventig vrijwilligers zijn hier dagelijks in de weer om de club te dienen. De stad betaalt voor het onderhoud van de terreinen, voor de verlichting en de omheining. Maar staan wij als club nu verder dan elf jaar geleden ? Eerlijk, er is een tijd geweest dat we een spaarpot konden opzijzetten. Toen we net in tweede klasse speelden had Deinze formidabele toeschouwersaantallen en het vrijwilligerswerk binnen de club draaide op hoog niveau. Tweede klasse voetbal was hot, iedereen in de streek droeg oranje-zwart een warm hart toe : 2800 toeschouwers elke thuiswedstrijd was in die tijd geen uitzondering. Had je me toen gevraagd naar de leefbaarheid in tweede klasse, dan had ik geantwoord : absoluut en heel goed zelfs. Maar dat is toch allemaal gekeerd, hoor. Sinds enkele seizoenen heeft SK Deinze het financieel weer een pak lastiger en halen we met moeite 1000 toeschouwers per wedstrijd.”

Vanwaar die kentering ?

“Vijf, zes, zeven jaar tweede klasse : dat begint te vervelen. Weinig attractieve tegenstanders, de euforie na de dubbele promotie in 1992 en 1993 ebde weg. Gevolg : supporters blijven liever thuis en kwamen niet meer kijken. Er was een zekere gewenning en ook de sponsors haakten af. Ik heb Team Invest zelf ontbonden. Door het arrest Bosman viel al het nut van de NV weg. In die periode begon SK Deinze sportief af te zwakken : zo zijn we een speler of vijf, zes kwijtgeraakt. Het bestuur besloot terug te vechten en we staken de koppen bij elkaar : alles zouden we doen om in tweede te blijven, behalve boven onze stand leven. Geen te dure contracten afsluiten, alles financieel rond krijgen, geen achterstallige betalingen bij de RSZ laten openstaan. Jarenlang klampen we ons nu al vast aan hetzelfde financiële plaatje (750.000 euro voor de eerste ploeg, 100.000 euro voor de jeugd) en we spelen nog altijd, zij het soms met geluk, in tweede nationale. Waarom zeg ik geluk ? Omdat het toenmalige KFC Turnhout in 2001 naast een licentie voor tweede klasse greep, mochten we van de bond in tweede klasse blijven alhoewel we dat jaar normaal gezien moesten degraderen. Hadden we die meeval toen niet gehad, dan had ik de toekomst van SK Deinze somber ingezien : minder sponsoring, minder toeschouwers, vrijwilligers die afhaken…”

Neigt Deinze naar derde klasse of leeft hier nog ambitie voor een promotie naar eerste klasse ?

“Een moeilijke vraag. Enerzijds moet ik realistisch zijn : we zitten hier in de buurt al met AA Gent, Club Brugge, Cercle Brugge, Moeskroen, Zulte-Waregem… Dan denk ik dat het heel moeilijk is om er nog eersteklassers in de omgeving bij te nemen. Maar natuurlijk, stel nu dat Deinze de kans krijgt om naar eerste te gaan, via de eindronde bijvoorbeeld, wat dan, hé ? Zeg mij dan eens wat we moeten gaan doen ? Ik denk dat 5000 toeschouwers voor SK Deinze dan een haalbaar aantal moet zijn. Alle supporters die zich verveelden in tweede klasse krijgen een nieuwe stimulans om nog eens naar SK Deinze te komen. Mocht het ooit gebeuren, dan zal er zeker serieus gepraat worden en dan zullen heel duidelijke lijnen afgebakend worden waarbinnen het beleid zich zal kunnen manoeuvreren. Kijk naar Westerlo en Moeskroen, clubs met een geschiedenis in bevordering of nog lager, maar ze staan er vandaag wel. Dat moet het doel zijn.”

U bent zelf een bedrijfsleider. Bestuurt u SK Deinze op dezelfde manier als uw bedrijf ?

“In grote lijnen wel, maar bij voetbal komen veel meer emoties kijken. Clubvoorzitters zijn doorgaans allemaal zakenmensen, en een bedrijf dat kunnen ze op een goede manier leiden, maar voor het voetbal ontbreekt het hen vaak aan tijd. Daardoor ga je al eens gemakkelijker in de fout. En dikwijls zie je pas achteraf wat voor domme beslissing je genomen hebt door bijvoorbeeld een veel te dure speler aan te werven. De beslissing zelf lijkt niet slecht, maar de risico’s achteraf moet je goed kunnen inschatten. Gelukkig word ik omringd door mensen die er veel van kennen en die ook altijd eerlijk hun mening zullen geven : ‘Pas op, voorzitter, want we zien dat hier niet zitten. ‘ Maar natuurlijk gebeurt het soms dat we iets beslissen waar we achteraf spijt van hebben.”

Met welke filosofie bestuurt u SK Deinze ?

“Het bestuur probeert in de allereerste plaats de spelersgroep samen te houden. De vraag stelt zich dan direct : ten koste van wat ? Een speler die einde contract is en die je niet meer kan bieden dan een andere club, moet je laten gaan. En zo geraakt SK Deinze elk jaar wel enkele van zijn sterkhouders van het seizoen voordien kwijt, spelers die zich mede dankzij onze club in de schijnwerpers konden spelen. Ik kan de spelers maar geven wat binnen de mogelijkheden van de club ligt en dat is vaak onder het niveau van ploegen in de buurt. SK Deinze is momenteel een club die al op het randje moet spelen met contracten. Hoe verleidelijk het ook is om soms bepaalde spelers te willen houden, uiteindelijk leggen we ons erbij neer en laten we ze gaan.”

Welke boodschap heeft u voor de clubleiders van de ploegen uit eerste klasse die dit jaar moeten zakken ?

“Als ze in het eerste jaar tweede klasse mee aan de top kunnen spelen, dan zie ik geen enkel probleem, integendeel zelfs. Er zijn veel eersteklassers die in tweede eens de kasten kunnen uitkuisen en als een gezonde ploeg terug naar eerste promoveren. Eddy Vergeylen, voorzitter van KV Oostende zei me ooit : ‘Dat geeft niet hoor, van eerste naar tweede zakken. Akkoord, in het begin doet het een beetje pijn. Maar een jaartje of twee later komen we daar versterkt uit. ‘ Dat bewijst dat – alhoewel het een contradictie lijkt – een degradatie niet noodzakelijk een slechte zaak is. En volgend jaar speelt het Oostende van Vergeylen opnieuw in eerste, hé ? Neem dat maar van mij aan. Maar, ik moet ook heel eerlijk zijn : vanaf het moment dat je aan een tweede seizoen in tweede klasse begint, dan gaat het meestal bergafwaarts. Supporters haken af, net als sponsor. Een club geraakt in verval.”

Enkele jaren geleden kwam de club op een kwalijke manier in het daglicht. Supporters van SK Deinze, zo werd verteld, gooiden vanop een brug bijtend zuur naar supporters van Zulte-Waregem, die op hun boottocht terug waren na de wedstrijd op Deinze. Hoe kijkt u daarop terug ?

“Die zaak heeft de club grote schade toegebracht. Sponsors wilden hun naam niet langer binden aan een club met zulke slechte supporters. Ik heb toen al mijn overtuigingskracht in de schaal moeten werpen om hen te overtuigen dat SK Deinze niets met die zaak te zien had. De daders waren ook helemaal geen supporters van Deinze, maar enkele snotneuzen. Natuurlijk was voor de kranten de achterban van SK Deinze onmiddellijk de grote boosdoener in deze affaire.”

Welke dag uit uw voorzitterschap zal u nooit vergeten ?

“Het seizoenseinde van 1997, waar wij op een ongelofelijk knappe manier de tweede plaats wisten te pakken. Op een bepaald moment kwam in eerste klasse Eendracht Aalst in opspraak voor een omkoopaffaire en riskeerde een degradatie naar derde klasse. SK Deinze zou het vrijgekomen plaatsje in eerste klasse dan opvullen. De Belgische voetbalbond sprak Aalst echter vrij, waardoor wij in tweede bleven. Toen ik de beslissing vernam was ik ontgoocheld én opgelucht. Een zeer vreemd gevoel overviel me : SK Deinze in eerste, het was een ongelofelijke uitdaging geweest, maar wat een moeite had het niet gekost ? Dus was ik aan de andere kant blij dat we daarvan gespaard bleven.”

door Wannes Heirman

‘ In derde of vierde verdienen spelers, ondanks het mindere niveau, meer geld.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content