In amper twee weken geeft debuterend trainer Ivan Leko (36) Oud-Heverlee Leuven komend weekend nog een kans om play-off 3 vermijden. Een heus mirakel voor een team dat als los zand aan elkaar hing en dat voor de wedstrijd op Lierse zelfs een behoudspremie geweigerd zou hebben, wegens te laag.

“Leko staat voor duidelijkheid en straalt veel zelfvertrouwen uit. Dat zette zich snel over op de groep”, vindt rechtsachter David Wijns. Dat lijken evidente zaken, maar ze ontbraken bij de vorige trainers. Ronny Van Geneugden was op den duur zodanig bezig met het geheim houden van zijn tactiek voor de tegenstander, dat zelfs zijn eigen spelers vaak verrast werden voor een wedstrijd. Herman Vermeulen – nog actief bij de club, maar niet langer betrokken bij het sportieve beleid – focuste te veel op het negatieve om een al twijfelende spelersgroep in zijn verhaal mee te krijgen.

Wijns: “Leko gaat uit van de eigen sterkte. Zowel tegen Lierse als tegen Anderlecht wijzigde hij niets aan zijn tactiek of discours. Hij wil snel verticaal voetbal. Geen balbezit om het balbezit. Hij eist discipline, maar houdt zich niet te veel bezig met randzaken. Twee dagen voor de wedstrijd krijgen we theorie, de dag nadien trainen we dan op enkele praktische richtlijnen. Soms zijn dat aspecten die de meeste trainers als basis beschouwen, maar waarvan het toch helpt dat je ze eens herhaalt.”

Om zijn verhaal verkocht te krijgen in een verdeelde kleedkamer heeft Ivan Leko twee voordelen tegenover zijn voorgangers. Zijn natuurlijk charisma en… zijn gebrek aan ervaring. “Hij kon hier onbevooroordeeld aan de slag”, vertelt een bron bij OHL. “Daardoor zien de spelers een coach voor hen waarin ze weer kunnen geloven. Hij schenkt zijn spelers een oprecht vertrouwen en roemt hun kwaliteiten in plaats van te hameren op hun gebreken. Dan zie je die kerels met blinkende ogen het veld op rennen.”

Daarom komen spelers als Ibou en Messoudi nu weer aan de oppervlakte: in plaats van te horen wat ze niet mogen doen, horen ze nu wat ze vooral wel mogen. Leko, die als speler zelf altijd verguisd werd wegens zijn gebrek aan duelkracht en snelheid, weet hoe zwaar dat soms doorweegt: “Het belangrijkste is dat je spelers uitspeelt op hun kwaliteiten. Van Bjorn Ruytinx wil ik niet dat hij dribbelt in de middencirkel, ik wil hem in het strafschopgebied zien. Van Messoudi wil ik zien dat hij de bal opeist en verdeelt.”

“Uiteraard kende ik de zwakke en sterke plekken van Anderlecht,” zegt Leko, “maar daarom hoef ik mijn ploeg niet te overladen met al die informatie. Het belangrijkste is dat ze zelf durven voetballen. Ik zou mijn elftal elke wedstrijd kunnen aanpassen aan de tegenstander, maar op de lange termijn schiet je daar niets mee op. Voetballers willen een duidelijke organisatie op het veld. Tactiek of ploegopstellingen zijn van ondergeschikt belang.”

Dat wil niet zeggen dat er van de vermeende verdeeldheid in de kleedkamer van OHL niets overblijft, maar alle spelers geloven weer in een positief verhaal. Belangrijk is dat Leko zijn centrale as bestaande uit Logan Bailly, Karel Geraerts (met wie hij nog samen speelde bij Club Brugge) en Ruytinx verantwoordelijkheid geeft. “Voetbal is simpel,” doceert de trainer, “je kunt pas resultaten boeken wanneer je op het veld als één blok speelt. Door de goede resultaten tegen Lierse en Anderlecht is men hier weer relaxed. In zo’n sfeer kan je in twee weken soms meer bereiken dan in drie maanden op een andere manier.”

DOOR MATTHIAS STOCKMANS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content